1 Hoe goed rekent zuster Bregje? Een onderzoek naar de rekenvaardigheid van verpleegkundigen in Nederland. NVE-congres, 17 november 2011 Gerard J.J.M. Straetmans, Tecla T.M. Lampe en Theo J.H.M. Eggen
2
3 De zorg om kwaliteit in de zorg Voorkomen van medische fouten staat hoog in het vaandel van veel ziekenhuizen en andere zorginstellingen. In Nederland is 20% van de medische fouten toe te schrijven aan medicatiefouten, waarvan de helft wordt veroorzaakt door toedieningsfouten ( Bron: Centrale Medicatiefouten Registratie ). Onbekend is hoeveel procent het gevolg is van rekenfouten, maar buitenlandse studies hebben het over 30 tot 40 procent.
4 Verpleegkundig rekenen: Wat behelst het? Bereiden van medicijnen: mengen, oplossen, verdunnen; Bereiden van infuusvloeistoffen; Berekenen van infuussnelheid; Opmaken van een vochtbalans; Berekeningen gerelateerd aan voeding (bv. BMI, koolhydraten of kilojoule per maaltijd); Berekeningen medicatie op basis van lichaamsgewicht; Omrekenen van eenheden (°C → °F, μg → mg, mmol/l → mg/l).
5 Nederlandse studies naar rekenvaardigheid verpleegkundigen Minder dan 10% van de onderzochte verpleegkundigen scoorde minimaal 85% goed van opgaven die te maken hadden met medicatiedosering, infuussnelheid en zuurstoftoediening (de Jong & Koster, 2007). Ruim veertig procent van de verpleegkundigen scoort een onvoldoende voor rekenvaardigheid. Bijna dertig procent geeft aan wel eens een rekenfout te hebben gemaakt bij het toedienen van medicijnen (Duo Market Research, 2007). Onderzoek van vakblad Nursing en E-Nursing, platform voor online zorgcursussen, onder 162 verpleegkundigen toont aan dat 41 procent een vijf of lager scoort. Slechts 8 procent maakte geen fouten in de test van 10 opgaven (Duo Market Research, 2010).
6 Problemen met deze studies Het aantal personen dat onderzocht is in deze studies is klein (maximaal 262 personen). De representativiteit is twijfelachtig. De gebruikte toetsen zijn zelf vaak van onvoldoende of onbekende kwaliteit. De condities waaronder de toetsresultaten tot stand zijn gekomen zijn niet altijd bekend. Er is vaak geen kritische score bepaald op grond waarvan de toetsprestaties geëvalueerd kunnen worden.
7 Cito-onderzoek naar rekenvaardigheid verpleegkundigen Onderzoek in het kader van productontwikkeling: gestandaardiseerde computertoets verpleegkundig rekenen; Experts op gebied van verpleegkundig rekenen ontwikkelden ca 550 rekenopgaven onder leiding van Cito; Beproeven van de kwaliteit van de ontwikkelde opgaven bij de doelgroep.
Voorbeeld-opgave 1 8 Een patiënt moet per dag 450 mcg Levothyroxine toegediend krijgen, verdeeld over 2 gelijke doses. Aanwezig zijn deelbare tabletten Levothyroxine à 150 mcg. Hoeveel tabletten moet de patiënt per keer toegediend krijgen? A1½ tablet (*) B3 tabletten C6 tabletten
Voorbeeld-opgave 2 9 Een patiënt moet 10 mg Morfine toegediend krijgen. Aanwezig is Morfine 1% oplossing. Hoeveel ml moet de patiënt toegediend krijgen? A0,1 ml B1 ml (*) C10 ml
10 Opzet proefafname opgavenbank Toets- boekje 1 K = 30 Toets- boekje 2 K = 30 Toets- boekje 3 K = 30 Enz. Toets- boekje 4 K = 30 doelgroep n = 100 n = 60 n = 100 enz. steekproef enz. n = 98
Opzet proefafname (2) 2661 Proefpersonen uit 34 (naar locatie) verschillende instellingen hebben een toetsboekje gemaakt; onder door Cito-personeel gecontroleerde toetscondities; Gemiddeld is elk van de 538 opgaven door 148 proefpersonen gemaakt. 11
Analyseren van de gegevens Op zoek naar: Moeilijkheidsgraad van de opgaven; Discriminatiewaarde van de opgaven. 12 ; waarbij vaardigheid persoon; i ; i moeilijkheid item i ; a = a = discriminatiewaarde item e a i P(x i =1 | i e a i ,
13 Een schaal voor verpleegkundige rekenvaardigheid Zeer makkelijke opgaven Zeer moeilijke opgaven
14 Personen op dezelfde schaal Personen met zeer kleine vaardigheid Personen met zeer grote vaardigheid
15 Personen op dezelfde schaal cesuur
16 Kritische schaalwaarde (cesuur) bepalen. Zes deskundigen op het gebied van verpleegkundig rekenen, de verschillende stakeholders vertegenwoordigend, hebben aangegeven welke opgaven van een uit 40 items samengestelde toets uit de opgavenbank een verpleegkundige, die over juist voldoende rekenvaardigheid beschikt, correct moet kunnen beantwoorden. (Modified Angoff en Bookmark procedure)
17 Implicatie cesuur Cesuur: 0,784 Bijna 78 % van de verpleegkundigen heeft onvoldoende rekenvaardigheid om hen met een gerust hart het prepareren en toedienen van medicijnen toe te vertrouwen. 3F Meijerink 0,471
18 Resultaten: Rekenvaardigheid van mannen vs vrouwen nGem. vaard.St.dev.% voldoende Man 282 0,609 0,435 33,3 Vrouw ,475 0,437 23,3
19 Resultaten: Rekenvaardigheid van MBO vs In-service vs HBO nGem. vaard.St.dev.% vold. MBO 780 0,382 0,386 12,7 In-service 960 0,503 0,409 22,7 HBO 701 0,629 0,449 33,8
20 Resultaten: Rekenvaardigheid en werkervaring
Rekenvaardigheid van de modale verpleegkundige (24 % van de proefpersonen in de steekproef heeft de volgende kenmerken: Vrouw én een In-service opleiding genoten én meer dan 15 jaar werkervaring. 21 nGem. vaard.St.dev.% voldoende 640 0,485 0,403 20,9
Conclusie en aanbevelingen Zuster Bregje schiet in vier van de vijf gevallen tekort op het terrein van verpleegkundig rekenen. Een nieuwe sessie voor het vaststellen van de prestatiestandaard is wenselijk. Onderzoek naar de representativiteit van de rekenopgaven voor het verpleegkundig rekenen in de beroepspraktijk is eveneens wenselijk. 22
Dank voor uw aandacht! 23