Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Welkom
2
Zomaar een dak boven wat hoofden, deur die naar stilte open staat.
276:1 Zomaar een dak boven wat hoofden, deur die naar stilte open staat. Muren van huid, ramen als ogen, speurend naar hoop en dageraad. Huis dat een levend lichaam wordt als wij er binnen gaan om recht voor God te staan.
3
Tafel van Één, brood om te weten dat wij elkaar gegeven zijn.
276:3 Tafel van Één, brood om te weten dat wij elkaar gegeven zijn. Wonder van God, mensen in vrede, oud en vergeten nieuw geheim. Breken en delen, zijn wat niet kan, doen wat ondenkbaar is, dood en verrijzenis.
4
Stilte en begroeting
5
Dit huis, een herberg onderweg voor wie verdwaald in heg en steg
ZG 213: 1 Dit huis, een herberg onderweg voor wie verdwaald in heg en steg geen rust, geen ruimte meer kon vinden, een toevluchtsoord in de woestijn voor wie met olie en met wijn pijnlijke wonden liet verbinden, dit huis, waarin men smarten deelt, weet hoe Gods liefde harten heelt.
6
Dit huis, met liefde opgebouwd, dit gastenhuis voor jong en oud,
ZG 213: 3 Dit huis, met liefde opgebouwd, dit gastenhuis voor jong en oud, ligt langs de weg als een oase; hier kan men putten: nieuwe kracht, hier is beschutting voor de nacht, hier is het elke zondag Pasen! Gezegend al wie binnengaat en hier zijn lasten liggen laat.
7
Gebed
9
Wij gaan voor even uit elkaar en delen nu het licht.
Dat licht vertelt ons iets van God, op Hem zijn wij gericht. Wij geven Gods verhalen door en wie zich openstelt, ervaart misschien een beetje licht door wat er wordt verteld. Straks zoeken wij elkaar weer op en elk heeft zijn verhaal. Het licht verbindt ons met elkaar. Het is voor allemaal.
10
Genesis 32: 23-33
11
Genesis 32: 23Het was nog nacht toen Jakob opstond en de Jabbok overstak op een doorwaadbare plaats, samen met zijn beide vrouwen, zijn twee bijvrouwen en zijn elf kinderen. 24Nadat hij hen over de rivier had geholpen, bracht hij ook al zijn bezittingen naar de overkant. 25Maar zelf bleef hij achter, helemaal alleen, en er worstelde iemand met hem totdat de dag aanbrak. 26Toen de ander zag dat hij het niet van hem kon winnen, raakte hij Jakobs heup aan, en daardoor raakte Jakobs heup tijdens die worsteling ontwricht. 27Toen zei de ander: ‘Laat mij gaan, het wordt al dag.’ Maar Jakob zei: ‘Ik laat u niet gaan tenzij u mij zegent.’ 28De ander vroeg: ‘Hoe luidt je naam?’ ‘Jakob,’ antwoordde hij. 29Daarop zei hij: ‘Voortaan zal je naam niet Jakob zijn maar Israël, want je hebt met God en mensen gestreden en je hebt gewonnen.’ 30Jakob vroeg: ‘Zeg me toch hoe u heet.’ Maar hij kreeg ten antwoord: ‘Waarom vraag je naar mijn naam?’ Toen zegende die ander hem daar. 31Jakob noemde die plaats Peniël, ‘want,’ zei hij, ‘ik heb oog in oog gestaan met God en ben toch in leven gebleven.’ 32Zodra hij bij Peniël was overgestoken, zag hij de zon opkomen. Jakob liep mank. 33Omdat de ander hem had aangeraakt bij de spier die boven het heupgewricht ligt, eten de Israëlieten de heupspier niet, tot op de dag van vandaag.
12
Evenals een moede hinde naar het klare water smacht,
42:1 Evenals een moede hinde naar het klare water smacht, schreeuwt mijn ziel om God te vinden, die ik ademloos verwacht. Ja, ik zoek zijn aangezicht, God van leven, God van licht. Wanneer zal ik Hem weer loven, juichend staan in zijn voorhoven?
13
Zie, gekerkerd in verlangen, balling ver van waar Gij woont,
42:4 Zie, gekerkerd in verlangen, balling ver van waar Gij woont, houden bergen mij gevangen, waar uw heerlijkheid niet troont. Watervloed roept watervloed. Aller diepten euvelmoed heeft mij met geweld bedolven: al uw baren, al uw golven!
14
Hart, onrustig, vol van zorgen, vleugellam geslagen ziel,
42:7 Hart, onrustig, vol van zorgen, vleugellam geslagen ziel, hoop op God en wees geborgen. Hij verheft wie nederviel. Eens verschijn ik voor de Heer, vindt mijn ziel het danklied weer: Hij, mijn God, Hij heeft mijn leven altijd aan de dood ontheven.
15
Een bloedstollend gevecht met een adembenemende ontknoping
16
Ik bouw op U, mijn schild en mijn verlosser.
EL 246: 1 Ik bouw op U, mijn schild en mijn verlosser. Niet eenzaam ga ik op de vijand aan. Sterk in uw kracht gerust in uw bescherming. Ik bouw op U en ga in uwe naam Ik bouw op U en ga in uwe naam.
17
Gelovend ga ik eigen zwakheid voelen.
En telkens meer moet ik uw kracht verstaan. Toch rijst in mij een lied van overwinning. Ik bouw op U en ga in uwe naam.
18
Collecten
20
Ik geloof dat God mijn Vader, bron van al het goede is,
1 Ik geloof dat God mijn Vader, bron van al het goede is, die van hemel en van aarde schepper, herder, hoeder is: Hij zal weiden, medelijden, teder als een moeder is.
21
Ik geloof dat Jezus Heer is, die zachtmoedig binnenrijdt,
2 Ik geloof dat Jezus Heer is, die zachtmoedig binnenrijdt, aan wie alle dank en eer is: zaad, tot ondergang bereid opgestaan en opgevaren keert Hij weer in heerlijkheid.
22
Ik geloof: de Geest, de Trooster, en één kerk, de ware bruid,
3 Ik geloof: de Geest, de Trooster, en één kerk, de ware bruid, de vergeving van de zonden, paaslicht dat ons graf ontsluit,- eeuwig samen zing ik: Amen, roep ik, God, uw glorie uit!
24
and bless God’s holy name. who leads me into life.
Bless the Lord, my soul, and bless God’s holy name. who leads me into life. Prijs de Heer, mijn ziel, en prijs zijn heil’ge naam. die mij het leven geeft.
26
Het “Onze Vader”
27
met hart en mond en handen, die grote dingen doet
704:1 Dank, dank nu allen God met hart en mond en handen, die grote dingen doet hier en in alle landen, die ons van kindsbeen aan, ja, van de moederschoot, zijn vaderlijke hand en trouwe liefde bood.
28
moge ons reeds in dit leven een vrij en vrolijk hart
704:2 Die eeuwig rijke God moge ons reeds in dit leven een vrij en vrolijk hart en milde vrede geven. Die uit genade ons behoudt te allen tijd, is hier en overal een helper die bevrijdt.
29
die troont in ’t licht daarboven. Hem, Vader, Zoon en Geest
704:3 Lof, eer en prijs zij God die troont in ’t licht daarboven. Hem, Vader, Zoon en Geest moet heel de schepping loven. Van Hem, de ene Heer, gaf het verleden blijk, het heden zingt zijn eer, de toekomst is zijn rijk.
30
Jezus Christus onze Heer,
Zegen Amen, amen, amen, zingen wij nu samen. Jezus Christus onze Heer, amen, God, uw naam ter eer!
31
Een gezegende week en graag tot ziens!
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.