Ouderlijke persoonlijkheid, opvoeding en probleemgedrag Waarden en normen
De auteurs Peter Prinzie Maja Dekovic
De auteurs Ellen Reitz (op de site van de universiteit van Utrecht, werd er geen foto vermeld bij het visitekaartje van Ellen Reitz.)
Tal van onderzoeken Tal van onderzoeken werden al georganiseerd in verband met de verkeerde waarden en normen meegeven en negatief externaliserend gedrag. Er werd duidelijk aangetoond dat dit in verband staat met elkaar.
Waarom dan dit onderzoek? Omdat men wou kijken naar de bredere kant hiervan. Daarom werd er gewerkt met het factor 5 model, om zo nog een bredere uitslag te krijgen op het onderzoek.
Vijf factor model Of vijf dimensies: 1. Extraversie 2. Vriendelijkheid 3. Zorgvuldigheid of ordelijkheid 4. Emotionele stabiliteit 5. Autonomie
Doel van het onderzoek Via 5 factoren model werd gemeten welke dimensies er voor zorgen in combinatie met andere, welk effect dit kreeg op het gebied van externaliserend gedrag van de kinderen.
Resultaten: Indirecte effecten Moeders met negatieve emotionaliteit: Kiezen bijna altijd voor de harde discipline. Doordat ze dikwijls in een grote vorm van stress zitten. Moeders die hun waarden en normen niet hoog scoren op vriendelijkheid, scoren hoog op negatieve affectie. Waardoor men geen veilige hechting kan creëren.
Resultaten: Directe effecten Eerst en vooral is het al een deel erfelijk bepaald. Ouders die hoog scoren op autonomie werd gekoppeld aan het externaliserend gedrag.
Gelijkenis en verschil met vorig(e) onderzoeken: Zoals al eerder bekend raakte door vorige onderzoeken, bleek dat extraversie, vriendelijkheid, emotionele stabiliteit en autonomie in samenwerking met overreactiviteit, laksheid of Coërciviteit zorgde voor negatief opvoedingshandelen. Verschil met vorig onderzoek van Pattersons wees aan dat persoonlijkheidskenmerken van de ouders, een direct effect hebben op het probleem gedrag van de ouders.