Het nieuwe denken over competenties en de opleiding van begeleiders

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Tevredenheid met behandelaar en behandeling.
Advertisements

KWALITEITSZORG november 2012
BRIDGE Vervolgcursus Vervolg op starterscursus Bridgeclub Schiedam ‘59 info: Maandagavond: 19: – of
Edushock leerfestival
‘SMS’ Studeren met Succes deel 1
Wat was toen het grootste het grootste probleem van de van de FOD?
Presentatie cliëntenonderzoek. Algemeen Gehouden in december 2013 (doorlopend tot eind januari) DoelgroepVerzondenOntvangen% LG wonen en dagbesteding.
NEDERLANDS WOORD BEELD IN & IN Klik met de muis
Sociaal emotionele ontwikkeling en groepsgedrag
BRIDGE Vervolgcursus Vervolg op starterscursus Bridgeclub Schiedam ‘59 info: Maandagavond: 19: – of
1 Resultaten marktonderzoek RPM Zeist, 16 januari 2002 Door: Olga van Veenendaal, medew. Rothkrans Projectmanagement.
November 2013 Opinieonderzoek Vlaanderen – oktober 2013 Opiniepeiling Vlaanderen uitgevoerd op het iVOXpanel.
Uitgaven aan zorg per financieringsbron / /Hoofdstuk 2 Zorg in perspectief /pagina 1.
Olga Haarman, 11 juni 2009 Kulturhusberaad Positionering van het Kulturhus 1.
Global e-Society Complex België - Regio Vlaanderen e-Regio Provincie Limburg Stad Hasselt Percelen.
 Deel 1: Introductie / presentatie  DVD  Presentatie enquête  Ervaringen gemeente  Pauze  Deel 2 Discussie in kleinere groepen  Discussies in lokalen.
Resultaten bevraging voorzieningen “participatie ouders”
Nederlands Curriculum ? Samen bouwen aan een Nederlands curriculum voor de kinderopvang (okt 2005)
Blackboard Forum Observatieonderzoek 06 februari 2009 Projectgroep 7.
Ronde (Sport & Spel) Quiz Night !
De Gouden Glans van MaS Effecten van maatschappelijke stages voor stagebiedende organisaties in Amsterdam.
Omgaan met kinderen en gezinnen 22 november 2013.
Kb.1 Ik leer op een goede manier optellen en aftrekken
Goed advies kost geld Financiële ondersteuning Wmo-adviesraden Monster 27 januari 2009.
2 3 Natuurkunde ≥ 6 Wiskunde ≥
Nooit meer onnodig groen? Luuk Misdom, IT&T
BZ voor de Klas 3 juni 2010.
Elke 7 seconden een nieuw getal
Zes uitgangspunten voor een goed pedagogisch klimaat
Het belang van een evidence based benadering in het onderwijs
Oefeningen F-toetsen ANOVA.
Claudia van Kruistum, Ilona de Milliano, Roel van Steensel
Toetsen als Leerinterventie. Samenvatten in het Testing Effect Paradigma. Kim J. H. Dirkx, Liesbeth Kester, Paul A. Kirschner CELSTEC, Open Universiteit.
In dit vakje zie je hoeveel je moet betalen. Uit de volgende drie vakjes kan je dan kiezen. Er is er telkens maar eentje juist. Ken je het juiste antwoord,
Seminarie 1: Pythagoreïsche drietallen
Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Afdeling HRM BUE Middenkader 2005 Een eerste verkenning van de resultaten.
Help! ‘Niet vorderende ontsluiting’
1. Levensbeschouwing en communicatie
EFS Seminar Discriminatie van pensioen- en beleggingsfondsen
Eerst even wat uitleg. Klik op het juiste antwoord als je het weet.
SOCIALE COMPETENTIE Jacqueline Blaak-Venneman.
Maatschappelijke stages Een onderzoek over maatschappelijke stages onder leerlingen, kunstencentra, amateurkunstverenigingen en stagemakelaars.
Ontwikkelingsvoorsprong bij kleuters(?)
Autonomie in de derde graad
Lessen 17 / 40 De mensen die recent lessen hebben gevolgd hebben deze beoordeeld op 4 aspecten. In de getoonde grafiek steekt 1 aspect negatief af t.o.v.
STIMULANS KWALITEITSZORG juni 2014.
In opdracht van NOC*NSF
Centrummaten en Boxplot
Waar gaat het nou toch om?!
Groep Colruyt en ‘participatie’
SLO ● Netherlands institute for curriculum development RESULTATEN LEZERSONDERZOEK TIJDSCHRIFT TAAL.
1 Week /03/ is gestart in mineur De voorspellingen van alle groten der aarden dat de beurzen zouden stijgen is omgekeerd uitgedraaid.
Aanpak problematisch gedrag
Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek 7 MadeleineMeurs
Week 2 : Ontwikkelingspsychologie, Liesbeth van Beemen:
Pedagogische theorieën

gespreksvaardigheden
Opdrachten en eindopdracht
Kinderopvang en kleuterschool voor alle kinderen Investeren in de ontwikkeling van jonge kinderen uit kwetsbare gezinnen in Stad Gent.
Inzoomen op de competenties  Beantwoord de volgende vragen: -Wat zijn competenties? -Wat is de norm? -Waarom kijken we naar competenties in een procesgericht.
Hoe pedagogisch handelen?
7 de specialisatiejaar kinderzorg Toelichting bij AD5.
Voor een optimale ontwikkeling van kinderen
Ervaringsgericht werken
Coachtraining DOEN?! Dag 3
Coachtraining DOEN?! DAG 2
Doepakket "Kinderopvang voor iedereen"
BOM-model PV 25/03/2014.
Transcript van de presentatie:

Het nieuwe denken over competenties en de opleiding van begeleiders Wat we uit de Vlaamse context kunnen leren Prof. F. Laevers Expertisecentrum voor Ervaringsgericht Onderwijs K.U. Leuven

Situatieschets A It was not until 1997 that the training course ‘Childcare’ – focusing on the hygienic aspects of care – was reformed and was extended by one year. “The technical interpretation of professionalism within the secondary training course ‘Childcare’ is one of the causes of this process of deprofessionalization.” “The reform was not successful in forming ‘reflective professionals’ who would fulfil the new construction of professionalism as described in the literature.” [Jan Peeters]

Situatieschets Een paradoxale situatie Welke opleiding is er nodig?  Hogere kwaliteitseisen  Een opleiding die geen gelijke tred houdt Vrijmaking van de ‘markt’ Welke opleiding is er nodig? Geen analyse van de opleiding zelf Het nieuwe denken over competenties De invulling van kwaliteit Wat er hiervan gerealiseerd wordt

Het nieuwe denken over competenties B Het nieuwe denken over competenties Een paradigmashift Een duidelijke boodschap: ontevredenheid met wat de school voortbrengt

Competentieontwikkelend onderwijs Definitie “De basisgedachte van competentiegericht leren is dat kennis of vaardigheden niet in isolatie moeten worden aangeboden aan leerders. (-) In het begrip competentie zit besloten dat er een relatie tot stand wordt gebracht tussen deze drie elementen van leren: kennis, vaardigheden en praktijk.” (Janse & Koole; Nedermeijer & Pilot 2000)

Competentieontwikkelend onderwijs Niet het leren is het punt, maar wel hoe het geleerde te gebruiken Competentie: een complex geheel

Competentieontwikkelend onderwijs “Hier ligt een terrein dat als parking heringericht moet. Ontwerp een grondplan met markering waarop een maximaal aantal wagens een plaats kunnen vinden.” [een voorbeeld uit het ‘realistisch wiskunde- onderwijs]

Competentieontwikkelend onderwijs Niet het leren is het punt, maar wel hoe het geleerde te gebruiken Competentie: een complex geheel Competenties zijn ‘life skills’ Bloom’s taxonomy ‘revisited’ Het begrip ‘Elders Verworven Competenties’ De multiple intelligenties Het concept impliciet leren en ‘stealth education’

Competentieontwikkelend onderwijs ‘stealth education’ (en bijv. computer games)

Intuïtieve intelligentie als competentie Steve Fossett is er als eerste in geslaagd een non-stop solo ballonvlucht rond de aarde te maken. De meteorologische begeleiding werd verzorgd door twee Belgische weerkundigen van het KMI in Ukkel, Luc Trullemans en David Dehenauw.

Wat is een kwaliteitsvolle kinderopvang? C ZiKo als graadmeter Zelf-evaluatie Instrument voor de Kinderopvang Welke ‘kwaliteit’ moet een begeleider kunnen ‘leveren’?

Drie invalshoeken   CONTEXT OUTPUT Aanpak Doelen PROCES Principes Effect PROCES   WELBEVINDEN BETROKKENHEID

Hoe maken de kinderen het? Welbevinden Betrokkenheid

ZiKo: de schaal voor betrokkenheid Score 1 Het kind vertoont nagenoeg geen activiteit Score 3 Er is de hele tijd activiteit, maar zonder echte concentratie Score 5 Het kind is ononderbroken bezig en gaat sterk op in de activiteit

Betrokkenheid observeren Betrokkenheid aan stuur

Scanning betrokkenheid Scanning procedure Scanning betrokkenheid

ruimte voor initiatief aanbod begeleidersstijl organisatie AANPAKVARIABELEN sfeer en relatie ruimte voor initiatief Welbevinden Betrokkenheid Factoren in het kind Bijzondere omstandigheden

ZiKo: de aanpakfactoren Het aanbod Hoe rijk is de omgeving? De sfeer Heerst er een positief groepsklimaat? De ruimte voor initiatief Over hoeveel vrijheid beschikken kinderen? De begeleiderstijl Hoeveel inlevingsvermogen is er in de omgang met kinderen? De organisatie Is de organisatie afgestemd op het kind?

Efficiënte organisatie

Hoe kwaliteitsvol is de opvang?

Resultaten [1]  hoeveel welbevinden? Gemiddelde 3.61 SCORE AANTAL KINDEREN % L M H Laag 1 1+ 2 82 56 368 1.02 0.70 4.59 6.31 Matig 2+ 3 3+ 404 1568 1535 5.04 19.57 19.16 43.77 Hoog 4 4+ 5 2800 506 692 34.95 6.32 8.64 49.91

Welke norm? 50 % van de kinderen Score 3 4 Gemiddelde = 3.5

Resultaten [2]  hoeveel betrokkenheid? Gemiddelde 3.29 SCORE AANTAL KINDEREN % L M H Laag 1 1+ 2 290 337 1016 3.62 4.21 12.69 20.52 Matig 2+ 3 3+ 464 1382 1343 5.80 17.26 16.78 39.84 Hoog 4 4+ 5 2170 379 624 27.11 4.73 7.80 39.64

Resultaten [3]  variatie in welbevinden Gemiddelde voor welbevinden per voorziening [aantal: 379] 2,0 tot 2,49 2,5 tot 2,99 3,0 tot 3,49 3,5 tot 3,99 4,0 tot 4,49 4,5 en meer Aantal 1 5 50 203 110 10 % 0.26 1.31 13.2 53.6 29.0 2.6 Laag versus Hoog 14.77 % 85.2 %

Resultaten [4]  variatie in betrokkenheid Gemiddelde voor betrokkenheid per voorziening [totaal: 389] 2,0 tot 2,49 2,5 tot 2,99 3,0 tot 3,49 3,5 tot 3,99 4,0 tot 4,49 4,5 en meer Aantal 3 42 120 186 35 % 0.77 10.8 30.8 47.8 9.00 Laag versus Hoog 42.4 57.6

Resultaten [5]  variatie in aanpak Per aanpakfaktor een inschatting -1 +1

Resultaten [6]  variatie in aanpak Aanpakfactoren: som van de scores per gescande groep [aantal: 691] -5 -4 -3 -2 -1 +1 +2 +3 +4 +5 Aantal 6 9 42 56 91 111 105 108 86 54 23 % 0.86 1.30 6.07 8.10 13.0 16.1 15.2 15.6 12.4 7.81 3.3 16 % 45.9 % 39.2 % Legende: -5 = een score -1 voor elk van de 5 factoren -4 = vb. : een score -1 voor 4 factoren en een score 0 voor 1 factor +5= een score +1 voor elk van de 5 factoren

Gestructureerde aanpak Procesgerichte aanpak Veel initiatief van de BG Gestructureerde aanpak Procesgerichte aanpak Weinig initiatief van de kinderen Veel initiatief van de kinderen Verzorgende aanpak ‘Laisser-faire’ Weinig initiatief van de BG

Verzorgende aanpak Vaak lage betrokkenheid Open ruimte, weinig rijke omgeving Aanbod wordt gedoseerd, aangebracht door begeleiding Er wordt ‘opgelet’, weinig stimulerende tussenkomsten naar de kinderen toe

Begeleiderstijl Vingerverf

Gestructureerde aanpak Betrokkenheid is matig Begeleiding stimuleert zeer veel Activiteiten/aanbod wordt door de begeleiding bepaald met het oog op de ontwikkeling van het kind. Het gaat meestal om geleide activiteit Kinderen worden vaak afhankelijk van de begeleiding om nog tot spel te komen.

Laisser-faire aanpak Betrokkenheid is eerder matig Ruimte is vaak leuk, er is heel wat, en gedifferentieerd materiaal aanwezig Vaak en gemis aan structuur en overzicht Begeleiding is meestal op de achtergrond aanwezig en laat de kinderen hun gang gaan

Procesgerichte aanpak Betrokkenheid van de kinderen is eerder hoog De ruimte is rijk en gedifferentieerd ingericht. Het materiaal is toegankelijk voor de kinderen De begeleiding komt geregeld stimulerend tussen, speelt mee, geeft ideeën die het spel verrijken, probeert aan te sluiten bij de interesse van het kind

Begeleiderstijl Fruit op stick

Waarnemingen 100 eerder positief negatief Aanbod 23.47 26.84 Sfeer 20.16 7.24 Initiatief 12.56 14.85 Organisatie 10.13 15.80 Begeleider stijl 33.67 35.28 100

Aanbod Hoekjes? Ja maar, ik bepaal wel wanneer ze open zijn, en zeker niet allemaal tegelijk. We hebben het eens geprobeerd en we merken dat de kinderen nu ‘echt’ spelen. Ermee werken heeft een invloed op de stijl: er wordt nu meer ‘in’ de hoekjes gezeten, en meegespeeld met de kinderen

Initiatief Robbe wil dennennaalden ‘plukken’ en kruipt op een steen om er beter bij te kunnen. De BG maant hem aan om voorzichtig te zijn en waarschuwt hem, maar grijpt niet onmiddellijk in. Pas wanneer ze ziet dat het hem echt niet lukt gaat ze een extra handje helpen.

Organisatie Een verhaaltje lezen doen we met twee: een persoon leest, de andere let op…

Begeleiderstijl Kinderen houden na het drinken de bekers omhoog BG1:Hebben we dat zo geleerd? Zet de bekers terug op tafel. BG2: Ha, ik zie dat jullie gedaan hebben met drinken, geef maar hier, ik zet ze weg. BG3: Jullie mogen de bekers zelf terug op de kar zetten, kijk zo…

Sfeer Een mooie dag buiten: ‘Pin’ roepen twee peuters, wijzend naar de boom. De BG komt kijken: Pim de fantasiekabouter? Nee, Spin op de boom, ontdekt nu ook de BG. Ze vertelt over de spin, en al snel staan er meerdere peuters mee te luisteren

Welke competenties in de opleiding? Vakmanschap & meesterschap Zelfvertrouwen & positief zelfbeeld Een exploratieve ingesteldheid Het perspectief van kinderen kunnen innemen m.b.t. gevoelens m.b.t. motieven m.b.t. percepties en cognities

Stimulerende stijl Lopen met badjes

Welke competenties in de opleiding? Vakmanschap & meesterschap Zelfvertrouwen & positief zelfbeeld Een exploratieve ingesteldheid Het perspectief van kinderen kunnen innemen m.b.t. gevoelens m.b.t. motieven m.b.t. percepties en cognities Communicatievaardigheid Zelfsturing en ondernemingszin Kunnen reflecteren

Hoe de opleiding vormgeven? F Hoe de opleiding vormgeven? Plaats voor het pedagogische in het curriculum Ruimte voor initiatief inbouwen rond haalbare opdrachten m.b.t. het ‘vak’ De werkelijkheid centraal plaatsen in observatie en reflectie Veel investeren in actieve en expressieve communicatie Welbevinden en betrokkenheid als richtsnoer

Slot WAAROM?

Maatschappelijk belang Enorm potentieel Preventie Brain studies Ontwikkelingsdomeinen Zelfvertrouwen en gave emotionele ontwikkeling Sociale competentie Taal en communicatie Begrijpen van de fysische wereld en technologie Zelfsturing en ondernemingszin

Peuters als partners De fluitspelers