Kindertaalverwerving

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
WAT MAAKT HET ONDERWIJS IN BEGRIJPEND LEZEN EFFECTIEF
Advertisements

Gehoor- en taal-spraakdiagnostiek bij (jonge) kinderen
Schizofrenie Maité Geldhof 1BaOa2.
- Slechthorendheid - Spraak- /taalstoornissen - Logopedie op De Voorde
Taalontwikkeling en taalproblemen Marjolijn van Weerdenburg
Stoornis tijd voor een nieuwe definitie Woorden gaan zo hun eigen leven leiden. Zo ook bij het woord stoornis. Het risico van dat eigen leven, de ‘oneigenlijke’
Frank en Raymond / Het Nieuwe Lyceum
Welbevinden bij kinderen met CI
De follow-up van NICU-kinderen met gehoorverlies na 3-5 jaar
Leerroute Gabrielschool. Module HGW bijeenkomst 1: 12 februari 2009
Allochtonen in het hoger onderwijs
28 januari 2009 Auditieve mogelijkheden en taalontwikkeling bij kinderen met CI op de langere termijn Margreet Langereis Anneke Vermeulen.
Ingrid van de Meerendonk Jeffrey ter Meulen
Taalvariatie en taalverwerving
Sociolinguïstiek Bijeenkomst 3.
Inleiding taalwetenschap
En wat doet taalkunde in het programma van CKI?
En wat doet taalkunde in het programma van CKI?
Korte Synthese Laleman Angelique.  1. Inleiding  2. Motorische ontwikkeling van kinderen met een gehoorstoornis.  3. Het verband tussen evenwichtsstoornissen.
De relaties tussen taalstoornissen en gedragsstoornissen
Taalverwerving en taalmoeilijkheden Goele De Brabandere 1 BaTPCc
Autismespectrumstoornissen
Zes uitgangspunten voor een goed pedagogisch klimaat
Dove en slechthorende kinderen
Siel Claerhout 1BATP B1 Aan autisme verwante contactstoornissen: klinisch beeld en classificatie Serra, M., Mulder, E., Minderaa, R. (2002). Aan autisme.
Dr.H.Knoors Griet Lauwers. - In 1982 maakte hij zijn intrede in dit vakgebied. - directeur van viataal diagnostisch centrum. - Hij richt zich ook nog.
Zelfredzaamheid bij kinderen en jeugdigen met autisme en een ernstige verstandelijke beperking Nelchen Arijs.
Autisme en het verwerken van sociale informatie
Valerie Bommers Jill Vannieuwenhuyse
Autisme en het verwerken van sociale informatie.
Taalontwikkelingsstoornissen
1 van 21 Hoofdstuk 10: Taal- en leerstoornissen Normale ontwikkeling van spraak, taal en rekenen Taal- en leerstoornissen Differentiaaldiagnose en comorbiditeit.
Aangeboren gehoorverlies en ontwikkeling
ASS in de levensloop: onderzoek
Angststoornissen bij kinderen met autismespectrumstoornissen
Het Nieuwe Lyceum, 22 maart 2010
Autisme Spectrum Stoornissen
Je herkent het pas als je het kent
Het syndroom van Asperger
De basis van ADSL: het constructivisme
Verwerking van Elke Louagie
Autisme en Verstandelijke beperkingen
Aangeboren, aangeleerd of allebei?
Taalkundige feiten en hypothesen
Hoofdstuk 9: Zindelijk worden en zindelijkheidsstoornissen
Week 3:Taal en cognitieve ontwikkeling
De domeinen & Niveau bij ABB.
Pedagogische theorieën
Ontwikkeling van het jonge kind
+ Kind in ontwikkeling deel A Thema 2 Jonge Kind.
Hoofdstuk 10: Taal- en leerstoornissen
Leraareffectiviteit – wat weten we (niet)? Daniel Muijs, University of Southampton.
VIAVINCI PRIMO Opleiding Taalexpert 1 Keuzemodule Nederlands als tweede taal 11 november 2015.
Taalbeschouwing 2 week 5 Pragmatiek.
Meer voorlezen, beter in taal
De verwerving van de verleden tijd door Nederlandstalige kinderen De invloed van het taalaanbod en semantische predisposities Margot Rozendaal Scriptiepresentatie.
Evaluatieonderzoek VVTO Engels Kees de Bot Sieneke Goorhuis BCN/RUG.
Neuropsychologische diagnostiek bij traumatisch hersenletsel kinder-en jeugd BAW 2015 Marleen van der Wees klinisch neuropsycholoog Libra Revalidatie &
Psychiatrische intensieve behandeling voor autisme of Het PIBA-model Embregts P. en Nieuwenhuijzen M. (2008) Boek: Begeleiding van kinderen en jongeren.
Problemen in de interactie en communicatie bij kinderen met een aan autisme verwante stoornis. M. Serra & R.B. Minderaa.
Hoofdstuk 2 Taalverwerving.
1 van 10 Hoofdstuk 4 Woordenschatonderwijs. 2 van 10 Woordenschat Vormaspecten o enkelvoudige woorden o samenstellingen o afleidingen o uitgangen (vervoegingen.
Leren lezen, spellen en rekenen. Vooral een kwestie van goed onderwijs
Spelling & Dyslexie 2 week
Leraareffectiviteit – wat weten we (niet)?
Moedertaalverwerving
Leren lezen, spellen en rekenen. Vooral een kwestie van goed onderwijs
Taalbeschouwing 2 collegeweek 4.8.
Taal en Theorie les 3.4 Wat kan er misgaan bij het spreken, verstaan en lezen? Het proces van spreken Het proces van verstaan Afasie Dyslexie.
Taalontwikkelingsstoornissen
Transcript van de presentatie:

Kindertaalverwerving Theoretische grondslagen en principes Overzicht van de taalontwikkeling Toepassingen en taalstoornissen Tentamenstof: boeken en colleges Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Theoretische grondslagen 1 Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Hoe leert een kind taal? Snel, moeiteloos en informeel Alle kinderen en alleen kinderen Species specifiek en species uniform Relatief onafhankelijk van cognitie (Williams syndroom, Down’s syndroom) Autonoom proces Universeel Relatief onafhankelijk van instructie Kindertaalverwerving

Wat leert een kind als het taal leert Een zeer complexe structuur Kenmerken Compositionaliteit Constituenten en structuren Regels Generatief karakter Welgevormdheid Recursiviteit Kindertaalverwerving

Compositionaliteit, regels, recursiviteit … Zie Frijn en de Haan, pag. 123 Kindertaalverwerving

Taalverwerving: definitie Verwerf vanuit een beginpositie Die zich kenmerkt door het ontbreken van taalkennis en – vaardigheid (?) Op basis van een zeer uitgebreide maar onvolledige reeks voorbeelden/instructies Onderbepaaldheidsprobleem Het vermogen tot uiten en begrijpen van taal zodanig dat de verworven taal correspondeeert met die uit het taalaanbod Overdraagbaar is op een volgende generatie leerbaarheidsprobleem Kindertaalverwerving

leerbaarheidsprobleem Regels afleiden uit exemplarische set Onderbepaaldheid Essentiële principes kunnen niet uit aanbod worden afgeleid, tenzij met voorkennis Meerlagigheid Vorm (fonologie, morfologie); structuur (syntaxis), betekenis (semantiek), doel (pragmatiek) No-negative evidence probleem Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Hoe verwerven we taal? Overdrachtsprincipe Structuur is van te voren aanwezig Waar? Omgeving: leerprincipe Organisme: aangeboren kennis (LAD) Instructie en selectie Instructie: Imitatie, correctie en oefenen Selectie: hypothese-toetsing, constraints, parametersetting en triggering Constraints: cognitieve en linguistische Zelf-organisatieprincipe Structuur ontstaat spontaan Condities voor zelforganisatie Waar? Volgende stap = product van vorige Integratie organisme en omgeving Ontwikkeling Equilibratie (Piaget) Taal als attractortoestand Kindertaalverwerving

Selectie als verwervingsmechanisme Voorbeeld: hoofd-plaatsingsparameter Hoofd: verplichte onderdeel van een constituent, bv. naamwoord, werkwoord, voorzetsel Parameter: hoofd-eerst <>hoofd-laatst Engels: hoofd-eerst, Japans: hoofd-laatst (I) – Eat - Sushi <> (Ik) – Sushi – eten To - Kyoto <> Kyoto – naar Taller-than-Kenji <> Kenji–groter-dan (S)VO – (S)OV; PrepN - NPrep; AdjN - NAdj Hypothesetoetsing: Vorm hypothese Toets Constraint Beperking van de hypotheseruimte Bvb.: cognitieve indeling van wereld in objecten en acties/linguistisch onderscheid N en V Parametersetting Parameter: aangeboren centrale regel met beperkte mogelijkheden Parameter wordt gefixeerd Kindertaalverwerving

Omgevingsinvloeden (1/3) Nativistische benadering (Chomsky) Poverty of the stimulus No-negative-evidence Alleen inhoudelijk Rol van de omgeving Input: babytalk Interactiepatronen Frequentie (hoeveelheid taalaanbod) Kindertaalverwerving

Omgevingsinvloeden (2/3) Babytalk of Child-Directed-Speech Korte eenvoudige zinnen Duidelijke articulatie en gemarkeerde intonatie Hoge tonen (preferentie) Veel herhalingen Interactie Sensitieve responsiviteit op kinderuitspraken Fine-tuning: Aanpassing tijdens gesprekken Gebruik van kind cues (dove, blinde kn) Semantic contingency Syntactische extensie en reconstructie van zinnen na fouten/onvolledige zinnen van het kind Indirecte negatieve feedback Evolueert mee met complexiteit kindertaal Kindertaalverwerving

Omgevingsinvloeden (3/3) Babytalk of Child-Directed-Speech Interactie Frequentie Aanzienlijke verschillen in freq van input Hoge<>lage opleiding moeder: factor 7 Directe invloed op woordenschat, indirect op syntaxis Conclusie Niet alle taalaspecten even afhankelijk/niet op dezelfde wijze afhankelijk Belang van auto-input (eigen taal van het kind) Belang van constructieprocessen door het kind zelf Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Overzicht van de taalontwikkeling 2 Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving inhoud Taalontwikkeling in vogelvlucht Vroeglinguale periode 1, 2 en meerwoordzinnen van Dijk, 3e college Differentiatiefase Syntaxis en morfologie Krikhaar, 6e college Kindertaalverwerving

Fasen in de taalontwikkeling Prelinguale fase 0.0 – 1.0 Vroeglinguale fase 1.0 – 2.6 Differentiatiefase 2.6 – 5.0 Voltooiingsfase 5.0 – 9.0 Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Prelinguale fase (1/2) Nog geen conventionele taal Communicatieve ontwikkeling “passieve” conventionele taal Foneemontwikkeling Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Prelinguale fase (2/2) Substadia: Huilen 0 – 1.5 maand Vocaliseren 1.5 – 4 maanden Vocalenproductie Intonatie Vocaal spel 4.0 – 7.0 maanden Proto-conversatie (turntaking) Brabbelen (7 – 12 maanden) Foneemstructuur van de moedertaal Repetitief brabbelen (herhaling) Gevarieerd brabbelen Prosodie Kindertaalverwerving

Vroeglinguale fase (1/1) 1-woordzinfase (1.0 – 1.6 jaar) Betekenistoekening aan herkenbare woorden Proto-woorden (bv. Kinderkamerwoorden) Holophrasen: relatie met syntaxis 2- en meerwoordzinfase (1.6 – 2.6 jaar) Productieve combinatie van 2 of meer woorden Inhoudswoorden Woordenschatspurt rond 2.0 500 woorden Kindertaalverwerving

Differentiatiefase (1/1) Vroege (2.6 – 3.6) en late (3.6 – 5.0) differentiatiefase Syntactische ontwikkeling Functiewoorden Lidwoorden, preposities Werkwoord Tijden Finiete vorm Overregularisatie Meegebrengd, gevald Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Voltooiingsfase (1/1) Actieve woordenschat tussen 3000-4000, passieve 6000 en 8000 Expliciet taalleren en –onderwijs Meta-linguistische vaardigheden Narratieve vaardigheden Nieuwe kennisgebieden Theory-of-mind Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Taalpathologie 3 Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Overzicht Een overzicht van taalpathologie met demonstraties Goorhuis-Brouwer SLI (Specific Language Impairment of Specifieke Taalstoornis) Wat is het? Stoornissen: algemene aspecten relevant voor SLI Wat is SLI, diagnostiek, problematische aspecten Soorten SLI en mogelijke oorzaken interventiemogelijkheden Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Wat is SLI Taalstoornis niet veroorzaakt door Sensorische handicap Intellectuele achterstand Motorische problemen Ernstige neurologische dysfunctie Emotionele of gedragsproblemen Sociale of culturele deprivatie Symptomen Morphosyntactische problemen Bv werkwoordsverbuiging Fonologische problemen Discriminatie van woord-uitgangen Lexicale problemen Woorden opslaan en woordvinding Pragmatische problemen Kindertaalverwerving

Stoornissenproblematiek (1/2) Diverse Opvattingen Modulaire opvatting Oorzaak = defecte module Vormen: Nativisme Cognitive neuropscyhologie Ontwikkelingsbenadering Oorzaak = ontwikkelingsproces Vormen Levensloopbenadering Dynamische systeembenadering Webmodel van ontwikkeling Alle factoren afhankelijk van elkaar in de tijd Stabiliteit, variabiliteit en plasticiteit Kindertaalverwerving

Stoornissenproblematiek (2/2) Verschillende aspecten, verschillend onderzoek, verschillende interventie Het organische aspect (impairment) Voorbeeld: auditief verwerkingsprobleem Diagnostiek: sensitieve test Het functionele aspect (disability) Voorbeeld: slecht taalgebruik Diagnostiek: klinische test Het sociale aspect (handicap) Voorbeeld: sociaal isolement Aspecten zijn relatief onafhankelijk van elkaar, maar zijn verbonden in een ontwikkelingscontext Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Diagnostiek Discrepantiecriterium Bv IQ score boven (M – Stdev), taalscore onder (M-Stdev) Gebruik van standaard-taaltests, observatie, checklists Problemen Statistisch: score-variabiliteit Klinisch: comorbiditeit Oplossingen Diagnostiek van ranges I.p.v. ware scores Multidimensioneel I.p.v. categoriaal model Praktische, financiële en politieke consequënties Diagnostiek medebepaald door interventiemogelijkheden Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Vormen en oorzaken (1/2) “Typische” SLI Vooral grammaticale en morpho-syntactische problemen Verklaringen Low-level auditory perceptual impairment (vooral volgorde) Stoornissen in aangeboren hersenmodules nodig voor taal Beperkingen in verwerkingscapaciteit/korte termijn geheugen Ernstige receptieve en poductiestoornissen Ernstige moeilijkheden bij begrijpen Verworven epileptische afasie (Landau-Kleffner syndroom) Ontwikkelingsdyspraxie (spreekmotoriek) Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Vormen en oorzaken (2/2) Pragmatische taalstoornis Sociaal gebruik van taal SLI of autisme/PDD-N OS/ADHD Comorbiditeitsproblematiek Sterke samenhang met andere stoornissen Sociale aspect van taal: PDD-NOS en ADHD Fonologisch aspect van taal: samenhang met dyslexie Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Interventie (1/2) Types Responsieve interactie Kindgeleid Veel expansies en modificaties Vooral effectief boven MLU 2.5 Indirecte instructie Veel expliciete vragen, voordoen en imitatie Vooral effectief onder MLU 2.5 Directe instructie Volwassene-geleid Vragen, bekrachtiging, programmabepaald Kindertaalverwerving

Kindertaalverwerving Interventie(2/2) Effectiviteit Afhankelijk van kind Taalniveau Intellectueel niveau Afhankelijk van ouders Initiele responsiviteit van de ouder Effectgrootte Afhankelijk van aard van stoornis Effectgrootte in stdev van gestandaardiseerde tests Articulatie/fonologie: + 1/3 sd ; expressieve taal: 1 sd; receptieve taal: 1 sd; auditieve discriminatie: ¼ sd Kindertaalverwerving