Het accreditatiestelsel: het verleden en het heden
Verder bouwen op het accreditatiestelsel In het hoger onderwijs willen we toe naar een stelsel waar verdiend vertrouwen nog meer wordt beloond. Een instelling of opleiding die het goed doet, of zelfs excelleert, moet daar ook de vruchten van plukken. Maar, hoe doen we dat? Graag horen we de ideeën van jullie! Eerst schetsen we een beeld hoe tot het huidige stelsel zijn gekomen. 2
De ontwikkeling van het accreditatiestelsel Het begon met een visitatiestelsel (jaren tachtig/ begin jaren negentig) De Bolognaverklaring (1999) Invoering van het accreditatiestelsel (2002) 3
Positieve evaluaties “Opleidingen onder het niveau van basiskwaliteit zijn door de mand gevallen en de interne kwaliteitszorg heeft een forse impuls heeft gekregen.” “Het versterkt het vertrouwen in de Nederlandse graden.” “Het stelsel van kwaliteitsbewaking is goed uitgewerkt. De organisatie van accreditatieverlening is goed van de grond gekomen.” Toch ook kritische noten De lasten voor instellingen werden zwaarder. Het stelsel werd als te bureaucratisch ervaren. Te veel gericht op processen en procedures en te weinig op onderwijsinhoudelijke aspecten. Het stelsel zette onvoldoende aan tot verbetering. Accreditatie maakte de verschillen in kwaliteit weinig zichtbaar. 4
Invoering van het huidige stelsel (2011) Bij de invoering van het huidige stelsel zijn aanpassingen gedaan met als doel: Minder (administratieve) lasten voor de professional/instellingen en effectief ingrijpen wanneer dit nodig is. De stimulering van de kwaliteitscultuur (op instellingsniveau). Meer focus op kwaliteit, inhoud en resultaten van de opleiding. De inhoud van het onderwijs dient bij kwaliteitsbeoordeling centraal te staan (en niet het proces en randvoorwaarden). Het zichtbaar maken van verschillen in kwaliteit. Meer maatwerk in het stelsel. Behoud van externe onafhankelijke beoordeling van kwaliteit. Internationale acceptatie van het accreditatiestelsel. 5
Kenmerken van het accreditatiestelsel Om deze doelen te bereiken heeft het huidige accreditatiestelsel de volgende kenmerken: De instellingstoets kwaliteitszorg (ITK) met de beperkte opleidingsbeoordeling. De NVAO kan opleidingen een verbeterperiode geven. Gedifferentieerde beoordeling: naast ‘voldoende’ en ‘onvoldoende’ ook ‘goed’ en ‘excellent’. 6
Het huidige stelsel is positief geëvalueerd Uit onderzoeken is gebleken dat het stelsel functioneert: “Het is een doeltreffend en krachtig stelsel.” Het aspect van peer reviews wordt nog steeds als zeer positief ervaren. Er is meer focus op kwaliteit en inhoud gekomen. 7
De kritiek richt zich voornamelijk op de (administratieve) lasten De voorgenomen lastenverlichting is niet gerealiseerd Foto: Niklas Bildhauer 8
Op naar het accreditatiestelsel 3.0 Internationaal onderzoek: Naar internationale tendensen. Naar beleidsontwikkelingen in stelsels van Vlaanderen, Duitsland, Oostenrijk en Denemarken En specifiek hoe in deze landen wordt omgegaan met administratieve lasten. Welke lessen kunnen we leren van deze landen? 9
Gesprekken met ervaringsdeskundigen, u De komende maanden gaan we het land in om met betrokkenen te spreken over het accreditatiestelsel. Wat gaat er goed en wat kan er beter? De input wordt gebruikt bij de vormgeving van accreditatiestelsel 3.0 en mogelijk voor het doorvoeren van quick wins in het huidige stelsel. Ook zijn we benieuwd naar uw mening! De volgende stellingen leggen we aan u voor (de stellingen verkondigen niet de mening of het beleid van OCW). 10
Stelling 1 Nederland is klaar voor instellingsaccreditatie 11
Stelling 2 Accreditatie betekent verbetering én verantwoording 12
Stelling 3 Voor een forse lastenverlichting hoeft het accreditatiestelsel niet op de schop 13
Nog andere ideeën? Hoe kunnen we het accreditatiestelsel 3.0 vormgeven? Hoe kunnen we verdiend vertrouwen belonen? En waar liggen de mogelijkheden om lasten fors te verminderen? Contact: Sarah Morassi: Nathalie Oordt: 14