Teamwork en professionele houding Wat kan ik? Week 4 SLB

Inventariseren: Werken in een team Neem een situatie in gedachten waarin je in een groep hebt gefunctioneerd Sport team Vrijwilligerswerk Werk / bijbaantje Projectgroep …. Welke rol neem je van nature op je? Welke competenties kun je noemen die ervoor nodig zijn om die rol te vervullen? Leg een link met de competenties van een mwd-er die in teamverband werkt Plenair: verzamel op een flipover of een answergarden.ch de mwd- competenties die genoemd worden Eerst activeren van wat een student al (per ongeluk) weet Meteen beginnen, zodat studenten gelijk actief worden in de les Binnen de trap metafoor: waar kom ik vandaan & waar ben ik nu? Competenties van de mwder in een team kun je linken aan de generieke competenties die nodig zijn om in een groep mensen te ‘overleven’. www.answergarden.ch is een gemakkelijke manier om te inventariseren. Maar gewoon schrijven op een bord of flipover werkt natuurlijk ook nog altijd 

Competenties…..?? Competentie nr 15: De maatschappelijk werker werkt productief in teamverband? “… draagt medeverantwoordelijkheid voor het (scheppen van) een goede teamgeest zodat een gezamenlijk “wij” kan ontstaan dat de individuele teamleden optimaal tot hun recht laat komen” (NVMW, 2010, beroepsprofiel van de maatschappelijk werker.) Oefening: Wedstrijd vliegtuigjes vouwen Nodig: 2 groepen, zoveel papier als nodig, schaar Opdracht: vouw een vliegtuigje dat het verst vliegt

Groepsevaluatie wedstrijd Groep (plenair): Wat gebeurde er in de groepen? Waren er verschillende rollen / taakverdelingen herkenbaar? Was er sprake van competitie binnen de groep? Welk effect had de competitie tussen de groepen? “rol” mag door de studenten zelf benoemd worden. Belbin rollen mogen, maar vergen uitleg, dat is hier niet het doel. Je mag in je uitleg natuurlijk Leary benoemen. Remmerswaal (2013) wijdt aan beide theorien veel aandacht, gedegen uitgelegd. Er zijn plaatjes waarin beide theorien worden samengevoegd. Erg leuk, maar teveel voor deze lessen.

Evaluatie individueel Wat gebeurde er met jou tijdens deze opdracht? Herken je een bepaalde voorkeur of rol, en welke is dat? Beschrijf 2 situaties uit je leven waarin je die rol hebt aangenomen Inventariseer met je projectgroepje (of met anderen met wie je project hebt gedraaid in het verleden) welke rol zij jou toedichten Wat is het verschil? Vraag of zij dat toelichten Welke competenties vraagt deze beide rollen?

Nu naar de toekomst: Welke rol zou je tijdens je stage in je team willen hebben? Welke competenties heb je al? Welke zou je willen ontwikkelen? Wat heb je nodig om dat te kunnen? Formuleer uit bovenstaande 2 smartdoelen: Bron: cyffer.nl

Werkmap: stap op weg naar het advies aan jezelf Schrijf een korte uiteenzetting waarin je de resultaten van deze inventarisatie verwoordt: Waar kom je vandaan? Leg uit Waar ben je nu? Competenties die je bezit (pak de mwd competenties er weer eens bij!) Waar wil je naartoe? Benodigde competenties Weg ernaar toe SMART