Inleiding tot het ASTRID radionetwerk
Inleiding N.V. A.S.T.R.I.D. de missie De gebruikers een netwerk voor mobiele telecommunicatie ter beschikking stellen dat is afgestemd op de huidige en toekomstige specifieke noden van de hulp- en veiligheidsdiensten. Aanbieden van geïntegreerde dispatching-mogelijkheden, een nationale dekking en degelijke beveiliging. Gebruik makend van de beste technologie met het oog op een onberispelijke werking. De n.v. A.S.T.R.I.D. is een netwerkoperator die een nationaal communicatienetwerk uitbouwt en uitbaat voor exclusief gebruik tijdens hulp- en veiligheidsopdrachten in België. Eigenlijk gaat het om drie netwerken: een radiocommunicatienetwerk, een informaticanetwerk en een zogenaamd pagingnetwerk of personenoproepsysteem. Deze netwerken zijn stuk voor stuk opgebouwd op maat van de behoeften van de betrokken diensten.
Inleiding N.V. A.S.T.R.I.D. een telecom-operator uitsluitend ten behoeve van de hulp- en veiligheidsdiensten opgericht in 1998 voor het concreet uitwerken van het R&D-project van de overheid sinds 1992 de souplesse van een kleine onderneming een onafhankelijk en autonoom bedrijf van 70 specialisten maar met een door de overheid gewaarborgde continuïteit Aandeelhouderschap : 61% federale overheid en 39% gemeenten naamloze vennootschap van publiek recht met een beheerscontract, vastgelegd via koninklijk besluit Een project dat aanvankelijk van start ging binnen de schoot van de toenmalige Rijkswacht, mondde uiteindelijk uit in de oprichting van een autonoom bedrijf. Deze naamloze vennootschap als dusdanig wordt aangeduid met de afkorting A.S.T.R.I.D. Waar het over de ASTRID systemen gaat, wordt het letterwoord gebruikt. Een beheerscontract, dat om de vijf jaar kan worden hernieuwd, regelt de verhoudingen tussen de naamloze vennootschap en de Belgische Staat en bepaalt rechten, plichten en verantwoordelijkheden van beide. De actuele versie van het beheerscontract is te consulteren als bijlage bij Koninklijk besluit tot vaststelling van het tweede beheerscontract van A.S.T.R.I.D. d.d. 8 april 2003. De financiering van de astridsystemen gebeurt via een investering van de Federale en Lokale overheden. Er is dus geen aandeelhouders uit de private sector. De werkingskosten worden afzonderlijk gesubsidieerd door de Federale overheid. Het ontstaan van het netwerk moet worden gezien binnen een context waarin de gebruikte radiocommunicatienetwerken niet langer voldeden en waarin de GSM-technologie geen valabel alternatief kan bieden. Er bestaan -ook vandaag nog- diverse afzonderlijke, niet-gestandaardiseerde radiosystemen die aan verschillende snelheden ontwikkelen en moeilijk of geen samenwerking toelaten. Vandaar de nood aan een gemeenschappelijk netwerk gestructureerd, dat standaardisatie, degelijke beveiliging en ontwikkelingsmogelijkheden biedt.
N.V. A.S.T.R.I.D. All-round: multifunctioneel en nationaal dekkend Inleiding N.V. A.S.T.R.I.D. All-round: multifunctioneel en nationaal dekkend Semi-cellular: eigenlijk cellulair ondertussen, wat betekent dat elk basisstation een bepaald gebied of cel van radiodekking voorziet Trunking: economisch frequentiegebruik Radiocommunication system with Integrated: functionaliteit van het radionetwerk wordt aangeboden binnen de context van de meldkamer, niet als afzonderlijke onafhankelijke systeem, maar geïntegreerd Dispatchings: 11 meldkamers voor aanname 101-oproepen onder beheer van de politiediensten
niet openbare diensten Inleiding de gebruikers Openbare diensten niet openbare diensten die aan de gemeenschap diensten verstrekken op het vlak van de hulpverlening en de veiligheid, of die bij de uitvoering van aan hen toegewezen taken van openbare dienst geconfronteerd worden met problemen van openbare veiligheid. Het beheerscontract bepaalt in artikel 7 en artikel 8 de gebruikers die kunnen worden toegelaten op het netwerk en maakt een onderscheid tussen openbare en niet-openbare gebruikers. De Federale Politie, de Civiele Bescherming, de Veiligheid van de Staat, de Douane en de dienst 100 worden verondersteld om voor hun radiocommunicatie uiterlijk op 1 januari 2006 volledig van de diensten van A.S.T.R.I.D. gebruik te maken. De overige diensten die in artikel 7 worden vermeld (de zogenaamde openbare diensten) , zullen door de bevoegde ministers worden gestimuleerd om voor hun communicatie gebruik te maken van de astrid-systemen. Er werd tijdens de conceptie van het netwerk rekening gehouden met een aantal van 40.000 gebruikers.
Ter info: openbare diensten Inleiding Ter info: openbare diensten lokale en federale politiediensten brandweerdiensten civiele bescherming veiligheid van de staat douane centra van het eenvormig oproepstelsel voor dringende geneeskundige hulpverlening parketten dienst jeugdbescherming diensten van het gevangeniswezen belast met de bewaking en het transport van gedetineerden dienst vreemdelingenzaken belast met de bewaking en de overbrenging van illegalen diensten van landsverdediging binnen hun steunopdrachten ten behoeve van de administratieve overheden het Coördinatie- en Crisiscentrum van de federale regering toezichtdiensten van de gewestelijke departementen belast met het beheer van waters en bossen
Ter info: openbare diensten - vervolg Inleiding Ter info: openbare diensten - vervolg de administratie waterwegen en zeewezen de NV Zeekanaal en Watergebonden Grondbeheer Vlaanderen de Dienst voor de Scheepvaart de intercommunale kustreddingsdienst West-Vlaanderen de wegbeheerders de inspectie- en controlediensten, ingericht bij of krachtens de wet, decreet, ordonnantie of gemeentebesluit, andere diensten, ingericht bij of krachtens de wet, decreet, ordonnantie of gemeentebesluit. De Minister kan steeds diensten toevoegen aan de lijst.
Ter info: niet openbare diensten Inleiding Ter info: niet openbare diensten het Belgische Rode Kruis; privé ziekenwagendiensten; ziekenhuizen; openbare vervoersmaatschappijen; maatschappijen die instaan voor de openbare gas-, water- en elektriciteitsvoorziening; bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten; personen en diensten belast met de veiligheid bij sportmanifestaties en die als dusdanig erkend zijn door de Minister; Privé brandweerdiensten taxibedrijven
Raadgevend comité van gebruikers Inleiding organigram Gebruikers Externe relaties Operaties Financiën verkoop & Marketing Operaties - R&D Fin - Admin - HR Raadgevend comité van gebruikers Algemene Directie De vitale netwerkinfrastructuur is uiteraard geografisch verspreid over het land, met een meldkamer en basisinfrastructuur van het radiocommunicatie- en pagingnetwerk in iedere provinciehoofdplaats. De naamloze vennootschap, inclusief de dienst die de bewaking van het netwerk uitvoert, is ondergebracht vlak bij de onschendbare zone rond het Parlement. Een raadgevend comité van gebruikers adviseert de raad van bestuur en de afgevaardigd bestuurder en formuleert voorstellen voor het verbeteren van de dienstverlening van A.S.T.R.I.D. Het bestaat uit vertegenwoordigers van de grootste gebruikersorganisaties en kleinere organisaties kunnen samenwerken om per 500 abonnementen een vertegenwoordiger aan te duiden. Buiten het organigram valt het consortium K.N.T. te vermelden dat de uitvoering van het lastenboek kreeg toegewezen. Oorspronkelijk was dat consortium samengesteld uit Kreutler (opnameapparatuur), Nokia (netwerkinfrastructuur) en Telindus (netwerkintegrator) met als belangrijke onderaannemer onder andere het Amerikaanse bedrijf Intergraph (meldkamersoftware). Aandeelhouders : 61 % Federale overheid - 39 % Steden en gemeenten
Inleiding de technologie TETRA is een Europese open norm voor mobiele digitale telecommunicatie voor de hulp- en veiligheidsdiensten De TETRA norm wordt uitgewerkt en onderhouden door het European Telecommunications Standard Institute (ETSI) een technologie die door de grootste fabrikanten wordt toegepast : Motorola, Siemens, Simoco, Sepura, Marconi, EADS… De technologie die aan de basis ligt van het radiocommunicatienetwerk heet TETRA en is oorspronkelijk een Europees gegeven. De oorspronkelijke betekenis van de afkorting, Trans European Trunked radio, werd later door een mondialisering van het gebruik ervan gewijzigd in Terrestrial Trunked Radio. Het is een standaard die een technische omschrijving geeft van de wijze waarop een digitaal radiocommunicatiesysteem dat gebruikt maakt van de trunkingtechnologie (zie verder) kan worden opgezet. Ook de GSM standaard levert een dergelijke standaardisatie, hetgeen het mogelijk maakt dat verschillende fabrikanten materiaal maken dat compatibel is en eenzelfde functionaliteit biedt. Wat de GSM standaard voor de gewone gebruiker betekent, is de TETRA standaard voor de professionele radiogebruiker. Het astrid-netwerk maakt gebruik van de frequentieband tussen 380 en 400 Mhz die op Europees niveau is gereserveerd voor hulp- en veiligheidsdiensten. Voor het pagingnetwerk wordt gebruik gemaakt van de POCSAG standaard. De infrastructuur van de 101-meldkamers (informaticanetwerk) heeft als kern een databank, die gegevens centraliseert over politionele middelen en interventies.
Belangrijkste kenmerken van het ASTRID netwerk Inleiding Belangrijkste kenmerken van het ASTRID netwerk zeer snelle oproepen (minder dan een halve seconde) echte groepsoproepen (vooraf bepaald en/of in realtime aanpasbaar) contacten tussen verschillende hulp- en veiligheidsdiensten vertrouwelijk en beveiligd maximale beschikbaarheid hoogstaande dienstverlening geïntegreerde meldkamerfuncties voor de politiediensten soepele organisatiemogelijkheden verbindingen met andere netwerken (PSTN, GSM…) De dienstverlening van de n.v. A.S.T.R.I.D. omvat momenteel in de allereerste plaats mobiele radiotelefonie (met en zonder netwerkondersteuning) en mobiele gegevensoverdracht (status, tekst, packet data). Daarnaast is er een volledig geïntegreerde meldkamer, toegankelijk van op afstand, waar (een voorbeeld van de integratie) via het radionetwerk ook de positie van interventievoetuigen kan worden opgevolgd. Dit systeem wordt op dit ogenblik alleen door de politiediensten gebruikt. Een mobiel operatiecentrum laat toe om waar en wanneer nodig extra netwerkcapaciteit te creëren. Het Paging of personenoproepsysteem kan via verschillende interfaces ook worden aangestuurd vanuit de andere ASTRID-systemen. De dienstverlening omvat verder een uitgebreid contact center, opleidingen, de mogelijkheid om het gebruik via internet op te volgen…
producten en diensten: mobiele radiotelefonie Inleiding producten en diensten: mobiele radiotelefonie Met netwerkondersteuning Groepsoproepen Individuele oproepen Noodoproepen ‘broadcast’ oproepen Zonder netwerkondersteuning De mobiele radiotelefonie kan gebruikt worden in twee verschillende modi: TMO of trunked mode operation, waarbij de gebruikte radioterminal geregistreerd is op en gebruik maakt van de tetra netwerkinfrastructuur om de netwerkdiensten te gebruiken. Er bestaat ook een zogenaamde fallback mode die bij netwerkproblemen een beperkte service biedt. DMO of Direct Mode Operation, waarbij een rechtstreekse communicatie tussen de terminals wordt gerealiseerd, zonder dat die gebruik maken van de infrastructuur. In beide modi kunnen groepsoproepen worden gemaakt tussen één en meerdere andere gebruikers. Individuele oproepen, noodoproepen en broadcastoproepen kunnen enkel worden gemaakt in de netwerkmodus.
producten en diensten: mobiele gegevensoverdracht Inleiding producten en diensten: mobiele gegevensoverdracht Statusberichten Korte tekstberichten Geautomatiseerde status en tekstberichten Gegevensoverdracht/IP Binnen een digitaal netwerk worden uiteindelijk op alle niveaus de gegevens gedigitaliseerd uitgewisseld. Er zijn echter verschillende mogelijkheden om data te verzenden: Statusberichten: zenden van statusinformatie naar een al dan niet vooraf gedefinieerde bestemming (individu, gespreksgroep of applicatie of een combinatie hiervan) Korte tekstberichten, te vergelijken met SMS. Binnen TETRA hebben we het over SDS of Short Data Service. De verzending van status en tekstberichten kan zowel aan de kant van de verzending als aan de kant van de ontvanger worden geautomatiseerd en of afgehandeld door een applicatie: bijvoorbeeld bij AVL of Automatic Vehicle Location waarbij geografische coördinaten via een tetra sds bericht naar een server worden verstuurd die achteraf de positie van een interventieploeg op een scherm kan vernieuwen. De gegevensoverdracht over IP, waarbij er een verbinding wordt gemaakt tussen twee apparaten om gegevens uit te wisselen. Vergelijkbaar met het opzetten van een ADSL verbinding bijvoorbeeld maar dan gebruik makend van het radiocommunicatienetwerk. Een typisch voorbeeld van het gebruik is de MDT of Mobile DataTerminal.
producten en diensten: geïntegreerde meldkamer Inleiding producten en diensten: geïntegreerde meldkamer ASTRID heeft per provincie een computerondersteunde meldkamer gerealiseerd. Deze CAD of Computer Aided Dispatching wordt op dit ogenblik gebruikt door de Politie. De CAD wordt gebruikt om op provinciaal niveau alle 101 noodoproepen te beantwoorden en om waar gewenst ook inzet en opvolging van politionele interventieploegen te verzekeren. Het systeem werd door een gemengde ploeg programmeurs (Lokale en Federale Politie) en onder verantwoordelijkheid van de Federale Politie voorbereid. De voorbereiding maakt van de oorspronkelijke CAD een zogenaamd CIC, een Centrum voor Informatie en Communicatie. Er werd door de Federale Overheid een werkgroep ICM opgericht waarin vertegenwoordigers van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en van Volksgezondheid zetelen. Het doel van deze werkgroep is om na te gaan of het nuttig zou zijn om de 100- en de 101-centrale samen te brengen en zo ja, op welke wijze dat best zou kunnen gebeuren. Op dit ogenblik zijn er vier proefprojecten lopende in de provincies Hainaut, Liège, Antwerpen en Oost-Vlaanderen, waar de 100-aangestelden testen zullen uitvoeren ter ondersteuning van de werkzaamheden van de werkgroep. Het is de bedoeling dat vanaf november 2006 alle Oost-Vlaamse oproepen voor de brandweer, de medische hulpdiensten en de politie binnenkomen op het nieuwe noodnummer 112 dat wordt beantwoordt vanuit de centrale meldkamer te Gent.
producten en diensten: paging Inleiding producten en diensten: paging . 220 basisstations POCSAG norm Versturen van tekstberichten Het digitale paging-netwerk maakt gebruik van dezelfde masten als het radionetwerk, telt 220 basisstations en is op de POCSAG-norm gebaseerd (Post Office Code Standardisation Advisory Group). Het is dus een ander netwerk, gebaseerd op een andere technologie dan de tetra technologie. Er wordt gebruik gemaakt van de frequentie 169.925 Mhz en aangezien de zenders veel krachtiger zijn (200 Watt in tegenstelling tot xy voor een klassiek basisstation van het radionetwerk), is de dekking veel dichter dan dat het geval kan zijn voor het tetra netwerk. Via dit personenoproepsysteem kunnen gebruikers snel een alfanumeriek bericht sturen naar een groep bestemmelingen in België. De overstap van de oorspronkelijk gekozen ERMES-norm naar de POCSAG-norm gebeurde op aanbeveling van het raadgevend comité der gebruikers en de Belgische brandweerfederaties.
Wat is een gespreksgroep ? Basisbegrippen en infrastructuur: de open standaard TETRA Wat is een gespreksgroep ? Een gespreksgroep is een verzameling van radio’s die met mekaar kunnen communiceren door één voor één op de PTT te drukken en hun bericht te zenden. De frequentie waarover de gegevens worden verzonden is variabel en wordt beheerd door het netwerk. Door het gebruik van trunking wordt bandbreedte slechts gebruikt waar en wanneer dat gewenst is, en het gebruik van TDMA maakt dat meerdere communicaties op eenzelfde frequentie kunnen worden verzonden. Voor de gebruiker komen er meer middelen beschikbaar. Dat vertaalt zich onder meer in GESPREKSGROEPEN. Een gespreksgroep is operationeel het equivalent van een frequentie in de analoge communicatie. Het netwerk beheert het gebruik van de (gemeenschappelijke) frequenties.
Digitale communicatie Basisbegrippen en infrastructuur: de open standaard TETRA Digitale communicatie YES CODEC 11 000 1 111 T X R De informatie die over het TETRA netwerk loopt is digitaal. Wat betreft audio, wordt een oorspronkelijk analoog signaal gecodeerd met behulp van een CODEC (COder – DECoder). In het ASTRID netwerk wordt gebruik gemaakt van ACELP (Algebraic Code Excited Linear Prediction), een algoritme om stemgeluid digitaal te coderen, met als specifieke karakteristiek het behoud van de stemkwaliteit en het uitfilteren van achtergrondgeluiden.
Behoud van de vertrouwelijkheid en veiligheid. Basisbegrippen en infrastructuur: de open standaard TETRA Virtuele netwerken Behoud van de vertrouwelijkheid en veiligheid. Virtuele netten binnen het TETRA netwerk laten aan de verschillende gebruikersorganisaties toe om onafhankelijk te werken, binnen de context van een gemeenschappelijk, efficiënt en polyvalent netwerk. Wanneer dat om operationele redenen nodig is, kan op een tijdelijke of permanente basis de toegang tot één of meerdere gespreksgroepen worden gedeeld tussen verschillende organisaties (multidisciplinair werken).
het ASTRID radionetwerk in beeld Basisbegrippen en infrastructuur: het radionetwerk het ASTRID radionetwerk in beeld Het cellulaire netwerk bestaat in een eerste fase uit 435 antennes die elk een eigen cel van radiodekking voorzien. De verschillende cellen kunnen elkaar overlappen. Men is gestart met de bouw van een hondertal extra sites om de radiodekking te verbeteren. De cellen kunnen in theorie een gebied met een diameter van 50 km van dekking voorzien, maar in praktijk hangt de bediende oppervlakte natuurlijk af van de concrete terreinconfiguratie. De masten waarop de TETRA-antennes worden gemonteerd (en in een aantal gevallen dus ook de antennes van het paging netwerk) zijn doorgaans te herkennen aan de antenne in ‘drietand’. Dat is de meest voorkomende configuratie, maar daarnaast bestaan ook ook paneel-antennes die onder meer van GSM-netwerken bekend zijn.
het ASTRID radionetwerk in beeld Basisbegrippen en infrastructuur: het radionetwerk het ASTRID radionetwerk in beeld
het ASTRID radionetwerk in beeld Basisbegrippen en infrastructuur: het radionetwerk het ASTRID radionetwerk in beeld
een ASTRID-basisstation is meer dan de antenne alleen Basisbegrippen en infrastructuur: het radionetwerk een ASTRID-basisstation is meer dan de antenne alleen Bij elke antennemast hoort een kleine technische ruimte of zogenaamde shelter met daarin de zend- en ontvangstapparatuur (op foto) de voeding de noodvoeding (batterijen) de klimatisatie (verluchting/airco voor in de zomer en verwarming voor in de winter).
DXT of schakelcentrale Basisbegrippen en infrastructuur: het radionetwerk DXT of schakelcentrale Elk basisstation is verbonden met één van de 11 schakelcentrales verspreid over het land. Deze schakel-centrales (DXT) bevinden zich samen met de kerninfrastructuur van de meldkamers in technische ruimtes van de provinciale hoofdplaatsen: Brugge, Gent, Wilrijk, Hasselt, Leuven, Brussel, Waver, Mons, Namen, Luik Arlon. De 11 provinciale schakelcentrales op hun beurt zijn op hun beurt onderling met mekaar verbonden via de zogenaamde backbone.
het ASTRID radionetwerk Basisbegrippen en infrastructuur: het radionetwerk het ASTRID radionetwerk 435 + 100 antennemasten zorgen voor nationale radiodekking Elk van deze antennemasten is verbonden met één van de 11 schakelcentrales verspreid over het grondgebied Alle schakelcentrales zijn onderling verbonden via de zogenaamde ‘ASTRID-backbone’
Geen radiocommunicatie natuurlijk zonder radiotoestellen Basisbegrippen en infrastructuur: End User Equipment Geen radiocommunicatie natuurlijk zonder radiotoestellen Teltronic Cleartone Motorola EADS Sepura/Siemens
Basisbegrippen en infrastructuur: End User Equipment Welke radiotoestellen kunnen worden aangekocht voor gebruik op het ASTRID Radionetwerk ? Heel wat merken uit de radiocommunicatie-wereld maken toestellen die de standaard ondersteunen. Alle TETRA-radio’s krijgen een conformiteitsattest van een internationaal organisme, ‘TETRA MoU’ genaamd. Daarbovenop doet ASTRID ook nog testen, op basis waarvan een goedkeuringsattest wordt uitgereikt. De belangrijkste voordelen van TETRA op een rijtje - TETRA maakt het mogelijk een oproep tot stand te brengen in minder dan een halve seconde . Bovendien is de typische oproep in een TETRA-systeem, de groepsoproep , van cruciaal belang voor de hulpdiensten. - TETRA maakt authentificatie van de gebruikers en vercijfering van het spraak- en dataverkeer mogelijk, wat het ASTRID-netwerk de vertrouwelijkheid en veiligheid zal bieden die de gebruikers verwachten. - TETRA biedt een constante spraakkwaliteit . De norm definieert ook een interface voor de aansluiting van randapparatuur zoals computers en systemen voor de automatische positiebepaling van voertuigen. - TETRA garandeert interoperabiliteit van de systemen, d.w.z. grensoverschrijdende internationale communicatie (roaming): dat betekent concreet dat een radio van de hulp- en veiligheidsdiensten van een land, kan functioneren op een TETRA-netwerk in een ander land, zonder aanpassing van de radio. - TETRA is een open norm . Verscheidene fabrikanten brengen TETRA-apparatuur op de markt. A.S.T.R.I.D. kan bijgevolg eindapparatuur van diverse merken aanbieden. Validatie Vooraleer een toestel op het netwerk mag worden gebruikt moet het door ASTRID worden gevalideerd. Tijdens dergelijke validatieprocedure wordt nagegaan of de door A.S.T.R.I.D. gegarandeerde diensten wel degelijk door het toestel worden gegarandeerd. Of, met andere woorden, of het gedrag van het toestel overeenkomt met wat in de TETRA norm is omschreven. Een overzicht van de gevalideerde toestellen is terug te vinden in de productcatalogus van de n.v. A.S.T.R.I.D.
Sleutelkenmerken van een TETRA radio Basisbegrippen en infrastructuur: End User Equipment Sleutelkenmerken van een TETRA radio Hardware (met IP-specificaties) Geïnstalleerde software Programmering van gebruikersgegevens en -instellingen Gespreksgroepen, parameters Uniek identificatienummer De TETRA toestellen moeten meer intelligentie aan boord hebben dan de klassieke VHF radio’s met het kristal. Een IP classificatie geeft in een eerste cijfer de mate van bescherming tegen de indringing van stof en vreemde lichamen en in een tweede cijfer de mate van bescherming tegen de indringing van water. Er is software op het toestel geïnstalleerd en afhankelijk van de versie biedt het toestel meer of minder mogelijkheden. Behalve de software moeten er ook gebruikersgegevens in het toestel worden geprogrammeerd, hetgeen gebeurt met behulp van een merkspecifieke programming tool. De Terminal Equipment identification (TEI) zorgt voor een unieke identificatie van het toestel. Deze speelt een belangrijke rol bij de authenticatie op het netwerk.
Identificatie van de abonnees Basisbegrippen en infrastructuur: gebruikers Identificatie van de abonnees Identificatie van een individuele gebruiker gebeurt aan de hand van ISSI nummer: I ndividual S hort S ubscriber I dentity Dat is een reeks van 7 cijfers De volledige identificatie van een gebruiker of abonnee in het systeem gebeurt via het zogenaamde ITSI nummer (Individual Tetra Subscriber Identity) Dat is samengesteld uit een internationaal vastgestelde landcode, een netwerkcode en een individueel nummer. Meestal zal alleen het laatste gedeelte worden gebruikt als adressering bij individuele gesprekken tussen ASTRID-gebruikers: de ISSI of Individual Short Subscriber Identity. Voorbeeld: 206.9998.9595766 Een nationale code : 206 voor België Een netwerk code : 9998 voor ASTRID-netwerk En een individuele code van 7 digits
GTSI – GSSI: identificatie van de gespreksgroepen Basisbegrippen en infrastructuur: gebruikers GTSI – GSSI: identificatie van de gespreksgroepen Gespreksgroepen : verzameling individuele gebruikers die op een bepaald ogenblik van een bepaalde gespreksgroep gebruik maken. Ze worden aangeduid door een eigen naam of mnemonic Zoals individuele gebruikers worden aangeduid met hun ITSI, worden gespreksgroepen aangeduid door het GTSI nummer (Group Tetra Subscriber Identity) Dat nummer bestaat uit een nationale code, de landcode en een unieke code van 6 digits (GSSI) Voor de eindgebruikers zijn de gespreksgroepen meestal enkel bekend onder hun mnemonic (bijvoorbeeld GB BOOM R).
Organisatieblokken Douane Brandweer/Civiele Bescherming Federale/Gerechtelijke Politie Lokale Politie Andere Defensie Rode Kruis Croix Rouge Min Volksgez./Dringende medische hulp Niet-gesubsidieerde diensten A.S.T.R.I.D.
Nummeringsplan: verdeling van de beschikbare ISSI’s Organisatie: operationele organisatie Nummeringsplan: verdeling van de beschikbare ISSI’s 1XXXXX 2XXXXX 3XXXXX 4XXXXX 52XXXX 57XXXX 58XXXX 6XXXXX 7XXXXX 9XXXXX 1. Douane 2. Brandweer/Civiele Bescherming 3. Federale/Gerechtelijke Politie 4. Lokale Politie 5. Andere 52 Defensie 57 Rode Kruis 58 Croix Rouge Een deel van de fleetmapping is het nummeringsplan, waarin wordt bepaald volgens welke logica de beschikbare nummers worden verdeeld onder de verschillende gebruikers. Op het hoogste niveau in de boomstructuur bepaalde A.S.T.R.I.D. het eerste cijfer voor iedere gebruiker. De overige zes cijfers worden door de organisaties zelf ingevuld. Iedere organisatie kan dat volgens een eigen logica doen. Zo zal het tweede cijfer voor nummers van de Civiele Veiligheid bijvoorbeeld naar een geografische entiteit verwijzen (provincie of nationaal) terwijl voor de Federale politiediensten bijvoorbeeld het tweede cijfer verwijst naar een dienst of directie. 6. Min Volksgez./Dringende medische hulp 7. Niet-gesubsidieerde diensten 9. A.S.T.R.I.D.
Nummeringsplan: verdeling van de beschikbare GSSI’s Organisatie: operationele organisatie Nummeringsplan: verdeling van de beschikbare GSSI’s Multidisciplinair blok (enkel GSSI’s) 1. Douane 2. Brandweer/Civiele Bescherming 3. Federale/Gerechtelijke Politie 4. Lokale Politie 5. Andere 52 Defensie 57 Rode Kruis 58 Croix Rouge Bij het verdelen van de beschikbare nummers worden er voor iedere organisatie dus een aantal reeksen van nummers gereserveerd. Individuele gebruikers zullen typisch gebruik kunnen maken van de gespreksgroepen die binnen hun organisatieblok worden gecreëerd, en om interdisciplinaire werking mogelijk te maken, kan men ook andere gebruikers (ISSI’s) -per blok- toegang geven tot gespreksgroepen (GSSI). Onder de boomstructuur voor de bandweer bestaat een specifiek organisatieblok dat de multidisciplinaire gespreksgroepen bevat, waartoe ook een aantal andere disciplines toegang toe krijgen. 6. Min Volksgez./Dringende medische hulp 7. Niet-gesubsidieerde diensten 9. A.S.T.R.I.D.
inhoud Communicatie Groepscommunicatie Opzetten van een communicatie Overzicht geven, begrip verschaffen en functioneel aanleren van de wijze waarop communicaties tot stand komen en worden gevoerd en van de verschillende wijzen waarop dat gebeurt. Groepscommunicatie Opzetten van een communicatie Basisvoorwaarden Queing Scanning en prioriteiten Background gespreksgroepen Individuele communicatie Oproepen type radio Oproepen type telefoon Oproepen naar externe netwerken/interne centrale Noodoproepen Datacommunicatie SDS Status Packet data
Wordt geïdentificeerd met een nummer (GSSI) en groeps-naam. Communicatie: groepscommunicatie Een gespreksgroep Wordt geïdentificeerd met een nummer (GSSI) en groeps-naam. Een gespreksgroep is een verzameling mensen die moeten samenwerken Kan slechts in een bepaald gebied gebruikt worden (minimum is één provincie, maximum is nationaal) Moet in de radio zijn geprogrammeerd en de gebruiker moet de nodige rechten hebben om in deze groep te werken. Kan ook naar de radio worden gestuurd via DGNA (Dynamic Group Number Assignment). Dit kan enkel via specifieke apparatuur zoals bijvoorbeeld het DWS.
de gespreksopbouw in detail Communicatie: groepscommunicatie de gespreksopbouw in detail Een gebruiker kiest een gespreksgroep. Hij kan alleen kiezen uit die groepen waar hij lid van is. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A
de gespreksopbouw in detail Communicatie: groepscommunicatie de gespreksopbouw in detail Hij drukt op de zendtoets (PTT) … 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A
de gespreksopbouw in detail Communicatie: groepscommunicatie de gespreksopbouw in detail De radio verstuurt de aanvraag naar het dichtstbijzijnde basisstation (over het controlekanaal) ... 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A
de gespreksopbouw in detail Communicatie: groepscommunicatie de gespreksopbouw in detail De aanvraag wordt doorgegeven aan de schakelaar 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A
de gespreksopbouw in detail Communicatie: groepscommunicatie de gespreksopbouw in detail De schakelaar gaat na waar de andere leden van de gespreks-groep zich bevinden (onder welke basisstations), … 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A
de gespreksopbouw in detail Communicatie: groepscommunicatie de gespreksopbouw in detail De schakelaar verifieert de vrije kanalen, de rechten van de gebruikers ... 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A
de gespreksopbouw in detail Communicatie: groepscommunicatie de gespreksopbouw in detail De schakelaar stuurt de geselecteerde basisstations aan om een vrij kanaal toe te wijzen ... 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A c12 c5 c56 c99 c1 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A
de gespreksopbouw in detail Communicatie: groepscommunicatie de gespreksopbouw in detail … de basisstations geven deze informatie door aan de radio’s ... c7 c12 c56 c99 c1 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A
de gespreksopbouw in detail Communicatie: groepscommunicatie de gespreksopbouw in detail De oproeper krijgt een auditief en/of visueel signaal en kan zijn bericht doorgeven ... 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A bla … bla ... c12 c7 c1 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A c99 c7 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A c56
de gespreksopbouw in detail Communicatie: groepscommunicatie de gespreksopbouw in detail Het basisstation verstuurt het bericht lokaal en naar de schakelaar... 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A c12 c7 c1 bla … bla ... 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A c99 c7 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A c56
de gespreksopbouw in detail Communicatie: groepscommunicatie de gespreksopbouw in detail ..die het doorstuurt naar de andere geselecteerde basisstations ... bla … bla ... 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A c12 f7 c1 bla … bla ... bla … bla ... bla … bla ... 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A bla … bla ... c99 c7 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A c56
de gespreksopbouw in detail Communicatie: groepscommunicatie de gespreksopbouw in detail ..die het bericht verzenden naar de bestemmelingen (leden van de gespreksgroep) ... bla … bla ... bla … bla ... 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A c12 c7 c1 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A c99 c7 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A c56
Basisvoorwaarden voor het voeren van een groepsgesprek Communicatie: groepscommunicatie Basisvoorwaarden voor het voeren van een groepsgesprek Uw bericht wordt ontvangen door alle gebruikers die tot uw gespreksgroep behoren op voorwaarde dat de radio aan staat, dat de radio zich binnen de dekking van het netwerk/gespreksgroep bevindt, dat de gespreksgroep geselecteerd is, dat de radio niet in een individueel gesprek is
Help, het eerste deel van mijn bericht gaat altijd verloren ! Communicatie: groepscommunicatie Help, het eerste deel van mijn bericht gaat altijd verloren ! Er is een kleine vertraging tussen het moment waarop u drukt en het moment waarop uw radio begint te zenden. Let op het groen/oranje/rood lampje en op de bijhorende biepjes.
Het groepsgesprek PTT PTT PTT PTT PTT PTT Gesprek 1 Gesprek 2 Communicatie: groepscommunicatie Het groepsgesprek <2 sec <2 sec >2 sec PTT PTT PTT PTT PTT PTT Na even wachten (een kwart tot een derde van een seconde), krijgt u een visueel signaal (en eventueel auditief signaal) dat u mag beginnen met spreken. Het groepsgesprek is gestart en alle andere deelnemers luisteren want dit is een half-duplex gesprek. Als er heel veel radioverkeer is op de plaats waar u zich bevindt, kan het zijn dat het systeem moet wachten met het toekennen van een tijdsslot tot er een vrijkomt. Een groepsgesprek is een aaneenschakeling van communicaties die niet worden onderbroken door een stilte van meer dan 2 seconden. Het gebeurt uiteraard binnen eenzelfde gespreksgroep en de kanalen, waarop het gesprek zal worden gevoerd op de verschillende basisstations, worden aan het begin van het gesprek en voor de duur van het gesprek vastgelegd. Als er een stilte van meer dan 2 seconden valt, of als u op de rode hoorn drukt, wordt het groepsgesprek technisch gezien beëindigd. Bij een volgend gebruik van de PTT in dezelfde gespreksgroep wordt de gehele procedure van kanaaltoewijzing opnieuw doorlopen. Gesprek 1 Gesprek 2
gebruik van de wachtrij of queuing Communicatie: groepscommunicatie gebruik van de wachtrij of queuing Praat Wacht Gebruiker 3 drukt op de PTT Gebruiker 2 drukt op de PTT Gebruiker 1 drukt op de PTT Op klassieke netten is het niet aangewezen met twee radio’s tegelijk uit te zenden omdat dat het radionet kan storen. Binnen het astrid netwerk mag iedereen tegelijk de PTT indrukken zonder te storen. De schakelcentrale speelt namelijk verkeersleider en bepaalt wie er mag spreken en wie eerst nog even moet wachten en luisteren. Dit systeem heet queuing. Het principe is hetzelfde en even eenvoudig als dat bij de beenhouwer waar je een ticketje trekt en aanschuift. Wens je te antwoorden, druk dan op de PTT en wacht met spreken op het visueel en/of auditief signaal; ook al spreken meerdere groepsleden voor jou, je plaats in de wachtrij of queue is en blijft voor jou gereserveerd.
Scanning : werking Communicatie: groepscommunicatie Uw radio kan op elk moment maar één gesprek ontvangen. Een Radio-dispatch (DWS) of een werkstation in het CIC kan meerdere groepen simultaan beluisteren. Op een radio kan wel de mode scanning worden gebruikt om dit automatisch te laten overspringen tussen meerdere gesprekgroepen. Maar u kan altijd maar één gesprek tegelijk beluisteren. Met andere woorden: als er meerdere gesprekken tegelijkertijd aan de gang zijn in de gescande groepen, moet uw toestel een keuze maken. Door verschillende prioriteiten te geven aan de gespreksgroepen die worden gescand, kan u bepalen welke binnenkomende communicaties voorrang hebben op andere. Indien uw radiotoestel de gespreksgroepen in verschillende folders organiseert, kan u zonodig gepersonaliseerde folders aanmaken. Het bepalen van de prioriteit van de verschillende groepen in de lijst van te scannen groepen is de verantwoordelijkheid van de eindgebruiker.
Broadcast via Background gespreksgroep Communicatie: groepscommunicatie Broadcast via Background gespreksgroep scanlijst in de radio prioriteit in de scanlijst visuele voorstelling van de wijze waarop een radio groep_1 Normal reageert op gesprekken in een background gespreksgroep groep_2 Low het toestel in het onderstaande voorbeeld staat NIET in scan modus groep_3 High maar heeft groep_1 geselecteerd gevoerde gesprekken background talkgroup radio geeft gesprek weer: Een broadcast gespreksgroep is een groep die altijd gescand wordt, ook al staat de scanning-mode van de radio niet aan. De scanning-prioriteit van een background-groep is op de groeps-noodoproep na de hoogste. Daarom zal je radio een ontvangen broadcast via de background gespreksgroep altijd weergeven, tenzij je in een individuele communicatie bent betrokken. Alleen dispatchers (gebruikers van een DWS) kunnen in berichten naar background-groepen uitzenden omdat zij over een duidelijk overzicht over de aan de gang zijnde communicaties beschikken.
Overzicht scanning prioriteiten Communicatie: groepscommunicatie Overzicht scanning prioriteiten Dispatcher Noodoproep Background groepen Hoge scanprioriteit Geselecteerde groep Middelmatige scanprioriteit Lage scanprioriteit Als er meerdere groepsgesprekken tegelijkertijd aan de gang zijn binnen de groepen die u aan het scannen bent, zal de hierboven weergeven rangorde worden gebruikt om te bepalen welk gesprek er wordt weergegeven. Als het om gesprekken in een backgroundgroep gaat, maakt het bovendien niet uit of de scanningfunctie op uw toestel is geactiveerd.
Communicatie: groepscommunicatie Broadcast via het aanspreken van meerdere gespreksgroepen tegelijkertijd 1 2 3 4 5 6 7 8 9 * # B d e A Een dispatcher (DWS of werkstation CIC) kan anderzijds ook grote groepen gebruikers aanspreken door één communicatie in meerdere gespreksgroepen tegelijk te initiëren. Op het ontvangende toestel wordt de oproep als een gewone groepsoproep behandeld.
inhoud Communicatie Groepscommunicatie Opzetten van een communicatie Overzicht geven, begrip verschaffen en functioneel aanleren van de wijze waarop communicaties tot stand komen en worden gevoerd en van de verschillende wijzen waarop dat gebeurt. Groepscommunicatie Opzetten van een communicatie Basisvoorwaarden Queing Scanning en prioriteiten Background gespreksgroepen Individuele communicatie Oproepen type radio Oproepen type telefoon Oproepen naar externe netwerken/interne centrale Noodoproepen Datacommunicatie SDS Status Packet data
Discretie versus snelheid Communicatie: individuele communicatie Discretie versus snelheid Het groepsgesprek is de meest eenvoudige en meest snelle manier van communiceren over het TETRA radionetwerk. Om een boodschap met gevoelige informatie over personen of feiten over te maken werd vroeger alternatieve communicatie gebruikt zoals GSM of vaste telefoon. Het alternatief is een individueel TETRA-gesprek. Dat is iets omslachtiger om te starten dan een groepsgesprek maar het garandeert een hogere graad van privacy.
Individuele oproep: varianten Communicatie: individuele communicatie Individuele oproep: varianten Er zijn drie soorten individuele oproepen Individuele oproep type radio directe verbinding (semi-duplex) Individuele oproep type telefoon met beltoon (duplex) PSTN oproepen Individuele oproep van en naar GSM of vaste lijn Of men individuele oproepen mag maken en/of ontvangen hangt af van de rechten die aan de gebruiker zijn toegekend (de rechten worden toegekend aan het ISSI nummer en het ISSI nummer op zijn beurt aan een radiotoestel, zie boven). Ter informatie: men kan in de tetra radio’s een telefoonboek opslagen. Door radionummers in combinatie met bestemmingstype op te nemen in het telefoonboek kan u de oproeptijd verkorten. Bij groepsgesprekken is een telefoonboek interessant, omdat de identiteit (ISSI) van de sprekende partij wordt vervangen door de bijhorende naam uit het telefoonboek.
Individuele oproep type radio met directe verbinding Communicatie: individuele communicatie Individuele oproep type radio met directe verbinding Dit is de eenvoudigste en snelste methode van individueel oproepen. De manier van communiceren is typisch radio : er moet gebruik gemaakt worden van de PTT om aan te geven wie spreekt en wie luistert. Vorm het individuele nummer van de radio die u wenst op te roepen (7 digits) – of kies in telefoonboek druk op de PTT en spreek De oproep wordt onmiddellijk verbonden (let echter op de lampjes omwille van de vertraging)
Individuele oproep type radio met directe verbinding - vervolg Communicatie: individuele communicatie Individuele oproep type radio met directe verbinding - vervolg Dit is de eenvoudigste en snelste methode om individueel opgeroepen te worden: De opgeroepene hoort onmiddellijk de eerste boodschap van de oproeper Om te antwoorden volstaat het op de PTT te drukken en te spreken (let echter op de lampjes omwille van de vertraging) De oproep wordt automatisch afgebroken bij inactiviteit. Uitzondering: Indien de radio die u wenst te bereiken in discrete mode staat omdat de persoon bijvoorbeeld in een vergadering zit, dan verandert het oproeptype automatisch naar het ‘met beltoon’ type. U kan dan niet direct praten maar moet wachten tot de tegenpartij uw oproep beantwoordt.
Individuele oproep type telefoon met beltoon Communicatie: individuele communicatie Individuele oproep type telefoon met beltoon Dit is de meest comfortabele manier van communiceren Vorm het individuele nummer van de radio die u wenst op te roepen (het ISSI van 7 digits) Geef aan dat u een ASTRID-radio wenst te bereiken Druk op het groene hoorntje Een beltoon geeft aan dat de opgeroepene wordt verwittigd. Wacht tot de oproep wordt verbonden Bij dit type oproep kan er simultaan gesproken en geluisterd worden. Tijdens het opzetten van de individuele oproep moet een extra keuze gemaakt worden en er moet gewacht worden tot de oproep wordt opgenomen. Sommige radio’s laten het gebruik van verkorte nummering toe. Dat betekent dat men enkel dat gedeelte van het ISSI nummer moet ingeven dat verschilt van het op te roepen nummer, van rechts te beginnen. Als bijvooorbeeld het nummer 9595766 een oproep wil maken naar 9595768 volstaat het dan om ’68’ als oproepnummer te gebruiken.
Individuele oproep moet verbroken worden Communicatie: individuele communicatie Individuele oproep moet verbroken worden Een groepsoproep wordt automatisch verbroken Een individuele oproep van het type directe verbinding wordt zoals bij een groepsoproep automatisch verbroken. Een individuele oproep met beltoon moet altijd manueel worden verbroken door één van beide partijen. Alle oproepen kunnen manueel voortijdig worden afgebroken
Individuele oproep type PSTN Communicatie: individuele communicatie Individuele oproep type PSTN Met uw ASTRID-radio kan u GSM’s en vaste nummers oproepen: Vorm het nummer maar voeg vooraan een extra nul toe (voorbeeld : 0025006789) Geef aan dat u een pstn toestel wenst te bereiken Druk op het groene hoorntje. Een beltoon geeft aan dat de opgeroepene wordt verwittigd. Wacht tot de oproep wordt verbonden om te spreken.
Individuele oproep type PSTN Communicatie: individuele communicatie Individuele oproep type PSTN U kan worden opgebeld niet alleen door ASTRID-radio’s maar ook door gebruikers van vaste telefoon en GSM. DXT Het is niet vanzelfsprekend om inbelnummers voor de verschillende DXT’s publiek te maken. Dat zou immers de mogelijkheid voor externen openen om misbruik te maken van dergelijke inbelnummers.
inhoud Communicatie Groepscommunicatie Opzetten van een communicatie Overzicht geven, begrip verschaffen en functioneel aanleren van de wijze waarop communicaties tot stand komen en worden gevoerd en van de verschillende wijzen waarop dat gebeurt. Groepscommunicatie Opzetten van een communicatie Basisvoorwaarden Queing Scanning en prioriteiten Background gespreksgroepen Individuele communicatie Oproepen type radio Oproepen type telefoon Oproepen naar externe netwerken/interne centrale Noodoproepen Datacommunicatie SDS Status Packet data
Het netwerk garandeert een tijdslot voor elke noodoproep Communicatie: noodoproepen Noodoproep Een noodoproep heeft de hoogst mogelijke prioriteit bij verzenden en bij ontvangst Het netwerk garandeert een tijdslot voor elke noodoproep Een noodoproep heeft bij de ontvangst de hoogste prioriteit. De aandacht van de ontvanger wordt met visuele en auditieve prikkels aangezet tot onmiddellijke actie
De reactie van een druk op de rode knop hangt af van de programmering Communicatie: noodoproepen Noodoproep De reactie van een druk op de rode knop hangt af van de programmering Van de radio Van de gespreksgroepen Van het netwerk De reactie bij een druk op de noodknop wordt op drie niveaus bepaald.
inhoud Communicatie Groepscommunicatie Opzetten van een communicatie Overzicht geven, begrip verschaffen en functioneel aanleren van de wijze waarop communicaties tot stand komen en worden gevoerd en van de verschillende wijzen waarop dat gebeurt. Groepscommunicatie Opzetten van een communicatie Basisvoorwaarden Queing Scanning en prioriteiten Background gespreksgroepen Individuele communicatie Oproepen type radio Oproepen type telefoon Oproepen naar externe netwerken/interne centrale Noodoproepen Datacommunicatie Status SDS Packet data
Hiervoor is de juiste programmering van de radio nodig Communicatie: datacommunicatie Statusboodschappen Dit zijn uiterst korte berichten die over een controlekanaal worden verstuurd Deze codes kunnen zowel aan de kant van de zender als de ontvanger worden vertaald naar leesbare tekst Hiervoor is de juiste programmering van de radio nodig Statusboodschappen kunnen naar individuele radio, naar een gespreksgroep, of naar een applicatie worden gestuurd De terugbelopdracht of ‘callback request’ is een standaard statusboodschap die met elke radio kan worden gebruikt Als iemands radio in stille modus staat en uw oproepen niet worden beantwoord Als uw radio geen rechten heeft om individuele oproepen te maken maar wel te ontvangen Als uw correspondent in individueel gesprek is De ontvanger van uw bericht moet op het groene hoorntje (telefoonoproep) of op de PTT (radio-oproep) drukken om u terug te bellen.
Statusboodschappen Communicatie: datacommunicatie Een aantal statusboodschappen kunnen de communicatie vergemakkelijken tussen operationele eenheden en hun dispatching. Operationele ploegen sturen bijvoorbeeld boodschappen ER, AR, … IQ. Deze statusboodschappen worden automatisch ontvangen en verwerkt door de communicatieservers waarnaar ze werden verstuurd. Dispatchers kunnen zo de evolutie van de interventies op hun scherm volgen zonder dat gesproken radio-communicatie strikt noodzakelijk is. In bovenstaande tabel worden de standaard statussen weergegeven. Deze moeten in de radio van de verzender EN van de ontvanger worden geprogrammeerd met behulp van de merkgebonden programming tool.
Communicatie: datacommunicatie Tekstberichten Binnen TETRA, spreekt men over SDS (Short Data Service). Dit systeem is vergelijkbaar met SMS (Short Messaging Service) bij GSM Vrije tekstberichten kunnen worden verstuurd naar individuele radio’s en naar volledige gespreksgroepen De maximale lengte van de boodschappen is van minder belang gezien te lange boodschappen in meerdere kleine boodschappen worden verstuurd Tekstboodschappen kunnen worden gebruikt om informatie die moet worden gespeld (vreemde namen, producten..) over te sturen. Daarnaast zijn automatische diensten mogelijk maar nog niet operationeel (ADR, DIV...). In sommige radio’s kunnen veelgebruikte tekst-boodschappen worden bewaard en gebruikt als pseudo-statusboodschappen die kunnen worden hergebruikt wanneer dat nodig is. De meeste radio’s laten ook toe om sjablonen op te slaan. Met tekstberichten kan men ook applicaties activeren. Zo kan men bijvoorbeeld SDS berichten versturen naar een server van het paging netwerk met daarin het (groeps)nummer, eventueel de veiligheidscode en de inhoud van een pagingbericht (SDS-to-page).
Ter info: AVL, een geautomatiseerde SDS-toepassing Communicatie: datacommunicatie Ter info: AVL, een geautomatiseerde SDS-toepassing Locatie via SDS naar dispachting
Basisconcepten en infrastructuur Organisatie inhoud Inleiding Basisconcepten en infrastructuur Organisatie Operationele organisatie Commerciële organisatie Communicatie Groepscommunicatie Individuele communicatie Noodoproep Gegevenscommunicatie Dekking Configuratie Troubleshooting en FAQ
Dekking: beschikbaarheid Individuele oproepen Nationale dekking Groepsoproepen Een provincie en de omliggende provincies of het gehele grondgebied
Bijzondere gevallen van radiodekking Directe Modus Repeaters Gateways Back to back Fallback Moc Tunnels en metrostations air base stations
DMO Direct Mode Operation Dekking DMO Direct Mode Operation Het gebruik van een uitgebreide netwerk-infrastructuur heeft heel wat voordelen maar ook een mogelijk nadeel, namelijk geen netwerkverbinding betekent geen communicatie. Hier biedt de mode DMO oplossingen. Binnen de directe modus die op een toestel manueel kan worden geactiveerd, kan men kiezen uit een aantal dmo-gespreksgroepen, die in de radio moeten worden geprogrammeerd. Op de frequentieband 380-400 Mhz zijn slechts een beperkt aantal dmo-frequenties beschikbaar, die over de verschillende organisaties worden verdeeld. Ze worden op dezelfde wijze als gespreksgroepen geselecteerd op de radio.
Frequentie-efficiëntie Dekking Beperkingen van DMO Bereik Beperkte diensten Frequentie-efficiëntie In open terrein kan het bereik in DMO 6 km en meer zijn. Binnen in een gebouw opgetrokken uit gewapend beton kan het bereik tot enkele meters beperkt zijn. Van alle diensten die in de netwerkmodus TMO beschikbaar zijn blijven groepscommunicatie en groepsnoodoproepen mogelijk. Bepaalde gebruikersgroepen willen ook tekst- en statusboodschappen kunnen gebruiken (brandweerdiensten willen bijvoorbeeld hartslag en andere telemetrie gegevens in DMO kunnen verzamelen). Maar dit is op dit moment met geen enkele radio mogelijk. De frequentie-efficiëntie van groepscommunicatie in DMO is veel lager dan in TMO.
Base Station Fallback Antennemast DXT B C D Dekking Als de verbinding tussen schakelcentrale (DXT) en antennemast om één of andere reden wegvalt, dan worden de netwerkdiensten onmiddellijk onderbroken en de gebruiker krijgt hiervan een melding op zijn radio. In het basisstation van de antennemast kunnen drie zogenaamde fallback gespreksgroepen worden geprogrammeerd Deze speciale gespreksgroepen kunnen dan worden gebruikt binnen de dekking van die ene antennemast op voorwaarde dat ze ook in de radio zijn geprogrammeerd. Ze worden geselecteerd zoals gewone gespreksgroepen of DMO-frequenties. Tussen de verschillende gebruikersorganisaties moeten afspraken worden gemaakt over het gebruik van de fallbackgroepen bij multidisciplinaire activiteit in een cel die contact met de DXT heeft verloren. Overschakelen naar DMO is de volgende stap maar het zendbereik in DMO is veel kleiner dan dat van een basisstation C D
mobiel operatiecentrum Inleiding mobiel operatiecentrum MOC: Mobile operation Center Het MOC is een vrachtwagen die is uitgerust met de nodige uitrusting om tijdelijk optimale radiodekking te verzorgen in een bepaald gebied. Via een ISDN- of straalverbinding wordt het centrum op de rest van het netwerk aangesloten, zodat er bijkomende middelen vrijkomen.
het leggen van straalkabels of een aparte gateway of Inleiding Tunnels en metro Tunnels en metro worden afhankelijk van de specifieke noden van radiodekking voorzien door: het leggen van straalkabels of een aparte gateway of een specifiek basisstation
Inleiding Air base stations Er worden 7 speciale basisstations gebouwd om radiodekking te garanderen voor helikopters en vliegtuigen over het gehele grondgebied.