Risicotaxatie-instrument voor ouderenmis(be)handeling 10 juni 2011 Liesbeth De Donder
Overzicht presentatie 1. Achtergrond 1.1 Begripsafbakening 1.2 Europees onderzoek naar prevalentie: AVOW 1.3 Belangrijkste resultaten 2. RITI 2.1 Achtergrond 2.2 Voorstelling 2.3 In de praktijk
1.1 Begripsafbakening Vormen van ouderenmis(be)handeling Fysiek Psychologisch Seksueel Financieel Verwaarlozing Schending van persoonlijke integriteit Lichamelijk geweld tegen de oudere: vb. Knijpen, slaan, duwen, vastbinden, overmedicatie
1.1 Begripsafbakening Vormen van ouderenmis(be)handeling Fysiek Psychologisch Seksueel Financieel Verwaarlozing Schending van persoonlijke integriteit Emotioneel geweld tegen de ouderen: vb. Negeren, schelden, vernederen, manipuleren, schuldinductie, infantiliseren,…
1.1 Begripsafbakening Vormen van ouderenmis(be)handeling Fysiek Psychologisch Seksueel Financieel Verwaarlozing Schending van persoonlijke integriteit Met contact: verkrachting, aanranding, ongewenste intimiteiten, … Zonder contact: verplicht naar porno kijken, zich onnodig uitkleden, …
1.1 Begripsafbakening Vormen van ouderenmis(be)handeling Fysiek Psychologisch Seksueel Financieel Verwaarlozing Schending van persoonlijke integriteit Oplichting, stelen, problemen met volmachten, eigen geld niet mogen beheren, erfenisbejagening, …
1.1 Begripsafbakening Vormen van ouderenmis(be)handeling Fysiek Psychologisch Seksueel Financieel Verwaarlozing Schending van persoonlijke integriteit Actief: intentioneel, weigeren zorg, voeding, medicatie… Passief: niet intentioneel, gebrek aan kennis, te grote draaglast vs beperkte draagkracht
1.1 Begripsafbakening Vormen van ouderenmis(be)handeling Fysiek Psychologisch Seksueel Financieel Verwaarlozing Schending van persoonlijke integriteit/rechten Schending van privacy, ongewenst post lezen of achterhouden, bezoek niet toelaten, oudere isoleren, ..
1.2 Onderzoek: AVOW Onderzoeksproject met als doel prevalence study of Abuse and Violence against Older Women Onderzoeksproject met als doel Om de prevalentie van ouderenmis(be)handeling te onderzoek Enkel bij vrouwen in de thuissetting Een meetinstrument te ontwikkelen dat in verschillende landen kan gebruikt worden Europees onderzoek in Oostenrijk, Finland, Portugal, Litouwen en België Daphne III programme funding (EU)
1.2 Onderzoek AVOW Vragenlijst Steekproef Getest eind 2009 bij 102 oudere voruwen Standaardvragen + enkele nationale vragen Steekproef Oudere vrouwen die ‘thuis’ wonen (= niet opgenomen zijn in een woonzorgcentrum) Leeftijd: 60 tot 97 jaar Dataverzameling 1e helft 2010
1.2 Onderzoek AVOW Onderzoeksvragen Wat is de prevalentie van ouderenmis(be)handeling bij oudere vrouwen? Kunnen we patronen onderscheiden in ouderenmis(be)handeling bij oudere vrouwen? Welke groepen oudere vrouwen hebben het grootste risico op ouderenmis(be)handeling? Welke risicofactoren zijn het belangrijkst? Wie zijn de plegers van ouderenmis(be)handeling? Wat zijn de individuele gevolgen van ouderenmis(be)handeling voor oudere vrouwen?
1.3 Resultaten % Oostenrijk 23.8 België 32.0 Finland 24.7 Litouwen % Oostenrijk 23.8 België 32.0 Finland 24.7 Litouwen 21.8 Portugal 39.4 Total 28.1
1.3 Resultaten
4.4 % experienced three or more forms of violence and abuse together 1.3 Resultaten Verwaarlozing Psycholo-gisch Financieel Fysiek Seksueel Schending rechten 1.9 Psychologisch 1.1 12.8 0.2 2.1 2.0 0.0 0.3 0.7 0.1 1.7 4.4 % experienced three or more forms of violence and abuse together
1.3 Resultaten Hoge densiteit (verschillende items, vormen) Level 2 Level 3 13.5% 5.8% Hoge frequentie (vaak tot heel vaak) Lage frequentie (zelden) 7.6% 1.2% Level 1 Level 2 Lage densiteit (één item, vorm) Source: after Bennett & Kingston (1993, p. 13f)
1.3 Resultaten Prevalentie 28.1% ouderenmis(be)handeling Maar: ouderenmis(be)handeling en ouderenmis(be)handeling is twee We moeten kijken naar de verschillende types ouderenmis(be)handeling Hoogste prevalentie: psychologische mis(be)handeling Tweede plaats: financieel misbruik (8.8%)
1.3 Resultaten We moeten ook kijken naar het niveau van ouderenmis(be)handeling 5.8% oudere vrouwen zit in het zwaarste niveau van mis(be)handeling (verschillende items + vaak) Het is vaak de groep waarbij de situatie al dermate serieus of geëscaleerd is die de weg vinden naar het meldpunt. 14.7% zit in de middenmoot en 7.6% ervaart de 1e tekenen van OM Wie helpt hen?
1.3 Resultaten 55.3 % praat nooit over de mis(be)handeling Waarom niet? 56.2%: men dacht dat er niemand iets aan kon doen 50.3%: wou er niemand mee belasten 22.8%: wou niet dat de dader naar de gevangenis ging 21.8%: was beschaamd of voelde zich schuldig 20.1%: schrik dat de dader wraak ging nemen
2.1 Achtergrond 1. Vanuit onderzoek Vaststellingen AVOW, ABUEL, Breaking the taboo, MILCEA, … Niet enkel aandacht hebben voor de zwaarste, vergevorderde ouderenmis(be)handeling Nood aan preventie
2.1 Achtergrond 2. Vanuit de praktijk Er zijn heel wat professionelen die geconfronteerd worden met OM Thuishulp (GZ, PD), huisdokters en verpleegkundigen, … Men gaat hier vaak actief mee aan de slag Maar: Geen gestandaardiseerde wijze om om te gaan met de problematiek (nood aan ondersteuning, nood aan handelingsprotocol) Inspanningen zijn vaak onzichtbaar Geen centrale registratie ( onderschatting problematiek) Moeilijk om in te schatten (wat zijn de aandachtspunten??)
2.1 Achtergrond 3. Vanuit het Vlaams Meldpunt Jaarlijks ongeveer 500 meldingen Slechts topje van de ijsberg Grootste deel meldingen komt van hulpverleners Voelen nood aan vorming en ondersteuning bij casussen Willen professionelen betrekken in de aanpak van OM Zowel concrete situaties Ook op beleidsmatig vlak Nood aan vroege detectie Ingrijpen vooraleer het ontspoort
2.2 Voorstelling Wat is het RIsico-Taxatie Instrument? Korte op praktijkgerichte checklist die gebaseerd is op de gekende mogelijk signalen van OM Signalen en risicofactoren Bij oudere, maar ook bij omgeving Geeft een beeld van het risico Wil niet zeggen dat er onmiddellijk OM is Maar kan wel het risico-inschatten en aandacht vestigen op concrete probleempunten (vb. overbelasting mantelzorger + isolatie oudere) mogelijkheid om preventief op te treden
2.3 In de praktijk Voor wie? Afname RITI OM is hoger bij ouderen in zorgsituaties, die afhankelijk zijn van anderen, die het financieel moeilijker hebben, … Dat zijn vaak net de cliënten van gezinszorg, poetsdienst, maaltijdhulp, enz. Afname RITI Bij jaarlijks bezoek door verantwoordelijke 1 pagina: makkelijk uit te rekenen wat de risicosituatie is: groen (safe) – geel – oranje – rood (ouderenmis(be)handeling)
2.3 In de praktijk Waarom nuttig om te gebruiken? Hulpverleners worden er sowieso vaak mee geconfronteerd Vlugge detectie van risicofactoren (via RITI) Preventie van ouderenmis(be)handeling (via handelingsprotocol) Vergroten van deskundigheid rond ouderenmis(be)handeling (via vorming) Inspanningen HV meer zichtbaar maken (via centrale registratie) Wegen op beleid (via centrale registratie)
2.4 Stand van zaken Ontwikkeling Planning RITI: klaar Draaiboek: klaar Vormingen: klaar Planning Nu in testfase 1 September – December 2011 testfase 2 Februari – Maart 2012
Bedankt voor uw aandacht Liesbeth De Donder 26