Informatieavond 2 Groep 3

Wat gaan we bespreken Doelen waar we aan gaan werken van taal en rekenen Cito-toetsen van januari

Doelen van taal Kern 4: Ze leren de volgende woorden: huis, weg, bos, tak, hut. Hierbij horen deze letters; h,w,o,a,u. Ze lezen en begrijpen korte, eenvoudige zinnetjes. Kern 5: Ze leren de volgende woorden: reus, jas, riem, bijl, hout, vuur. Hierbij horen de volgende letters; eu, j, ie, l, ou , uu. Ze lezen en begrijpen enkele zinnen die met elkaar in verband staan. Kern 6: Ze leren de volgende woorden: geit, uil, pauw, duif, ei. Ze kennen dan alle letters. Ze lezen mkm-woorden correct en vlot. Ze lezen en begrijpen korte, eenvoudige verhaaltjes.

Doelen van rekenen Blok 4: vergelijken van hoeveelheden splitsingen via splitsmachine optellen en aftrekken met het busmodel Blok 5: toepassen van de vijfstructuur bij het vergelijken van hoeveelheden splitsen van getallen t/m 20 toepassen van het busmodel bij het optellen en aftrekken van sommen t/m 20 Blok 6: herkennen van getalbeelden op basis van de vijfstructuur splitsen tot 8 moet geautomatiseerd zijn. Bussommen veranderen in pijlentaal

Cito-toetsen januari Rekenen en wiskunde Spelling Woordenschat Leestechniek Drie Minuten Toets

Cito-toets rekenen De toets bestaat uit 2 delen Totaal 50 vragen 1 minuut de tijd per vraag om te antwoorden Er mag geen gebruik worden gemaakt van fiches, rekenrek of de getallenlijn 4 categorieën; getallen en getalrelaties (getallenlijn) hoofdrekenen optellen en aftrekken hoofdrekenen vermenigvuldigen en delen complexere toepassingen

Voorbeelden

Cito-toets spelling De toets bestaat uit 2 delen Totaal 50 woorden Alleen klankzuivere woorden, dus geen peer etc Alle letters komen voor in de toets Er zijn 2 categorieën; mkm woorden, zoals bal, voet of poes mmkm of mkmm worden, zoals fles, fiets, bloem of beest

Voorbeelden

Cito-toets woordenschat De toets bestaat uit 2 delen Totaal 50 woorden Er zijn 2 categorieën; Betekenis, bijvoorbeeld zet een kruisje bij een venster Betekenisrelatie, bijvoorbeeld waar zie je iemand die snel daalt

Voorbeelden

Cito-toets leestechniek De toets bestaat uit 2 delen In totaal zijn er 56 opgaven Er moet bij een plaatje het juiste woord gezocht worden Er staan 5 woorden bij een plaatje Per deel krijgen de kinderen 12 minuten de tijd om het te maken Alles wat overgeslagen is of nog niet af is, wordt fout gerekend Er komt een AVI score uit Een A, B of C is niveau M3 of hoger; een D of E is onder niveau

Voorbeelden

Cito-toets DMT (Drie Minuten Toets) Er zijn 3 verschillende kaarten die allemaal 1 minuut gelezen moeten worden Kaart 1 zijn de mk, km en mkm woorden, zoals uil, koe, pen Kaart 2 zijn mmkm, mkmm, mmkmm, mmmkm, mkmmm woorden, zoals spin, bank, krant, schroef en herfst Kaart 3 zijn woorden met 2, 3 of 4 lettergrepen, zoals geluid, koningin en papegaaien Midden groep 3 worden de eerste 2 kaarten alleen afgenomen. Eind groep 3 alle 3 de kaarten.

Vragen ???