Welkom op de voorlichtingsbijeenkomst Regie op Verzuim 23 juni 2015
Agenda Agenda Opening Aad Slot Effecten Wet Werk en Zekerheid, ontwikkelingen Ziektewet Eigenrisicodragen en WGA door Walter Lammerse Pauze om 15.00 uur Aanpak Anker door Annemiek Bos Gelegenheid tot het stellen van vragen Hapje en drankje rond 16.00 uur
Wie ik ben.
Toen ik begon: Betalen van een vaste premie voor de Ziektewet. Betalen van een vaste WAO-premie
Wat speelt er nu?
Uitdagingen Nederland staat voor een nieuwe omslag: Jaren ’50/60 groeicijfers van 6% Jaren ’70/90 groeicijfers van 3%(halvering) Jaren ’00/20 groeicijfers van 1,5% (nieuwe halvering) Stelling: economische groei uit het verleden komt niet terug (vergrijzing, krimpende beroepsbevolking, private en publieke schuld-afbouw en toenemende concurrentie). Toenemende uitgaven aan Zorg en Sociale Zekerheid zet bestaande solidariteit onder druk. Verzorgingsstaat moet aangepast worden aan lagere groei. Meer eigen verantwoordelijkheid en eigen bijdragen van het individu. Wettelijke aanpassingen in: AOW, WW, Zorg, Ontslag, Wajong, Bijstand, ZW, etc.
Uitkeringen (2014 > 11 mld.) x mln. = aantal AO-uitkeringen (x 1.000)
Toenemende druk op stelsel Bij veel partijen groeit het besef dat het bestaande sociale verzekeringsstelsel niet toekomst vast is. Bovendien is er een groeiende ambitie om het stelsel van sociale zekerheid in brede zin te herzien. Dit geldt onder meer voor verschillende politieke partijen (VVD, CDA), bij MKB-NL / VNO NCW, in bepaalde mate voor het Ministerie van SZW, het UWV en particuliere verzekeraars. De ambitie is zichtbaar bij de discussie over de duur van de loondoorbetaling, de doorgeslagen werkgeversverantwoordelijkheden, maar ook rond de huidige inrichting van de WIA. Daarnaast is er samenhang met het Belastingplan, gezien de ambitie om de “kosten op arbeid eerlijker te delen en omlaag te brengen”. Stelling: “de komende jaren krijgen we te maken met majeure aanpassingen of mogelijk een stelselherziening.”
Kabinetten Rutte I en II 2012: Wet verhoging van de AOW- en pensioenrichtleeftijd. 2013: Wet Beperking Ziekteverzuim en Arbeidsongeschiktheid Vangnetters. 2014: Wet Werk en Zekerheid. - Rechtspositie flexwerkers - Ontslag: ontslagroute, ontslagvergoeding en transitievergoeding - Werkloosheidsregelingen: maximale duur WW wordt verkort en ‘activerender’ 2014: Invoeringswet Participatiewet. - samenvoegen van Wet Werk en Bijstand, Wet sociale voorziening en de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten 2015: Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten. 2015: Modernisering regelingen voor verlof en arbeidstijden. 2015: Versnelde verhoging AOW-leeftijd. 2014: Ontwerpadvies arbeidsgerelateerde zorg. 2014: Diverse onderzoeken naar loondoorbetaling bij ziekte. 2015: Uitstel samenvoeging WGA-vast en WGA-flex
Je leeftijd als je AOW start is: Je bent geboren: Je krijgt AOW in: Je leeftijd als je AOW start is: Voor 01-01-1948 2012 65 jaar Na 31-12-1947 en voor 01-12-1948 2013 65 + 1 maand Na 30-11-1948 en voor 01-11-1949 2014 65 + 2 maanden Na 31-10-1949 en voor 01-10-1950 2015 65 + 3 maanden Na 30-09-1950 en voor 01-08-1951 Na 30-09-1950 en voor 01-07-1951 2016 65 + 5 maanden 65 + 6 maanden (versnelling) Na 31-07-1951 en voor 01-06-1952 Na 30-06-1951 en voor 01-04-1952 2017 65 + 7 maanden 65 + 9 maanden Na 31-05-1952 en voor 01-04-1953 Na 31-03-1952 en voor 01-01-1953 2018 65 + 9 maanden 66 jaar Na 31-03-1953 en voor 01-01-1954 Na 31-12-1952 en voor 01-09-1953 2019 66 jaar 66 + 4 maanden Na 31-12-1953 en voor 01-10-1954 Na 31-08-1953 en voor 01-05-1954 2020 66 + 3 maanden 66 + 8 maanden Na 30-09-1954 en voor 01-07-1955 Na 30-04-1954 en voor 01-01-1955 2021 66 + 6 maanden 67 jaar Na 30-06-1955 en voor 01-04-1956 Na 31-12-1954 2022 ? 66 + 9 maanden Levensverwachting Na 31-03-1956 en voor 01-01-1957 2023 67 jaar Na 31-12-1956 ? Levensverwachting
Wet Werk en Zekerheid
Wet Werk en Zekerheid Uniformer ontslagrecht: Transitievergoeding: Persoonlijke redenen en disfunctioneren via de kantonrechter. Bedrijfseconomische redenen en langdurige arbeidsongeschiktheid via het UWV. Onderling overleg + herroepingsmogelijkheid. Per 1 juli 2015. Transitievergoeding: Arbeidsovereenkomst minimaal 24 maanden geduurd. Een derde maandsalaris per dienstjaar over de 1e 10 gewerkte jaren, daarna een half maandsalaris. Maximaal € 75.000 of een jaarsalaris. Bij cao kan van de wettelijke regeling worden afgeweken. Aanspraak op gelijkwaardige voorziening gericht op voorkomen of bekorten van werkloosheid. Kosten gemaakt om de inzetbaarheid te vergroten mogen in mindering worden gebracht. Mits werkgever en werknemer samen afspraken hebben gemaakt. Bedrijven met maximaal 25 werknemers: hoogte transitievergoeding te rekenen vanaf 1 mei 2013. Ook transitievergoeding bij ontslag vanwege langdurende ziekte / arbeidsongeschiktheid.
Wet Werk en Zekerheid Aanpassingen transitievergoeding: Alleen het arbeidsverleden van tijdelijke krachten telt vanaf 2 juli 2012 mee. Daarbij geldt dat de onderbreking tussen contracten korter moet zijn dan zes maanden. Tijdelijke contracten van voor 1 juli 2012 tellen alleen mee met een onderbreking van maximaal drie maanden. Geen transitievergoeding als wordt gegarandeerd dat de werknemer binnen een half jaar weer bij dezelfde werkgever aan de slag kan. “Besluit van 23 april 2015, houdende regels met betrekking tot voorwaarden waaronder kosten in mindering gebracht mogen worden op de transitievergoeding.”
Flexwerkers Proeftijd: Concurrentiebeding: Aanzegplicht: Geen proeftijd bij contract voor 6 maanden of korter. Bepaalde tijd contract langer dan 6 maanden en korter dan 2 jaar: maximaal 1 maand proeftijd. Concurrentiebeding: Bepaalde tijd contract: geen concurrentiebeding meer toegestaan. Aanzegplicht: Bepaalde tijd contract langer dan 6 maanden en korter dan 2 jaar: 1 maand van te voren informeren over al dan niet voortzetten van contract. Achterwege laten: 1 maandsalaris betalen. Geen aanzegplicht als contract niet op een vaste datum eindigt (bijvoorbeeld “de projectduur”). Nul-urencontracten: Oneindige nul-urencontracten niet meer toegestaan. De 1e zes maanden geen salaris verschuldigd bij geen werk (art 7:628 BW). Geen mogelijkheid meer om deze termijn te verlengen. Ketenbepaling Ketenbepaling terug van 3 naar 2 jaar. Afwijking alleen bij cao en gemaximeerd op 6 contracten in maximaal 4 jaar tijd. Geldt niet voor werknemers jonger dan 18 jaar. Keten breekt na 6 maanden. Bij cao kan hiervan worden afgeweken.
Arbeidsverleden op 1 januari 2016 bepaalt in welke kolom iemand zit Werkloosheid Maximaal 24 maanden WW. Vanaf 1 januari 2016: elk jaar arbeidsverleden is 1 maand WW. Geldt voor de eerste 10 jaar, daarna recht op halve maand WW. De lengte van de WW wordt vanaf 2016 tot 2019 stapsgewijs ingekort. Resterende 14 maanden: private regeling (sociaal akkoord). SER-advies: premieverdeling 50% / 50%. Geen advies over uniforme- of gedifferentieerde premie. Uitvoering van 3de private WW-jaar door het UWV, SVB of pensioenfonds/-verzekeraar. Na zes maanden WW wordt alle arbeid als passend aangemerkt. WGA LGU-periode gelijk aan WW-periode. Arbeidsverleden op 1 januari 2016 bepaalt in welke kolom iemand zit kwartaal >=38 37 36 35 34 33 32 31 30 29 28 27 26 25 24 2016 1 2 3 4 2017 2018 2019
Participatiewet Participatiewet Wajong (80-100% / Duurzaam) 125.000 extra banen (‘quotum’) Wwb Wsw Wajong Gemeenten UWV 35 Werkbedrijven Regulier werk / “inclusieve samenleving” Beschut werk Loonkostensubsidie
Wet banenafspraak en Quotum
Wet banenafspraak en Quotum De berekening van het quotum wordt als volgt vastgesteld: ((aantal banen nulmeting + baanafspraak cumulatief in jaar t) x gemiddelde aantal verloonde uren doelgroep) / (aantal werknemers jaar t totaal x gemiddeld aantal verloonde uren per werknemer) Voorbeeld: Ter illustratie voor 2017 wordt hieronder een quotumpercentage berekend. (Bij de berekening zijn aannames gebruikt:): Aantal banen mensen uit de doelgroep zoals vastgesteld bij de nulmeting (stel: 50.000 banen). Aantal banen totaal: stel: 5.000.000. Gemiddeld aantal verloonde uren mensen uit de doelgroep: 25 uur per week. Gemiddeld aantal uren werknemers regulier: 31,1 uur per week. Aantal banen nulmeting bij werkgevers met 25 of meer medewerkers = 50.000. Extra aantal banen markt = 16.000 over 2014 tot en met 2016 + 3.500 over 2017 (50%). Totaal te realiseren: 69.500 banen x 25 uur per week = 1.737.500 uren per week (= 90.350.000 per jaar). Stel: totaal aantal werknemers bij werkgevers met 25 of meer werknemers in 2015 = 5.000.000. Het totaal aantal verloonde uren voor deze werknemers bedraagt 5.000.000 x 31,1 uur = 155.500.000 per week (= 8.086.000.000 per jaar). Het quotumpercentage bedraagt dan: 90.350.000/8.086.000.000 x 100 = 1,12%. Conclusie: Als alle werkgevers met 25 of meer werknemers 1,12% van hun personeelsbestand (uitgedrukt in verloonde uren) laten vervullen door mensen met een arbeidsbeperking uit de doelgroep wordt het aantal uren in 2017 gerealiseerd. Als een individuele werkgever het quotum niet realiseert dan volgt er een boete van € 5.000 x het berekende quotumtekortpercentage. Arbeidsbeperkten + Arbeidsgehandicapten. Eind 2016 wordt voor het eerst gekeken of de toegezegde banen ook zijn gerealiseerd. Als blijkt dat dit niet is gelukt, treedt de quotumregeling in werking waarbij bedrijven van 25 werknemers of meer een heffing van € 5.000 per niet ingevulde werkplek per jaar krijgen opgelegd. Bij het bepalen van de hoogte van deze heffing wordt ook gekeken naar (veelal hoger opgeleide) werknemers met een handicap, die buiten de doelgroep van de banenafspraak vallen.
Uitwerking: Wet BeZaVa Claimbeoordeling: week 44 - week 52 Beoordeling: “algemeen geaccepteerde arbeid” Als vangnetter > 65% van zijn maatmaninkomen kan verdienen dan stopt uitkering Geen recht meer op ZW-uitkering dan volgt mogelijk recht op WW of WWB 100% 70% CAO WIA-keuring WULbZ Premiedifferentiatie o.b.v. omvang loonsom werkgever Ziektewet WIA-uitkeringen 2 mnd. 10 mnd. 24 mnd. 10 jaar AOW-leeftijd
Financiering Vanaf 2017: keuze: Geen garantieverklaring eigenrisicodragen ZW. Garantieverklaring eigenrisicodragen WGA verplicht. Bestaande eigenrisicodrager WGA moeten 13 weken voor 1-1-2017 garantieverklaring overhandigen aan Belastingdienst. WGA-flexlasten = overgangsrecht. Privaat WGA- totaal Publiek WGA-totaal Privaat ZW Publiek ZW Grote werkgever > 100 wn. ERD WGA Individueel gediff. premie ERD ZW Individueel gediff. premie Middelgrote werkgever 10 – 100 wn. Individueel gediff. premie en Sectorale premie Individueel gediff. premie en Sectorale premie Kleine werkgever < 10 wn. Sectorpremie In het publieke systeem is sprake van een omslagsysteem: de lopende uitkeringen worden betaald uit de lopende premies. Dit blijft het uitgangspunt. In afwijking van deze hoofdregel hoeven kleine werkgevers de staartlasten niet zelf af te financieren bij uittreden uit het publieke stelsel. Achterblijvende staartlasten worden gefinancierd uit een premie die door zowel publiek verzekerde als privaat verzekerde werkgever wordt betaald. De financiering van de staartlasten wordt geregeld bij algemene maatregel van bestuur. Dan zal ook worden geregeld welk deel van de staartlasten middelgrote werkgevers moeten financieren. In 2014 en 2015 is er geen mogelijkheid tot eigenrisicodragen van de WGA-flex. Voor deze lasten betaalt een werkgever een publieke premie. De keuze voor een overgangsfase komt voort uit de wens om met een getemporiseerde toevoeging van de WGA-flex de stabiliteit van het hybride stelsel te borgen. Gekozen is voor een periode van twee jaar, gemeten vanaf de start van werkgeversprikkels bij flexwerkers, tot de overgang naar een gecombineerd stelsel per 2016. In de overgangsperiode tot aan 2016 hebben verzekeraars de tijd zich voor te bereiden op de gecombineerde private markt voor WGA-risico’s. Gemeten vanaf de beoogde inwerkingtredingdatum van de wet is er zodoende een voorbereidingstijd van drie jaar. Deze termijn sluit aan bij de gebruikelijke looptijd van drie jaar van bestaande verzekeringscontracten voor de WGA. Deze zijn verlopen voor de ingangsdatum van het nieuwe gecombineerde stelsel voor de WGA-vast en WGA-flex. Bij nieuwe contracten die vanaf 2013 worden gesloten kan worden geanticipeerd op deze wijziging van het stelsel. Aldus de overheid. Daarnaast biedt deze overgangsperiode de overheid de mogelijkheid om de benodigde informatie over flexrisico’s van individuele werkgevers te verzamelen ten behoeve van een publieke premiestelling die bijdraagt aan een gelijk speelveld voor het hybride stelsel. Informatie over flexrisico’s per individuele werkgever die hiervoor kunnen worden benut worden vanaf 2012 door het UWV geadministreerd.
Hoe reageert u op deze ontwikkelingen?
Kosten? Loonsom 2015 Lasten (t-2) Premie% Whk. Kosten Sector 24 Premiecomponent Whk. Loonsom 2015 Lasten (t-2) Premie% Whk. Kosten Sector 24 WGA-vast € 200.000 € 0 0,47% € 940 WGA-flex 0,11% € 220 ZW-flex 0,28% € 560 € 1.720 Premiecomponent Whk. Loonsom 2015 Lasten (t-2) Premie% Whk. Kosten Sector 24 WGA-vast € 200.000 € 25.000 0,47% € 940 WGA-flex 0,11% € 220 ZW-flex 0,28% € 560 € 1.720
Kosten? Loonsom 2015 Lasten (t-2) Premie% Whk. Kosten Sector 24 Premiecomponent Whk. Loonsom 2015 Lasten (t-2) Premie% Whk. Kosten Sector 24 WGA-vast € 2.000.000 € 0 0,26% € 5.214 WGA-flex 0,12% € 2.439 ZW-flex 0,17% € 3.304 € 10.957 Premiecomponent Whk. Loonsom 2015 Lasten (t-2) Premie% Whk. Kosten Sector 24 WGA-vast € 2.000.000 € 25.000 1,27% € 25.499 WGA-flex 0,62% € 12.342 ZW-flex 0,95% € 18.964 € 56.805
Kosten? Loonsom 2015 Lasten (t-2) Premie% Whk. Kosten Sector 24 Premiecomponent Whk. Loonsom 2015 Lasten (t-2) Premie% Whk. Kosten Sector 24 WGA-vast € 6.000.000 € 0 0,12% € 7.152 WGA-flex 0,13% € 7.800 ZW-flex 0,09% € 5.256 € 20.208 Premiecomponent Whk. Loonsom 2015 Lasten (t-2) Premie% Whk. Kosten Sector 24 WGA-vast € 6.000.000 € 25.000 0,69% € 41.152 WGA-flex 0,96% € 57.600 ZW-flex 0,68% € 40.756 € 139.508
Kosten? Kosten: De kosten die (middel) grote werkgevers betalen kunnen oplopen tot 3,5 keer de feitelijke uitkeringslasten. En dat 12 jaar lang! Dit ook geldt voor arbeidsongeschikte werknemers die slechts 1 dag bij een werkgever in dienst zijn geweest. Het merendeel van de werkgevers controleert deze kosten niet. Dus: “doet er niets aan”. Besparen door: Bewustwording en inzicht in de te beïnvloeden kosten van verzuim. Schadeherstel plegen Controle en bezwaar tegen oude premiebeschikkingen en WGA/ZW beslissingen Regie op bestaande dossiers Bezwaar tegen nieuwe beslissingen Voorkomen van nieuwe instroom.
Keuze? Publiek: Premiedifferentiatie Privaat: Eigenrisicodrager: Werkgever betaalt premie aan Belastingdienst UWV is verantwoordelijk voor de re-integratie Privaat: Eigenrisicodrager: Werkgever betaalt uitkeringen zelf Werkgever is verantwoordelijk voor de re-integratie
Fundamentele verschillen (ZW) Publiek stelsel (UWV) Privaat Financiering op basis van omslagstelsel. (horizon van 1 jaar, geen kapitaaleisen). Financiering op basis van kapitaaldekking (horizon van 2 jaar). Lage kostenopslag. Kosten voor uitvoering, toezicht, marketing, kapitaal, etc. dienen vanuit de premie gefinancierd te worden. Premievaststelling o.b.v. wettelijk kader. Premie zelf vast te stellen (maar wel binnen kaders toezichteisen) en gebaseerd op aangeboden ‘risico’. Acceptatieplicht. Geen acceptatieplicht, risicoselectie mogelijk. Na terugkeer in publiek stelsel: 3 jaar ‘vast’. Jaarlijks opzegbaar. UWV verantwoordelijk voor re-integratie. Werkgever verantwoordelijk voor re-integratie. UWV stelt recht, hoogte en duur van uitkering vast. Werkgever stelt recht, hoogte en duur van uitkering vast. ‘Verzekering van het UWV’. Verzekering is geen verplichting.
Fundamentele verschillen (WGA) Publiek stelsel (UWV) Privaat Financiering op basis van omslagstelsel. (horizon van 1 jaar, geen kapitaaleisen). Financiering op basis van kapitaaldekking (horizon van 10 jaar). Lage kostenopslag. Kosten voor uitvoering, toezicht, marketing, kapitaal, etc. dienen vanuit de premie gefinancierd te worden. Geen bemoeienis met 1e twee ziektejaren bij loondoorbetaling o.b.v. WULbZ, WVLbZ. Wel 42e week keuring bij ZW. Schadelastbeheersing start in 1e ziektejaar. Premievaststelling o.b.v. wettelijk kader. Premie zelf vast te stellen (maar wel binnen kaders toezichteisen). Acceptatieplicht. Geen acceptatieplicht, risicoselectie mogelijk. Geen uitloop- en inloopdekking voor grote bedrijven, wel uitloopdekking voor kleine werkgevers. Uitloop standaard gedekt, inloopdekking kan worden ingekocht. Na terugkeer in publiek stelsel: 3 jaar ‘vast’. Jaarlijks opzegbaar. Na terugkeer in publiek stelsel minimumpremie voor grote bedrijven (sectorpremie voor kleine werkgevers). Premie gebaseerd op aangeboden ‘risico’. UWV zelf verantwoordelijk voor (her)keuringen. Afhankelijk van UWV voor (her)keuringen. Convenant overeengekomen.
Tegenstrijdige dynamiek ERD Ziektewet ERD WGA Segment Gem. omvang # werkgevers Totale loonsom Klein 1- 10 werknemers 314.000 € 19,2 mld. Midden 10-100 werknemers 53.000 € 44,5 mld. Groot > 100 werknemers 8.000 € 129,3 mld. Vanaf 2013 is ERD ZW gegroeid van 1.500 werkgevers naar 5.300 werkgevers. Voor ERD WGA geldt een afname in de afgelopen 2 jaar van circa 82.000 werkgevers naar circa 66.000 werkgevers. Bron: UWV Januarinota 2015 en Premienota 2015
Laatste ontwikkelingen
Uitstel koppeling Uitstel koppeling vaste en flexibele WGA-risico’s Verzekeraars maken zich zorgen over het speelveld op de hybride markt. De samenvoeging van vaste en flexibele risico’s betekent een uitbreiding van de markt. Verzekeraars hebben aangegeven nog niet klaar te zijn voor deze marktuitbreiding waarin ze zich moeten verbreden naar schadelastbeperking voor flexwerkers. Om verzekeraars de kans te bieden om goed voorbereid in de markt te stappen ben ik voornemens de samenvoeging van vaste en flexibele risico’s een jaar uit te stellen waarmee de invoering wordt verschoven naar 1 januari 2017. L. Asscher (22 februari 2015)
Politieke omgeving: Boek AWVN: “Groeien doen we samen, een nieuw ontwerp voor sociaal beleid in Nederland” op basis van onderzoek “Nieuw ontwerp sociaal beleid” van SEO Economisch Onderzoek. (oktober 2014). Manifest Baliegroep “Nieuwe Verbintenissen”. (september 2014). Promotie onderzoek Diebels over loondoorbetaling (december 2014). MKB Nederland en VNO NCW: “Kansrijk! De groeiagenda voor ondernemerschap in het MKB. (februari 2015). Politieke partijen sluiten daarbij aan (VVD, CDA, SP, D66, Groen Links, SGP) door te stellen dat lange periode van loondoorbetaling vooral de kleinere werkgevers afschrikt om personeel aan te nemen. Vakbonden (FNV, CNV) en SZW zijn voorstander van behoud van loondoorbetalingsperiode bij ziekte van 2 jaar. Onderzoeken SZW naar belemmeringen loondoorbetalingsperiode. Verbond van Verzekeraars: “in belang van werkgevers en werknemers dat de huidige prikkels binnen dit systeem in stand worden gehouden. Wel is er aanleiding goed te kijken naar de knelpunten die met name kleine werkgevers ervaren, maar die kunnen ook worden geadresseerd met behoud van de loondoorbetalingsperiode van twee jaar.” Perikelen Wet BeZaVa / Hybride WGA-stelsel lokt uit tot calculerend gedrag. SZW wil eenmalig majeure aanpassing in hybride WGA-stelsel (maart 2015) om stelsel robuust en toekomstbestendig te krijgen. CPB: “Verkorting loondoorbetaling bij ziekte”(april 2015) en “Kansrijk op de Arbeidsmarkt” (april 2015).
Einde presentatie Vragen?
Vertrekpunt portefeuille Inkomen Anker Zee-Risico 1996 is destijds gestart met oplossing voor verzuim. In 2010 aangevuld met WGA Er. Rode draad: collectief gedragen oplossing voor verzuim en WGA met een aantrekkelijke premie, nadruk op verzuim en re-integratiebegeleiding en inbreng kennis van de sector. Deelname: circa 65% van de werkgevers in de sector neemt deel aan verzuim- en 48% aan WGA Er propositie.
Ervaringen WGA Er Werking WGA Er was voor alle partijen in de keten wennen. Uitgegaan van eigen cijfers, maar ondanks goede inschatting ook bij ZR’96 snel oplopende schadelast. Bij maatregelen vooral nadruk op beheersmatige maatregelen en in mindere mate op verhogen van de premie. Actief schademanagement en prominente rol Marbo.
Ambitie van Anker Het kunnen aanbieden van een 12-jaarspropositie waarin o.a. verzuim, ZW Er, WGA vast en flex inclusief Marbo en BZP. Kortom, een totaaloplossing voor de sector. Door uitstel WGA flex naar 1-1-2017 meer de ruimte om gedegen onderzoek te doen en propositie goed neer te zetten.
Hoe verder? Met de sector in gesprek over wensen. Houden van enquête over behoeftepeiling. Voor ontwikkelen ZW Er inventarisatie flexwerkers sector. September terugkoppeling naar sector over uitkomsten onderzoek. Ruim de tijd om te adviseren over vervolg.
Einde presentatie Vragen?
Eind voorlichtingsbijeenkomst Dank voor uw komst! Deze presentatie staat morgen op de website van de Stichting Scheepvaart www.scheepvaartnet.nl