Tegenprestatie Presentatie Tegenprestatiewijzer (concept) A Is het wel een tegenprestatie? B Wat zijn de randvoorwaarden bij het opleggen ervan? C Hoe zorgt u voor voldoende werkzaamheden? D Hoe communiceert u? Bespreken cases in 4 groepen ahv de Tegenprestatiewijzer Wat stuurt u de wereld in? De highlights in een tweet. Afsluiting en terug naar plenaire zaal.
Wat is de tegenprestatie Wat is de tegenprestatie? - Het naar vermogen verrichten - van door het college opgedragen - onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden - die worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid en - die niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt.
Tegenprestatiewijzer A Check! Is het wel een tegenprestatie? Er zijn heel veel vormen van onbetaalde arbeid mogelijk. Tegenprestatie is er daar één van. Maar hoe is deze tegenprestatie nu te onderscheiden van de andere vormen van onbetaalde arbeid? Bijvoorbeeld werken met behoud van uitkering of een participatieplaats.
A Check! Is het wel een tegenprestatie? Vraag 1 Gaat het om iemand met een WWB-, Bbz-, IOAW- of IOAZ-uitkering? Nee: Geen tegenprestatie Ja: Ga naar vraag 2 Alleen aan mensen die een uitkering ontvangen van de gemeente kan een tegenprestatie worden opgelegd.
A Check! Is het wel een tegenprestatie? Vraag 2 Gaat het om onbetaalde werkzaamheden? Nee: Geen tegenprestatie maar regulier werk Ja: Ga naar vraag 3 Het gaat hier om werkzaamheden waar geen loon voor wordt betaald. Bovendien zijn dit werkzaamheden waar in het economische verkeer normaal gesproken ook niet voor wordt betaald. Dit is sterk tijd- en plaatsgebonden. Als alleen een onkosten of vrijwilligersvergoeding wordt betaald, dan is toch sprake van onbetaalde werkzaamheden.
A Check! Is het wel een tegenprestatie? Vraag 3 Gaat het om werkzaamheden die additioneel zijn op reguliere arbeid ? Nee: Geen tegenprestatie maar werken met behoud van uitkering Ja: Ga naar vraag 4 Dit punt hangt sterk samen met punt 2. Er is een groot grijs gebied waar verdringing van de arbeidsmarkt op de loer ligt.
A Check! Is het wel een tegenprestatie? Vraag 4 Is het primaire doel arbeidsinschakeling? Ja: Geen tegenprestatie maar een re-integratietraject of participatieplaats Nee: Ga naar vraag 5 Het primaire doel van de tegenprestatie is dat iemand maatschappelijk nuttig bezig is. Het opdoen van sociale vaardigheden en werknemersvaardigheden kan wel een secundair doel zijn.
A Check! Is het wel een tegenprestatie? Vraag 5 Zijn de activiteiten nauwkeurig omschreven en afgestemd op de capaciteiten en mogelijkheden van belanghebbende? Nee: Geen tegenprestatie maar verplichte arbeid Ja: Ga naar vraag 6 De activiteit moet geschikt zijn voor de specifieke persoon. Er moet duidelijk zijn welke activiteiten iemand gaan doen en welke omvang en welke duur deze activiteit heeft.
A Check! Is het wel een tegenprestatie? Vraag 6 Is het beperkt in duur en omvang (zodat het re-integreren en solliciteren niet in de weg staat)? Nee: Geen tegenprestatie maar verplichte arbeid Ja: TEGENPRESTATIE Het is nog niet volledig duidelijk wat beperkt in duur en omvang is. Maar 20 uur per week wordt vooralsnog door de rechter akkoord bevonden.
B Wat zijn de randvoorwaarden bij het opleggen van een tegenprestatie? Aan iedere uitkeringsgerechtigde een tegenprestatie vragen. Het klinkt zo eenvoudig, maar dat blijkt het in de praktijk helemaal niet te zijn. Want waar moet u allemaal aan denken?
B Randvoorwaarden vraag 1 Heeft u voldoende kennis van de doelgroep? - Welke doelgroep wilt u een tegenprestatie opleggen (gemeente) dan wel aanbieden (organisaties)? - Heeft u daarvan voldoende kennis? - Weet u wat hun mogelijkheden en beperkingen zijn? - Weet u wat u van hen kunt verwachten en wat juist niet?
B Randvoorwaarden vraag 2 Kunt u passende plekken en begeleiding bieden? - Bedenk welke werkzaamheden zouden aansluiten bij deze specifieke doelgroep. - Het gaat om een tegenprestatie naar vermogen. - Met welke factoren moet u rekening houden? (beperkingen, zorg voor kinderen, beheersing taal, vervoer e.d.)
B Randvoorwaarden Vraag 3 Sluiten de activiteiten aan bij de motivaties van mensen? - Houdt u rekening met hun talenten, passies en ambities? - Ga op zoek naar hun drijfveren.
B Randvoorwaarden vraag 4 Wie is verantwoordelijk voor de veiligheid? - Hoe zit het met verzekeringen? - Is er een verklaring omtrent goed gedrag nodig? - En wie betaalt daarvoor?
B Randvoorwaarden vraag 5 Hoe is de handhaving geregeld? - Welke sancties worden opgelegd als iemand zich niet houdt aan de opgelegde verplichting? - Op welke wijze controleert u of iemand daadwerkelijk de tegenprestatie uitvoert? - En wie gaat dit controleren?
B Randvoorwaarden vraag 6 Is er extra investering nodig? - Moeten organisaties extra kosten maken voor het bieden van passende plekken en begeleiding? (bv. menskracht, kennis, aangepaste werkplek) - Welke mogelijkheden zijn er om dit te faciliteren?
C Hoe zorgt u voor voldoende werkzaamheden? Tegenprestaties zijn klussen die door verenigingen, bedrijven en maatschappelijke instellingen worden aangeboden. Bijvoorbeeld een website bouwen voor een vereniging, koffie schenken in een wijkhuis, leesouder op school, opknappen van speelplekken in de wijk, taalmaatje voor inburgeringsplichtigen of scheidsrechter bij de voetbalvereniging. Ook mantelzorg mag als tegenprestatie worden aangemerkt.
C Voldoende werkzaamheden vraag 1 Wat doen mensen zelf al? - Kan deze inzet gelden als tegenprestatie? - Zijn er heldere criteria om dit aan te toetsen (bv checklijst waarmee een activiteit als tegenprestatie ‘erkend’ kan worden)?
C Voldoende werkzaamheden vraag 2 Hoe komt u in contact met aanbieders van plekken? - Zijn er al contacten vanuit Wmo, vrijwilligerswerkbeleid, sport- of jeugdbeleid? - Welke subsidierelaties bestaan er al met mogelijke aanbieders van plekken? Voor aanbieders: - Welk doel wilt u realiseren met het bieden van plekken voor een tegenprestatie? (bv nieuwe vrijwilligers, verbreden netwerk, beter imago in bepaalde doelgroep, specifieke expertise) - Met welke activiteiten kunt u dit doel realiseren?
C Voldoende werkzaamheden vraag 3 Welk lokaal netwerk en expertise is er al aanwezig? - Is er een vrijwilligerscentrale of vacaturebank actief? - Kunt u gebruik maken van expertise uit eerdere projecten? (bv. Maatschappelijke stages, inburgeringstrajecten e.d.)
C Voldoende werkzaamheden vraag 4 Welke mogelijkheden biedt u mensen om zelf op zoek te gaan? - Kunnen zij open dagen bezoeken of snuffelstages doen? - Is er aansluiting bij Nldoet mogelijk? - Welke mogelijkheden zijn er online voor het zoeken van een leuke activiteit?
C Voldoende werkzaamheden vraag 5 Welke nieuwe activiteiten kunt u opzetten om plekken te creëren? - Nieuwe activiteiten kunnen meer mogelijkheden creëren voor de tegenprestatie (bv. Inzet van vrijwillige maatjes/coaches) - Wellicht kunt u samenwerken met collega’s van andere beleidsterreinen? Bv. Buurtcohesie, informele zorg - NB, betreft dit dan wel additionele werkzaamheden?
D Hoe communiceert u? Op alle niveaus is goede communicatie een belangrijke succesfactor. Communicatie met de belanghebbenden, communicatie tussen gemeente en aanbieders van plekken, interne communicatie en communicatie voor een breder publiek.
D Hoe communiceert u? vraag 1 Hoe communiceert u met de belanghebbende? - Is er goede en motiverende informatie beschikbaar over wat de tegenprestatie is? - is duidelijk welke mogelijkheden hiervoor zijn? Wat, waar? - Is uw communicatie dwingend of motiverend? - welk uitgangspunt staat centraal? ‘iets terugdoen’ of ‘iedereen doet mee’? - Speelt u in op drijfveren van mensen? What’s in it for me? (bv. ‘goed’ doen, persoonlijke ontwikkeling, sociale contacten, Cvbuilding, integratie) - Zijn verwachtingen/verplichtingen over en weer duidelijk?
D Hoe communiceert u? vraag 2 Hoe verloopt de communicatie tussen gemeente en aanbieders van plekken? - zijn organisaties goed geïnformeerd over de tegenprestatie? - is er over en weer duidelijkheid over wat organisaties kunnen en willen bieden? - zijn verwachtingen duidelijk en zijn afspraken vastgelegd? - is er een duidelijk aanspreekpunt voor vragen of problemen?
D Hoe communiceert u? vraag 3 Hoe communiceert u over de tegenprestatie bij een breder publiek? - welk beeld wilt u neerzetten van uitkeringsgerechtigden? (mensen ‘dragen steentje bij’, of ‘moeten maar eens wat terugdoen’) - staat in communicatie de preventieve werking centraal (sancties) of juist de resultaten bereikt dankzij de inzet van deze mensen?