De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Presentatie VEAN 16 februari 2016 Prof. mr. Tea Mellema-Kranenburg

Verwante presentaties


Presentatie over: "Presentatie VEAN 16 februari 2016 Prof. mr. Tea Mellema-Kranenburg"— Transcript van de presentatie:

1 Presentatie VEAN 16 februari 2016 Prof. mr. Tea Mellema-Kranenburg
De legitieme portie Presentatie VEAN 16 februari 2016 Prof. mr. Tea Mellema-Kranenburg

2 Wat is een legitieme portie?
Zie art. 4:63 BW Vordering in geld Voor afstammelingen tevens erfgenaam Wilsrecht Legitimaris is concurrent schuldeiser, geen erfgenaam(in beginsel). Verbintenisrechtelijke positie. Zie ook Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 8 december 2015, ECLI:NL:GHARL:2015:9251: op de verhouding tussen de legitimaris en de erfgenamen is art. 6: 2 BW van toepassing

3 Wie kunnen een legitieme portie inroepen?
de onterfde erfgenaam tevens afstammeling, tenzij hij zijn legitieme portie op andere wijze(legaat/schenking) heeft verkregen; de legitimaris die te weinig heeft gekregen(aanvullend beroep) de legitimaris die ‘het verkeerde heeft verkregen’(inferieur) de plaatsvervuller van een vooroverleden kind

4 Vervolg wie kunnen een legitieme portie inroepen
de erfgenamen van de legitimaris (art. 4:92 BW), ieder voor hun deel(TM, P. 337, Parl. Gesch.Vast., p.530) de executeur: m.i wel als vertegenwoordiger van de erfgenamen. Zie ook Estate Tip 14 januari 2014 betreffende de Duitse Testamentsvollstrecker De curator in het faillissement en de bewindvoerder bij een schuldsanering

5 Verplichting inroepen van de legitieme portie?
Voorheen: art. 14 lid 1 Algemene Bijstandswet, tekort schietend verantwoordelijkheidsbesef Thans artikel 62 f Wet werk en bijstand/Participatiewet, zie: Rechtbank Limburg 3 september 2015, ECLI:NL:RBLIM:2015:8068: niet opeisen legitieme portie geen schenking, dus ook geen bijstandsverhaal op grond van artikel 62f Wwb c.q. Pw

6 Omvang legitieme portie
Breukdeel: ½ van erfdeel bij versterf (zie art. 4: 64 lid 1 BW) of beter: versterferfdeel in de legitimaire massa Art. 4: 64 lid 2 BW plaatsvervulling Invloed onwaardigheid, onterving of verwerping? Legitimaire massa: zie art. 4: 65 BW goederen der nalatenschap plus de in aanmerking te nemen giften ( art. 4: 67 BW) de schulden der nalatenschap (art. 7 onder a tm c en f)

7 Schulden van de nalatenschap
Loon executeur? Loon vereffenaar? Boedelkosten? Accountantskosten? Advocaatkosten? Makelaarskosten? Zie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 8 december 2015, ECLI:NL:GHARL:2015:9251

8 Waardering Waarde ten tijde van overlijden: Art.4: 65 jo 4: 6 BW

9 Voorbeeld Vader alleenstaand overlijdt eind 2009 Zoon A is onterfd
Zoon B enig erfgenaam Nalatenschap: woning, waard € , 00 Hypothecaire geldlening € , 00 2012: woning verkocht voor € ,00 sinds overlijden € ,00 kosten

10 Vervolg voorbeeld Wat krijgt zoon A:
½ van ½= ¼ van € , 00= € , 00 Wat krijgt zoon B: € € € € ,00= € ,00

11 Redelijk? Zie mijn artikel in WPNR 2012(6956)
Oud recht: legitimaris erfgenaam en deelgenoot. Peildatum waardering: datum verdeling: art. 3: 185 BW, mogelijke correctie art. 3: 166 lid 3 BW. Huidig recht: art. 3:166 lid 3 BW niet direct van toepassing, maar wel art. 6:2 BW. Heuff: de onterfde legitimaris participeert weliswaar niet meer in natura in de boedel, maar wel economisch. Anders verstoring van de verhoudingen en moeilijk oplosbare problemen.

12 Uitwerkingen in de jurisprudentie
Zie Hof Den Haag, 7 april 2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:1995: In beginsel moet worden uitgegaan van de waarde in het economisch verkeer ten tijde van overlijden van erflaatster, tenzij er naar redelijkheid en billijkheid in de rechtsverhouding van de ergename en de legitimarissen uitgegaan moet worden van een andere waarde.

13 Uitwerkingen in jurisprudentie
Hof Arnhem-Leeuwarden 8 december 2015, ECLI:NL:GHARL:2015:9251: Waardedaling komt niet mede voor rekening van de legitimaris: het hof is van oordeel dat de door de erfgenamen aangevoerde feiten en omstandigheden in dit geval niet rechtvaardigen dat de waarde van de woning voor de berekening van de legitieme wordt verminderd.

14 Voorbeeld berekening legitieme
Jan en Marie zijn gehuwd, zij hebben 3 kinderen: A, B en C Jan overlijdt, hij heeft een testament gemaakt waarin hij C heeft onterfd. Zijn nalatenschap bestaat uit een bankrekening met een saldo van € en een huis van € met een hypothecaire geldlening van € Wat kan C hier tegen doen? Variant 1: Jan heeft 4 jaar voor zijn overlijden € aan het Rode Kruis geschonken

15 Vervolg voorbeeld Variant 2: Jan heeft 6 jaar voor zijn overlijden € aan het Rode Kruis geschonken. Variant 3: Jan heeft 6 jaar voor zij overlijden € aan B geschonken. Variant 4: Jan heeft zijn stiefkind X 4 jaar voor zijn overlijden € geschonken.

16 De in aanmerking te nemen giften:
Zie art. 4: 67 BW Giften welke de laatste 5 jaar voor overlijden zijn gedaan( art. 4:67 sub e) Giften die gedaan en aanvaard zijn met het vooruitzicht de legitimaris te benadelen(sub a) Giften die de erflater gedurende zijn leven te allen tijde had kunnen herroepen of die hij bij de gift voor inkorting vatbaar heeft verklaard(sub b) Giften van een voordeel , bestemd om pas na zijn overlijden ten volle te worden genoten(sub c) Giften aan een afstammeling gedaan mits deze of een afstammeling van hem legitimaris van de erflater is sub d

17 Wat is een gift? Art. 7:175 BW Verarming schenker
Verrijking begiftigde Bevoordelingsbedoeling/vrijgevigheid in beginsel niet: een niet doen Zie voormelde uitspraak rechtbank Limburg ECLI:NL:RBLIM:2015:8068

18 Bewijs gift? Wie stelt moet bewijzen. Hoe: bankafschriften voldoende?
Schriftelijk stuk vereist? Onderscheid tussen lening en gift.

19 Informatie legitimaris
Basis art. 4: 78 BW Jegens erfgenamen en met beheer belaste executeur Boedelbeschrijving onder ede bij kantonrechter

20 Hoever reikt de informatieplicht executeur
Zie Hof Amsterdam 2 december 2014, RN 2015/24, ECLI:GHAMS:2014:5168 Ook over periode van voor het overlijden? Hof: ja, als redelijkerwijs voor de hand ligt te veronderstellen dat het oordeel daarover invloed heeft op de boedelbeschrijving en dus op de berekening van de legitieme.

21 Imputatie Berekening van de legitimaire aanspraak:
Toerekening van giften en erfrechtelijke verkrijgingen: Wat geschonken of krachtens erfrecht verkregen wordt, wordt op de legitieme toegerekend(afgetrokken)( art. 4: 70 en 71 BW) Tenzij inferieur: Art. 4: 72 BW, inferieure erfstelling Art. 4: 73 BW, inferieur legaat

22 Ingeval van inferieuriteit
Geen toerekening/ geen vermindering Voorbeeld: erfdeel onder vruchtgebruik (art. 4: 72 BW), legaat onder een last of bewind (art. 4: 73 BW). Inferieur, maar toch vermindering/toerekening Art. 4: 74 BW: voortzetting beroep of bedrijf Art. 4: 75 BW: ‘drugs’bewind

23 Inkorting Geldend maken van de legitieme portie:
Inkorting: art. 4: 79 en 80 BW Legitieme is vordering op de gezamenlijke erfgenamen. Aansprakelijk naar evenredigheid Opeisbaarheid: 6 maanden na openvallen nalatenschap (art. 4: 81 lid 1 BW) Tenzij art. 4: 82 BW: in testament opgenomen clausule t.b.v. langstlevende partner Rente/ wettelijke rente? Zie art. 4: 84 BW

24 Wie aan te spreken? De erfgenaam of de executeur?
Zie Rechtbank Midden-Nederland 18 september 2015, ECLI:NL:RBMNE:2015:6265: de executeur als vertegenwoordiger van de erfgenamen(art. 4: 145 lid 2 BW). Privatieve bevoegdheid van executeur om schulden van de nalatenschap te voldoen

25 Vervolg inkorting Inkorting op:
a) saldo van de nalatenschap dat niet aan ingestelde erfgenamen toekomt b) makingen( erfstellingen en legaten) c) in aanmerking komende giften Zie art. 4:87 en 4: 89 BW

26 Inkorting op giften Zie art. 4: 79 lid 2 sub b jo art. 4: 89 lid 1 en 4:90 lid 1 BW Inkorting rechtstreeks bij de begiftigde Jongere giften voor oudere inkorten (art. 4:89 lid 2 BW) Zie ook Rechtbank Midden-Nederland 2 september 2015, ECLI:NL:RBMNE:2015:6265

27 vervaltermijn Artikel 4: 85 BW: vervaltermijn die aanvangt vanaf openvallen van de nalatenschap, voorbeeld : Hof Den Bosch, ECLI:GHSHE:2015:1895 Kan na verdeling nog beroep op legitieme gedaan worden?

28 Casus inkorting Moeder A maakt testament waarin zij haar enige kinderen, zoon B en zoon C, tot haar enige erfgenamen heeft benoemd. Haar 6 kleinkinderen heeft zij een legaat nagelaten van ieder € Bij haar overlijden blijkt moeder A nog maar een vermogen van € te hebben. Wie krijgt wat uit haar nalatenschap en op grond waarvan?

29 Varianten 1. Zoon B heeft 2 jaar voor haar overlijden van moeder € geleend 2. Zoon B heeft 2 jaar voor haar overlijden € van moeder geschonken gekregen 3. Zoon A en zoon B hebben een overbedelingsvordering op moeder uit de nalatenschap van vader van ieder €

30 Legitieme en executeur
Kan legitimaris executeur naar huis sturen? In principe niet, want legitimaris is slechts schuldeiser, geen erfgenaam maar art. 4: 204 lid 1 aanhef en sub b BW: op verzoek van schuldeiser kan een vereffenaar benoemd worden. Zie Hof Den Bosch 3 december 2013, ECLI:NL:GHSHE:2013:6616, RN 2014, 66. Zie mijn bijdrage in JBN 2015/3: De procedure van het vervangen van een executeur door een vereffenaar.

31 Cautio Socini Wat is Cautio Socini?
bepaling in testament dat erfdeel wordt beperkt indien erfgenaam zich tegen testament of uitvoering daarvan verzet Geldig naar huidig recht? Ja, HR 20 december 2015, ECLI:NL:HR2015:3329, maar Art. 4:4 lid 1 BW brengt met zich mee dat de erfgenaam daarmee niet de vrijheid wordt ontnomen van een hem toekomende erfrechtelijke bevoegdheid uit te oefenen op een wijze die als misbruik van bevoegdheid moet worden aangemerkt.

32 Beneficiaire aanvaarding en legitieme
In geval van beneficiaire aanvaarding wettelijke vereffening: vordering van de legitimaris bij vereffenaar instellen Zie Hof Den Haag 1 december 2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:3639

33 Legitieme en stiefkinderen
Zie art. 4: 91 BW: slechts inkorting op hetgeen aan een stiefkind(art. 4:8 BW) nagelaten of geschonken wordt voorzover de waarde daarvan hoger is dan twee maal hetgeen de legitieme portie van een kind van de erflater had belopen, indien het door de erflater aldus bevoordeelde stiefkind diens eigen kind was geweest. Zie Rechtbank Midden Nederland 2 september 2015:NL:RBMNE:2015:6265

34 Quasi-legaten, art. 4:126 BW Schenkingen en giften die de strekking hebben pas na overlijden te werken(lid1) Bedingen in een overeenkomst zonder redelijke tegenprestatie(lid 2) Worden voor de regels van inkorting en vermindering behandeld als een legaat Speelt bij o.a. bij bedingen in vennootschapscontracten, begunstigingen in levensverzekeringen Zie ook HR 17 mei 2013, ECLI :NL:HR:BZ3643 Executeur moet inkorten op uitkering levensverzekering(art.4: 126lid 2 onder b BW)

35 Actio Pauliana en legitieme
Schulden van de nalatenschap: overbedelingsvordering van kinderen op de langstlevende op grond van wettelijke verdeling/ouderlijke boedelverdeling Eén of meer kinderen worden tijdens leven langstlevende uitgekeerd, andere kinderen niet Is dit een inkortbare schenking? Is dit een paulianeuze rechtshandeling? Welke vordering is de meest gunstige?

36 Afschaffing Legitieme
KNB afschaffing legitieme onder de aandacht gebracht bij Tweede Kamer(27 januari 2016)

37 Slot Dank voor uw aandacht!


Download ppt "Presentatie VEAN 16 februari 2016 Prof. mr. Tea Mellema-Kranenburg"

Verwante presentaties


Ads door Google