Centrum voor Trauma & Meditatie

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Initiatief Bijstellen Analyse Evaluatie Probleemstelling Netwerken
Advertisements

Gezamenlijke uitwerking adoptiegroepen Wijkwerkers & Gezinswerkers
“IK KRIJG HET NIET UIT MIJN HOOFD”
achtergronden Letty Aarts 3 maart 2006 Theoretische achtergronden Letty Aarts.
De relatie tussen logistiek en veiligheid
Jongeren met visuele beperking: persoonlijk netwerk en welbevinden
Workshop Seksuele Intimidatie
Posttraumatische Stress-stoornis
Inactiviteit onwil of onvermogen?
Ouderen en relaties, hechten en onthechten
Wiegendood Oorzaak van verdriet of trauma?
Diagnose Eerst: opluchting + duidelijkheid
Zes uitgangspunten voor een goed pedagogisch klimaat
Hechting bij kinderen met een autistisch stoornis en een verstandelijke handicap Wijnroks, L. (2003). Hechting bij kinderen met een autistische stoornis.
Oefening 3, powerpoint, 1BaMV
Echtscheiding: gevolgen voor kinderen
Slachtoffers cursus officier lesgever: Lt. De Groeve Luk.
Samenwerken en netwerkvorming Brede School 16 mei 2008 Rita L’Enfant
Hoofdstuk 7 Anderen motiveren
Programma Hoe doe ik een goede suiciderisico- inschatting (bij bordelinepatient) Kan ik zelfmoord voorkomen? Hoe kan ik als huisarts scherper signaleren,
Marieke Bossuyt en Barber Declerck
Hoofdstuk 4 Omgaan met stress en tijd
De psychologische gevolgen van detentie voor kinderen
Dominique Van Hespen Psychotherapeut Seso
Sarah Bal & Marlies Tierens, Universiteit Gent
Opvoedingsondersteuning
Post Traumatic Stress Disorder
Residentiële hulpverlening Drs. C.P.G. Tilanus. Wat is residentiële hulpverlening? = de persoon krijgt dag en nacht opvang en begeleiding in een tehuis.
18 november 2011.
Psychosociale ondersteuning voor geüniformeerden
Gezondheid, basis voor jouw toekomst!
Collega’s voor Collega’s
Angststoornissen.
Crisis en het domino-effect
Verstandelijke beperking. Chromosomale aandoeningen Prenatale diagnose Postnatale diagnose.
Mijn partner heeft Q-koorts, wat nu?
Dossier Empowerment.
Reproductie van partnergeweld. Inleiding Nazorg is belangrijk binnen preventie Behandeling zorgt ervoor dat ouders en kinderen normaal kunnen functioneren.
Depressie bij ouderen.
Communicatie en dementie
Voortijdig schoolverlaten
Psychosociale begeleiding bij kanker
Omgaan met de gevolgen van trombose
Opvoedrelaties onder spanning Bijeenkomst 4. Debat passend onderwijs Lees §1.1 Sipman goed door. In de maatschappij lijkt het aantal kinderen met gedragsproblemen.
tussen kwetsbaarheid en kracht
Bronnen van stress bij jeugdigen Femke Vanschaemelhout.
Partnergeweld PARTNERGEWELD EN DE ROL VAN DE HUISARTS.
Begeleiden en Coachen week 5
Doelen van deze presentatie:
OPVOEDRELATIES ONDER SPANNING B Bijeenkomst 2. PROGRAMMA Restje dinsdag Film Casus maken Debatteren Checklist maken Professioneel pedagogisch handelen.
Paulien Verschoren Groep psychische stoornissen 1BaOC4
Omgaan met agressie Klinische les 6 mei 2003
Omgaan met zelfbeschadiging en suïcidaal gedrag
Wat wordt besproken Burn-out in het kort Het ontstaan van een burn-out
Heel gewoon maar toch anders.
Rauw en troosten.
Bed Bad brood Laagdrempelige opvang van thuislozen Jasmine Marechal-1Basw AO.
Psychologische begeleiding van patiënten met kanker.
Samenvatting tekst Homoseksualiteit bij jongeren.
POP poli Traumatische partus
Collectieve transitie en veerkracht
Beleving tijdens het sterven
Communicatie met LVB-ers, maatwerk!
Veteranen Ontmoetings Centrum Zeeland Sterk door samenwerking
Samenwonen met volwassen kinderen met beperking: woon- en zorgaspecten
Agressie door honden. Agressie door honden Enkele oorzaken van agressie bij honden Agressie is communicatie voor hond Reactie op prikkel of trigger.
COMPLEXE POSTTRAUMATISCHE STRESSSTOORNIS
Goed uit elkaar Gemeente Haaksbergen ( naar voorbeeld van Gemeente Hengelo) 11 april 2018 Karin Dijkman.
Congres ‘Nare jeugdervaringen’
In de vuurlinie van een pos
Transcript van de presentatie:

Centrum voor Trauma & Meditatie Zorgzaam omgaan met ingrijpende gebeurtenissen en collectieve urgenties Erik De Soir Centrum voor Trauma & Meditatie Leopoldsburg www.erikdesoir.be

Calamiteiten en rampen Inleidende beschouwingen over ingrijpende gebeurtenissen en collectieve urgenties Calamiteiten en rampen

Crash model Type slachtoffers Professionele band Sociaal weefsel Gebeurtenis Traumatogeen Voorkomen Depressogeen Aanpakken Uitputting Opvolging Type gebeurtenis Type preventie Crash model

Natuurlijke rampen

Jaarlijkse gebeurtenissen in Mexico Colima, Mexico Modderstromen na massale regenval, aardbevingen en orkanen (Cat 5)

Aardbevingen en overstromingen Italië

Aardbevingen en overstromingen Turkije

Technologische rampen Technologisch falen als collectieve urgentie

Black-out in Rome 28 september 2003

Switelbrand Antwerpen 31 december 1994 (1995)

Gasontploffing van Ghislenghien 30 juli 2004

Verkeerscalamiteiten en -rampen

Verkeersongevallen Autobotsingen (kettingbotsingen) Busongevallen Nazareth (1996), Rekkem (1998) Busongevallen Enkele per jaar … Sierre (13 maart 2012) Treinrampen Pécrot (2001), Halle Buizingen (2010) Vliegtuigcrashes Tarom (1996) Scheepsrampen Zeebrugge (1987)

Treinramp van Pécrot 23 maart 2001

Luxair Crash

Urban violence

Wasserbillig, Luxemburg 31 mei – 01 juni 2000 Gijzelingssituaties Wasserbillig, Luxemburg 31 mei – 01 juni 2000

Gijzelingsactie in Beslan 2001 Terrorisme Gijzelingsactie in Beslan 2001

Begin gijzeling Beslan 1 september: feestelijke opening schooljaar Plots en onverwacht: groene vrachtwagen op het schoolplein van school Uit de wagen springen dertig gemaskerde, zwaar bewapende mannen en twee sjachidka's Iedereen gedwongen naar gymzaal Ontsnapping van enkele oudere leerlingen 19

Begin gijzeling Beslan 1300 mensen nog aanwezig Executie deel mannen Ophangen explosieven Installatie tv: (verkondiging leugens) Voedsel en water Geen 350 gijzelaars 1300 gijzelaars 17 terroristen 32 terroristen Geen eisen Tsjetsjenië Omsingeling school met veiligheidstroepen

Eindbalans 170 kinderen laten het leven 164 volwassen laten het leven 700 raakten gewond 21 terroristen gedood 1 overgave terrorist, anderen ontsnappen Persmededeling: internationale terroristen, maar zwarten = in realiteit verkoolde lichamen Opeising door Tsjetsjeense rebellenleider Basajev

Humanitaire rampen

Wat hebben deze gebeurtenissen gemeen en wat maakt ze verschillend? CRITICAL INCIDENTS Wat hebben deze gebeurtenissen gemeen en wat maakt ze verschillend?

Uitgangsvragen Welke hulp? Voor welke slachtoffers? Wat? Waarom? Hoelang? Welke objectieven bereiken? Welke criteria bepalen of die objectieven bereikt zijn? Welke zijn de actoren? Wanneer stopt de psychosociale hulpverlening?

UITGANGSVRAAG m.b.t. de uitbouw van de PSYCHOSOCIALE HULP STRUCTURELE ANALYSE van de psychosociale gevolgen van collectieve urgenties UITGANGSVRAAG m.b.t. de uitbouw van de PSYCHOSOCIALE HULP Wat gebeurt er met groepen mensen die getroffen worden door collectieve urgenties?

Bron: Australian Emergency Manual on Disaster Recovery Hoe reageert een gemeenschap op een collectieve urgentie? Bron: Australian Emergency Manual on Disaster Recovery Een collectieve urgentie heeft een grote impact op de structuur en de identiteit van een gemeenschap Op de bestaande sociale netwerken en steunsystemen Op het vlak van de (clusters van) relaties tussen mensen De relaties tussen de subsystemen van een gemeenschap zijn afhankelijk van : 1) de bestaande communicatie tussen de samenstellende systemen; 2) de richtingen van de invloed van het ene systeem op het ander; 3) de geschiedenis en achtergrond van de gemeenschap; 4) de tradities (subculturen); en, 5) de sociale nabijheid van de subsystemen en de sterkte van de gehechtheidsrelaties

Structuur van de gemeenschap voorafgaand de ramp

Alarmering voorafgaand aan de collectieve urgentie ? Indien er voorafgaand alarmering mogelijk is, wordt beroep gedaan op pre-incident networking en de bestaande banden en communicatiekanalen aangesproken. Voorbereide en vertrouwde copingmechanismen komen op gang alsook de voorziene procedures op basis van de kennis vanwege lokale experten, expertisecentra en overheden

Impact van de ramp : onthechting De structuur van de gemeenschap is gehavend, ‘geschorst’ omdat de leden van de gemeenschap terugvallen op eigen overlevingsmechanismen – overlevingsgedrag Dit zorgt voor ‘onthechting’ = uiteenvallen van bestaande relaties tussen subsystemen – ruptuur bestaande structuur van de gemeenschap Door het overlevingsgedrag ontstaan nieuwe relaties en communicatievormen: lokaal, tijdelijk en opportunistisch -> beïnvloedt de bestaande samenlevingsvormen en de dagelijkse processen in de gemeenschap -> zorgt voor verwarring en deregulatie in de gemeenschap Area Disaster Event Disaster

In het stadium onmiddellijk na de impact ontstaan er nieuwe hechtingspatronen REBONDING & FUSION Onthechting (debonding) wordt tegengegaan door ontstaan van nieuwe netwerken (subsystemen) = her-hechting (rebonding) Zorgt voor een honeymoon context tussen getroffenen, kameraadschap, altruïsme en samenwerking Nadruk op de basisbehoeften (basic survival needs) De afstand tussen de voorafbestaande clusters en subgroepen is (op zijn minst tijdelijk) verloren Nieuwe subsystemen ontstaan op ‘kunstmatige’ basis met één enkele reden: overleven, herstellen van de ramp, samen eruitkomen De getroffen groep of de gemeenschap verkeert tijdelijk in een fusionaire staat, als een ongedifferentieerde eenheid

Her-hechting (rebonding) en fusie (fusion): heraanpassing (readjustment) van de gemeenschap (Bepaalde groepen) getroffenen delen dezelfde ervaring op basis van wat ze meemaakten Onderling emotioneel sterk gehecht door de bedreiging (gemeenschappelijk) die uitgaat (uitging) van de ramp Samengesmolten gemeenschap (fused community) = altruïsme, cohesie, unanimiteit, medeleven/-voelen, etc. Behoeften van de gemeenschap/getroffen groep zijn (op zijn minste tijdelijk) > individuele noden

Her-hechting en fusie: heraanpassing (readjustment) van de gemeenschap Verlies aan interpersoonlijke afstand, verlies van privacy, tussen de verschillende subsystelen De initiële verwachtingen m.b.t. het herstel val alle sub-systemen zijn onmogelijk te bereiken – sommige verliezen zullen blijvend zijn Spanningen en conflicten (prioriteiten) zullen stilaan ontstaan tussen de subsystemen Diegenen die er ‘niet waren’ worden verworpen en uitgesloten (media, overheden, reddingswerkers, familieleden, vreemdelingen of buitenstaanders, etc.) Spanningen tussen de getroffenen die op verschillende niveaus getroffen zijn (direct getroffenen versus indirect getroffenen) Overschatting van eigen capaciteiten

Breakdown van de toestand van de post-impact FUSIE van de gemeenschap Spanningen zullen, na verloop van tijd, ontstaan tussen: enerzijds het instinct op zelfbehoud van de gemeenschap (fusie, overleving - fusion, survival) en anderzijds de goed gestructureerde, georganiseerde lange termijn structuren aanwezig in de gemeenschap de behoeften van de gemeenschap en de behoeften van de individuen

Breakdown van de toestand van de post-impact FUSIE van de gemeenschap 3 krachten zullen ageren tegen de fusie 1) De verschuiving van prioriteiten, namelijk van gedrag dat gericht is op onmiddellijk overleven (en acute steun) naar activiteiten georiënteerd op het lange termijn herstel 2) De wil op de vroegere structuur en organisatie van de gemeenschap zoveel als mogelijk terug op te bouwen 3) De steeds groter wordende verschillen op het vlak van de emotionele reacties van de gemeenschap; o.a. met betrekking tot de onmiddellijke behoeften, de status als slachtoffer en de beslissingen die worden genomen

Breakdown van de toestand van de post-impact FUSIE van de gemeenschap Samenvattend: Na verloop van tijd zal er een steeds grotere afstand komen tussen de getroffen mensen van eenzelfde ramp: op termijn komt er tussen de subgroepen van eenzelfde gemeenschap mogelijk vijandigheid, haat, jaloezie, rivaliteit, wantrouwen, ontgoocheling en cynisme. Dit gegeven is een grote valkuil voor al wie psychosociale hulpverlening plant en uitvoert.

Differentiatie en breuklijnen tussen de subsystemen van de gemeenschap Verschillen in behoeften (op de lange termijn en emotionele conflicten produceren breuklijnen) De gewone bestaande hechtingspatronen en relaties zijn NIET FUNCTIONEEL tussen rampengetroffenen Elke subgroep heeft zijn eigen kenmerken en die bepalen (of beperken) het contact met de andere (o.a. in termen van ervaren verlies, verkregen compensatie, localisatie, geschiedenis, achtergrond, belangen, etc.) De breuklijnen tussen de subgroepen splitsen de getroffen gemeenschap op en conflicten verschijnen

Structurele conflicten in de gemeenschap Conflict tussen oude (pre-disaster) en nieuwe structuren (post-disaster, survival oriented) De gemeenschap zal nooit meer dezelfde zijn Structurele spanningen tussen de getroffen en de niet-getroffen leden van de gemeenschap Problemen met het integreren van de herstelprocessen in de gemeenschap (herdenkingsproblematiek)

Processen werkzaam bij collectieve urgenties of rampensituaties Serie van impacten op mensen en structuren, waardoor zowel als onmiddellijke veranderingen optreden Herstelprocessen zelf geraken in het slop (veel is op de korte termijn afgestemd) Getroffenen geraken ‘overgevictimiseerd’, bijkomende secundaire stressoren, kwetsbaarheidsfactoren Hulpeloosheid en verlatenheid van getroffenen Verwachtingen geschapen door de herstelprocessen die worden op gang gebracht (te hoge verwachtingen)

Partiële Conclusie Hoe meer een gemeenschap wordt bijgestaan in het proberen behouden van de eigen integriteit en de eigen hulpbronnen (‘resources’), zodat destructieve processen (ontstaan van breuklijnen, debonding, fusion, rebonding, shear stress) en conflicten kunnen worden vermeden, hoe meer dit het herstel van de leden van de groep of gemeenschap bevordert. Daarom moet gemeenschapsgericht herstel op dezelfde basis steunen als persoonsgericht herstel.

Een benadering vanuit zelfredzaamheid RESILIENCE MODELS Een benadering vanuit zelfredzaamheid

Stress, Trauma en PTSS Algemeenheden

Wat is een traumatische gebeurtenis Wat is een traumatische gebeurtenis? CENTRALE KENMERKEN Ervaringsgerichte verkenning

Traumatogene gebeurtenissen Acute traumatogene gebeurtenissen Traumatische gebeurtenissen zijn in essentie een zeer ernstige en extreme confrontatie met de dood; ze zijn altijd overweldigend, gevaarlijk, bedreigend en vereisen van de getroffene(n) buitengewone coping mechanismen. Traumatische gebeurtenissen vernietigen in één klap de basisassumpties en/of -verwachtingen die mensen over het leven koesteren: de roes van voorspelbaarheid, veiligheid, (zelf)controle en rechtvaardigheid verdwijnt op zeer bruuske wijze.

Single Traumatic Events Donald Meichembaum, 1994 Single traumatic events zijn meestal gevaarlijk, bedreigend, levendig, overweldigend, plots en onverwacht (geen voorbereiding mogelijk) Collectieve urgenties voldoen aan deze criteria Natuurlijke rampen, technologische en verkeerstechnische rampen, industriële rampen, etc. IHD disasters (Intentional & Human Designed: aanslagen, schietpartijen, gijzelingen, opstanden, plunderingen, etc.

Traumatogene gebeurtenissen Chronische traumatogene gebeurtenissen langdurige en/of evolutieve natuurlijke of technologische rampensituaties grootschalige overstromingen, orkanen, etc. nucleaire ongevallen, “gif-ongevallen”, etc. TYPOLOGIE : zeer grote impact, lage controleerbaarheid en geringe voorspelbaarheid m.b.t. de afloop intentionele (menselijke) chronische trauma’s hostage taking, war related disasters, vluchtelingen-syndroom, psychische terreur, e.a.

Traumatogene ische Gebeurtenissen (TG) Type I versus Type II Trauma’s Leonore Terr Type I : onverwacht en acuut trauma-impact éénmalige, single blow TG plotse, verrassende TG TG beperkt in duur TG op het netvlies gebrand (levendiger & vollediger) leidt tot typische PTSS symptomatologie intrusieve herbeleving vermijding/ontkenning hyperarousal Type II : volgehouden, verlengd trauma-impact verschillende, multipele, chronische, herhaalde en/of geanticipeerde TG vnl. intentioneel, menselijk bvb. (recent) sexual abuse intieel Type I, vervolgens, (verwacht) herhaald trauma “fuzzy”/“spotty” geheugen leidt tot psychiatrische (complexe) symptomen DES, Complex PTSD

TIP VOOR HULPVERLENERS Traumatische gebeurtenissen zijn ALTIJD een combinatie van GEWELD, MACHT en VERLIES TIP VOOR HULPVERLENERS Vermijdt macht in de hulpverlening aan trauma-getroffenen

Wat is de kern van de traumatische ervaring? Door de confrontatie met het werkelijke gezicht van de dood ontstaat een overweldiging van het psychisme Deze overweldiging is onuitspreekbaar en woordenloos. In het psychisme zijn geen woorden, betekenisdragers of symbolen beschikbaar om de absolute horror en gruwel omtrent dit doodsbeeld aan vast te hangen. De getroffenen van dit soort ervaringen voelen zich totaal uitgesloten en niet meer behoren tot « de wereld van de sprekenden »

Stress & Trauma (1) De getroffenen van een buitengewoon erge en gevaarlijke gebeurtenis wordt geconfronteerd met de doodsvraag. Deze bedreiging kan zich klinisch uiten in twee verschijningsvormen met elk aparte gevolgen.

Stress & Trauma (2) François LEBIGOT (2001) - Les Traumatismes Psychiques : 1ste verschijningsvorm: de ernstige bedreiging die aanleiding zal geven tot « stress reacties » - het organisme mobiliseert zich om zich te verdedigen tegen de optredende bedreiging (die een tijdelijk onevenwicht draaglast – draagkracht doet ontstaan). 2de (complexe) verschijningsvorm: de getroffene ontmoet het « ware gelaat van de dood » waarmee « gruwel », « siddering » en « totale verschrikking » gepaard gaan. Hierna volgt de angst (voor de dood) en eventuele stressreacties die het individu tot verdediging tegen de dreiging aanzetten. Indien er later het « herhalingssyndroom » optreedt waarbij telkens eenzelfde episode zich zal voordoen, vergezeld van dezelfde angst en gruwelreacties, dan duidt dit op traumatisering.

Stress & Trauma (3) In een stress-situatie mobiliseert een individu dus – door het tijdelijke ontstane onevenwicht tussen draagkracht en draaglast – zijn defensieve hulpbronnen (angst maakt daar deel van uit want zet een individu aan tot vlucht- en vecht-gedrag) maar er ontstaat geen diepe indringing of penetratie van het doodsbeeld in het psychisme. In een trauma-situatie gaat een reëel doodsbeeld zich als een wig in het psychisme drijven en zich er innestelen als een « vreemd voorwerp ». Door het « herhalingssyndroom » zal het doodsbeeld telkens weer worden opgeroepen.

Gevolgen van traumatische ervaringen In principe normale reacties op abnormale gebeurtenissen

Post-traumatische reacties (1) Getroffenen voelen fysieke en psychische weerslag van confrontatie met de traumatogene gebeurtenis. Tijdens verkeerde het organisme in hyperactivatie. Resten niet “gemetaboliseerde” – “gekanaliseerde” energie geven aanleiding tot beven en natrillen. Hyperactivatie had tot doel getroffene te doen vluchten, vechten, reageren en overleven. Getroffenen worden makkelijk terug getriggerd en kunnen (opnieuw) dissociatief gedrag vertonen Dissociatief gedrag: afsplitsing uit de realiteit (derealisatie), niet beseffen wat gebeurt met eigen persoon (depersonalisatie), tunnelzicht, black outs, amnesie, verdoving, helicopterzicht, etc.

Post-traumatische reacties (2) Tijdens de volgende uren en dagen - (Acute Stress Stoornis indien tussen 2 à 4 weken) Herbelevingssymptomen Flashbacks, gevoelens “as if” (alsof de gebeurtenis terug plaatsvindt), nachtmerries, weggezogen worden, etc. Vermijdings- en ontkenningssymptomen Emotionele verdoving en afstompen (niets meer voelen betekent ook traumatogene ervaring niet meer voelen), actief vermijden van plaatsen, personen, situaties, die terug aan traumatogene gebeurtenis doen denken, etc. Verhoogde activatie (hyperactivatie/arousal) Hartkloppingen, overmatige bewegingsdrang, schrikachtigheid, verhoogde irritabiliteit, emotionele labiliteit, etc. Dissociatieve symptomen

Secundaire (uitgestelde) gevolgen Cardio-vasculaire pathologie Spierpijnen (nek-, rug, hoofd-, etc.) Relationele problematiek Profesionele problemen (dropout op werk) Sociale isolatie en dysfunctie Ontwikkeling bijkomende problematiek zoals depressie, afhankelijkheid van of verslaving aan alcohol- of medicatie

Post-Traumatische Stress Stoornis (volgens de DSM-IV of de ICD-10) Gebeurtenis en de manier van ze te beleven voldoet aan de criteria A1 en A2 van de DSM-IV Criterium B – Minstens één symptoom van herbeleving Criterium C – Minstens drie symptomen van vermijding en ontkenning Criterium D – Minstens twee symptomen van verhoogde activatie en prikkelbaarheid Criterium E – Verstoring van het sociale-, beroepsmatige- of privé-leven op verschillende domeinen Criterium F - Duur van de stoornis = minstens 1 maand

Psychosociale opvang na psychotraumatisatie THEORIE

Herstelfasen geïnspireerd op het boek van Judith Lewis Herman, Trauma en Herstel, 1996 Opbouwen helende relatie(s) Hervinden van veiligheid/geborgenheid Herinnering en rouw doorwerken de 4 taken van het rouwproces de 4 seizoenen van verlies en verdriet Herstel van verbondenheid vinden Hervinden van gemeenschappelijkheid Integratie in levensloop en levensverhaal

Acute impact fase: van 24 à 72 uur post-impact Psychosociale opvang na een traumatisch keerpunt Het doorwerken in fasen Acute impact fase: van 24 à 72 uur post-impact Doorwerkingsfase: van enkele dagen tot 6m Trauma-fixatiefase: restletsels na 6m à 2 jaar De grote meerderheid van de hulpverleners verwerkt een traumatogene gebeurtenis of interventie spontaan, slechts een minderheid kampt met blijvende restletsels Grosso modo: 70 à 80% herstelt spontaan, 15 à 20% heeft ernstige doorwerkingsproblemen en ongeveer 1,5 à 3% zal er een blijvend trauma aan overhouden In sommige situaties zullen die cijfers beduidend hoger liggen: brandrampen (verminkingen), rampen met eigen collega’s zwaar gewond of dood, rampen met kinderen

Psychosociale opvang na traumatogene gebeurtenis: acute fase Machteloosheid en hulpeloosheid, ‘in een traumatische roes verkeren’, onbesef van draagwijdte van gevolgen, periodes van derealisatie, hyper/hypo-actief gedrag, paradoxaal, agressief en cynisch gedrag Mogelijkheid om veiligheid, geborgenheid en rust aan te bieden zodat de impact langzaam kan doordringen Informatie verschaffen (over de situatie, de feiten, de gevolgen, de voorziene hulp, etc.) Ventilatie: praten, gevoelens uiten, tijd

Psychosociale opvang na traumatogene gebeurtenis: doorwerkingsfase Dialectiek van emoties, heen en weer beweging tussen de herbeleving van de gebeurtenis en vermijding van de herinneringen die de getroffene terug met de gebeurtenis confronteren De omgeving kan helpen: luisteren, begrip tonen, erkenning bieden en dingen bespreekbaar maken Ondersteunende werkomgeving, ook van de leiding Contact met lotgenoten (community-based response) Psychologisch ontsmettende gesprekken, praatgroepen, debriefings met hulpverleners, etc.

[ Tijdsas van schokdoorwerking ] Herbeleven / Denken Vermijden / Voelen DE SOIR, Erik, Traumatische stress en politie, 1997

Q U E S T I ON S erik.de.soir@telenet.be www.erikdesoir.be