Medicatie Auteur: M.Verschure 2019.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Geneesmiddelgebruik bij senioren
Advertisements

Slik geen medicatiefouten
WAT KOST FARMACEUTISCHE ZORG IN UW APOTHEEK?
Verbeteringen in de farmacotherapie keten.
Uw apotheek. Voor betrouwbare zorg dichtbij
Vervolgbijeenkomst 2 Procesfasering bij Leren Leren.
Raamovereenkomst Delegatie Voorbehouden Handelingen
Cardiothoracale Chirurgie UMC Utrecht
Competentie 1, 3, 15 en 16 Wetten, Regels en Overeenkomsten
Vraag 1) juist/onjuist. De plichten van de patiënt:
Medicijnen.
Voorschrift op stofnaam en substitutie
Les 2:Vriendschap, relatie en seksualiteit
Intramusculair injecteren
Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek 7 MadeleineMeurs
De Rode Knop van Viattence
Social work Week 2.
Van recept naar medicijn
Verantwoord gebruik van diergeneesmiddelen
VPH Les 2.
VPH Les 3.
Wijs met medicijnen Voor ouderen die verschillende medicijnen tegelijk gebruiken.
Verpleegkundig rekenen
Landelijke infrastructuur eenduidige inhalatie instructies
Doseren van antibiotica bij ouderen Dr. R ter Heine, ziekenhuisapotheker-klinisch farmacoloog.
Gasunie is een van de grootste gasinfrastructuurbedrijven in Europa. Veiligheid heeft binnen Gasunie de hoogste prioriteit; het vormt de basis van onze.
Gasunie is een van de grootste gasinfrastructuurbedrijven in Europa. Veiligheid heeft binnen Gasunie de hoogste prioriteit; het vormt de basis van onze.
Regionale bijeenkomst beroepsregistratie 20 juni – 30 juni Magteld Beun en Berry Tijhuis.
Calamiteiten WMO en Casus Haagse Praat - 19 april 2016 PROTOCOL Meldingen Calamiteiten WMO: Een casus.
Dierproeven. Leg dat maar eens uit!. Inhoud -dierproeven en alternatieven -proefdieren -wetgeving en controle -de mens achter de dierproef -vragen.
VHP Les 10.
Maatschappelijke zorg 2
Wet meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling
UW APOTHEEK VOOR BETROUWBARE ZORG DICHTBIJ
Dierproeven. Leg dat maar eens uit!
Toedieningswegen medicatie
Hoofdstuk 9 M&O + in groepjes Havo3 iPad.
Fouten en alledaags leiderschap
Toedieningswegen en toedieningsvormen
Ouderen en medicijnen 75-plussers gebruiken ruim 5 x meer medicijnen dan een gemiddelde Nederlander.
VTH1 (verpleegtechnisch handelen) VP16T
Hoofdstuk 3. Werking, dosering en vergoeding
Hoofdstuk 2. Doel en gebruik
Project geneesmiddelenkennis doktersassistentenopleiding
INJECTEREN.
Ledenbijeenkomst 13 februari
Medicijnen.
Ketenpartners in de care
Intramusculair injecteren
Toezicht ACM op de geboortezorg
Ouderen en medicijnen 75-plussers gebruiken ruim 5 x meer medicijnen dan een gemiddelde Nederlander.
Dierproeven. Leg dat maar eens uit!
Toolbox Oogincidenten
Geneesmiddelen.
  Verzorging van ouderen in de thuissituatie. Waar lopen wij als verpleegkundige tegenaan?
Dementie Wetgeving WGBO en BOPZ.
Praktijktoets Eind LP 1 VP17U.
Gasunie is een van de grootste gasinfrastructuurbedrijven in Europa
Keuzedelen Opleiding doktersassistent
Inleiding geneesmiddelenkennis
Toedieningswegen medicatie
INJECTEREN.
VPH Les 1.
Ouderen en medicijnen 75-plussers gebruiken ruim 5 x meer medicijnen dan een gemiddelde Nederlander.
VPH Les 2 medicate.
Anatomie en Fysiologie
LEER BRIDGE MET BERRY WESTRA DEEL 3
Polyfarmacie.
Gasunie is een van de grootste gasinfrastructuurbedrijven in Europa
Gasunie is een van de grootste gasinfrastructuurbedrijven in Europa
Transcript van de presentatie:

Medicatie Auteur: M.Verschure 2019

Waar sta je? Welk cijfer geven medewerkers zich nu voor hun kennis omtrent medicatie?

Aftekenen en dubbel-check? Bekwaam / Bevoegd Oplossen & malen? Uitleg medicatie Inventariseren waar nog meer behoefte aan is?

Doelen van de scholing: Medewerkers zijn op de hoogte van: Verantwoordelijkheid Basis medicatie Malen/oplossen van medicatie? Toedieningsvormen Medicatie vergeten & inhalen? Juiste bronnen Aftekenen dubbelcheck? Casus Brainstrom sessie Inventariseren waar nog meer behoefte aan is?

Verantwoordelijkheid: Wie mag wat doen en hoe zit het met de verantwoordelijkheid? Iemand is bevoegd voor het uitvoeren van een handeling als hij/zij daartoe bekwaam is. Bekwaamheid: Het hebben van de juiste competenties voor de taak/handeling; dat wil zeggen de juiste kennis, vaardigheden en professionele houding Bevoegdheid is het bezitten van toestemming om een handeling te mogen verrichten Bekwaamheid is de basis voor alle geboden zorg door professionals. De zorgmedewerker behoort voor zichzelf na te gaan: ben ik bekwaam voor deze specifieke handeling bij deze specifieke zorgvrager? De zorginstelling behoort na te gaan: is deze zorgmedewerker wel bekwaam om deze handeling bij deze zorgvrager in deze situatie uit te voeren. Belangrijk uitgangspunt in de zorg, vanuit de wet BIG is: onbekwaam maakt onbevoegd. Bron: V&VN Leidraad bekwaamheid bij medicatie geven en Vilans Protocol Medicatieveiligheid

Verantwoordelijkheid: Filmpje: Medicatieveiligheid Bron: https://www.zorgvoorbeter.nl/nieuws/veilig-medicatie-toedienen-ouderen-instructievideo

Verantwoordelijkheid: Protocol Vilans: Toedienen van medicatie – Medicatieveiligheid Richtlijn V&VN: Bekwaamheid bij medicatie geven Voert taken uit volgens voorschrift en medicijnbeleid Weet wat je doet Weet wat je geeft Weet waar je op moet letten Deskundigheid Wie mag wat doen en hoe zit het met de verantwoordelijkheid. In principe geldt dat iemand bevoegd is voor het uitvoeren van een handeling als hij/zij daartoe bekwaam is. Van belang is dat als je taken uitvoert met betrekking tot medicijnbeleid dat je weet wat je doet, weet wat je geeft en weet waar je op moet letten. Bron: Vilans protocol Medicatieveiligheid De verantwoordelijkheid van het toedienen van medicatie. Als zorgverleners behoren medewerkers van OpenDoor zich aan de (vilans)protocollen te houden. Dat protocol zegt o.a.: “verzorgende* dient rekening te houden met een duidelijke verslechtering van de cliënt of andere omstandigheden”. *Waar verzorgende staat kan ook hulpverlener staan. Dus bijv. insuline? Waanneer geef je dit wel en wanneer niet? Jullie verantwoordelijkheid.

Verantwoordelijkheid: Een zorgmedewerker die bekwaam is in medicatie geven, heeft: voldoende kennis over de werking van medicijnen, het ziektebeeld van de zorgvrager, het medicatieproces en medicatieproblemen, zoals bijwerkingen en complicaties voldoende vaardigheden om medicatie in verschillende toedieningsvormen te geven, en problemen met medicijngebruik te signaleren en op te lossen of over te dragen de juiste professionele houding (o.a. communicatievaardigheden) om medicatie te geven Dus bijv. insuline? Waanneer geef je dit wel en wanneer niet? Jullie verantwoordelijkheid. Bekwaamheid voor het druppelen van de ogen bijvoorbeeld, houdt daarom in dat de zorgmedewerker: weet waarvoor de cliënt de oogdruppels krijgt, wat de risico’s zijn en bij welke signalen ze in moet grijpen het oogdruppelen goed (volgens protocol/richtlijn) kan uitvoeren goed afstemt met de cliënt, dat wil zeggen de cliënt instrueert, motiveert en goed observeert tijdens de handeling, en de handeling op adequate wijze rapporteert Bron: V&VN Leidraad bekwaamheid bij medicatie geven

Taken vanuit protocol: 5 j’s Juiste Client Juiste Medicijn Juiste Datum & Tijd Juiste Hoeveelheid & Dosering Juiste Toedieningswijze Beheer medicatie (bestellen & opbergen) Registreren en dubbekcheck Kennis bijhouden Melding maken Manier van melden? MIP/MIC? Opiaten? > Andere regels! Beheer van medicijnen Hier ligt een taak indien de cliënt niet in staat is om er zelf voor te zorgen dat er voldoende medicijnen in voorraad zijn. In het cliëntdossier wordt vastgelegd wie verantwoordelijk is voor het beheer van de voorraden. Hieronder vallen de volgende taken: „ bestellen van medicijnen. Als het nodig is dat de zorgorganisatie dit overneemt van de cliënt worden hier afspraken over gemaakt met de huisarts en de apotheker. „ veilig opbergen van de medicijnen. Als het nodig is dat de zorgorganisatie dit overneemt van de cliënt, bijvoorbeeld omdat de cliënt verward is, wordt samen met de mantelzorg naar een passende en veilige oplossing gezocht waarbij het uitgangspunt is dat de medicijnen in het huis van de cliënt of de mantelzorg worden bewaard. Wanneer een zorgmedewerker hiervoor verantwoordelijk is dient aandacht te zijn voor o.a.: – voldoende voorraad; – veilige bewaarplaats; – droge bewaarplaats; – de temperatuur waarbij de medicatie bewaard dient te worden (bijv. controle temperatuur koelkast); – retourneren van medicatie die niet gebruikt wordt.

Basis medicatie Farmacokinetiek: Absorptie Distributie Metabolisme Wat het lichaam doet met geneesmiddelen → farmacokinetiek Hoe geneesmiddelen werken op het lichaam → farmacodynamiek Farmacokinetiek: Absorptie Distributie Metabolisme Eliminatie Zijn deze begrippen bekend?

Basis medicatie Farmacokinetiek: Absorptie: opname in het lichaam Wat het lichaam doet met geneesmiddelen → farmacokinetiek Hoe geneesmiddelen werken op het lichaam → farmacodynamiek Farmacokinetiek: Absorptie: opname in het lichaam Distributie: verdeling in het lichaam Metabolisme: omzetting in het lichaam Eliminatie: uitscheiding uit het lichaam Absorptie beschrijft hoe een geneesmiddel opgenomen wordt in de bloedbaan Biologische beschikbaarheid: % van het toegediende geneesmiddel dat de circulatie bereikt Afhankelijk van o.a.: Eigenschappen geneesmiddel (oplosbaarheid) Gnm. genomen met eten of nuchter Interactie met andere geneesmiddelen (welke?) Toedieningsroute Hoe bij ouderen? Distributie: hoe verdeelt het geneesmiddel zich over het lichaam Distributie wordt uitgedrukt in verdelingsvolume (Vd) Verdeling in het lichaam afhankelijk van: Soort geneesmiddel (waterminnend, vetminnend) Hvh. vocht in lichaam “Waterige” weefsels: bloed en spieren Vettige weefsels: onderhuids vetweefsel Verdelingsvolume is verschillend bij: Leeftijd Ziekte (bijvoorbeeld IC patiënten!) Vuistregel Verdelingsvolume: Waterminnende geneesmiddelen hebben een klein verdelingsvolume (bijvoorbeeld LMWH’s, NOACs) Vetminnende geneesmiddelen hebben een groot verdelingsvolume (benzodiazepines, neuroleptica) (verdelingsvolume= verhouding tussen de hoeveelheid geneesmiddel in het lichaam en de plasmaconcentratie (in l of l/kg) bro; FCK) Metabolisme: hoe zet het lichaam een geneesmiddel om Chemische omzetting in het lichaam (biotransformatie) naar wateroplosbare metabolieten Voornamelijk in de lever (chemische fabriek v.h. lichaam!) door leverenzymen (Cytochroom P450 of CYPs) Afhankelijk van genetische variatie: Snelle omzetters: lage bloedspiegel, ↓ effect Gewone omzetters: gemiddelde bloedspiegel, = effect Trage omzetters: hoge bloedspiegel, ↑ effect Excretie: de hoeveelheid geneesmiddel per tijdseenheid dat door het lichaam uitgescheiden wordt De mate van excretie wordt uitgedrukt in klaring (Cl) en halfwaardetijd (t½) = Maat voor de verblijfsduur van een werkzame stof in het lichaam. Excretie afhankelijk van: Leeftijd (neemt af bij ouder worden) Nierfunctie(stoornis) Leverfunctie Uitscheiding voornamelijk via nieren

Absorptie bij orale medicatie: Absorptie is afhankelijk van samenstelling van de tablet: Plaats waar het medicijn uiteen valt (mond, maag, duodenum, dunne darm). Bruistablet Smelttablet Gecoate/ filmomhulde of on-gecoate tabletten Capluses (dragee’s) Let bij malen op het volgende: - Of je een tablet mag vermalen of een capsule mag openbreken moet de arts (of de apotheker) bepalen. De afspraken over het malen van medicijnen schrijft de arts op het recept en de apotheker legt dit vast op de toedienlijst. Maal dus nooit een tablet zonder schriftelijke opdracht van de arts. - Beperk malen zoveel mogelijk, vraag de arts of apotheker naar een alternatief middel of toedieningsvorm. Diverse medicijnen zijn ook beschikbaar als drankje. - Vraag de apotheker zo nodig om uitleg en instructie. Kies in overleg met de apotheek een half-vaste voeding voor de toediening van fijngemalen tabletten wanneer inname met water niet mogelijk is. Sommige medicijnen mogen bijvoorbeeld niet met zuivelproducten ingenomen worden. Leg vast waarin je een vermalen medicijn mag toedienen en houd hierbij ook rekening met de smaakvoorkeur van de cliënt. - Als je een medicijn mag vermalen en je mengt het bijvoorbeeld met appelmoes, doe dit dan met één eetlepel. Als de cliënt niet het hele bakje appelmoes opeet, weet je immers niet hoeveel er van het medicijn is ingenomen.

Medicijnen malen? ‘Plet nooit pillen’, zeggen apothekers bij KNMP, branche- en beroepsorganisatie voor apothekers. Er gaat altijd een deel van de werkzame stof verloren. Risico inademen van deeltjes van het geneesmiddel, kan antibioticaresistentie in de hand werken. Niet alle pillen kunnen vermalen worden. Dat is de theorie……. ‘Sommige cliënten kunnen niet goed slikken. Of je een tablet mag vermalen of een capsule mag openbreken moet de arts (of de apotheker) bepalen. Neem hier zelf geen beslissing over, want het is niet altijd toegestaan. Sommige tabletten hebben een speciale buitenlaag om te voorkomen dat ze in de maag uiteenvallen. Als je deze fijnmaalt, worden werkzame stoffen sneller opgenomen dan de bedoeling is. Risico's bij malen van medicijnen - verminderde beschermende werking van het medicijn - veranderde werking van het medicijn - verontreiniging door niet goed schoonmaken hulpmiddelen - kans op verwisselen van medicijnen - interacties met voedingsmiddelen en andere medicijnen - gevaren voor maler zelf (bijvoorbeeld huidcontact met medicijnen) - het veranderen van smaak van voeding met bijbehorende risico’s Bron: Vilans Protocol “Malen van Medicatie”

Medicijnen malen? Let bij malen op het volgende: Beperk malen zoveel mogelijk, vraag de arts of apotheker (ouders) naar een alternatief middel of toedieningsvorm. Ga na bij apotheker of arts of medicijn opgelost/vermalen kan worden. Afspraak betreft oplossen/malen bij voorkeur op de toedienlijst noteren.  Als je een medicijn mag vermalen en je mengt het bijvoorbeeld met appelmoes, doe dit dan met één eetlepel. Reinig tabletvergruizer na gebruik Meng nooit verschillende gemalen medicatie, geeft veelal interactie. ‘Breukstreep’ wil niet automatisch zeggen dat tablet opgelost mag worden.

Medicijnen met gereguleerde/vertraagde afgifte Je herkent een geneesmiddel met gereguleerde afgifte aan de afkortingen achter de naam, zoals:  ChronoCR = controlled release Diff = diffucaps Dur = durettes FAS = facilitated absorption system HBS = hydrodynamic balanced system LA = long acting OROS = oral resorption osmotic system Per longettes PL = pro longatum Retard SA = slow action UNI•UNO = gewijzigde vrijgifte, slechts 1 inname per dag ZOK = zero order kinetic XR = extended release Preparaten met een gereguleerde afgifte zijn medicijnen die gedurende de hele dag geneesmiddel afgeven (vertraagde afgifte). Door deze geneesmiddelen te verpulveren, vernietig je het mechanisme dat verantwoordelijk is voor de gereguleerde werking. Het vrijkomen van de volledige hoeveelheid actief bestanddeel in één keer (dose dumping) verhoogt het risico op ongewenste effecten. Met mogelijk ernstige gevolgen, zoals bij de bètablokker metoprolol, waarbij een gevaarlijk lage bloeddruk kan ontstaan. Let op: deze regel geldt niet omgekeerd. Zie je geen van bovenstaande afkortingen, dan toch kan een middel vertraagde afgifte hebben. Voor meer informatie over het vermalen van medicatie kijk je op www.pletmedicatie.be en oralia.nl (inloggen vereist). Op http://oralia.nl/informatie/vormen_van_orale_geneesmiddelen/ vind je nog meer afkortingen die een gereguleerde afgifte aanduiden.

https://www.venvn.nl/Artikelen/ID/1175/Handig-zakkaartje-over-vermalen-medicatie

Wijze van toedienen: Oraal / per os (p.o.) per sonde (p.s.) Rectaal / supp (suppositorium) Vaginaal Sublinguaal / s.l (Trans)dermaal Oor een oogdruppels Nasaal Inhalatie / aerosol Injectie’s (s.c., i.m., i.v., i.o.) Via welke weg is de snelste opname? = Mede afhankelijk van medicatie en toestand van maagdarmstelsel/slijmvliezen. Datum van opnemen van belang? Waarom en op welke manier gaan medewerkers er nu mee om?

Medicatie vergeten & inhalen? Hoe wordt er nu mee omgegaan? Melding van maken Inhalen mogelijk? > CHECKEN Via welke weg is de snelste opname? = Mede afhankelijk van medicatie en toestand van maagdarmstelsel/slijmvliezen. Datum van opnemen van belang? Waarom en op welke manier gaan medewerkers er nu mee om?

Juiste bronnen? Info over medicatie zelf: Apotheek.nl Farmacotherauptisch Kompas (FK) Info over toedienen, klaarmaken, etc: Vilans Protocollen Zorg voor Beter Inventariseren welke bronnen er worden geraadpleegd? Toelichting op ZorgvoorBeter: Het kennisplein Zorg voor Beter is sinds juni 2012 online. Het Kennisplein komt voort uit het Programma Zorg voor Beter, een tijdelijk stimuleringsprogramma waarbinnen zorginstellingen tussen 2005 en 2011 bijna 300 verbetertrajecten voor de langdurende zorg uitvoerden. Organisaties konden binnen dit programma ook subsidie krijgen. Het programma was een initiatief van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), onder regie van ZonMw. Het kennisplein Zorg voor Beter maakt de kennis die binnen deze verbetertrajecten is ontwikkeld toegankelijk voor andere zorgorganisaties.

Aftekenen en dubbelcheck: Huidige stand van zaken? + beschrijf wat er goed gaan - geef aan wat er minder goed gaat > geef aan op welke manier je het anders zou zien Post its uitdelen en op white board/flapover de 2 thema’s schrijven. Medewerkers + en – laten geven over wat ze goed vinden gaan bij het aftekenen en het dubbelchecken van medicatie. En > wat&op welke manier er verbeterd kan worden. +, - en > clusteren en nabespreken.

Aftekenen en dubbelcheck: Paraferen en dubbel paraferen Dubbelcheck bij bepaalde medicijnen Dubbelcheck lijst Bron KNMP, ook te gebruiken voor naslag. ‘Antwoord op vragen dubbelcheck’ ZvB Nu de theorie….. Als zorgverleners behoren medewerkers van OpenDoor zich aan de (vilans)protocollen te houden. Per 1 juni 2013 is in de G-Standaard het bijzonder kenmerk DUBBEL PARAFEREN opgenomen. Het Bijzonder Kenmerk ‘Dubbel paraferen’ bevat de geneesmiddelen die op de dubbel controlerenlijst staan en ondersteunt stap 5: ‘Toedienen en registreren’ van de Veilige principes. Op de toedienlijst wordt dan de melding geprint dat er ‘dubbel geparafeerd’ moet worden. Geneesmiddelen die niet in GDS-verpakking zitten ('losse medicatie') moeten in beginsel door de zorgmedewerker bij het toedienen wél dubbel gecontroleerd worden. Om het werkbaar te houden, en omdat er verschil is in mate van risico, heeft IGJ gesteld dat dubbele controle bij losse medicatie door de zorgmedewerker nodig is, tenzij de medicatie naar het oordeel van de apotheker een acceptabel gering risico vormt bij verkeerde dosering. Het is dus van belang om te weten welke losse medicatie risicovol is bij verkeerde dosering. De KNMP heeft een lijst samengesteld van geneesmiddelen die in aanmerking komen voor dubbele controle. Het Platform medicatieveiligheid care stelt deze lijst ter beschikking. De bedoeling is dat in de lokale situatie afspraken worden gemaakt tussen apotheker en zorgorganisatie over de geneesmiddelen die dubbel worden gecontroleerd. De ‘dubbel controleren-lijst’ is bedoeld om dit overleg te faciliteren. In de ‘Veilige principes in de medicatieketen’ van het Platform medicatieveiligheid care wordt verwezen naar deze lijst. Op de lijst staan geneesmiddelen met een smalle therapeutische breedte, orale oncoly Bron: KNMP. De KNMP-richtlijnen bevatten aanbevelingen voor het verlenen van farmaceutische zorg en beschrijvingen van de randvoorwaarden die nodig zijn om goede zorg te verlenen. De richtlijnen zijn onderdeel van de Professionele Standaard Farmaceutische Zorg. Daarnaast is de KNMP betrokken bij de totstandkoming van verschillende multidisciplinaire richtlijnen. Dit kader legt de relatie van de richtlijnen met de Nederlandse wetgeving uit. Ook staat in dit document de betekenis van de richtlijnen in relatie tot de patiënt, de zorgverzekeraar en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ).

Taken vanuit protocol: Vilans Protocol Medicatieveiligheid 5 j’s Juiste Client Juiste Medicijn Juiste Datum & Tijd Juiste Hoeveelheid & Dosering Juiste Toedieningswijze Beheer medicatie (bestellen & opbergen) Registreren en dubbekcheck Kennis bijhouden Melding maken Nogmaals taken vanuit het protocol, heeft iedereen er een beeld bij?

Casuïstiek F. is een logee bij ons. Ze krijgt 5 druppels Dipiperon. Nu vinden ouders haar gedrag nog al boos en dwars en opstandig. Bij OD merken we er niks van, van dat gedrag. Ouders komen haar op vrijdag middag brengen om te logeren voor het weekend. En ze vertellen hun twijfels. Aan een collega dragen ze over en zeggen ze doe maar 6 of 7 druppels voortaan. Wat doen wij? De slaapdienst gaat de medicatie uit zetten voor de volgende dag en ontdekt bij Y. dat er nog een klein zakje Depakine in zit. Dat zou betekenen dat Y. 2 kleine zakjes i.p.v. 3 zakjes Depakine heeft gekregen. En dus 700 mg i.p.v. 800 mg Depakine. Wat moet je doen? Hoe los je dit op? De slaapdienst zet de medicatie uit voor de volgende dag. Dit doe je alleen. De volgende ochtend kan het zijn dat je collega iemand die medicatie geeft. Hoe weet diegene dat hij/zij het goede geeft? Wat is hierin je verplichting? Afhankelijk van tijd, groep in 2-3e verdelen en laten brainstormen over de casus, terugkoppelen en plenair nabespreken. De eerst is eigenlijk als ouders zelf voor dokter spelen. Dus bv  medicatie ophogen. Bv F. is een logee bij ons. Ze krijgt 5 druppels Dipiperon. Nou vinden ouders haar gedrag nog al boos en dwars en opstandig. Bij OD merken we er niks van, van dat gedrag. Nou komen ouders haar op vrijdag middag brengen om te logeren voor het weekend. En ze vertellen hun twijfels. Aan een collega dragen ze over en zeggen ze doe maar 6 of 7 druppels voortaan. Wat doen wij?  Achtergrond info:  De afspraak is dat ouders bij alle medicatiewijzigingen mij moeten mailen zodat ik de wijziging door kan voeren in de aftekenlijst. Als alle gasten in bed liggen gaat  degene die slaapdienst heeft de medicatie uit zetten voor de volgende dag. Bij Y. ontdekt diegene dat er nog een klein zakje depakine in zit. Dat zou betekenen dat Y. 2 kleine zakjes i.p.v. 3 zakjes depakine heeft gekregen. En dus 700 mg i.p.v. 800 mg depakine. Wat moet je doen? Hoe los je dit op? Medicatie uit zetten en toedienen.  Bij ons zet je nl als je slaapdienst hebt de medicatie uit voor de volgende dag. Dit doe je alleen. De volgende ochtend kan het zijn dat je collega iemand die medicatie geeft. Hoe weet diegene dat hij/zij het goede geeft?

Brainstorm sessie …….. Daar waar de behoefte ligt? Onderwerpen die naar vorige zijn gekomen, eventueel doet team dit zelfstandig. Bijv.: hoe gaan medewerkers hun kennis betreft de veelvoorkomende medicatie vergroten?

Bronvermelding McFadden, R. (2015). Farmacologie (2e ed.). Amsterdam: Pearson. Farmacotherapeutischkompas.nl/farmacologie NURSING.nl; diverse artikelen KNMP; diverse artikelen V&VN Leidraad Bekwaamheid bij Medicatie geven Vilans Protocol “Medicatie toedienen – Medicatieveiligheid” Vilans Protocol “Malen Medicatie” ZorgvoorBeter, diverse artikelen binnen Thema- Medicatieveiligheid Bronnen geraadpleegd tussen 27-05-2019 en 5-06-2019.

Waar sta je nu? Welk cijfer geven medewerkers zich nu na de scholing voor hun kennis omtrent medicatie?