Namen: Maurits Prager10081852 Niels Suij10008675 Myrna Leeflang10018409 Jordy van der Linden10003398 Arij Dekker09050574.

Presentatie over: "Namen: Maurits Prager10081852 Niels Suij10008675 Myrna Leeflang10018409 Jordy van der Linden10003398 Arij Dekker09050574."— Transcript van de presentatie:

1 Namen: Maurits Prager10081852 Niels Suij10008675 Myrna Leeflang10018409 Jordy van der Linden10003398 Arij Dekker09050574

2  Opdracht  Doelgroep  Literatuur onderzoek  Eigen onderzoek  Eisen en wensen  Discussie  Conclusie  Vragen

3  Analyseer door middel van een literatuurstudie en eigen onderzoek de overeenkomsten en verschillen in de verticale versnellingen bij gaan en lopen.  Stel op basis van uw analyse een lijst van eisen en wensen op ten behoeve van de ontwerper voor een prothesevoet die bij het gaan de gedurende de landing opgeslagen energie tijdens de afzet weer teruggeeft.

4  Mensen die een enkelzijdige voetprothese nodig hebben

5  Voetprotheses op een rij  Analyse tussen gaan en lopen  Modellen van het gaan  Energieverbruik tijdens het gaan

6 -Energy-storing -iWalk -‘lepel’ model

7

8

9  Invloed van:  Staplengte  Stapbreedte  Enkelfunctie Bron: Arthur D. Kuo, J. Maxwell Donelan, Andy

10 Voorwaarden meetprotocol: - 5 proefpersonen + gegevens - Benodigdheden - Testmeting - Meting uitvoeren - Resultaten verwerken

11  Data minimod  Beeldmateriaal  Pc + benodigde software

12

13 De minimale kracht die nodig is om een ideale push-off te creëren, is 60% van de kracht die wordt geleverd tijdens de heelcontact.

14 Eisen:  Energie tijdens hielcontact moet opgeslagen worden  Opgeslagen energie moet tijdens ‘push-off’ terug worden gegeven  De voet moet over een systeem beschikken dat energie, voor een bepaalde tijd, kan vasthouden  De voet moet over een systeem beschikken dat de ‘push-off’ constateert  De voet moet goed kunnen afwikkelen (zool met ronde vorm)  De minimale kracht die nodig is om een ideale push-off te creëren, is 60% van de kracht die wordt geleverd tijdens de heelcontact.  De prothese moet stabiel zijn bij een ongelijke ondergrond (in- en eversie) Wensen:  De voet moet er ‘natuurlijk’ uitzien  Het energieverbruik met prothese, moet vergelijkbaar zijn met het ‘stap- naar-stap transitie’ model. (min mogelijke afwijking)

15  Resultaten en verwachting  Loopband  Uiteindelijke einddoel

16 Er is een lijst van eisen en wensen opgesteld, dit was het einddoel van het project.

17