Business IT & Management 22-01-2015 Instituut voor Bedrijfskunde
Week 5 – Beslissingscalculaties BIMBDK06 – Business Case 1 Week 5 – Beslissingscalculaties www.hogeschool-rotterdam.nl/ibk
Even voorstellen Jean-Pierre Beelen Hogeschooldocent Principal Consultant Achtergrond Bedrijfskundige informatievoorziening > 25 jaar ervaring in ICT Management > 15 jaar ervaring in (Sales)Consultancy > 15 jaar ervaring Solution / Services Marketing Specialismen Business & ICT Alignment Marketing en Portfolio analyse ICT Management
E-mail j.p.m.beelen@hr.nl Profile http://www.linkedin.com/in/jbeelen Bereikbaarheid E-mail j.p.m.beelen@hr.nl Profile http://www.linkedin.com/in/jbeelen Twitter http://twitter.com/djiepie Fileshare http://med.hro.nl/beejp
Theorie en praktijk van een Business Case Wat gaan we doen? Theorie en praktijk van een Business Case De modulewijzer: med.hr.nl/beejp Beoordeling Tentamen (Multiple Choice en Open vragen)
Literatuur Verplicht Boektitel Informatiseringseconomie Auteur(s) R. van Oirsouw, J. Spaanderman en C. van Arendonk Uitgever Academic Service ISBN-13 978-90-395-1393-4, Eerste druk Aanbevolen Business Model Generation Alexander Osterwalder en Yves Pigneur Businessmodelgeneration.com 978-2-8399-0617-3 Management accounting Wim Koetzier Noordhoff Uitgevers 978-90-01-82039-8
Planning BIMBDK06 Datum Onderwerp 9 Feb Introductie 16 Feb Gastlessen Vakantie 2 Mrt Business Model 9 Mrt 16 Mrt Beslissingscalculaties 23 Mrt Financial return 30 Mrt Pasen 13 Apr Tentamen 20 Apr
Week 5 – Beslissingscalculaties BIMBDK06 – Business Case 1 Week 5 – Beslissingscalculaties www.hogeschool-rotterdam.nl/ibk
Besluitvormingsproces (H10) Participatie Product Politiek
Investeringsbedrag Terugverdientijd Return on Investment Financiële criteria Investeringsbedrag Terugverdientijd Return on Investment Netto Contante Waarde Interne rentevoet
Niet-financiële criteria Strategische samenhang Managementinformatie Concurrentievoordeel Flexibiliteit Gebruikersvriendelijkheid
Project/organisatie-risico Technische onzekerheid Risico’s Project/organisatie-risico Technische onzekerheid Definiëringsonzekerheid Overige
Product: Information Economics Framework Evaluator Business Domain Technology Domain ROI SM CA MI CR OR SA DU TU IR Weight Weighted Value
Information Economics Framework
Kosten; operationeel, realisatie Investering Capex Opex Terminologie (1) Kosten; operationeel, realisatie Investering Capex Opex Baten; eenmalig, jaarlijks Opbrengst Omzet Afzet Cashflow
Gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit Vermogenskostenvoet Terminologie (2) Gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit Vermogenskostenvoet Disconteringsvoet Internal Rate of Return (IRR) Netto Contante Waarde (NCW) Net Present Value (NPV) Terugverdientijd (TVT)
Return on Investment (ROI) Cumulatieve ROI Boekwaarde Afschrijving Terminologie (3) Return on Investment (ROI) Cumulatieve ROI Boekwaarde Afschrijving Opbrengstwaarde Winst EBITDA
Proportioneel variabel Vaste / constante kosten Directe kosten Totale kosten Gemiddelde kosten Variable kosten Proportioneel variabel Vaste / constante kosten Directe kosten Indirecte kosten
Capex (Capital Expenditures) Opex (Operational Expenditures) Investering Een investering is een opoffering in tijd, geld of mankracht (personeel) ten behoeve van een doel dat pas op lange termijn wordt behaald Capex (Capital Expenditures) Opex (Operational Expenditures) Vaste activa Vlottende activa
Opbrengst; afzet * verkoopprijs Omzet = opbrengst Baten Opbrengst; afzet * verkoopprijs Omzet = opbrengst Netto; omzet minus de teruggenomen goederen, de schadevergoedingen aan afnemers voor slechte producten en de betalingskortingen aan afnemers voor contante betaling Afzet; aantal verkochte producten
Cashflow (1) Behoefte of overschot aan financiële middelen dat op een zeker tijdstip gegenereerd wordt en bepalend is voor de financieringsbehoefte van een onderneming op een zeker moment. Jaar 1 2 3 4 Kosten € 80.000,- Baten € 50.000,- € 75.000,- € 100.000,- € 125.000,- Kasstroom - € 30.000,- - € 5.000,- € 20.000,- € 45.000,-
Exploitatie-kasstroom Liquidatie-kasstroom Cashflow (2) Initiatie-kasstroom Exploitatie-kasstroom Liquidatie-kasstroom
Opgave Cashflow Een project kost de eerste 3 jaar jaarlijks € 60.000,- en het 4e jaar € 30.000,-. De baten beginnen met € 45.000,- en lopen elk jaar € 25.000,- op. Welk jaar is er een positieve kasstroom? Wat is de cumulatieve kasstroom? Jaar 1 2 3 4 Kosten € 60.000,- € 30.000,- Baten € 45.000,- € 70.000,- € 95.000,- € 120.000,- Kasstroom - € 15.000,- € 10.000,- € 35.000,- € 90.000,- € 120.000,-
Gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit (1) Gem. Winst / Gem. Geïnvesteerd vermogen Investering: €200.000 Jaarlijkse netto geldontvangsten: €80.000 Restwaarde investering: €60.000 (dit is het bedrag waarvoor een investering, bijvoorbeeld een machine aan het eind van de investeringstermijn kan worden verkocht). Investeringstermijn: 4 jaar.
Gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit (2) Gem. geïnvesteerd vermogen: 200.000 + 60.000 / 2 = 130.000 Gemiddelde winst: (- 200.000 + 4*80.000 + 60.000) / 4 = 45.000 GBR: 45.000 / 130.000 = 34,62%
Opgave Gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit Investering: € 250.000 Jaarlijkse netto geldontvangsten: € 75.000 Restwaarde investering: € 100.000 (dit is het bedrag waarvoor een investering, bijvoorbeeld een machine aan het eind van de investeringstermijn kan worden verkocht). Investeringstermijn: 6 jaar Wat is het gemiddeld geïnvesteerd vermogen? Wat is de gemiddelde winst? Wat is de GBR?
Gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit (2) Gem. geïnvesteerd vermogen: 250.000 + 100.000 / 2 = 175.000 Gemiddelde winst: (- 250.000 + 6*75.000 + 100.000) / 6 = 50.000 GBR: 50.000 / 175.000 = 28,57%
Vermogenskostenvoet De vermogenskostenvoet van een onderneming geeft de kosten van haar vermogen aan. Zowel op eigen- als op vreemd vermogen dient een rendement gemaakt te worden om het genomen risico te rechtvaardigen. Het benodigde rendement komt tot uiting in de vermogenskostenvoet. Financiering % Kosten Belasting Kosten na belasting Resultaat Eigen vermogen 50% 22% 11% Vreemd vermogen 9% 25% 6,75% 3,38% Vermogens- kostenvoet 100% 14,38%
Opgave vermogenskostenvoet Verhouding EV/VV is 60:40 Kosten vreemd vermogen 12%. Kosten eigen vermogen 50% hoger. Belasting 25% Wat is de vermogenskostenvoet? Financiering % Kosten Belasting Kosten na belasting Resultaat Eigen vermogen Vreemd vermogen Vermogens- kostenvoet
Oplossing vermogenskostenvoet Wat is de vermogenskostenvoet? Financiering % Kosten Belasting Kosten na belasting Resultaat Eigen vermogen 60% 18% 10,8% Vreemd vermogen 40% 12% 25% 9% 3,6% Vermogens- kostenvoet 100% 14,4%
Disconteringsvoet De disconteringsvoet wordt gebruikt om de huidige waarde (ook wel contante waarde) van inkomsten in de toekomst te bepalen Hoeveel is de opbrengst van een scooter die je over 2 jaar verkoopt voor € 1.000,- nu waard, als je weet dat de rente 5 % bedraagt? Disconteringsvoet (n) = 5%
Internal Rate of Return (IRR) Het is de disconteringsvoet waarbij de netto contante waarde van het geheel van kosten en baten nul is. Een project is aantrekkelijk als de interne-opbrengstvoet hoog is. Investering is €300.000 Gedurende 5 jaar € 110.000 per jaar opbrengst IRR = 24,3% (via excel-functie IRR)
Netto Contante Waarde / Net Present Value De huidige waarde van in de toekomst te ontvangen of uit te geven kasstromen. Hoeveel is de opbrengst van een scooter die je over 2 jaar verkoopt voor € 1.000,- nu waard, als je weet dat de rente 5 % bedraagt? Wat doe je als nu iemand € 925,- biedt?
Opgave NCW / NPV Je kunt een huis over 5 jaar verkopen voor €250.000 Wat is de NCW bij een rente van 5%? Je kunt ook 5 keer €50.000 krijgen Wat levert meer op? Waarom? Wat is het verschil?
Oplossing NCW / NPV €250.000 / (1,055) = € 195.882 5 keer €50.000, omdat je het eerder krijgt 50.000/(1,05) + 50.000/(1,052) +…. (50.000/10,55) = € 216.474