Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdPieter-Jan de Meyer Laatst gewijzigd meer dan 5 jaar geleden
1
INTERNE ORGANISATIE © Dia van Berry Hagendijk
2
ORGANISATIETHEORIEËN
© Dia van Berry Hagendijk Organisatietheorieën: Verschillende ideeën om de prestaties van de organisatie te verhogen. De volgende theorieën zeggen dat deze prestaties omhoog gaan wanneer je…: 1. Scientific management: …een personeelslid laat doen waar hij goed in is (efficiëntie), doelen aan hem stelt, meet of hij de doelen heeft behaald waarna je dit beloond met geld. 2. Algemene managementtheorie: …goed leiding aan personeel geeft m.b.v.: aanbevelingen (=tips), richtlijnen (=hoe je meestal iets aanpakt) en principes (=regels over hoe en wat je doet). 3. Human-Relationsbeweging (HR): …een personeelslid persoonlijke aandacht geeft. 4. Revisionisme: …al het bovenstaande combineert.
3
ORGANISATIETHEORIEËN
© Dia van Berry Hagendijk 4. Revisionisme: Kwam ook met nieuwe ideeën over managen, waaronder het linking-pin-model: In het linking-pin-model (bovenstaand) worden steeds twee groepen met elkaar verbonden (aan elkaar gelinkt) door 1 persoon (het rode rondje). Bijvoorbeeld: inkoopmanager (rode rondje linksonder) overlegt met de directie (boven hem) en vertelt vervolgens de uitkomst aan mensen onder hem (de werknemers van de afdeling inkoop – zwarte bolletjes) Linking-pin
4
ORGANISATIETHEORIEËN
© Dia van Berry Hagendijk 5. (Open) systeemtheorie: …afstemt met de externe omgeving, bijv: leveranciers, klanten, overheid, vakbonden en concurrenten. 6. Contigentiebenadering: …niet voor alle organisaties in de wereld één en dezelfde theorie kiest, maar gewoon per organisatie kijkt naar welke theorie zij nu nodig heeft.
5
SAMENGEVAT LES 1 Organisatietheorieën:
© Dia van Berry Hagendijk Organisatietheorieën: Ideeën over hoe de organisatieprestaties te verbeteren, namelijk door: 1. Scientific management efficiëntie 2. Algemene managementtheorie goed leiding geven 3. Human-Relationsbeweging (HR) persoonlijke aandacht 4. Revisionisme al het bovenstaande 5. (Open) systeemtheorie afstemmen externe omgeving 6. Contigentiebenadering er is niet 1 juiste theorie
6
ORGANISATIESTRUCTUREN
© Dia van Berry Hagendijk Organisatiestructuur: Geeft aan hoe de taken van de organisatie zijn verdeeld en wat de relaties tussen deze taken zijn (baas boven baas). Organogram: Schematische (= plaatje) weergave van een organisatiestructuur, bijvoorbeeld: Hiërarchie: Het rangschikken van personen en de relaties tussen hen aangeven. Personen van dezelfde laag staan gelijk aan elkaar. Hoe meer lagen, des te hiërarchischer de organisatie (meer baas boven baas). Laag 1 Laag 2
7
3 Veel voorkomende organisatiestructuren
© Dia van Berry Hagendijk 3 Veel voorkomende organisatiestructuren 1a) Lijnorganisatie 1b) Lijn-staforganisatie Lijn Lijn Staf Lijn Lijn Lijn Lijn Sterk hiërarchisch (boven elke werknemer een manager). Iedere lijnafdeling heeft een eigen specialisme (takenpakket). Bijvoorbeeld: afdeling: inkoop, verkoop, marketing, techniek. Lijnorganisatie met stafafdelingen. Staf-afdeling voert taken uit voor de gehele organisatie (bijv. administratie, personeelszaken). Daarom hangt een stafafdeling tussen alle afdelingen in. Iemand die op deze afdeling werkt heet: staffunctionaris (bijv. administratiefunctionaris, personeelsfunctionaris)
8
3 Veel voorkomende organisatiestructuren
© Dia van Berry Hagendijk 3 Veel voorkomende organisatiestructuren 2) Project- of matrixorganisatie Soms vraagt een opdracht/project de kennis van verschillende werknemers. Dan kan er een tijdelijke samenwerkgroep komen van wat werknemers van verschillende afdelingen om het doel te bereiken. Doel bereikt? > Projectgroep stopt. Binnen de projectgroep zijn er één of meerdere projectleiders. Het maakt niet uit of de één hoger staat dan de ander; het gaat om ieders kennis (bijv. 1 iemand van marketing, 1 van administratie, 1 van techniek etc.). Als er héél vaak projectgroepen worden gevormd, dan werken de staf- en lijnafdelingen zo veel en vaak met elkaar samen dat er niet meer sprake is van een lijn-staforganisatie, maar van een matrixorganisatie. LIJN-STAF AFDELING MET PROJECTEN MATRIXORGANISATIE
9
3 Veel voorkomende organisatiestructuren
© Dia van Berry Hagendijk 3 Veel voorkomende organisatiestructuren 3) Ententestructuur Platte organisatie. Geen baas boven baas. Ieder werkt op 1 laag samen.
10
SAMENGEVAT LES 2 3 Veel voorkomende organisatiestructuren
© Dia van Berry Hagendijk 3 Veel voorkomende organisatiestructuren 1a) Lijnorganisatie baas boven baas 2b) Lijn-staforganisatie baas boven baas + afdelingen t.b.v. gehele organisatie 2) Project- of matrixorganisatie tijdelijk samenwerkingsverband 3) Ententestructuur geen baas boven baas
11
BESLUITVORMING © Dia van Berry Hagendijk Regels bij het nemen van een besluit in een organisatie: Eenmansbesluit: één persoon mag beslissen. Meerderheidsbesluit: meeste stemmen gelden. Unanimiteit: iedereen moet het eens zijn. Consensus: meeste stemmen gelden indien de minderheid het besluit accepteert. Veto: Al is iedereen voor, 1 deelnemer mag zonder argumenten ‘t besluit tegenhouden (vb. Rusland houdt MH-17 rechtszaak tegen) Methoden bij het nemen van een besluit in een organisatie: Intuïtieve methode: beslissen o.b.v. gevoel (onderbuikgevoel) Ervaringsmethode: beslissen o.b.v. ervaring (een ezel stoot zich…) Rationeel-systematische methode: beslissen o.b.v. goed onderzoek
12
COMMUNICATIE Communicatie: Belang van communicatie: Feedback/Reactie
Het overbrengen en ontvangen van een boodschap. Belang van communicatie: Communicatie geeft informatie. Als deze informatie tijdig, betrouwbaar en relevant is dan kun je hierop als manager beslissingen nemen. Communicatieproces / ZMBO-model: In een gesprek wisselt je rol steeds tussen zender en ontvanger. ZENDER MEDIUM BOODSCHAP ONTVANGER Feedback/Reactie
13
VERSTORINGEN COMMUNICATIE
Ruis: De Boodschap OF Feedback komt dan niet goed door (=ruis). ZENDER MEDIUM BOODSCHAP ONTVANGER Feedback/Reactie
14
COMMUNICATIE Formele communicatie: Informele communicatie:
Communicatie die WEL volgens vaste lijnen, regels en afspraken verloopt. Zoals een vergadering of het invullen van een lidmaatschapsformulier. Voordeel: - je weet wat er komt dus je kunt je erop voorbereiden. - de communicatie wordt vastgelegd zodat iedereen het na kan lezen (zoals een notulen) Nadeel: te veel regels waardoor het te lang kan duren Informele communicatie: Communicatie die NIET volgens vaste lijnen, regels en afspraken verloopt. Zoals spontane discussies of gesprekken. Voordeel: spontante gesprekken geven vaak een beter gevoel Nadeel: - je weet niet wat er komt - de communicatie wordt niet vastgelegd
15
SAMENGEVAT LES 3 © Dia van Berry Hagendijk Methoden bij het nemen van een besluit in een organisatie: Intuïtieve methode: beslissen o.b.v. gevoel (onderbuikgevoel) Ervaringsmethode: beslissen o.b.v. ervaring (een ezel stoot zich…) Rationeel-systematische methode: beslissen o.b.v. goed onderzoek Communicatieproces / ZMBO-model: Zender > Medium > Boodschap > Ontvanger Soms komt de boodschap niet goed door vanwege ruis. Formele communicatie: Communicatie die WEL volgens vaste lijnen, regels en afspraken verloopt. Zoals een vergadering of het invullen van een lidmaatschapsformulier. Informele communicatie: Communicatie die NIET volgens vaste lijnen, regels en afspraken verloopt. Zoals spontane discussies of gesprekken.
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.