Nederlands 1.1h. Je kunt informatie opzoeken

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Delf examen B1.
Advertisements

Tips voor een goede PowerPointpresentatie
Zakelijk telefoneren Niveau 2 Kerntaak 2.
Luisteren, hoe hoort het eigenlijk?
University of Cambridge & Titus Brandsmalyceum Oss PRESENT
Zakelijk Schrijven II college 1, week 1
Boekverslagen analyseren met het referentiekader taal
Didactiek procesgerichte aanpak
Schrijven in passende stijl
Wat moet je wel en wat moet je niet doen?!?
Overdragen van de Informatica Peter de Waal Periode 4, 2009/2010.
Noor Klinkenberg 7 april 2011
Welkom Examinering Taal & Rekenen Gerard Straathof
Al doende leren training docenten
Wanneer én hoe moet uw leerling aan de reken- en taleneisen voldoen?
Nederlands Gymnasium Centraal examen 2011.
Clusteroverleg groen ’11
Nieuw Nederlands 4e editie
AMARANTIS EXAMEN Medewerker Marketing Communicatie.
Van raamwerk naar referentiekader, wat betekent dat in de praktijk?
Ouderavond De Kameleon 15 april 2014
Een leesstrategie: toepassing
Overdragen van de Informatica Jurriaan Hage, Silja Renooij Periode 2, 2009/2010.
Geïntegreerd werken met de vaardigheden voorbeelden.
Overdragen van Informatica-onderzoek Gerard Tel Blok 4, 2007/8.
Overdragen van de Informatica Peter de Waal Blok 2, 2007.
Het vak Frans in 4 en 5 havo Un choix pour l’avenir.
Wie ben ik? Zoë Kol juf van groep 5 en 6.
Pourquoi apprendre le français?
Het beoordelingscriterium ‘taalvaardigheid’   Anne Kerkhoff, FLOT Petra Lambrichs, OSO.
Welkom bij de Week van het Succes! Workshop Elevator pitch
Je sectorwerkstuk presenteren
Mark Manders. Oriënteren & Categoriseren Consensus Verdelen begrippen Werkgroepen maken Uitleg opdracht Vandaag.
Lezen en schrijven: 1+1=3 Conferentie Begrijpend Lezen 7 maart 2012 Eindhoven Paul de Maat.
Zwijsen. Echt anders … volledige les in leerlingmateriaal 3 organisatievormen mogelijk keuze leerkracht: zelfstandig of samen een verantwoord compacte.
1 van 22 Hoofdstuk 5 Geletterdheid: lezen. 2 van 22 Achtergrondkennis Kennis over lezen: o kennis van de wereld o kennis van de taal:  orthografische.
Emine Osmanoglou  Examen spreken is een PPP  Het mondeling examen wordt opgenomen met een voice-recorder.
Uitleg Examen Gesprekken voeren Emine Osmanoglou.
1 van 22 Nederlands naar perfectie Workshop Schrijven naar perfectie BVNT2-conferentie Emily Palmer 21 mei 2016.
Thema 4: Begeleiding van leerlingen met dyslexie Vakinhoudelijke begeleiding Nederlands.
Thema 4: Begeleiden van leerlingen met dyslexie Vakinhoudelijke begeleiding Moderne vreemde talen.
1 van 8 Hoofdstuk 7 Taalbeschouwing. 2 van 8 Wat is taalbeschouwing? Taalbeschouwing als vijfde domein naast lezen, schrijven, luisteren, spreken Taalbeschouwing.
Groep 4 Begrijpend lezen lezen
Groep 7 Begrijpend lezen lezen
Luisteren en begrijpen
Groep 8 Begrijpend lezen lezen
Groep 5 Begrijpend lezen lezen
Hoe de onderwijspraktijk aansluit op schoolse taalleerbehoeften
GEDOCUMENTEERD SCHRIJVEN Revisited
Informatieavond groep 5
De Geleide samenvatting
Workshop academisch schrijven
Geïntegreerd werken met de vaardigheden
Instructie geven en uitvoeren
Les 1 Doelgroep: mbo niveau 4 – taalreferentieniveau 3F Docent: Anja Vergeer-Negenman Nederlands leesvaardigheid.
Vwo 6 – literatuur Week
Spreken en gesprekken 2.2 en 2.3 Schrijven 1.5 en 1.6 Grammatica 3.3
PowerPoint Taal Bijeenkomst 3: Doelen selecteren en vastleggen
Verhalen lezen op drie alfabetiseringsniveaus
Spreken en gesprekken 4.1 en 4.2 Formuleren en stijl 3.3
ERK Writing.
Les 1: - Schrijven Spreken en gesprekken
PowerPoint Taal Bijeenkomst 3: Doelen selecteren en vastleggen
Hoofdstuk 1 Taal en taalonderwijs
Succescriteria voor Spreekvaardigheid
Engels Compenseren strategieën Compenserende strategieën
Belangrijke begrippen ‘Lezen’
DRIE pilaren van Een gebruikersgerichte website
Frans Interactie-strategieën Interactie
Pers, pr en tekst schrijven
Transcript van de presentatie:

Nederlands 1.1h. Je kunt informatie opzoeken 3.1h Je kunt grammaticaal correcte zinnen formuleren 1.1g. Je kunt teksten samenvatten 2.1g Je kunt een gesprek vloeiend, verstaanbaar en gramm. correct voeren 2.3g Je kunt een heldere presentatie geven als het gaat om volume, tempo en intonatie 3.1g Je kunt een tekst schrijven met voldoende variatie in woordgebruik 1.1f. Je kunt teksten evalueren 2.1f Je kunt voldoende variatie in woordgebruik hanteren tijdens een gesprek 2.2f Je kunt het luisterfragment samenvatten 2.3f Je kunt een presentatie geven met voldoende variatie in woordgebruik 3.1f Je kunt een tekst afstemmen op een vooraf bepaald publiek 1.1e. Je kunt teksten interpreteren 2.1e Je kunt je uitingen in een gesprek afstemmen op je gesprekspartner(s) 2.2e Je kunt het luisterfragment evalueren 2.3e Je kunt je monoloog afstemmen op het publiek 3.1e Je kunt een tekst afstemmen op een vooraf gekozen doel 1.1d. Je kunt teksten begrijpen 1.2d Je kunt literaire teksten evalueren 2.1d Je kunt je gesprek afstemmen op een doel 2.2d Je kunt het luisterfragment interpreteren 2.3d Je kunt je monoloog afstemmen op een doel 3.1d Je kunt de leesbaarheid van je tekst bevorderen door middel van lay out 1.1c Je kunt de betekenis van onbekende woorden achterhalen 1.2c Je kunt literaire teksten interpreteren 2.1c Je kunt bijdragen aan de samenhang van een gesprek 2.2c Je kunt luisterfragmenten begrijpen 2.3c Je kunt samenhang aanbrengen in je monoloog 3.1c Je kunt een samenhangende tekst schrijven 1.1b Je kunt infor- matieve, instructieve en betogende teksten lezen 1.2b Je kunt verschillende literaire teksten begrijpen 2.1b kunt deelnemen aan discussie en overleg of informatieuitwisseling 2.2b Je kunt verschillende luister-taken uitvoeren 2.3b Je kunt verschillende soorten monologen houden 3.1b Je kunt verschillende schrijftaken uitvoeren 4.1b Je kunt in een tekst spellingregels en leestekens toepassen 1.1a Je kunt zakelijke teksten lezen over verschillende onderwerpen 1.2a Je kunt fictie lezen 2.1a Je kunt een gesprek voeren dat qua inhoud past bij je niveau 2.2a Je kunt luisteren naar fragmenten over verschillende onderwerpen 2.3a Je kunt een monoloog houden die qua inhoud past bij je niveau 3.1a Je kunt teksten schrijven die qua inhoud passen bij je niveau 4.1a Je kunt verschillen-de begrippen uit het domein taalbeschouw- ing correct gebruiken 1. Leesvaardigheid Zakelijke teksten 1. Leesvaardigheid Fictie en literatuur 2. Mondelinge taalvaardigheid Gesprekken 2. Mondelinge taalvaardigheid Luisteren 2. Mondelinge taalvaardigheid Spreken 3. Schrijfvaardigheid Schrijven 4. Taalbeschouwing en taalverzorging Nederlands