Beter samenwerken in teams Over de vervlechting van product en proces Groepsdynamica volgens Outward Bound Door Bert Vandenbussche Mail: Bert.Vandenbussche@outwardbound.be Gsm: 0496/303657
Een team is een taakgroep Groep van teamleden die onderling afhankelijk zijn voor het uitvoeren van het werk & het resultaat Dynamiek wordt bepaald door de manier waarop taak en afhankelijkheid concreet vorm krijgen.
PPP–Model (Johan Hovelynck)
Groepsdynamica als bril om te kijken naar de hier-en-nu-dynamiek in een team dubbele betekenis van faire attention à ~ aandacht hebben voor ~ zorg dragen voor VERSUS groepsdynamica als manual Om de theorie als matrix over de teamdynamiek te leggen
Inclusie – Erbij horen Binnen - Buiten Onderliggend thema : ’Wie zijn deze mensen ? Kan ik mezelf zijn ? Zien ze mij zoals ik mezelf zie ? Veiligheid versus onrust Angst : niet bij de groep horen of er juist door opgeslorpt worden = Identiteitsprobleem Cliché onderwerpen : · informatie geven over jezelf · alleen wat relevant is wordt gehoord · men praat wel maar men gaat niet op elkaars woorden in
Inclusie – Erbij horen Binnen - Buiten Structuur Individuen – ieder voor zichzelf (op zoek naar contact) Onderwerp Formeel : Focus op taak , discussie over doelstellingen en hoe die bereiken Informeel : ‘Borrelglasthema’s’
Inclusie – Erbij horen Binnen - Buiten RELATIE MET BEGELEIDING Afhankelijkheid begeleider is de enige duidelijke referentie heeft de begeleider belangstelling voor ons? Geeft structuur ROL VAN DE BEGELEIDER structuur geven ( informatie over het programma, kennismaking, …) een waaier van groepsactiviteiten aanbieden maak verwachtingen en rollen duidelijk niet te ver voorop
2. Transitie Onderliggend thema : ‘wie heb ik graag, bij wie voel ik mij comfortabel’ Gelijk versus verschillend Men krijgt beter zicht op de anderen Interesse vooral voor wie meest op mij lijkt Focus vooral gericht op zichzelf en op diegenen die mijn eigen beeld best bevestigt Uittesten van rollen en grenzen
2. Transitie Structuur Duo’s , trio’s op basis van gelijkheid Onderwerp Formeel : Focus op regels en procedures Nood aan structuur Wat feedback (meestal negatief ) op de taak Informeel : ‘Borrelglasthema’s ‘
2. Transitie RELATIE MET BEGELEIDING neiging naar tegenafhankelijkheid Als het niet goed gaat wordt de fout buiten de groep gelegd begeleider wordt ‘minder’ belangrijk ,maar is nog wel de voornaamste referentie figuur men is het niet altijd eens met hem/haar ROL VAN DE BEGELEIDER Rol model Geef de groep ruimte om te experimenteren activiteiten / reflecties in duo’s en trio’s Blijf kort bij groep
Invloed uitoefenen Boven - onder Onderliggend thema : ‘Voorzichtig uitproberen van krachten , waarbij iedereen zoveel invloed probeert te krijgen als hij/zij passend vindt’ Sympathie versus antipathie Angst : machteloos zijn, overheerst worden of helemaal niet geleid worden Pikorde van de groep Op zoek naar erkenning en aanvaarding Focus op de verschillende andere Confrontaties Bezorgd om: vertrouwen, affectie, hulp, …
Invloed uitoefenen Boven - onder Structuur Subgroepen - kliekjes Onderwerp Formeel : Focus op structuur( duidelijke rollen , hoe tot beslissingen komen, … Goed of slecht groepsgedrag Informeel : Vooral bezig met het negatieve, maar verhuld.
Invloed uitoefenen Boven - onder RELATIE MET BEGELEIDING Tegenafhankelijkheid begeleider is niet meer nodig als referentie punt focus op de groepsleden informele leiders kiest de leider voor een bepaalde groep??
Invloed uitoefenen Boven - onder ROL VAN DE BEGELEIDER Afstand nemen Focus op het groepsproces Help de groep om onderliggende conflicten zichtbaar te maken en te bespreken Niet oordelen Help hen om een eigen structuur te vinden
4. Transitie aanvaarding van interpersoonlijke verschillen Onderliggend thema : ‘wie ben ik in de context van deze groep’ Gelijkwaardigheid De conflicten hebben geleid tot duidelijkere patronen in de relaties binnen de groep (normen zijn duidelijker) Focus op integratie van alle groepsleden; ook de afwijkende Actief, empathisch luisteren Openheid en vertrouwen is sterk gegroeid Euforie
4. Transitie aanvaarding van interpersoonlijke verschillen Structuur Grotere / bredere persoonlijke netwerken Interactie tussen verschillende subgroepen Onderwerp Formeel : Er kan openlijk gepraat worden over gedrag binnen de groep – feedback Gezamenlijke definities van de groepstaak Informeel : Gesprekken worden dieper
4. Transitie aanvaarding van interpersoonlijke verschillen RELATIE MET BEGELEIDING Interafhankelijkheid begeleider is deel van de groep expertise wordt aanvaard en inputs gewaardeerd soms neiging tot overwaardering interesse in persoonlijk leven (skileraar effect) ROL VAN DE BEGELEIDER coach, stel vragen geef geen antwoorden confronteren indien nodig meer en meer verantwoordelijkheid aan de groep of aan individuele deelnemers
5. Genegenheid dichtbij – ver weg Onderliggend thema : ‘Hoeveel geef ik om de anderen en om de groep en hoeveel geven zij om mij ?’ Angst : niet aardig gevonden te worden maar ook te aardig Wij/onze groep Men is in staat om op een open en productieve manier om te gaan met conflicten Respect voor individuele verschillen Nood om terug te komen op vroegere thema’s Soms te aardig, jaloezie, competitie
5. Genegenheid dichtbij – ver weg Structuur Dicht , interactief netwerk Onderwerp Formeel : Het onderliggen thema wordt het onderwerp Er wordt gepraat over emoties , gevoelens, conflicten, gedrag,… Informeel : Dieperliggende thema’s
5. Genegenheid dichtbij – ver weg RELATIE MET BEGELEIDING Interafhankelijkheid Co-operatieve Interafhankelijkheid Inbreng volgens expertise Nood aan feedback van begeleiding Diepe warme gesprekken ROL VAN DE BEGELEIDER help de groep om haar noden te bevredigen Blijf focussen op het groepsproces Geef inbreng in het programma Verantwoordelijkheid bij groep en begeleiding