Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdFrieda Bakker Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
‘Het middenveld’ Van compromis tot consensus (en terug?)
Pascal Debruyne Universiteit Gent MENARG ‘Het middenveld’ Van compromis tot consensus (en terug?)
2
Probleemstelling expertennota
Autonomie van het middenveld staat onder druk door de neutralisering binnen het overheidsapparaat en de depolitisering van de vereniging binnen de politieke ruimte
3
Probleemstelling expertennota
“Toch mag je een sociale beweging niet reduceren tot dienstverlening, wederzijdse ondersteuning en gezelligheid. Zeker in de huidige dramademocratie – waar politiek niet langer via sociale organisaties, maar wel via de media met kiezers communiceert – hebben sociale bewegingen meer dan ooit de plicht om zelf aan politiek te doen door in het publieke debat een kritische stem te laten horen, door maatschappelijk problemen op de politieke agenda te plaatsen en door gelijkgezinden te mobiliseren . Kortom, het middenveld is politiek, of zal niet zijn.” Prof. Dr. Jaak Billiet (09/03/2013, De Standaard) Vaststelling in “de expertennota” van de Verenigde Verenigingen: verwijzing naar Jaak Billiet en zijn oproep voor meer politieke houding (maar ook vanuit de oproep meer “politieke ruimte” te geven (van bovenuit).
4
‘Politiek’ versus ‘het politieke’
Stelling Als het middenveld ‘politiek’ wil zijn- en van daaruit de autonomie wil claimen, moeten we eerst weten wat ‘politiek’ is. Nood aan zelfreflectie voor we vastlopen in een defensieve reactie op ‘gestolen autonomie’ Er is niet zoiets als een zuivere autonomie: Altijd tussen “systeem” en “leefwereld” gestaan (Wildemeersch) “De staat is een sociale relatie” (Gramsci/Poulantzas) Precieze definitie van “middenveld” onmogelijk. Getracht uit een zo breed mogelijke waaier voorbeelden aan te dragen die symbolisch zijn voor een zekere transformatie inzake “het politieke”. Belangrijk niet alleen de oproep voor “meer politieke ruimte” te doen naar boven toe: “geef ons onze autonomie terug”. Een vraag die pertinenter is, om voorbij die defensieve positie te gaan is “wat is politiek voor ons?”
5
‘Politiek’ versus ‘het politieke’
Doorheen de tijd is er in spreken en handelen van het middenveld zélf een verwarring ontstaan tussen ‘politiek’ (la politique) en ‘het politieke’ (le politique). (Claude Lefort) ‘politiek’ (la politique) : dagelijkse beheer of management van de bestaande samenleving ‘politiek’ als kunst van het mogelijke ‘het politieke’ (le politique): Een politieke daad moet niet kunnen functioneren binnen het kader van de bestaande relaties, maar moet dat kader zelf desgewenst kunnen veranderen. ‘het politieke’ als de kunst van het onmogelijke Basisstelling van de avond: overgang van “het politieke” naar “politiek” (beleidsdenken en consensusdenken)
6
Op een drafje doorheen de tijd
Doorheen de tijd zijn sociale bewegingen (en later ‘middenveld’) deelachtig geworden aan een vorm van ‘politiek’ die de consensus en medebeheer nastreeft: Naoorlogse (verzuilde) ‘middenveld’ deelachtig aan de verstatelijking van het politieke: reguleren van na-oorlogse modernisering en vooruitgangsgeloof. Mei ’68-breuk (overheen ’70 & ‘80)- contestatie van modernisering en vooruitgangsgeloof. Centraal: sociale strijd en nieuwe sociale bewegingen gericht op ‘compromis’ (en ‘pact’) als uitkomst. Europees: Naar einde jaren ‘80, begin ‘90 (val van de muur) en ‘Einde van de geschiedenis’ (-Fukuyama): neoliberalisering en anti-reguleringsdenken. Specifieke Vlaamse context: Opkomst van Vlaams Blok (VB) en ‘zwarte zondagen’, ‘Derde Weg socialisme’ en ‘consensusdenken’: herontdekking van het middenveld als buffer tegen (extreem-)rechts en “integratie van,…” (bvb.: VFIA, SIF, cultuurbeleid,...) Rond de eeuwwisseling: middenveld dat steeds meer consensus als uitgangspositie neemt, het management en-beheersdenken van ‘bovenuit’ interioriseert. Medebeheer en loyaal partnerschap staan centraal in het streven naar “goed bestuur” Dit is basisslide 1 Zowel de jaren ‘70-’80 komt er vanuit links een anti-staatsverhaal en skepsis tegenover de zuilen die verstrengeld zijn met de politiek (de staat) (zeker confrontatie met “reëel bestaande socialisme” vanuit links en orthodoxie van communistische partijen. Als van “rechts”: neoliberalisering en “anti-staat”: daarin ook anti-regulering en betutteling vanuit middenveld.
7
Uitkomst: depolitisering (X3)
Breed: Depolitisering bestaat erin de strijd tussen ideeën zoveel mogelijk als verwaterd af te doen; zelfs als oudbollig. Een dergelijke consensuspolitiek leidt tot het opheffen van dissensus en conflict. 3 niveaus van depolitisering: Van binnenuit: denken van het middenveld zelf depolitiseert Van bovenaf: denken van de overheid over het middenveld depolitiseert Naar onder toe: denken en handelen ten aanzien van achterban depolitiseert. Overgang van ‘het politieke’ als de kunst van het onmogelijke naar ‘politiek’ als kunst van het mogelijke. Anton: Dit is basisslide twee. Belangrijk! Beperk je nadien tot 1 voorbeeld per niveau. Anders wordt het teveel vrees ik… Door de verwatering van onenigheid over de grondslagen van de inrichting van ons maatschappelijk bestel: 3 dubbele depolitisering Van binnenuit: denken van het middenveld zelf depolitiseert Van bovenaf: denken van de overheid over het middenveld depolitiseert Naar onder toe: denken en handelen ten aanzien van achterban depolitiseert. Politiek wordt op die manier gereduceerd tot een ‘beheerskwestie’ waar enkel binnen vooraf bepaalde lijnen over participatie kan worden gesproken.
8
(1) Depolitisering van binnenuit: Het middenveld als loyale partner
Er zijn verschillende dimensies van depolitisering:Loyaal partnerschap & medebeheer van overheidsbeleid als strategie. (1) Verschuiving naar ‘politiek als beleidsbeïnvloeding’= “politiek wordt beleid”; “Le politique” wordt “la politique”.
9
Consensus wordt het uitgangspunt: Pact sluiten als inzet (tegengesteld aan sociale strijd en compromis) Denken in termen van partnerschappen en “consensus” gaat verder dan de overheid. Ook samenwerken vanuit “allemaal aan hetzelfde touw trekken” in het zogenaamde “transitiedenken” (zie ecologie, natuur en –milieusector). In veel van deze transitiearena’s en processen waar er tussen “gelijkwaardige partners” wordt samengewerkt, komt macht langs de achterdeur weer binnen.
10
Ook bedrijven zijn op zoek naar loyale partners om hun imago op te poetsen en legitimiteit op te krikken. Een gangbare strategie is “green washing”. Je verandert fundamenteel niks aan de sociale-maatschappelijke of economische positie en strategie van je bedrijf, maar je maakt het allemaal wat mooier met “een groen imago”. Natuurpunt zoekt sponsoring bij Electrabel en vele andere sponsors, maar wat is de implicatie van de legitimering die je dergelijke bedrijven geeft?
11
(2) Depolitisering van bovenaf: ‘Het middenveld als (beleids)-uitvoerder’
Voorbeeld van de inburgeringssector (lokale en provinciale integratiecentra, onthaalbureaus en tolkendiensten en convenanten met basiseducatiecentra voor NGT2 cursussen Doorheen de tijd verstrenging van het inburgeringsdenken: zogezegd “civiel effect” en “wederkerigheid” maar enkel op papier. De kloof tussen retoriek en realiteit die penaliserend en verhardend is, is groot: boetes worden verhoogd, de targets onhaalbaar, het niveau wordt verhoogd zondermeer. Dat zit allemaal in een “integratie en inburgeringsverhaal” als twee opeenvolgende stappen, maar het zal de facto uitsluitend werken (zie hoorzitting Vlaams Parlement van betrokken werkingen). Verhaal van de 8VZW is daarin sprekend. Diegenen die niet meestappen als “loyale uitvoerders” worden afgedreigd- zie betoging tegen besparingen in Antwerpen.
12
(3) Depolitisering naar onder toe:‘doelgroepen’ (1)
Het middenveld als buffer en apart circuit voor ‘restgroepen’. Ze mogen in zelfbeheer werken en op zichzelf terugplooien (of op hun “kostbare weefsel”) terwijl het grotere plaatje niet in vraag wordt gesteld. Veel bewegingen en organisaties stappen kritiekloos mee in het “zelfbeheer”-verhaal. Al is er zeker iets aan met de kritiek dat niet elkeen zomaar moet opgenomen worden binnen “de staat” (oud integratiemodel) en er meer vrij initiatief van onderuit mag zijn, toch moet de vraag gesteld welke weg dit opgaat? Kortom, de “collectieve emancipatie-idee” doorheen verschillende vormen van collectieve actie en sociale strijd verwordt tot “empowerment” tot zelfsturing en zelfbeheer die de maatschappelijke contouren niet raakt of bedreigt.
13
(3) Depolitisering naar onder toe: ‘doelgroepen’ (2)
Voorbeeld uit de jeugdsector: maak jongeren “marktgevoelige ondernemers”. Jeugdwerk steunt net niet op een bepaalde uitkomst, maar uit het werken vanuit de “vrije tijd” buiten dergelijke marktlogica. Jeugdwerk staat ook onder druk om steeds meer doelstellingen te halen, en jongeren te ‘activeren” in markttermen. Dat marginaliseert het kritische jeugdwerk dat net de contouren van dat marktdenken wil in vraag stellen en ombuigen mét jongeren om ze een eigen plaats te geven in de wereld.
14
It’s the political, stupid!
Dissensus: ‘Het politieke’ en politieke gemeenschap hebben altijd te maken met conflict en angonisme. Politiek gaat altijd gepaard met de formatie van een ‘wij’ versus een ‘zij’ (Zie Chantal Mouffe). Consensus: Wanneer we naar een politiek gaan zonder ‘een politieke daad’, bepaald door ‘consensus’ belanden we in een situatie van ‘postpolitiek’. De postpolitieke consensus zorgt voor een vernauwing van politiek tot een louter technische beheerskwestie. Politiek als beheer en consensus sluit het vraagstuk over de kern van de democratie, die fundamenteel “open” is. (la démocratie à-venir- Derrida) Anton: je eindconclusie = basisslide drie. Opnieuw, beperk je tot één voorbeeld maximum. Anders gaat het te lang worden vrees ik. De filosofe Chantal Mouffe zegt niet dat alle sociale relaties noodzakelijk antagonistisch zijn, maar dat de mogelijkheid van conflict en vijandigheid in elke relatie op elk moment aanwezig is. Kern van democratie is (mogelijkheid tot) ‘dissensus’. In wat volgt geef ik 4 voorbeelden van een politiserend middenveld om aan te tonen dat er een antwoord is op het vraagstuk naar “het politieke” voorbij defensieve positie van aanklacht en autonomie eisen naar boven toe.
15
Politiserend middenveld
Ik geef 4 voorbeelden aan van politiserend middenveld dat zich terug “politiek” opstelt in denken en handelen: Intern via bestaande netwerken met middenveldorganisaties (“de toekomstfabriek”) Nieuwe actievormen en bewegingen die een plaats zoeken en de bestaande milieu en-milieubeweging terug doen bewegen tegen het beleid in (CLIMAXI) Nieuwe netwerken tussen formeel (erkend) middenveld en burgerbewegingen (informeel) (Beweging Recht op Wonen/BROW) Bewegingen los van overheid en formeel middenveld (Straten Generaal & Field Liberation Movement): dwingen de geijkte organisaties door “directe actie”-methodes in standpunt en positie in te nemen in het maatschappelijk debat.
16
Politiserend middenveld
Ik geef 4 voorbeelden aan van politiserend middenveld dat zich terug “politiek” opstelt in denken en handelen: Nieuwe actievormen en bewegingen die een plaats zoeken en de bestaande milieu en-milieubeweging terug doen bewegen tegen het beleid in (CLIMAXI)
17
Politiserend middenveld
Ik geef 4 voorbeelden aan van politiserend middenveld dat zich terug “politiek” opstelt in denken en handelen: Nieuwe netwerken tussen formeel (erkend) middenveld en burgerbewegingen (informeel) (Beweging Recht op Wonen/BROW)
18
Politiserend middenveld
Ik geef 4 voorbeelden aan van politiserend middenveld dat zich terug “politiek” opstelt in denken en handelen: Bewegingen los van overheid en formeel middenveld (Straten Generaal & Field Liberation Movement): dwingen de geijkte organisaties door “directe actie”-methodes in standpunt en positie in te nemen in het maatschappelijk debat.
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.