Hoofdstuk 8 Onderhandelen

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
SIER-spel Doelen: Leren hoe in een markteconomie de verbanden kunnen liggen tussen een aantal kern-concepten uit de algemene economie; Leren dat het moeilijk.
Advertisements

 (het wordt niet makkelijk…)
Outsourcing 21 augustus 2008 Download op:
Havo 4: Werk Hoofdstuk 1: Werken of vrije tijd
HERHALING Reader Werk.
3. Het sociaal-economisch systeem
Scholing Werkritme krijgen.
Lesbrief Arbeidsmarkt
Productiefactor Arbeid
Havo 4: De arbeidsmarkt Hoofdstuk 3: De strijd om de poen
Maatschappijleer 2 Nadya Karim
gespannen arbeidsmarkt
Markten 1 H3.
Jullie hebben lef... .
Inkomen les 20 Begrippen & opgave 100 t/m Begrippen Collectieve lasten Geheel van belastingen en sociale premies.
Inkomen les 19 Begrippen & 92 t/m 99
Inkomen les 19a Begrippen & 95 t/m Begrippen AKW Algemene Kinderbijslagwet: wet die regelt dat mensen met kinderen tot 18 jaar een uitkering krijgen.
Hoofdstuk 3: De arbeidsvoorwaarden
Havo 4: De arbeidsmarkt Hoofdstuk 2: Loondienst of zelfstandig
Havo 4: De arbeidsmarkt Hoofdstuk 4: Loonvorming in de praktijk
§3.1 Aanbod van arbeid blz. 24 Aanbod van arbeid 1. Aanbod van Werknemers 2. Aanbod van Zelfstandigen 3. Geregistreerde Werklozen Aanbod van arbeid.
Samenvatting Intro Samenvatting:
Paragraaf 1 Kennen: De verschillen tussen de formele en informele sector Verschillen tussen een individuele en een collectieve arbeidsovereenkomst Welke.
Alternatieven beperking Witteveenkader Eddy Haket Stichting van de Arbeid.
Begrippen kennen Collectieve sector = publieke sector
H6 werken Paragraaf 3+4.
Uitleg paragraaf 4.4 Klas: 2M5.
AANBOD ARBEID IS GROTER DAN DE VRAAG NAAR ARBEID
4.4 Is alles goed geregeld? Als je een nieuwe baan hebt dan sluit je een contract af met je nieuwe werkgever. Dit heet een arbeidsovereenkomst. Hierin.
Herhaling Hoofdstuk 1.
De beperkingen van ‘macht’ Cao en rechtspositie. De collectieve arbeidsovereenkomst … … komt tot stand in overleg tussen vertegenwoordigers van werkgevers.
De economische dimensie
Recht H8 Arbeidsovereenkomst Ondernemer.
Aantekeningen Hoofdstuk 1
Lastenverlichting op arbeid: geen gratis lunch Paul de Beer UvA-AIAS & De Burcht.
Loonruimte-overeenkomst Publieke sector Informatie-bijeenkomsten juli 2015.
Aantekeningen hoofdstuk 2. Arbeidsovereenkomst 4.3 Wat moet je doen? Om in Nederland aan het werk te mogen is het verplicht om een arbeidsovereenkomst.
Wet op de Ondernemingsraden (WOR) Drees 1950
Hoofdstuk 3 (1.2 – 12%) De kandidaat kan gegeven een aantal voorbeelden benoemen of deze vallen onder primaire arbeidsvoorwaarden, zoals salaris en vakantiedagen/toeslag,
Samenvatting Lesbrief Werk & Werkloosheid Hoofdstukken 1-3.
Samenvatting Lesbrief Werk & Werkloosheid Hoofdstukken 1-4.
4.1 DE WERKNEMER.
Lesbrief Markt en Overheid
Geen marktmodel, maar een onderhandelingsmodel.
Arbeidsmarkt.
NISZ studiemiddag 10 maart 2017 Recht op scholing
Voorbeeld grafiek arbeidsmarkt
Hoofdstuk 5 De arbeidsmarkt.
Welkom Havo 5..
3.1 PRODUCTIE.
presentaties bij lessenserie Grolleman, G. (2013)
Lesbrief Verdienen en Uitgeven
Welkom Havo 5..
Voorbeeld Weging Indexcijfers 2011 Weging x indexcijfer Voeding
Economische groei Hfst 20 Hfst 26.
Samenvatting Lesbrief Vraag en aanbod
Welkom havo 3..
Welkom Havo 5..
Welkom Havo 5..
Havo 4 Lesbrief Vervoer.
Welkom Havo 5..
Vmbo 2 economie Waarom werken?
Werk, Hoofdstuk 1 en 2: Het aanbod van arbeid
Hoofdstuk 3: Hoe kom je aan werk?
Hoofdstuk 4: Met werk kom je verder.
Levensloop.
H3 Hoe kom je aan werk?.
Inflatie en koopkracht
Maatschappelijke geldhoeveelheid
PERSONEELSBELEID © Dia van Berry Hagendijk.
Transcript van de presentatie:

Hoofdstuk 8 Onderhandelen Economie Integraal Hoofdstuk 8 Onderhandelen

8.1 Welke factoren zijn van invloed op onderhandelingen Onderhandeling: twee of meer partijen proberen tot een gezamenlijke overeenkomst te komen Ze bereiken iets wat zonder onderhandeling niet gelukt zou zijn Voorbeelden: Werknemer – werkgever Vakbonden - werkgeversorganisaties Koper – verkoper Politieke partijen over de vorming van een regering

Onderhandelingsomstandigheden Factoren van belang: Het belang van de partijen: een marktkoopman moet aan het einde van de markt van zijn waren af De grootte van de partijen: wie heeft de marktmacht Mate van samenwerking: hoe groter een partij is, hoe meer marktmacht Mogelijke alternatieven: meer alternatieven is meer marktmacht

Verdeling surplus Bij onderhandelingen gaat het ook om de verdeling van de surplussen Wie “wint” krijgt een groter surplus Nadeel van “winnen” Extra surplus op korte termijn kan ten koste gaan van de lange termijn Voorbeeld Hoger loon → winst werknemer & minder winst werkgever Minder winst werkgever → minder investeringsmogelijkheden → op termijn minder werkgelegenheid

Verzonken kosten en berovingsprobleem Onderhandelen kost tijd en geld Mislukken de onderhandelingen → verzonken kosten Verzonken kosten: kosten van gedane investeringen die bij stoppen van de productie bij opzeggen van de samenwerking niet meer kunnen worden terugverdiend Berovingsprobleem: hiervan is sprake als bij het opzeggen van de samenwerking één partij meer dan de andere partij wordt benadeeld doordat die partij speciale investeringen heeft gedaan De andere partij heeft dan extra macht in handen Ω paragraaf 8.1

8.2 Arbeidsovereenkomst en overheidsingrijpen Individuele arbeidsovereenkomst Een (mondelinge of) schriftelijke afspraak tussen een werkgever en een werknemer waarin de rechten en plichten van beiden staan Arbeidsovereenkomst = afspraken over arbeidsvoorwaarden Primaire arbeidsvoorwaarden: soort werk, loon, werktijden, pensioen- en vakantieregeling Secundaire arbeidsvoorwaarden: reiskostenvergoeding, bedrijfsauto, bedrijfskleding

Vakbonden en werkgeversorganisaties Alleen is het lastig onderhandelen daarom zijn er organisaties opgericht van werknemers en werkgevers: Vakbonden: komen op voor de werknemers Voorbeelden: FNV, CNV, AOb Brancheorganisaties: komen op voor de werkgevers Voorbeelden: VNO-NCW, MKB Nederland, LTO Nederland Probleem werknemers: een lage organisatiegraad Organisatiegraad = hoeveel procent van de werknemers in een bedrijfstak is lid van een vakbond

Stichting van de Arbeid Landelijk overlegorgaan van de centrale organisaties van werkgevers en werknemers = de sociale partners Voeren overleg over arbeidsvoorwaarden en sociaal economische vraagstukken Voorbeelden: pensioenen, scholing, arbeidsverhoudingen, gelijke beloning enzovoort Bestuur overlegt 2x per jaar met de regering: Voor- en Najaarsoverleg Sociaal-economische situatie Vooruitzichten en gevolgen van de beleidsplannen van de regering Centraal Akkoord: centrale afspraken over loonontwikkeling en andere arbeidsvoorwaarden

Collectieve Arbeidsovereenkomst (cao) Afspraken uit het Centraal Akkoord en afspraken binnen de Stichting van de Arbeid vormen de basis voor cao-onderhandelingen Vakbonden en werkgeversorganisaties onderhandelen dan over arbeidsvoorwaarden in hun sector Resultaat is een cao: gemeenschappelijke afspraken die gelden voor de hele bedrijfstak Algemeen verbindend verklaren van een cao: de minister van SZW verplicht alle werknemers en werkgevers in de sector deze cao te volgen (aangesloten of niet maakt niet uit)

Loonbegrippen Bruto contract- / cao-loon Afgesproken beloning voor voltijdwerk inclusief vakantietoeslag en eindejaarsuitkering Nettoloon Brutoloon min loonbelasting, premies volks- en werknemersverzekeringen, pensioen Loonkosten Brutoloon plus premies werkgever: WW, WIA, pensioenbijdrage Wig Verschil tussen nettoloon en de loonkosten Loonkosten per product Totale loonkosten gedeeld door de totale productieomvang of Gemiddelde loonkosten werknemer gedeeld door de gemiddelde arbeidsproductiviteit Incidentele loonstijging Niet in de cao overeengekomen loonstijging: bonus, promotie, ervaringstoeslag Reële loonstijging Koopkrachtstijging van het loon: nominale loon stijgt sterker dan het CPI Prijscompensatie Stijging van het nominale loon gelijk aan het CPI Initiële loonstijging Deel van de loonstijging boven de prijscompensatie Loonruimte Maximale stijging van de lonen zonder dat de winstverhouding verandert

Voorbeelden loonbegrippen - 1 Loonkostenstijging: stijging loonkosten > stijging arbeidsproductiviteit Loonkosten stijgen met 3,02%; Arbeidsproductiviteit stijgt met 1% Formule index loonkosten p.p. = indexcijfer loonkosten p.p. indexcijfer arbeidsproductiviteit x 100 Index loonkosten p.p. 103,02 101 x 100 = 102,18. Loonkosten stijgen met 2,18% Reële loonstijging (koopkrachtstijging): stijging loon > stijging CPI Loonstijging is 2,4%; CPI is 1,5% Formule reëel loon = indexcijfer nominaal inkomen prijsindexcijfer x 100 Indexcijfer reëel loon 102,4 101,5 x 100 = 100,9. Reële loon stijgt met 0,9%

Voorbeelden loonbegrippen - 2 Loonkostenstijging: loonkostenstijging <= stijging loon & arbeidsproductiviteit (winstverhouding verandert niet) Verkoopprijzen stijgen met 0,8%; Arbeidsproductiviteit stijgt met 1,5% Formule index loonruimte = indexcijfer verkoopprijzen x indexcijfer arbeidsproductiviteit 100 Index loonkosten p.p. 100,8 x 101,5 100 = 102,3. Loonruimte is 2,3% Initiële loonstijging Loonstijging is 2,4%; CPI is 1,5% Initiële loonstijging is 2,4% - 1,5% = 0,9%

Argumenten loononderhandelingen Prijscompensatie Handhaving koopkracht Stijging arbeidsproductiviteit Werknemers willen profiteren van een gestegen arbeidsproductiviteit Ruime of krappe arbeidsmarkt Ruim: veel aanbod van arbeid, weinig vraag Krap: weinig aanbod van arbeid, veel vraag Kennis en vaardigheden werknemers Scholing wordt belangrijker Overheidsbeleid Meer loonbelasting en premies = hogere looneisen Hoogte van het minimumloon Ω paragraaf 8.2

8.3 Gevangenendilemma bij loononderhandelingen Belangen werknemers en werkgevers bij onderhandelingen Te lage lonen: werknemers zijn minder gemotiveerd, arbeidsproductiviteit daalt Te hoge lonen: werkgevers gaan diepte-investeringen doen (arbeid wordt vervangen door machines)

Voorbeeld cao-onderhandeling - 1 Gegevens: CPI stijgt met 2% Arbeidsproductiviteit stijgt met 3% Loonruimte: (102 x 103) / 100 = 105,1 → loonruimte is 5,1% Mogelijke uitkomsten:

Voorbeeld cao-onderhandeling - 2 Problemen: Laag loonbod = koopkrachtdaling werknemers Minder motivatie, werkonderbreking, staking Verwachte stijging arbeidsproductiviteit komt niet uit Hoge looneis = daling winst Diepte-investering Ontslagen Beste resultaat zou zijn: loonruimte delen (ieder +2,5%)

Voorbeeld cao-onderhandeling - 3 Dominante strategie

Zelfbinding Zelfbinding: je geeft openlijk toe op je eigenbelang en daarmee probeer je het gedrag van de andere partij te beïnvloeden, met als doel het behalen van eigen voordeel Je stelt gemeenschappelijk belang boven eigen belang Vertrouwen is belangrijk evenals reputatie of betrouwbaarheid Cao's moeten nagekomen worden; rechter kan afdwingen Ω paragraaf 8.3

8.4 Loonstarheid op de arbeidsmarkt Arbeidsmarkt (abstract): totale vraag naar en aanbod van arbeid Vraag: werkgevers Aanbod: werknemers Arbeidsmarkt = geen markt van Volkomen Concurrentie Arbeid is heterogeen; timmerman-chirurg, kennis-ervaring-vaardigheden Markt is niet transparant: omvang en kwaliteit, functies niet hetzelfde Arbeidsmarkt is geen vrije markt: wet (minimumloon), cao, ontslagrecht

Effect minimumloon Evenwichtsloon = € 8 Vraag en aanbod in evenwicht: 4 miljoen personen Minimumloon = € 9 Vraag = 3,75 miljoen personen Aanbod = 4,5 miljoen personen → werkloosheid 750.000 personen

Loonstarheid Op korte termijn zijn lonen star Ze reageren niet/traag op veranderende marktomstandigheden Redenen: Wettelijk minimumloon Cao-contracten Gevolg: Lonen passen zich niet automatisch aan als vraag/aanbod op de arbeidsmarkt verandert

Effecten loonstarheid Economische teruggang Ω paragraaf 8.4 Economische opleving