… in bijzondere wetten advies en trainingscentrumFrank Joosten Themadag BIBOB, 15 december 2009 Actuele ontwikkelingen
Boeken Frank Joosten Bundels De Kleine Gids Ondernemen in de horeca APV en Bijzondere wetten APV en Toezicht en handhaving DHW Internetmodule Horeca Vergunningen Informatie Systeem
Toepassing Wet Bibob door Nederlandse gemeenten RIEC Oost NL
Frank Joosten Advies & Trainingscentrum Weigerings- /intrekkingsgronden Bibob Artikel 3 Wet Bibob (ultimum remedium): Mogelijkheid tot weigeren c.q. intrekken van beschikkingen wanneer er ernstig gevaar bestaat dat de deze mede zullen worden gebruikt om: -uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten (eerste lid, onder a) -Strafbare feiten te plegen (eerste lid, onder b) Of indien er een: -Strafbaar feit is/wordt gepleegd ter verkrijging (zesde lid)
De basis: Weigeren en intrekken vergunning Lid 1, onder aLid 1, onder b Lid 6 bedreiging Bedriegelijke bankbreuk Heling Verduistering Diefstal Heling Drugshandel Witwassen
Vergewisplicht na LBB-advies BO heeft vergewisplicht over zorgvuldigheid waarmee LBB-advies tot stand is gekomen (art. 3:9 Awb) BO heeft geen inzage in broninformatie (art. 20 en 27 Wet Bibob) Eigen verificatie is daardoor niet (goed) mogelijk (welke bronnen zijn niet geraadpleegd en is rekening gehouden met ontlastende informatie?) Gemeente blijft wel aansprakelijk voor overname LBB-advies (kan wel verzoek tot regres bij LBB indienen) Uitspraken Dordrecht (BC5259) en Groningen (BC5265)->
Aldus: Geen tegenstrijdigheden in advies / aanwijzingen in verschillende richtingen Onderzoek en advies LBB moeten op zorgvuldige wijze tot stand komen F + O moeten de conclusies in het advies kunnen dragen Alle onderzoeksvragen moeten zijn beantwoord – Zo nee ? -> dan nader advies vragen Aldus: CIE-Info alleen bruikbaar indien: 1.herleidbaar tot betrokkene 2.ondersteunend is aan andere feiten 3.duidelijk bewijs betreft 4.overtuigend is Belangrijke aanscherpingen met het oog op een eerlijk proces Bescherming tegen te zachte vermoedens die niet weerlegbaar zijn
Helder..
En toen kwam …
Weigering exploitatievergunning seksinrichtingen en Aanzegging bestuursdwang tot sluiting seksinrichtingen LJN: BK2970 – d.d Rechtbank Alkmaar
Onderwerpen in uitspraak: 1.Vergewisplicht 2.Inschakelen externe adviseurs 3.Vermoedens van strafbare feiten 4.Witwassen wel of geen a en b-grond?
Betrokkene: 1.betwist LBB-info, of 2.heeft bezwaar tegen betrouwbaarheid broninfo LBB BO- > gemotiveerd reageren, door opvragen nader advies aan LBB, over alle betwiste feiten) 1.Vergewisplicht
Vergewisplicht geldt ook voor het nader advies ! Niet alleen vragen naar de wijze van totstandkoming verklaringen betrokkene, maar ook naar de juistheid van de verklaringen in het licht van hetgeen daartegen is ingebracht! Weging info Register Zware Criminaliteit (CIE-info): 1.aantal registraties 2.waardering betrouwbaarheid bronnen 3.gedetailleerdheid registratie 4.datum geregistreerde feit
LBB: Gaat alleen over nadere specificatie eerder gebruikte broninformatie. Opvragen nieuwe info in deze fase mag niet volgens LBB.
2.Advies externe deskundigen Mag het BO, i.h.k.v. de vergewisplicht, adviezen van externe adviseurs, betrekken bij de artikel 3- beoordelingen? RB: Nee, hebben daarvoor zij géén bevoegdheden én deskundigheid. Dat heeft alleen het LBB! Oordeel externe deskundige mag niet ten grondslag worden gelegd aan beschikking B.
Ernstig gevaar moet blijken uit “feiten en omstandigheden” er moeten concrete indicaties zijn voor betrokkenheid “die er op wijzen” Blijkt uit politie- of justitiegegevens: Onherroepelijke veroordelingen Aangegane transacties “redelijkerwijs doen vermoeden” Hen aangaande opsporings- of vervolgingsacties “..dat een persoon in relatie staat tot strafbare feiten” 3. Vermoedens van strafbare feiten ihkv artikel 3, lid 1 onder a van de Wet Bibob
Hoeft niet te gaan over onherroepelijke veroordelingen van de dader van de strafbare feiten, maar.. het moét wel aannemelijk zijn dat de feiten zijn gepleegd. Er moet dus sprake zijn van objectieve, concrete feiten en omstandigheden die wijzen op strafbare feiten maar dan komt het…
Onderscheid in tijdstip inzet Bibob- instrument (mbt de strafbare feiten) 1.Na afgerond opsporingsonderzoek 2.Tijdens lopend opsporingsonderzoek Rechter kan niet aansluiten bij conclusies onderzoek danwel daaruit voortvloeiende veroordelingen. Rechter houdt alleen rekening met F + O die bekend waren ten tijde van het nemen van besluit. B hanteert daarmee in motivering beschikking een onjuiste maatstaf.
4. Witwassen (artikel 420bis WvSr) Rechtbank Alkmaar: A-grond: “gepleegde strafbare feiten” -> Daarmee wordt niet bedoeld: “Handelingen die tot doel hebben uit strafbare feiten verkregen voordelen te benutten” (=witwassen).
Witwassen is géén delict gericht op het behalen van op geld waardeerbare voordelen, maar op het benutten van daaruit verkregen voordeel. B stelde dat het wél een zelfstandig delict was zoals bedoeld in lid 1 sub a-> RB: dat is géén juiste wetstoepassing!
de “b” – grond ? Ja, v.z.v. betrokkene reeds is veroordeeld voor het strafbare feit “witwassen” of aannemelijk is dat er reeds witwaspraktijken hebben plaatsgehad. (RvS AX4420 – 24 mei 2006)
Hoger beroep?
Einde Ik dank u voor uw aandacht ….