De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Hoofdstuk 4: Pruiken en Revoluties

Verwante presentaties


Presentatie over: "Hoofdstuk 4: Pruiken en Revoluties"— Transcript van de presentatie:

1 Hoofdstuk 4: Pruiken en Revoluties
Les 1 – par. 1 De Pruikentijd

2 De standenmaatschappij
Al sinds de middeleeuwen 1e De Geestelijkheid 2e De Adel 3e Het Volk

3 Geestelijkheid (1e stand)
Veel macht Invloed op de koning Invloed op de bevolking Veel land (10%) Bij 1% van de bevolking Privileges Hoefde geen belasting te betalen Eigen rechtbank

4 Adel (2e stand) Veel macht Privileges Invloed op de politiek
Bezat 20% van het land Vormde 1½ % van de bevolking Besturen groot deel der bevolking Privileges Maar beetje belasting betalen Eigen rechtbank

5 De 3e stand, het Volk Gewoonweg de 3e stand genoemd
Verzameling van allerlei groepen Veelal boeren Arme stadsbewoners Veelal werkzaam in de nijverheid; een klein deel in de industrie Rijke burgers, de bourgeoisie Bourgeoisie wordt vanaf eind 17e eeuw steeds groter, rijker Verdiende veel geld in de handel en industrie Geen macht, lees: invloed op het bestuur Wel veel belasting betalen

6 bourgeoisie

7 De Verlichting Onderzoekers (lees: verlichters) in de 18e eeuw vormen een andere visie op onderzoek en kijk op de wereld Met verstand (ratio) Verstand wordt belangrijker gevonden dan Gevoel Zelf denken = jezelf ontwikkelen / kritisch nadenken = uit het duister komen Benaderen Onderzoek Hierdoor zou de kennis toenemen en maatschappelijke problemen kunnen worden opgelost

8 Verlichters en de politiek 1
Verlichters en de staat 1 De Verlichters waren voor Volkssoevereiniteit Geregeerd worden door een absolute vorst is volgens de Engelse filosoof Hobbes noodzaak: “Om vrede te bereiken moet ieder mens bereid zijn om zijn vrijheid op te geven. Hiervoor moet men een overeenkomst sluiten: het sociale contract. Daarin wordt overeengekomen dat iedereen het onbeperkte recht op zelfverdediging overdraagt aan de Leviathan, een absolute vorst of soeverein.” De Verlichters dachten hier anders over!

9 Verlichters en de staat 2
De staat moet in dienst staan van de mens Macht bij het volk Iedereen rechten/plichten Deze Ideeën hebben direct invloed op De Trias Politica van Montesquieu is een ander deel van het fundament voor de (Franse) grondwet (1791) Zie dia >>

10 Uitvoerende macht: koning/ministers Wetgevende Vergadering (NV)
Trias Politica Uitvoerende macht: koning/ministers Wetgevende Vergadering (NV) Rechtelijke macht Grondwet / wetten gelden voor iedereen

11 Jean-Jacques Rousseau (1712-1778)
Volgens Rousseau was een koning overbodig De vrije mens moet voor het algemeen welzijn een contract sluiten met de maatschappij wat goed is voor het volk, is ook goed voor jou! = De Algemene Wil Ga je tegen de Algemene Wil in, dan wordt je gedwongen je aan te passen Hetgeen voor je eigen bestwil/vrijheid is

12 Verzamelen van kennis Kennis vergaren/bijeen brengen
Ontstaan van encyclopedieën Verzameling van kennis en ideeën Populair bij vooral de rijke burgerij En absoluut niet bij de koning (de machthebbers)!

13 Huiswerk Lees 4.1 Maak 2fg, 3 & 4


Download ppt "Hoofdstuk 4: Pruiken en Revoluties"

Verwante presentaties


Ads door Google