Zekerheden op intellectuele eigendom Matthias E. Storme 26 november 2018
I .I.R. & goederenrecht I.R. zijn activa en m.b. vermogensrechten Algemene beginselen van goederenrecht dus toepasselijk, zoals Numerus clausus van zakelijke rechten (eigendom, pand, vruchtgebruik, licentie ?) Overdraagbaarheid en beslagbaarheid Anterioriteitsregel v. derdenbescherming Specialiteit, eenheid, bepaaldheid Specifieke regels: Registratie vereist voor ontstaan, behalve auteursrecht Faculteit Rechtsgeleerdheid
I .I.R. & goederenrecht Eigendomsoverdracht van I.R. Klassieke vereisten Geldige titel levering tussen partijen (kan consensueel) van een goed dat bestaat, overdraagbaar is en gespecificeerd door een beschikkingsbevoegde, behoudens derdenbescherming T.a.v. derden: registratie vereist, behalve voor auteursrecht Derdenbescherming ? Enkel door eerdere publicatie te goeder trouw in het specifieke IE-register - Voor zekerheidsrechten ook relevant: voorbehouden v. gevestigde (afgeleide) zekerheden; onderscheid grotendeels parallel aan onderscheid zekerheden voor warenkrediet / zekerheden voor geldkrediet Faculteit Rechtsgeleerdheid
II Zekerheden op I.R. Onderscheid voorbehouden v. gevestigde (afgeleide) zekerheden; onderscheid grotendeels parallel aan onderscheid zekerheden voor warenkrediet / zekerheden voor geldkrediet Voorbehouden zekerheden: Voor de registratie in IP-register: e.n.a.c. die retentierecht impliceert + mogelijke ontbinding met zakelijke werking Na de registratie in IP-register nog steeds 1° voorrecht verkoper en 2° mogelijk eigendomsvoorbehoud Faculteit Rechtsgeleerdheid
III. Verschafte zekerheden Zekerheid die niet wordt voorbehouden, maar door zekerheidsgever aan de schuldeiser wordt verschaft door middel van een rechtshandeling, uitdrukkelijk of impliciet (uitzonderlijk ook eenzijdig door schuldeiser) Welke mogelijke rechten kunnen worden verschaft ? Gezien de numerus clausus in wezen slechts 2: eigendom pandrecht. Alle anderen zijn varianten van het pandrecht (retentierecht, verschafte voorrechten) Fiduciaire overdracht: bij schuldvorderingen geconverteerd in een pandrecht (62 Pandwet). M.i. idem. Ook voorrecht kosten behoud en voorrecht verzekeraar mogelijk (met bijzondere voorrang: gaan voor op oudere rechten.
IV. Pandrecht op I.R. In beginsel mogelijk: art. 7 Pandwet Regels Pandwet toepasselijk voor zover niet strijdig met bijzondere regels I.R. Grondvereisten: Onderpand: moet bestaan en overdraagbaar zijn – voldoen aan voorwaarden om voorwerp te kunnen zijn van zakelijk recht Geldige titel voor vestiging Vestigingshandeling Pandgever is beschikkingsbevoegd (behoudens derdenbescherming van de pandverkrijger als derde-verkrijger te goeder trouw)
IV. Vereisten aan pandovereenkomst Algemeen: onderscheid verbintenisrechtelijke overeenkomst en vestiging van zakelijk recht Vereiste voor totstandkoming van overeenkomst Geen zakelijke overeenkomst (art. 2 Pandwet) Bewijs d.m.v. geschrift met aanduiding van: Onderpand (identificeerbaarheid vereist) Gewaarborgde schuldvorderingen Maximumbezwaring of plafond Indien pandgever consument is geschrift ad validitatem en moet ook de waarde van het onderpand erin zijn opgenomen (art. 4 III pandwet) Vereisten voor geldigheid (gemeen recht) Bij consumentenpand geen verpanding voor meer dan 200% van verzekerde waarde (art. 7 IV Pandwet) Pandrecht van rechtswege ook over de vruchten (royalties-vorderingen), zie infra
IV. Beschikkingsbevoegdheid Beschikkingsbevoegdheid vereist om pandrecht te kunnen vestigen Anterioriteitsbeginsel: nemo dat quod non habet: oudste recht gaat voor (bij oudere zekerheidsrechten enkel vanaf datum waarop het rang inneemt) Uitzonderingen: Als pandgever ondanks een ouder recht toch bevoegd is om nadien een recht toe te kennen dat voorrang heeft: ordinary course of business Kosten tot behoud, voorrecht verschuldigde douane- en accijnsrechten Beschikkingen op voorhand over toekomstige zaken: recht komt pas tot stand wanneer zaak ontstaat, maar als meerdere rechten op voorhand gevestigd: rangorde op basis van datum tegenwerpelijkheid vestigingshandeling
IV. Uitwinning Consumentenpand: dwingende regeling Machtiging rechter vereist Verkoop openbaar of uit de hand of toe-eigening mits schatting door deskundige Niet-consumentenpand: Ruime contractsvrijheid omtrent uitwinning: Toe-eigening, verkoop, verhuur (verhuur hier ook begrijpen als in licentie geven) Gemeenschappelijke regels: Inning van de vruchten (9 + 67 Pandwet) Tot aan uitwinning: Wenden tot beslagrechter voor geschil Pand bevrijden door uitbetalen Gerechtelijke reorganisatie schort executierecht pandhouder op roerende zaken op Uitwinning en beslag of andere samenloop vooraleer pandrecht tegenwerpelijk: pand geen voorrang Na uitwinning: Als pandhouder zelf uitwint: rekenschap verschuldigd Saldo: voor pandgever A posteriori rechterlijke controle
IV. Tegenwerpelijkheid – ranginname – conflicten - gevolgen Methode van tegenwerpelijkheid Buitenbezitstelling niet mogelijk Door registratie in pandregister (notice filing): geldig voor 10 jaar; hernieuwing mogelijk: art. 29 e.v. Pandwet Door registratie in I.R.-register (behalve auteursrecht) Conflicten: oudste recht gaat voor (bv. voorbehouden recht), tenzij bescherming van derde-verkrijger te GT op basis van publiciteit Pandregister verschaft géén derdenbescherming I.R.-registers verschaffen derdenbescherming naar analogie met 1 Hyp.W.
IV. Verhouding registers V= vervreemder A = oudste verkrijger, B jongere verkrijger Geval 1: A in IP-register, dan B in pandregister: A wint Geval 2: A in pandregister, dan B in IP-register: indien V BOB (want geen ordinary course of business), kan B enkel te GT zijn indien niet professioneel Geval 3: B in IP-register, dan A in pandregister: B wint indien te GT Geval 4: B in pandregister, dan A in IP-register: A wint.
IV. Lot van de royalties Pandrecht omvat van rechtswege ook over de vruchten (royalties- vorderingen) Anderzijds kunnen deze schuldvorderingen ook zelfstandig in pand worden gegeven (of voorwerp zijn van sommige andere zekerheidsrechten), en dit zonder publiciteit maar met mogelijkheid van derdenbescherming door kennisgeving Hoe conflict oplossen ? Eerst pand IR, dan licentie (en pand op royalties): IR-pand geldt ook op royalties Eerst licentie, dan pand op royalties, dan pas pand op IR: 1° indien licentie zakelijk recht: pandhouder IR moet licentie eerbiedigen en heeft geen pand op royalties 2° indien licentie geen zakelijk recht maar huur: uitwinning pand breekt huur