Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdAnton Thomas Laatst gewijzigd meer dan 6 jaar geleden
1
Het eigendomsvoorbehoud in de Pandwet
Inge Van de Plas Mandaatassistent insolventierecht Universiteit Antwerpen 1
2
Programma Situering Totstandkoming Tegenstelbaarheid Voorwerp
Onderliggende schuld Tenuitvoerlegging Prioriteit EV en de insolventie van de onderneming 2
3
A. Situering Eigendomsvoorbehoud:
Overeenkomst waarbij de SE de eigendom voorbehoudt tot de SA de uitstaande schuld betaalt E.g. koop, ruil, leasing, aanneming Finance leasing valt wellicht onder toepassingsgebied PW 3 3
4
A. Situering Voor 2018: Art. 101 Faill.W.
Schriftelijk beding Goederen in natura bij koper Vordering instellen voor 1ste PV van verificatie Cass. 2010: EV is niet tegenstelbaar buiten faillissement 4 4
5
A. Situering Uitgangspunten van de Pandwet:
Doeltreffend, flexibel, voorspelbaar en gedetailleerd stelsel van zekerheidsrechten > kredietverlening > versterking economie Evenwichtige benadering belangen SE, SA, zekerheidshouder, zekerheidsverschaffer, derden “Restauratie” BW Aansluiting bij internationale (Europese) ontwikkelingen (Fr, Ndl, Dtsl, DCFR,UNCITRAL, UCC) Functionele benadering Kadering wetswijziging: financiële crisis 2008 Wat is functionele benadering? Wat wilt men hiermee bereiken? => Voorontwerp, pg. 8: rationele en geïntegreerde aanpak waarbij gelijkaardige zekerheidsfiguren ongeacht hun conceptuele verschillen dezelfde juridische uitwerking moeten krijgen Recommendation 8 UNCITRAL: Functional approach 8. The law should adopt a functional approach, under which it covers all rights in movable assets that are created by agreement and secure the payment or other performance of an obligation, regardless of the form of the transaction or the terminology used by the parties (including rights of transferees under a transfer of title to tangible assets for security purposes, rights of an assignee under an assignment of receivables for security purposes, as well as rights of sellers or financial lessors under various forms of retention-of-title agreement and financial leases, respectively). Except with respect to acquisition financing, the functional approach should be implemented in a way that classifies all rights securing the performance of an obligation as security rights and subjects them to a common set of rules. => Reductie transactiekosten: Transaction costs will be reduced notably by: minimizing formalities; providing for a single method for creating security rights rather than a multiplicity of security devices for different types of encumbered asset; and providing a mechanism that permits the creation of security rights in future assets and securing future advances of credit without the need for any additional documentation or action by the parties. Restauratie BW? Wetten zakelijke zekerheden liggen verspreid over verschillende wetboeken en wetteksten. Onderscheid tussen handels- en burgerlijk recht in het zakelijke zekerheidsrecht wordt weggewerkt. WFZ wordt niet aangetast en afzonderlijk statuut voor consumenten. 5 5
6
A. Situering Uitwerking van de uitgangspunten:
Uitgangspunt: één algemeen pandsysteem, afschaffing van verschillende pandrechten (burgerlijk, handelspand, PHZ, landbouwvoorrecht, warrant) MAAR WFZ blijft onaangetast Registerpand – geldt voor alle soorten goederen OPGELET: UITGEZONDERD SV Vuistpand met buitenbezitstelling blijft behouden – aanpassing inpandgeving SV door buitenbezitstelling Nieuw onderscheid: PG al dan niet consument (verschil op vlak van totstandkoming, bewijs en uitwinning) Veralgemening van EV en retentierecht – opname BW Afschaffing van een aantal bestaande bijz. voorrechten: leverancier landbouw, hotelhouder Aanpassing voorrecht onderaannemer: afstemmen op rechtstreekse vordering – alle aannemingen Wat zijn de voornaamste nieuwigheden? Uitgesloten materies: Schepen WFZ (pand op bankrekeningen – argument tegen registratieverplichting) Insolventieprocedures Leasing (mogelijke opname via rechtspraak) Voorrechten Regels mbt intellectuele eigendomsrechten Reden voor onderscheid tussen onderneming – consument: Beleidskeuze Wordt niet vooropgesteld door internationale hervormingsmodellen maar België vond het belangrijk om consumenten bijkomend te beschermen Recente wijziging: “de verduidelijking dat het pandrecht aan de pandhouder een voorrecht geeft” Afschaffing voorrecht pandhouder leek aan te geven dat pandhouder niet langer bevoorrechte positie had in bv. WCO als SE in de opschorting Waarom blijft WFZ onaangetast? 6 6
7
B. Totstandkoming Eigendomsvoorbehoud (art. 69 PW):
EV is schriftelijk opgesteld uiterlijk op het ogenblik van de levering Koper-consument: instemming koper blijkt uit het geschrift Vgl. pandrecht: Consensuele ovk (art. 2 PW) Let op: registerpand PG-consument (art. 4 PW) Bij de PG-consument dient het registerpand tot stand te komen adhv een geschrift (consensualisme is NIET genoeg) Voornaamste wijziging mbt totstandkoming? Pandrecht is niet langer een zakelijke overeenkomst (buitenbezitstelling noodzakelijk voor totstandkoming) maar een consensuele overeenkomst. OUD Recht: pandovereenkomst komt maar tot stand door buitenbezitstelling NU: onderscheid tussen externe en interne werking pandovereenkomst: Pandovereenkomst komt tot stand op het ogenblik van overeenkomst Tegenwerpelijk naar derden maar op het ogenblik van registratie of buitenbezitstelling (vuistpand) of controle (SV) Geschrift als bewijs bij registerpand – elk geschrift is voldoende Hiermee wordt niet de registratie bedoeld Voor PG consument dient geschrift bewezen te worden naar artikel 1325 en 1326 BW: Art Onderhandse akten die wederkerige overeenkomsten bevatten, zijn slechts geldig voor zover zij opgemaakt zijn in zoveel originelen als er partijen zijn die een onderscheiden belang hebben. Eén origineel is voldoende voor allen die hetzelfde belang hebben. In elk origineel moet vermeld worden hoeveel originelen zijn opgemaakt. Echter kan het ontbreken van de vermelding dat de originelen in tweevoud, drievoud enz., zijn opgemaakt niet ingeroepen worden door hem die zijnerzijds de overeenkomst heeft uitgevoerd, welke in de akte is vervat. Art Een onderhands biljet of een onderhandse belofte waarbij een enkele partij zich tegenover de andere verbindt om haar een geldsom of een waardeerbare zaak te betalen, moet geheel geschreven zijn met de hand van de ondertekenaar; of tenminste moet deze, benevens zijn handtekening, met de hand een goed voor of een goedgekeurd voor geschreven hebben, waarbij de som of de hoeveelheid van de zaak voluit in letters is uitgedrukt. Uitgezonderd ingeval de akte uitgaat van kooplieden, ambachtslieden, landbouwers, wijngaardeniers, dagloners of dienstboden. Bewijs pand op SV: " Art. 61. Bewijs De pandovereenkomst wordt bewezen door een geschrift dat de door het pandrecht bezwaarde schuldvorderingen en de gewaarborgde schuldvorderingen nauwkeurig aanduidt. De bepalingen uit afdeling 1 met betrekking tot de vermelding in het geschrift van het maximaal bedrag tot beloop waarvan de schuldvorderingen zijn gewaarborgd, zijn van toepassing. Is de pandgever een consument in de zin van artikel 2, 3°, van de wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming, dan dient het geschrift als bewijs van de overeenkomst te voldoen aan de vereisten, naar gelang het geval, van artikel 1325 of artikel 1326 en dient tevens nauwkeurig melding te worden gemaakt van het maximaal bedrag tot beloop waarvan de schuldvorderingen zijn gewaarborgd. " 7 7
8
C. Tegenstelbaarheid Eigendomsvoorbehoud: Schriftelijke overeenkomst
Geen verdere tegenstelbaarheidsvereisten Facultatieve registratie is mogelijk LET OP: registratie voor bescherming tegen incorporatie >< los van tegenstelbaarheid Vgl. pandrecht: Vuistpand: buitenbezitstelling (art. 39 PW) Registerpand: registratie (art. 15 PW) Uitz: pand op schuldvordering = controle (art PW) Hoe wordt pandrecht tegenstelbaar gemaakt? Notice filing? Enkel bepaalde gegevens worden geregistreerd (art. 30°) Niet de volledige overeenkomst moet worden ingeschreven Voordeel notice filing: Bescherming confidentialiteit pandovereenkomst MAAR België heeft geopteerd voor notice filing enkel na de creatie van de pandovereenkomst. De wet laat niet toe dat registratie en rang reeds worden ingenomen alvorens de overeenkomst is afgesloten (voor en nadelen hiervan) Wijzigingen: Eigendomsvoorbehoud kan facultatief worden geregistreerd > bijkomende wijzigingen pandwet om registratie en consultatie pandregister voor EV mogelijk te maken Verwachte wijziging: Schuldvorderingen zijn uitgesloten van het register Recente wetswijziging: Pand op SV is niet onderworpen aan registratie ook niet facultatief Beleidskeuze: Verzet bankenwereld Oud systeem werkt goed Stijging kosten voor klanten Wat met bankrekeningen zoals in WFZ? Waarom niet facultatief? Perceptie bestaat dat registratie meer gewicht zou hebben Dit zou leiden tot een de facto registratieplicht Banken willen niet gedwongen worden tot registratie Controle of buitenbezitstelling bij SV? => bij ontstaan pandovereenkomst en in ovk verkrijgt PH om tot kennisgeving over te gaan => PH heeft controle omdat hij op elk ogenblik tot kennisgeving kan overgaan en hierdoor effectief het bezit ontneemt aan de PG 8 8
9
D. Voorwerp Eigendomsvoorbehoud: Verkochte of geleasde goederen
Vgl. pandrecht: Alle lichamelijke of onlichamelijke roerende goederen + goed onroerend door bestemming (art. 7 PW) Toekomstige goederen (art. 8 PW) LET OP: consument-PG: waarde verpande zaak niet te hoog (max, dubbel van de omvang van het pandrecht: art. 7, 4de lid PW) Wordt EV beschermd door zakelijke subrogatie bij beschikking onderpand binnen de normale bedrijfsvoering? Betwist zak subrogatie is voornamelijk ter berscherming van onbevoegde beschikkingen, bij bevoegde beschikking zou dit niet van toepassing zijn Heeft facultatieve registratie zelfde effect als registratie bij PR: registratie maakt het PR tegenstelbaar tegen de 3de verkrijger professioneel en sluit art BW uit Verwachte wetswijzing: Art. 19: pandrecht kan worden gevestigd op roerend goed nadat het onroerend is geworden door bestemming Binnen normale bedrijfsuitvoering? – zal nog verder nauwkeuriger worden bepaald door de rechtspraak wat men hieronder allemaal kan verstaan Art 24 en 25 " Art. 24. Beschikking van verpande goederen Het pandrecht volgt de bezwaarde goederen, in welke handen zij ook overgaan. De overnemer geldt als pandgever vanaf het ogenblik van de overdracht. Het eerste lid is niet van toepassing indien de pandgever overeenkomstig artikel 21 gerechtigd was tot beschikking over de bezwaarde goederen, indien de pandhouder had ingestemd met de beschikking of indien de verkrijger zich kan beroepen op artikel " " Art. 25. Derde-verkrijgers De registratie in het pandregister sluit de toepassing van artikel 2279 uit ten aanzien van rechtverkrijgers onder bijzondere titel van de pandgever die handelen in het raam van hun bedrijf of beroep. “ Rechtsverkrijger ten bijzondere titel? Directe rechtsverkrijgers bv koper Niet iemand die van deze laatste heeft gekocht Invloed register op goede trouw derde-verkrijger? => Derde verkrijger particulier (consument?) heeft geen positieve verplichting om opzoekingen te doen bij transacties TENZIJ hij optreedt als professioneel en het gebruikelijk is dat goederen verpand zijn. 9 9
10
D. Voorwerp Wijzigingen aan het voorwerp
Bewerking en vermenging (art. 18, 20 en 70 PW) Beperking specialiteitsbeginsel: behoud EV en PR Onroerendmaking (art. 19 en 71 PW) Beperking natrekking: behoud PR en EV LET OP: Registratie noodzakelijk voor EV Verwachte wetswijzing: Art. 19: pandrecht kan worden gevestigd op roerend goed nadat het onroerend is geworden door bestemming 10 10
11
D. Voorwerp Wijzigingen aan het voorwerp – beschikking
Beschikking binnen normale bedrijfsvoering PR en EV: geen volgrecht, zak. subrogatie = betwist Onbevoegde beschikking: EV: Volgrecht (tenzij 3de verkrijger te goeder trouw) Zak. subrogatie (art. 70 juncto 9 PW) PR: Volgrecht (art. 24 PW) => tenzij 3de verkrijger te goeder trouw (uitz. Art. 25 PW) Zak. subrogatie (art. 9 PW) Binnen normale bedrijfsuitvoering? – zal nog verder nauwkeuriger worden bepaald door de rechtspraak wat men hieronder allemaal kan verstaan Art 24 en 25 " Art. 24. Beschikking van verpande goederen Het pandrecht volgt de bezwaarde goederen, in welke handen zij ook overgaan. De overnemer geldt als pandgever vanaf het ogenblik van de overdracht. Het eerste lid is niet van toepassing indien de pandgever overeenkomstig artikel 21 gerechtigd was tot beschikking over de bezwaarde goederen, indien de pandhouder had ingestemd met de beschikking of indien de verkrijger zich kan beroepen op artikel " " Art. 25. Derde-verkrijgers De registratie in het pandregister sluit de toepassing van artikel 2279 uit ten aanzien van rechtverkrijgers onder bijzondere titel van de pandgever die handelen in het raam van hun bedrijf of beroep. “ Rechtsverkrijger ten bijzondere titel? Directe rechtsverkrijgers bv koper Niet iemand die van deze laatste heeft gekocht Invloed register op goede trouw derde-verkrijger? => Derde verkrijger particulier (consument?) heeft geen positieve verplichting om opzoekingen te doen bij transacties TENZIJ hij optreedt als professioneel en het gebruikelijk is dat goederen verpand zijn. 11 11
12
E. Gewaarborgde schuld Eigendomsvoorbehoud:
Beperkt tot koopprijs en toebehoren GEEN mogelijkheid om EV uit te breiden naar andere schulden Vgl. pandrecht: Gewaarborgde SV moet expliciet worden bepaald/ bepaalbaar zijn (afbakening) Alle-sommen pand = mogelijk (art. 10 PW) Plafond inschrijven in pandovereenkomst + registratie EV: schuldvordering = beperkt tot de prijs Vgl Duitsland: EV kan worden uitgebreid naar andere SV (erweiterte eigentumsvorbehalt) Voordeel maximum bedrag: Afbakening van de gewaarborgde schuld en niet bezwaarde goederen Bescherming tegen overgrote schulden op bepaalde goederen Biedt mogelijkheden om naar andere kredietinstellingen te gaan en bijkomend krediet te verkrijgen Nadeel maximum bedrag: - Overschatting van het maximum bedrag door SE zodat ze zeker zijn dat ze hierin zullen worden terugbetaald Connectie registratie pandrecht en gewaarborgde schuldvordering en gerechtelijke reorganisatie? 12 12
13
F. Tenuitvoerlegging Eigendomsvoorbehoud:
Revindicatie verkochte goed (art. 69 PW) Quid incorporatie? LET OP: verrijkingsverbod (art. 72 PW) Vgl. pandrecht: PG- consument: gelijkaardig oud systeem (art. 46 PW) PG niet-consument:art PW Versnelde uitwinningsprocedure Geen verplichte rechterlijke controle 13 13
14
G. Prioriteit Eigendomsvoorbehoud:
EV heeft super-prioriteit tav pandhouders op hetzelfde goed (art. 58 PW) Quid samenloop PR en EV op eenzelfde goed? Vgl. pandrecht: Prioriteit op basis van tijdstip van tegenstelbaarheid (anterioriteit) (art PW) 14 14
15
H. EV en insolventie van de onderneming
Gerechtelijke reorganisatie EV: EV= bijzondere SE in de opschorting (art. I.22, 14° WER) SE -eigenaar kan geen enkel middel van tenuitvoerlegging op roerende goederen aanwenden (art. XX.51 WER) PR: idem Faillissement: Revindicatievordering voor 1ste PV van verificatie (art. XX. 194 WER) PR: Schorsing daden van tenuitvoerlegging tot de neerlegging van het eerste PV van verificatie van de schuldvorderingen (art. XX.121 WER) 15 15
16
Conclusie EV wordt wettelijk verankerd
Doorgedreven bescherming EV doorheen PW EV is niet volledig gelijk te stellen met PR Praktische uitwerking nieuw EV? 16 16
17
Q & A 17
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.