HOOFDSTUK 2: REVOLUTIES

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Hoofdstuk 4: Pruiken en Revoluties
Advertisements

17de eeuw (1.3) Politieke rechten De Republiek was een Statenbond zonder sterk centraal gezag Dat leidde tot -moeizame besluitvorming (tijdrovend) -een.
De verlichting Paragraaf 2.
Hoofdstuk 6 Democratisering
Hfd. 1.4 opkomst van machtige vorsten
De VS krijgen een modern bestuur
 Geen vertegenwoordigers voor kolonies in Britse parlement  Nieuwe belastingen van de Britse regering op suiker, thee,… ‘No taxation without representation’
Frankrijk voerde oorlog tegen landen die bang waren voor een revolutie
Verlichting: Stroming uit de 18de eeuw waarin geloof en absolute macht plaats moest maken voor verstand, vrijheid en gelijkheid.
Verlichting (18e eeuw) Tegen Absolutisme en standenmaatschappij.
Machtsbasis Twee elkaar versterkende monopolies
H7:§ 2:p164-6 Rationeel optimisme Onderzoekers (lees: Verlichters) in de 18e eeuw vormen een andere visie op onderzoek en kijk op de wereld Met verstand.
Over verlichte denkers en hun ideeën
De Verlichting.
Verlicht despotisme.
Tijd van Pruiken en Revoluties
18de eeuw Halverwege de 18de eeuw kwam de Verlichting (zie aantekeningen bij hoofdstuk 7 ) Vrijheidsrechten Verlichtingsfilosofen gingen uit van het idee.
Tijd van Pruiken en Revoluties
Gevolgen van de revolutie
RECHTSSTAAT Scheiding der machten
Liberalisme en socialisme
Politiek.
17de eeuw: Wetenschappelijke revolutie
Wetenschappelijke revolutie
H4:§ 6:p79-80 Rationeel optimisme Onderzoekers (lees: verlichters) in de 18e eeuw vormen een andere visie op onderzoek en kijk op de wereld Met verstand.
-Wat moet je weten aan het einde van de les?
Eén stem per afgevaardigde zul je bedoelen 600 burgers & boeren
Schokland 3.0 Politiek-juridische dimensie
Wat moet je weten aan het eind van de les?
Welke groepen in Frankrijk waren ontevreden in de 18de eeuw
Paragraaf 3 Opkomst van machtige vorsten
Van gewesten naar eenheidsstaat
Opkomst van machtige vorsten 1.4. Vorsten brengen een scheiding aan tussen Kerk en Staat Tot de dertiende eeuw dachten de meeste Europeanen dat God maar.
Context 4 Verlichtingsideeën en de democratische revoluties
Context 4 Verlichtingsideeën en de democratische revoluties
Tijdvak 7- Tijd van pruiken en revoluties ( ) Achttiende Eeuw
Eind 18 e eeuw: Uitbraak van democratische revoluties Welk land heerste er over Amerika begin 18 e eeuw?
H2 Pruiken en revoluties§2.3 Revolutie in Frankrijk Welke groepen in Frankrijk waren ontevreden in de 18 de eeuw en waarom waren zij ontevreden? Waarom.
Verlichting: Filosofische stroming uit de 18de eeuw waarin geloof en absolute macht plaats moest maken voor verstand, vrijheid en gelijkheid.
H8.1 De Verlichting Pruiken en revoluties.
H8.3 Burgers aan de macht: De Amerikaanse revolutie
Burgers en Stoom- machines H10.1 CONSERVATISME EN LIBERALISME.
Historische overzicht Franse Revolutie De gevolgen van de Franse Revolutie.
5.3 Democratie in Nederland Tijd van burgers en stoommachines
Evolutie van de democratie in Nederland Met de Acte van Verlating van 1581 werd de onafhankelijkheid van de Republiek uitgeroepen, die na afloop.
Historische overzicht Bataafse Revolutie
4.1 de Pruikentijd.
23 Het streven van vorsten naar absolute macht 27 Rationeel optimisme en een ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving:
De tijd van burgers en stoommachines H10 Politieke strijd en emancipatie Vroegmoderne tijd 19 e eeuw Paragraaf 10.1 ‘Conservatisme en liberalisme’
De tijd van de pruiken en de revoluties
Tijdvak 7 De tijd van pruiken en revoluties
Burgers en stoommachines 4.3 Politieke stromingen
Democratie in Nederland
Pruiken en revoluties 3.2 Revolutie in Frankrijk
Tijd van pruiken en revoluties 1700 – 1800
Pruiken en revoluties 3.1 De pruikentijd
Pruiken en revoluties 4.1 De pruikentijd
Pruiken en revoluties 4.3 Revolutie in Frankrijk
H7.1 Absolutisme in de rest van Europa
Tijd van pruiken en revoluties 1700 – 1800
VROEG MODERNE TIJD HET RATIONEEL OPTIMISME EN HET VERLICHT DENKEN IN GODSDIENST, POLITIEK, ECONOMIE EN SOCIALE VERHOUDINGEN.
VROEG MODERNE TIJD De democratische revoluties is westerse landen, discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap.
H8.2 Vorsten met Verlichte ideeën
HOOFDSTUK 1 NEDERLAND VAN 1848 TOT 1914
1.1 DE NEDERLANDSE STAATSINRICHTING NU
Het Koninkrijk der Nederlanden
Cursus 3.2 Hoe verloren vorsten hun macht Klas 2 BK Lesweek 4
Wetenschappelijke Revolutie, Verlichting en Franse Revolutie
Machtsbasis Twee elkaar versterkende monopolies
Politieke veranderingen in het verhoudingsvraagstuk
Transcript van de presentatie:

HOOFDSTUK 2: REVOLUTIES Pagina 70 (handboek)

Hoofdstuk 2: revoluties Absolute en parlementaire monarchie De Verlichting De geboorte van de VSA De Franse Revolutie Napoleon Het Congres van Wenen

1. PARLEMENTAIRE EN ABSOLUTE MONARCHIE p. 70 in het handboek Voor de vakantie volledige besproken

DE PARLEMENTAIRE MONARCHIE IN ENGELAND Constitutionele monarchie -> grondwet (Bill of rights) Systeem van “checks and balances” -> verdeling van de macht en onderlinge controle

DE PARLEMENTAIRE MONARCHIE IN ENGELAND (2) KONING (minder macht) REGERING (o.l.v premier) Benoemt uit de meerderheid Keurt beslissingen van regering goed met meerderheid Verantwoording afleggen PARLEMENT HOGERHUIS (House of Lords: hogere adel en clerus) LAGERHUIS (House of Commons: steden, lagere adel en clerus) KIEZERS (Grootgrondbezitters en burgerij)

Lodewijk XIV

Magna Carta

Oliver Cromwell

Bill of rights

p. 73 in het handboek Tijd voor filosofie! =) 2. De Verlichting p. 73 in het handboek Tijd voor filosofie! =)

Immanuel Kant Duitser Filosoof Leefde van 1724 tot 1804 Één van zijn belangrijke werken: Kritiek van de zuivere rede Rationalist: de rede = oorsprong van kennis, ideeën <-> empirisme (ervaring)

Kant over de Verlichting (p. 73 HB) Verlichting betekent de bevrijding van de mens die geen gebruik kan maken van zijn verstand zonder de leiding van iemand anders. Erger is het als de oorzaak ervan niet ligt in het ontbreken van het verstand, maar wel van wilskracht zich ervan te bedienen zonder de leiding van iemand anders. ‘Heb de moed je van je eigen verstand te bedienen!’, is dus de zinspreuk van de Verlichting.

Kant over de Verlichting (p. 73 HB) De enige voorwaarde voor de Verlichting is de vrijheid, nl. in elk opzicht van zijn verstand gebruik te mogen maken in het openbaar. Nu hoor ik van alle kanten roepen: redeneer niet! De belastingontvanger zegt: redeneer niet, betaal! De geestelijke zegt: redeneer niet, geloof! … Overal wordt de vrijheid beknot…

Wat is de Verlichting? Oorsprong van het denken: natuurwetenschappen => nieuwe visie op mens en maatschappij Geloof in menselijke rede Geloof dat gedrag van mens bepaald wordt door natuurwetten. Verlichting = Kritisch denken Rationalisme Vrijheid van het individu => vrijheid van mening, geloof, handel,… BASIS VAN HUIDIGE SAMENLEVING!

De grote verlichte filosofen Hun ideeën lagen mee aan de basis van de veranderingen in de samenleving: John Locke Charles de Montesquieu Jean-Jacques Rousseau Voltaire

JOHN LOCKE Brit Leefde van 1632 tot 1704 Was adviseur voor de Glorious Revolution Één van de grondleggers van het liberalisme

Burgers hebben rechten (p. 74 HB) Wat zegt Locke over de wetgevende macht (WM)? Welzijn van het volk Toestemming van het volk Welke macht heeft het volk? Het volk mag het gezag afzetten (mag van God) Wat zegt hij over de godsdienst? Er moet godsdienstvrijheid zijn

Maatschappelijke vrijheid De vrijheid van de mens in de maatschappij bestaat er in onder geen andere wettelijke macht te staan dan die, welke met inwilliging (“agreement”) in het gemenebest is opgericht. De mens mag zijn bestuur zelf kiezen. Elke mens heeft van nature uit macht => elke mens kan dit aan het gezag geven : Mens geeft macht af Bestuur moet verantwoording afleggen = maatschappelijk contract => GRONDWET Volkssoevereiniteit: Als het gezag faalt => gezag afzetten en nieuw gezag kiezen Volk = de hoogste macht

Persoonlijke vrijheid De vrijheid bestaat er in dat ik in alle dingen waar de wet niets bepaalt mijn eigen wil kan volgen, en dat ik niet onderworpen ben aan de veranderlijke, onzekere, onbekende, willekeurige wil van een andere persoon,… De mens heeft: Vrijheid Eigendomsrecht Wat de wet niet voorschrijft => ik mag zelf doen wat ik wil Iedereen is gelijk voor de wet

Ideeën van John Locke De mens heeft natuurlijke rechten gekregen van God. De koning moet die rechten beschermen => contract met zijn burgers. Volkssoevereiniteit: als koning contract niet naleeft => burgers mogen hem afzetten Principes moeten in een grondwet geschreven worden (contract)

CHARLES DE MONTESQUIEU Fransman Leefde van 1689 tot 1755 Baseerde zich op de ideeën van Locke

Scheiding van de machten Basis van de ideeën van Montesquieu. 3 verschillende machten: Wetgevende Rechterlijke uitvoerende

Scheiding van de machten Wetgevende macht: de vorst of regering maakt wetten voor een bepaalde tijd of voor altijd en verbetert of schaft die af welke reeds gemaakt zijn. Uitvoerende macht: de vorst of regering maakt oorlog of vrede, zendt of ontvangt ambassades, handhaaft de rust, voorkomt invallen. Rechterlijke macht: de vorst of regering straft de misdaden of oordeelt de geschillen van de particulieren. De macht om recht te spreken.

Scheiding van de machten Hoe is de verdeling van deze macht in het huidige België? Wetgevende macht? Uitvoerende macht? Rechterlijke macht?

Scheiding van de machten (p. 74 HB) Wat als de wetgevende en uitvoerende macht bij 1 persoon zijn? Geen vrijheid o.v. willekeur Wat als de rechterlijke en wetgevende macht bij 1 persoon zijn? Onbeperkte macht over leven en vrijheid van burgers Wat als de rechterlijk en uitvoerende macht bij 1 persoon zijn? Onderdrukking mogelijk Wat is de taak van het volk? Vertegenwoordigers kiezen

Staatsvorm volgens Montesquieu Voorstander van CONSTITUTIONELE PARLEMENTAIRE MONARCHIE. Het volk is niet bekwaam => vertegenwoordigers kiezen (o.b.v. cijnskiesrecht)

Ideeën van Montesquieu Scheiding van de drie staatsmachten Grondslag van de rechtsstaat: geen willekeur Constitutionele parlementaire monarchie Cijnskiesrecht: o.v. onbekwaamheid van het volk

JEAN-JACQUES ROUSSEAU Frans-Zwitserse nationaliteit Leefde van 1712 tot 1778

Gelijkheid (pag. 74 HB) Wat is gelijkheid volgens Rousseau? Elke mens is van nature gelijk: dezelfde natuurlijke behoeften => dus ook de middelen moeten overal dezelfde zijn Wat is eigendom? Volgens Rousseau is er geen privé-eigendom. Wie is de wetgevende macht? Algemene wil = algemeen welzijn. Volk is onderworpen aan wet => moet er ook de maker van zijn. Wetgevende macht = het volk

Staatsvorm volgens Rousseau Voorstander van DEMOCRATISCHE PARLEMENTAIRE REPUBLIEK. Het volk is bekwaam => WM = het volk => voor algemeen stemrecht. Niet alleen een politiek, maar ook sociaal contract Persoonlijke vrijheden < sociale vrijheden GEVOLG: totalitaire dictatuur (vb. communisme)

Ideeën van Rousseau Voor absolute gelijkheid en vrijheid van de mensen. Pleitte voor democratische republiek. Volkssoevereiniteit: volk heeft de hoogste macht.

VOLTAIRE Pseudoniem van François-Marie Arouet Fransman Leefde van 1694 tot 1778 Inspiratiebron voor Franse Revolutie

Over de Verlichte vorst (pag. 75 HB) Is Voltaire een voorstander van de volkssoevereiniteit? Neen, als het volk zijn verstand gebruikt, is alles verloren. Is Voltaire een voorstander van het absolutisme? Neen, vorst moet rede gebruiken en zoveel mogelijk goed doen voor zijn volk. Van welke vorm is Voltaire wel voorstander? Verlichte vorst die de vooruitgang van de rede moet bevorderen.

Vrijheid en gelijkheid volgens Voltaire Ten opzichte van de vorst zijn alle onderdanen wel gelijk! Belang van de rede: vrijheid van denken!

Ideeën van Voltaire Tegen onverdraagzaamheid vanuit de Kerk Voor persoonlijke vrijheid en gewetensvrijheid Sterk verlicht staatsgezag, maar ten dienste van het volk

Hoe werden deze verlichte ideeën verspreid? Encyclopedie: overzicht van wetenschap en filosofie Salons: mensen discussiëren Koffiehuizen Tijdschriften

VERLICHT ABSOLUTISME Koningen worden beïnvloed door de ideeën van de Verlichting: Revolutie van bovenaf. Gebruik van verlichte ideeën om meer macht te hebben. Hervormingen, maar geen veranderingen op politiek vlak. Koning = eerste dienaar van het volk

Leuze van het Verlicht Absolutisme Alles voor het volk, Niets door het volk!

Voorbeelden van Verlichte vorsten Frederik II van Pruisen (1740-1786) Jozef II van Oostenrijk (in onze regio) (1780-1790) Catharina II van Rusland (1762-1796)

Jozef II over de godsdienst Tolerantie-edict (1781): enerzijds overtuigd, dat het nadelig is het geweten te dwingen en anderzijds dat een christelijke verdraagzaamheid nuttig zou zijn voor de godsdienst en voor de staat; hebben wij besloten aan de Lutheranen, Calvinisten alsook de Grieks-orthodoxen de vrije private uitoefening van hun godsdienst te verlenen. Doel: macht van de kerk breken Godsdienstvrijheid Afschaffen van contemplatieve kloosters (onnuttig) Laïcisatie van de samenleving: macht van de kerk afbouwen (vb. zorg, burgerlijk huwelijk,…) Had ook positieve gevolgen op andere gebieden: bv. afschaffen bedevaarten => minder epidemies

Jozef II over het sociale aspect Sterk uitbouwen van het onderwijs Afschaffen van de standenmaatschappij en het lijfeigenschap Wij, Jozef II, Keizer bij Gods genade, hebben beslist de lijfeigenschap in heel ons rijk af te schaffen. Daarom vestigen wij de aandacht van onze ambtenaren en onderdanen op de volgende maatregelen: Iedere onderdaan heeft het recht te huwen op voorwaarde dat hij zich daartoe bij de ambtenaren van de burgerlijke stand komt aanmelden. Iedere onderdaan heeft het recht zijn vroegere meester te verlaten en elders werk te zoeken. Alle onderdanen mogen een ambacht leren naar keuze.

Jozef II over bestuur en rechtspraak Rationalisatie Administratieve uniformiteit: Afschaffen van wirwar aan vorstendommen,… Oprichten van 9 kreitsen (provincies)

Jozef II = een verlichte vorst Alle macht ligt bij hem. Het volk heeft geen inspraak. Wel goede maatregelen voor het volk genomen.

Jozef II in de Zuidelijke Nederlanden Voert hervormingen door. Reactie: Bisschoppen en gelovigen (o.v. laïcisatie) Leidende kringen en ambtenaren (o.v. reorganisatie staat) 1786-1787: BRABANTSE OMWENTELING 2 partijen: Statisten en Vonckisten

Voorstanders van het Ancien Régime Progressieven STATISTEN VONCKISTEN Conservatieven Voorstanders van het Ancien Régime Progressieven Voorstanders van democratie Kleine groep radicalen 1789: monsterverbond tussen de 2 groepen tegen Jozef II. -> overwinning in de slag bij Turnhout. 1790: oprichting van de Verenigde Belgische Staten. -> onenigheid tussen 2 groepen komt terug. Statisten krijgen steun van Pruisen en de Vonckisten worden verbannen en krijgen steun van Oostenrijk. Opvolger van Jozef II -> Leopold II stelt autonomie voor Zuidelijke Nederlanden en modernisering voor -> Statisten gaan hier niet op in. Pruisen en Oostenrijk verzoenen zicht -> steun voor Belgische staten weg en het A.R. herstelt zich.

BESLUIT BRABANTSE OMWENTELING: Onbloedige revolutie Werk van Vonckisten en Statisten plukken vruchten Kortstondig interregnum mislukt o.v. gebrek aan bekwame leiders en onderlinge twisten