Semantisatieverhaal: Mijn zoon heeft een hekel aan afwassen

Presentatie over: "Semantisatieverhaal: Mijn zoon heeft een hekel aan afwassen"— Transcript van de presentatie:

1 Semantisatieverhaal: Mijn zoon heeft een hekel aan afwassen
Semantisatieverhaal: Mijn zoon heeft een hekel aan afwassen. Toch moet hij van mij elke dag 1x afwassen. Dat is zijn taak. Een taak is het werk dat je moet doen, de opdracht. Iedereen bij mij in huis heeft zijn eigen taak. Gisteren wilde hij graag buitenspelen, maar hij moest eerst afwassen. Dat wilde hij niet. Hij had afgesproken met een vriendje. Om 13 uur bij het monument op de hoek van de straat. Een monument is een beeld of het gebouw wat je herinnert aan iets wat vroeger gebeurd is. Dit monument herinnert ons aan de WO II. Een zwarte bladzijde uit de geschiedenis. Dat betekent de periode waarin erge dingen zijn gebeurd. Maar… hij moest écht eerst afwassen. Buiten spelen kon daarna. Ik moest hem dwingen, en toen deed hij het. Dwingen betekent ervoor zorgen dat iemand iets doet wat jij wilt. Toen het klaar was, kon hij naar buiten gaan. Hij ging knikkeren. Hij probeert altijd nieuwe knikkers te veroveren. (Als je met knikkeren wint, mag je de knikkers houden. Veroveren betekent na een strijd in bezit nemen) Maar je moet wel eerlijk spelen. Als je valsspeelt, en de regels verbreekt, de regels stukmaakt, is dat niet leuk. Hij won gisteren 2 hele mooie knikkers. Hij denkt dat die knikkers veel geld waard zijn en wil ze graag op Marktplaats verkopen voor heel veel geld. Hij heeft dan winst. De winst betekent ergens meer geld voor krijgen dan dat je er zelf voor hebt betaald. En van die winst wil hij dan nog meer knikkers kopen. Hij is soms een echte handelaar! Een handelaar is iemand die spullen koopt en verkoopt om geld te verdienen. Weet je wat mijn taak in huis is? Ik zorg voor de moestuin. Ik verbouw daar aardappeltjes en tomaten en aardbeien. Verbouwen betekent planten op het land laten groeien en oogsten. Dat is best wel veel werk. Maar… het is maar een moestuin. Het is geen plantage! Een plantage is een grote akker in een warm land om bijvoorbeeld thee of rijst op te laten groeien. Daar heb je past veel werk van! Heb jij ook ‘n vaste taak thuis? de zwarte bladzijde uit de geschiedenis = de periode waarin erge dingen zijn gebeurd de winst = ergens meer geld voor krijgen dan dat je er zelf voor hebt betaald de plantage = een grote akker in een warm land (om bijvoorbeeld thee of rijst op te laten groeien) verbouwen = planten op het land laten groeien en oogsten de handelaar = iemand die spullen koopt en verkoopt om geld te verdienen dwingen = ervoor zorgen dat iemand iets doet wat jij wilt de taak = het werk dat je moet doen, de opdracht veroveren = na een strijd in bezit nemen verbreken = stukmaken het monument = het beeld of het gebouw wat je herinnert aan iets wat vroeger gebeurd is

2 Week 27 – 2 juli 2019 Niveau A Gerarda Das Mariët Koster
Mandy Routledge Francis Vrielink Week 27 – 2 juli 2019 Niveau A

3 de taak

4 het monument

5 de zwarte bladzijde uit de geschiedenis

6 dwingen

7 veroveren

8 verbreken

9 de winst

10 de handelaar €

11 verbouwen

12 de plantage

13 Op de woordmuur:

14 de taak in de moestuin werken afwassen de hond uitlaten
= het werk dat je moet doen = de opdracht in de moestuin werken afwassen de hond uitlaten

15 het monument het oorlogs- monument de herdenkings- plek het standbeeld
= het beeld of het gebouw wat je herinnert aan iets wat vroeger gebeurd is het oorlogs- monument de herdenkings- plek het standbeeld

16 Het verzorgen van een plantage doe je met veel mensen.
de moestuin de plantage = stuk grond waarop je planten laat groeien die je kunt eten Ik zorg voor mijn moestuin. = een grote akker in een warm land (om bijvoorbeeld thee of rijst op te laten groeien     Het verzorgen van een plantage doe je met veel mensen.

17 het gieten verbouwen het planten het oogsten
verbouwen = planten op het land laten groeien en oogsten het planten het oogsten

18 de handelaar de knikker- handelaar de paarden- handelaar
= iemand die spullen koopt en verkoopt om geld te verdienen de knikker- handelaar de paarden- handelaar de auto- handelaar

19 de winst het verlies = ergens meer geld voor krijgen dan je er zelf voor hebt betaald      Hij verkocht de knikkers met veel winst.   = elke keer dat je iets kwijtraakt    Het verlies was dat hij nu geen knikkers meer had. €

20 dwingen vragen verwachten
vragen = ervoor zorgen dat iemand iets doet wat jij wilt verwachten Ik moest hem dwingen om de afwas te doen.

21 de zwarte bladzijde uit de geschiedenis
slavenhandel de zwarte bladzijde uit de geschiedenis = de tijd waarin erge dingen zijn gebeurd de Tweede Wereldoorlog 11 september 2001

22 veroveren = na een strijd in bezit nemen
Hij won met knikkeren. Hij heeft de knikkers van zijn vriend veroverd. verbreken = stukmaken Als je gaat valsspelen, verbreek je de spelregels.