‘Gristenen’ Ben jij christen of ben je christelijk?
God de Zoon mijn redder (HC zondag ) 1: Jezus (en jouw zonden en wonden) 2: Christus (en jij: christen) 3: Gods Zoon (en jij: kind van God) 4: geboren (net zo’n mens als ik) 5: geleden (met en voor mij) 6: gestorven (hij voor mij, ik met hem)
Christen = met Christus’ Geest gezalfd 1. De Geest die de Zoon zendt; 2. De Geest die de Zoon draagt; 3. De Geest die de Zoon geeft David gezalfd: vanaf dan doordrongen van de Geest van de HEER (1 Sam. 16: 13)! Zalving = 1. God wijst aan; 2. God geeft kracht
Christen = met Chrsitus’ Geest gezalfd 1. De Geest die de Zoon zendt; 2. De Geest die de Zoon draagt; 3. De Geest die de Zoon geeft God die zendt De doop van Jezus: God wijst hem aan God geeft hem kracht
Christen = met Christus’ Geest gezalfd 1. De Geest die de Zoon zendt; 2. De Geest die de Zoon draagt; 3. De Geest die de Zoon geeft Jezus in Nazaret: “De Geest van de Heer rust op mij” Christen: je erkent dat Jezus de Zoon van God is
Christen = met Christus’ Geest gezalfd 1. De Geest die de Zoon zendt; 2. De Geest die de Zoon draagt; 3. De Geest die de Zoon geeft “Gelijk Mij de Vader zond, zend Ik ook u!” Koning, profeet, priester: vertegenwoordigers van God.