Belangrijke begrippen (selectie H3, H4) Sociologische begrippen hoofdstuk 3*: Solidariteit Hiërarchie Arbeidsdeling Bezit Sociologische begrippen hoofdstuk 4*: Jargon Begrip – term – definitie
Sociologie als wetenschap Empirisch: feiten Theoretisch: algemene trends ipv individuele gevallen Cumulatief: kennistoevoeging Non-ethisch geen uitspraak over sociale acties Systematisch Generaliserend
Sociologie en andere sociale wetenschappen Psychologie: individu; o.a wijze waarop het brein van het individu werkt Economie: productie, consumptie, distributie van schaarse goederen en diensten Antropologie: invloed van cultuur (godsdienst, kunst, …) op relaties en gedrag van mensen
Sociologie en andere sociale wetenschappen Overeenkomsten: Menselijk gedrag centraal Verschillen: - Elk vanuit eigen optiek Unieke van Sociologie: Menselijke interactie binnen het kader van groeperingen en de samenleving
Sociologische perspectieven Historisch Regelmatigheden Stabiliteit Conflict
Sociologie bedreigend? Conditionering door sociale achtergrond ≠ determinering Sociale verandering
Sociologische analyse
Menselijk handelen en onbedoelde gevolgen: taak van de sociologie 4 Universele problemen: Solidariteit (wie horen bij wie) Hiërarchie (wie staan boven wie) Arbeidsdeling (wie doen wat en voor wie) Bezit (van wie is wat)
Maatschappelijke betekenis Sociologie 1. ontwikkeling 2 overdracht – studenten / anderen 3 toepassing 4 gebruik - beleidsmakers
Begrippen, termen, definities Begrip: abstractie, idee, vage voorstelling Termen: willekeurig gekozen woord voor begrip Definitie: nauwkeurige omschrijving
Vragen: 1.Hoe kan iemands ‘persoonlijk’ drankprobleem er socologisch als uiting van een algemeen maatschappelijk probleem uitzien? 2. Leg uit waarom het soms de moeite loont iets te onderzoeken dat voor iedereen vanzelfsprekend is.