woordenkist Dieren Deel 3
De panter lijkt op een hele grote kat, maar is erg gevaarlijk De panter zie je in Nederland alleen in de dierentuin Er zijn zwarte panters en gevlekte panters
de parkiet De parkiet is een wilde vogel die, als hij veel bij mensen is, tam kan worden Parkieten zijn kleine papegaaiachtigen (ze lijken op een papegaai) met een lange staart en soms een kuif
de pauw De pauw is een vogel waarbij de haan (mannetje) een hele lange staart heeft Pauwen eten granen, zaden, insecten en wormen De staart van de pauw bestaat wel uit 150 veren
De pinguïn is een zeevogel die niet kan vliegen Pinguïns leven aan de zuidkant van de aarde en eten vooral vis
Een ree is een soort hert de ree Een ree is een soort hert Een jonge ree is gevlekt, een volwassen ree heeft geen vlekken De ree heeft een zwarte neus en een witte kin
De sprinkhaan is een insect met hele lange sprieten De sprinkhaan heeft hele sterke achterpoten waarmee hij zich goed kan afzetten; zo kan de sprinkhaan heel ver springen
De stier is een rund en wordt ook wel bul genoemd De stier wordt vaak groter dan een koe (een vrouwtjesrund)
De struisvogel is een Afrikaanse loopvogel De struisvogel is de grootste en zwaarste vogel die nog leeft Het is de snelste loopvogel ter wereld
De veldmuis is een soort knaagdier De veldmuis leeft graag in het gras, tussen het graan, langs sloten en dijken De veldmuis eet planten en insecten
De vink is een zangvogel De vink eet allerlei zaden De vink houdt van vruchten, bessen en insecten
De vleermuis is een zoogdier dat echt kan vliegen De vleermuis is een insecteneter Vleermuizen zie je vaak in de schemer buiten vliegen, vooral in de zomer, in de winter houden ze een winterslaap
De vlo (vlooien) is een insect De vlo is een plaaginsect: hij zit vaak bij huisdieren en vogels Honden en katten dragen vaak een vlooienband, hiervan gaan vlooien dood
De voerbak wordt gebruikt voor het voer voor de dieren De voerbak (1) is voor schapen en geiten en staat vaak buiten in de wei De andere voerbakjes (2) worden gebruikt voor honden en katten
De zeeleeuw leeft in zee en is een roofdier De zeeleeuw eet haring maar ook krabben, garnalen en mosselen
De zwaan is een grote watervogel met een lange hals De zwaan loopt een beetje waggelend en eet meestal waterplanten Hij kan zijn eten met z’n lange hals makkelijk uit het water halen De zwarte zwaan komt niet zo veel voor in Nederland
het aquarium Een aquarium is een bak met water waarin je planten en vissen kunt houden In een aquarium dat je thuis hebt zitten vaak goudvissen In de dierentuin heb je meestal een heel groot aquarium (= bassin) Er zwemmen dolfijnen en zeeleeuwen
Een kippenhok is een huisje waarin kippen slapen en eieren leggen het kippenhok Een kippenhok is een huisje waarin kippen slapen en eieren leggen Het kippenhok is meestal gemaakt van hout en kippengaas en staat vaak in de achtertuin van een huis
Het konijn is familie van de haas Het konijn houdt van planten en kruiden Het konijn wordt in Nederland ook veel als huisdier gehouden
Het roodborstje is een zangvogel Het roodborstje zie je in de winter vaak in de tuin op zoek naar wormen, fruit en bessen In de zomer eet het roodborstje graag kevers, slakken en spinnen
Het spinnenweb wordt door spinnen gemaakt Het spinnenweb bestaat uit hele fijne draadjes en is bedoeld om muggen en vliegen te vangen In de herfst en winter kun je de spinnenwebben goed zien door de druppeltjes die erop zitten
Het zwijn lijkt op een varken Het zwijn leeft in de bossen waar hij graag met zijn snuit in de grond wroet Hij is op zoek naar wormen, eikels en kastanjes De jongen van het zwijn hebben strepen: het lijkt wel of ze een streepjespyjama aan hebben