De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Bestuursrecht Hoorcollege V

Verwante presentaties


Presentatie over: "Bestuursrecht Hoorcollege V"— Transcript van de presentatie:

1 Bestuursrecht Hoorcollege V
Hasselt, 9 december 2013 prof. dr. Anne Mie Draye Vorig hoorcollege; pg 36-38: Enkel situatie in Vlaanderen kennen, niet weten hoe het zit met bijzonder tozicht

2 Goederen van de Overheid
Elke administratieve overheid beschikt over een eigen vermogen (gemeenschappen, gewesten beschikken over goederen) Dit vermogen omvat de middelen die nodig zijn om de werking van deze overheid te verzekeren (het vervullen van taken van algemeen belang) Deze bijzondere situatie rechtvaardigt een afwijkend statuut voor bepaalde overheidsgoederen, met name deze die behoren tot het openbaar domein Mensen en middelen waarop de overheid een beroep doet op haar werk. Moeten de overheidsgoederen beschermd worden of niet (en in welke mate dan). Hoe meer we overheidsgoederen gaan beschermen, hoe minder de overheid erover kan beschikken. Bijzonder regime = domein goederenrecht Veel rechtsonzekerheid, door rechtspraak is vastgesteld wat men kan verstaan onder openbaar domein.

3 Het openbaar domein (1) Het vermogen van de overheid bestaat uit:
- roerende en onroerende goederen - lichamelijke en onlichamelijke goederen Lichamelijke goederen worden aangeduid als domeingoederen Zij worden onderverdeeld in openbaar en privaat domein Alleen voor openbare domeingoederen geldt een bijzonder statuut Onlichamelijke goederen: aandelen, intellectuele rechten, waarden die bepaalde betekenis hebben, octrooien,… Lichamelijke goederen zijn tastbare goederen (grond, …) hier kunnen zakelijke rechten op worden gevestigd. Openbaar domein normaal enkele goederen voor de werking en behartigen van openbaar belang, nu wordt er een onderscheid gemaakt tussen openbaar en privaat domein -> overheid bezit een paar gebouwen die niet bestemd zijn voor openbaar domein

4 Het openbaar domein (2) Het openbaar domein is bestemd tot het gebruik door iedereen of noodzakelijk voor de openbare dienst Goederen die behoren tot het openbaar domein zijn buiten de handel Zij zijn principieel: - onvervreemdbaar - onverjaarbaar - niet vatbaar voor beslag Op deze regels bestaan diverse uitzonderingen Behoren de gevangenissen tot het openbaar domein of tot het gebruik voor velen of anderen. Algemene zin: goederen die behoren tot openbaar domein zijn buiten handel Onvervreemdbaar: men kan niet overdragen (zolang het behoort tot het openbaar domein. Er is een rechtsfiguur die mogelijkheden creëert (desaffectatie.) de overheid beslist om een bepaald goed niet langer een openbare bestemming te geven. Het goed verdwijnt uit het openbaar domein en zal gaan behoren tot het private domein. Onverjaarbaar: verkrijgende verjaring; na verloop van tijd (verschillend) kan je eigenaar worden van een goed waartoe je niet behoorde (je krijgt het vanuit een feitelijke toestand, je hebt het niet gekocht/ge-erfd,…) 1)Verkrijgen van grond,

5 Openbaar domein en ingebruikname (1)
Privatieve ingebruikname van bepaalde delen van het openbaar domein kan, bij middel van een: - domaniale vergunning - domeinconcessie Zowel vergunning als concessie hebben een precair karakter; dit vormt echter geen grond tot willekeurig overheidsoptreden Verschil vergunning en concessie, ze leiden tot preventief gebruik maar het onderscheid is; -een vergunning is eenzijdig, de overheid vergunt iets. -een concessie is een vorm van een specifiek contract (2 partijen komen overeen over het preventief gebruik). Op elke moment kan een vergunning/concessie worden stopgezet Concessiehouder zal nooit het verderzetten/uitvoeren van zijn vergunning of concessie afdwingen. In bepaalde gevallen is er een schadevergoeding mogelijk.

6 Openbaar domein en ingebruikname (2)
In beginsel kunnen geen zakelijke rechten worden gevestigd op het openbaar domein De rechtspraak hanteerde in het verleden een absoluut verbod, met als uitzondering de erfdienstbaarheid Meer recent: evolutie naar een soepelere houding van de decreetgever en de rechterlijke macht Cass 18 mei 2007: een recht van opstal kan: - wanneer dit het gebruik door allen van het openbaar domeingoed niet hindert - op voorwaarde dat de overheid te allen tijde dit gebruik kan regelen Zie ook noot L. De Boel Marginale toetsing Zakelijke rechten; eigendomsrecht, erfdienstbaarheden,;.. Zakelijk verwijst naar een goed en het recht op een bepaald goed Opstalrecht; je mag een huis gebouw optrekken Erfdienstbaarheid: formule die een bepaalde last legt op een goed of grond (bekijken in burgerlijk wetboek) PPS (publiek, private samenwerking) Noot L. De Boel; Wat is de klassieke opvatting, dan de moderne opvatting, ,,,, -> recht van opstal (bw) -> geen minimum termijn Erfpacht minimaal 27 jaar en maximaal 99 jaar

7 Onbeslagbaarheid van overheidsgoederen
Overheidsgoederen zijn in principe, omwille van de continuïteit van de openbare dienst, niet vatbaar voor beslag De onverkorte toepassing van dit principe leidt tot onbillijke toestanden Art bis Ger. WB gaat uit van de onbeslagbaarheid, maar bevat toch een beslagregeling waarbij de belangen van overheid en schuldeisers worden verzoend Wanneer schulden niet betaald wordt, dan kan de schuldenaar beslag laten leggen op het goed. Wat gebeurt er als de overheid als schuldenaar niet betaald?

8 De onteigening De onteigening is een eenzijdige eigendomsverwerving door de overheid, waartoe de eigenaar gedwongen wordt Art 16 GW bepaalt de voorwaarden waaronder iemand uit zijn eigendom kan worden ontzet: - in situaties aangeduid door wet- en decreetgever - omwille van een doelstelling van openbaar nut - volgens een wettelijk vastgestelde procedure - na betaling van een billijke schadevergoeding Intiem middel voor de overheid om goederen te vorderen die noodzakelijk zijn voor het uitoefenen van hun bevoegdheden voor het nastreven van het algemeen belang. Eenzijdig tegenover contractueel Ook kijken naar eerste protocol EVRM

9 In de gevallen aangeduid door de wet
Een rechtsgeldige onteigening vergt een habilitatiewet of decreet/ordonnantie Een dergelijke wet/decreet of ordonnantie bepaalt:  - in welke omstandigheid een onteigening gerechtvaardigd is (wie kan onteigenen,..) - welke overheid kan onteigenen of machtigen tot onteigening - desgevallend het doel waarvoor mag worden onteigend Waarom zeggen ze dat er een habilitatiewet zijn? (beslissing van de wetgevende macht en waarom niet van een KB); Wantrouwen ten aanzien van uitvoerende macht, en de onteigening betreft een inbreuk op eigendomsrecht

10 Onteigening ten algemenen nutte
Het begrip algemeen nut werd niet gedefinieerd in de Grondwet De wet/decreetgever bepaalt vaak het doel waarvoor mag worden onteigend in de habilitatiewet: dit ondersteunt het vermoeden van algemeen nut Wanneer geen dergelijke bepaling is opgenomen speelt de machtigende overheid een belangrijke rol: zij apprecieert en motiveert het algemeen nut Algemeen nut wordt in verband gebracht met onteigeningsnoodzaak Hoven en rechtbanken waken Onteigenen kan enkel voor algemeen nut, dit moet duidelijk omschreven worden. Onteigeningsnoodzaak: 1) Is het wel zo dat de overheid voor haar doelstellingen een bepaald perceel moet onteigenen? 2) Economische sfeer

11 Onteigening volgens welbepaalde procedures
De grondwetgever behield de bevoegdheid om nadere wettelijke regels te bepalen over het verloop van de onteigening voor aan de wetgever Onteigening kan via 3 verschillende procedures verlopen: - de gemeenrechtelijke onteigeningsprocedure (Wet 17 april 1835) - de dringende procedure (Wet 10 mei 1926) - de hoogdringende procedure (Wet 26 juli 1962) Elke onteigening kent een administratieve fase, gevolgd door een minnelijke aankoop of een gerechtelijke fase Er wordt veelal beroep gedaan op de hoogdringende procedure; de overheid die een bepaald beleid wil realiseren, wil niet te lang wachten op die goederen. Veel onteigeningen lopen niet af in gerechtelijke procedures Bestuderen in tekstboek; gebruik van de procedure hoogdringendheid

12 Volledige en voorafgaande schadeloosstelling
De onteigening doet het eigendomsrecht teniet en brengt de onteigende in een minder gunstige positie; de toegebrachte schade moet worden vergoed Herstel gebeurt meestal bij equivalent: de betaling van een geldsom De onteigeningsvergoeding moet volledig zijn; zij omvat diverse componenten De onteigeningsvergoeding moet voorafgaand aan de ingebruikname door de overheid worden betaald Gedwongen om zijn eigendom af te staan Onteigende moet in staat zijn met de vergoeding die hij krijgt een nieuwe woning te vinden in dezelfde staat/plaats/…


Download ppt "Bestuursrecht Hoorcollege V"

Verwante presentaties


Ads door Google