Antecedenten en gevolgen van baanonzekerheid in Vlaanderen tussen 1996 en 2007: risicogroepen i.f.v. de economische conjunctuur Hans De Witte & Carissa.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Deel II: Fusies en integraties: de illusie van de ‘quick fix’.
Advertisements

Drie mythen over flexibele werknemers Gastcollege SZW Congres Den Haag, 25 maart 2013 Arjan Heyma.
Jongeren over politiek
Eeklo aan het werk: verslag van een inhaalrace Werkloosheidscijfers Eeklo Gregory Cremmerye.
∩ CCR Amsterdam Center for Career Research Paul Jansen Amsterdam Center for Career Research ( Vrije Universiteit Amsterdam i.s.m.
SSL-studiedagen februari 2011 De invloed van de studieloopbanen in het secundair onderwijs op het succes in het hoger onderwijs Kim Bellens & Jan.
De Vlaamse audiovisuele sector: een socio- economische profilering Isabelle De Voldere Hans Everaert.
De samenstelling van de loonkloof
Het schoolwelbevinden van Brusselse scholieren
Math Candel Universiteit Maastricht. •Achtergrond: –Diagnose probleem –Meetinstrumenten –Conceptueel model •Presentaties van eigen analyses •Voorbeeld.
Projecties van zorgkosten voor astma, COPD en respiratoire allergie
uitgetest in de kleuterklas'. Ga voor Geluk door Marc vande Gucht
VLAAMSE WERKBAARHEIDSMONITOR
November 2013 Opinieonderzoek Vlaanderen – oktober 2013 Opiniepeiling Vlaanderen uitgevoerd op het iVOXpanel.
De arbeidsmarkt in Zuid-Limburg (in de techniek)
Inkomen les 17 Begrippen & 81 t/ 84
Resultaten bevraging voorzieningen “participatie ouders”
Allochtonen op de Vlaamse arbeidsmarkt
Welkom 1.
Natuurlijke Werkloosheid en de Phillipscurve
Hoofdstuk 6 Sociale ongelijkheid.
Etnocentrische reacties van Nederlanders op allochtonen longitudinale en cross-nationalevergelijkingen.
1 1 Diagnoseadvies van de sociale partners over O&O en innovatie ‘Naar een meer innovatieve economie’ 18 september 2006.
Allochtonen in het hoger onderwijs
D. Hermans, M.-C. Opdenacker, E. Van de Gaer & J. Van Damme Ongelijke kansen in het secundair onderwijs in Vlaanderen Een longitudinale analyse van de.
Presteren ijverige studenten beter? De complexe relatie tussen
Werken op afstand Onderzoek in Vlaanderen Michel Walrave (UA, 2004) Catherine Misonne.
Meisjes en wiskunde (Waarom) is wiskunde moeilijk?
Jong geleerd, fout gedaan?
Informatie vaardigheden
1. Waaraan zullen we het succes van het GOK-beleid afmeten? 2. Is er een limiet aan gelijke kansen? 3. Kunnen concentratiescholen ook goede scholen zijn?
Oefeningen F-toetsen ANOVA.
GENDERMECHANISMEN IN HET VLAAMSE ONDERWIJS Mieke Van Houtte Universiteit Gent Vakgroep Sociologie.
Levensbeschouwing en maatschappelijke participatie Is levensbeschouwing nog steeds een motiverende factor voor participatie? Sarah Botterman – KULeuven.
OCMW’s en Activering Studiedag Lokale Economie en Werkgelegenheid Mechelen 26 november 2009.
DIRECTE DEMOCRATIE naar ZWITSERS MODEL Aangevuld met aanbevelingen Initiative & Referendum Institute Europe IRI* v230308b.
Goederen- en Financiële Markt: IS-LM Model
Cultuurparticipatie bij jongeren
Afstand en toenadering Jaarrapport Integratie 2008 Toelichting door Jan Latten.
confederale studiedienst ACV- Nathalie Diesbecq
Geen woorden maar daden!? Over het belang van een actieve seniorenraad
Terra Tweede Fase vwo © Wolters-Noordhoff bv Make poverty history In 2000 zijn millenniumdoelen vastgesteld, bijvoorbeeld: in 2015 moeten armoede.
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’ Sessie B4: Vroegtijdig schoolverlaten.
Inclusief Hoger Onderwijs: het perspectief van docenten. Een kwalitatieve bevraging. Nathalie Heurckmans Steunpunt Inclusief Hoger Onderwijs (SIHO) Leen.
DE OVERGANG ONDERWIJS-ARBEIDSMARKT Rationeel of emotioneel ?
Provincie Limburg SERR 5 februari 2013 Hilde Baerten Marc Cloostermans.
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport OGGZ in de Wmo Maandelijkse bijeenkomst pilotgemeenten Wmo 12 juni 2006.
Persbijeenkomst UWV WERKbedrijf
Sanne Deweerdt 1BaSWA  Waar? Zorghotel Heilig Hart te Kortrijk  Wat? Introductie nieuw personeel optimaliseren  Hoe? Via powerpoint  Wie? Nieuw poetspersoneel.
Angststoornissen bij kinderen met autismespectrumstoornissen
Over de gevolgen van werkloosheid en jobonzekerheid voor het welzijn
Case-study: analyse van de zwakke arbeidsstromen tussen de arrondissementen Doornik en Kortrijk Sylvie Vanoost 1BaOD.
Werkhervatting van zieke en niet-zieke werklozen. R. Steenbeek en K. Jettinghoff.
SOCIAAL HUREN IN VLAANDEREN Sien Winters. INLEIDING 1994: iedereen heeft recht op behoorlijke huisvesting 1997: recht opgenomen in Vlaamse Wooncode Sociale.
Kenmerken van de huurmarkt in Vlaanderen
Personeelsbeleid tav grensarbeiders Eurocadres & Unizo Seminarie, 4 Oktober 2007 L. Coppin & T. Vandenbrande 1 Personeelsbeleid ten aanzien van grensarbeiders.
Arbeidsmarkt en CAO College voor Arbeidszaken Dick Voortman Gemeentebeurs 7 december 2006.
Echtscheiding en sociaal kapitaal in Vlaanderen Belinda Wijckmans, Maaike Jappens & Jan Van Bavel Interface Demography Vlaanderen Gepeild 2009 Brussel,
Psychologisch contract
Omgevingsanalyse LOP BaO. Deel 1 Een korte schets op basis van de GOK-cijfers.
Onderzoek KU Leuven -Ascento
Hoe persoonlijk is leven zonder werk? Gijselinck Jolien 1BaTPB3 R Academiejaar Bron: Peelman, K. & Valkeneers, G. (2010). Hoe persoonlijk.
Wat is oud? Inleiding door: Arie Stolk redactielid Geron.
Ontwikkelingen in de Dordtse wijken 15 mei drs Jan Schalk.
Vlaamse werkbaarheidsmonitor 2004 CIJFERS OVER KWALITEIT VAN DE ARBEID IN DE VLAAMSE KMO NATIONALE STUURGROEP.
WERKEN AAN ARBEID – DIRK GELDOF SAMENLEVINGSOPBOUW IN VLAANDEREN.
VAN SCHOOL NAAR WERK(LOOS)? SADANOPDRACHT Isa Fars 1BATP Klas: B3.
studiedag Ongekwalificeerde Uitstroom door actiegroep
Doepakket "Kinderopvang voor iedereen"
Mijn Positieve Gezondheid
Transcript van de presentatie:

Antecedenten en gevolgen van baanonzekerheid in Vlaanderen tussen 1996 en 2007: risicogroepen i.f.v. de economische conjunctuur Hans De Witte & Carissa vets Bijdrage aan de studiedag ‘Vlaanderen Gepeild 2009’ Hendrik Consciencegebouw, Brussel, 1 oktober 2009

1. Inleiding  Baanonzekerheid: “bezorgdheid van werkenden over voortbestaan van hun arbeidsplaats”  Actueel thema omwille van economische crisis en -transformaties  Beleidsmatig relevant: onderdeel te verhogen ‘kwaliteit van de arbeid’

2. Vraagstelling 1. Antecedenten? Risicogroepen voor baanonzekerheid? focus op ‘objectieve’ achtergrondkenmerken Wie wordt vaker getroffen (‘niveau’)? En wanneer? 2. Gevolgen? a. Individueel welzijn: arbeidstevredenheid b. Maatschappelijk onbehagen: wantrouwen in (Vlaamse) instellingen Wie gaat er zwaarder onder gebukt (‘samenhang’)? En wanneer?

2.1. Antecedenten 1a. Welke risicogroepen? -> Zwakke arbeidsmarktpositie? ‘secundaire arbeidsmarkt’ (‘objectieve’ antecedenten op individueel niveau) Arbeiders, lager geschoolden, industrie Arbeiders, lager geschoolden, industrie Jongeren Jongeren Vrouwen Vrouwen

1b. Invloed economische conjunctuur? -> baanonzekerheid subjectieve weerspiegeling werkloosheidscijfers -> baanonzekerheid subjectieve weerspiegeling werkloosheidscijfers (‘objectieve’ antecedent op ‘hoger’ niveau) (‘objectieve’ antecedent op ‘hoger’ niveau) 1c. Variëren de risicogroepen in functie van de economische conjunctuur? Als werkloosheid stijgt: Als werkloosheid stijgt: -> ‘sociale veralgemening’: verruiming tot ‘iedereen’? -> ‘sociale intensifiëring’: zwakkeren nog sterker getroffen?

2.2. Gevolgen 2a. Negatieve gevolgen voor? - arbeidstevredenheid - vertrouwen in (Vlaamse) instellingen 2b. Zijn er risicogroepen voor de negatieve gevolgen? -> is het erger voor bepaalde sociale categorieën? (minder ‘hulpbronnen’)

2c. Invloed van economische conjunctuur? -> ‘aanpassing’? hoort er nu eenmaal bij, iedereen is onzeker => hoort er nu eenmaal bij, iedereen is onzeker => minder negatieve gevolgen -> ‘intensifiëring’? verergering van gevolgen voor risicogroepen => verergering van gevolgen voor risicogroepen => nog sterkere negatieve gevolgen

3. Onderzoeksopzet  Trendstudie: werkenden (N = 8.784) tussen 1996 en 2007 (12 jaar!)  Niet in elk jaar de nodige gegevens…  Baanonzekerheid: ‘Hoe dikwijls vreest u ervoor dat u uw werk zal verliezen door faillissement of ontslag?’ (één item) Nooit: 53,6% Nooit: 53,6% Zelden: 24,2% Zelden: 24,2% Soms: 16,9% Soms: 16,9% Vaak: 5,4% (-> werkenden) Vaak: 5,4% (-> werkenden)

 Aspectuele arbeidstevredenheid: 11 aspecten (bv. loon, collega’s, inhoud,…) 11 aspecten (bv. loon, collega’s, inhoud,…) Niet steeds gesteld… Niet steeds gesteld… 5-puntenschaal (1 = -- en 5 = ++) 5-puntenschaal (1 = -- en 5 = ++) Gemiddelde: 3,82 op 5 Gemiddelde: 3,82 op 5  Wantrouwen in Vlaamse instellingen: 6 aspecten (bv. administratie, parlement, regering,…) 6 aspecten (bv. administratie, parlement, regering,…) Niet steeds gesteld… Niet steeds gesteld… 5-puntenschaal (1 = ++ en 5 = --) 5-puntenschaal (1 = ++ en 5 = --) Gemiddelde: 3,10 op 5 Gemiddelde: 3,10 op 5

4. Resultaten 4.1a. Welke risicogroepen? - Eerst per jaar ‘screening’ relevante achtergrondkenmerken = leeftijd, sector tewerkstelling, beroepspositie, geslacht, arbeidstijd - Dan meervoudige classificatieanalyse met deze 5 (in één analyse, gecontroleerd voor elkaar)

Risicogroepen voor baanonzekerheid: resultaten van een meervoudige classificatieanalyse (N = 8.784) Percentage onzekerBèta Leeftijd0,09*** -3020, , , ,3 Tewerkstellingssector0,19*** Primair22,7 Secundair26,8 Tertiair25,0 Quartair12,7

Risicogroepen voor baanonzekerheid: vervolg Beroepspositie0,04* Ongeschoolde arbeiders27,2 Geschoolde arbeiders21,9 Bediende21,6 Hogere bediende17,0 Zelfstandig22,9 Arbeidstijd0,04** Deeltijds18,0 Voltijds22,3 Geslacht0,04** Man20,0 Vrouw24,0

4.1b. Invloed economische conjunctuur? In de periode zowel lage werkloosheid ( , 2007) - als hoge ( , )

4.1c. Variëren de risicogroepen in functie van de economische conjunctuur? - Hergroepering in drie periodes werkloosheid: laag, midden, hoog - Toets interactie risicogroepen en niveau werkloosheid (variantie-analyse) - Géén significante effecten: ‘neen’ -> noch veralgemening, noch intensifiëring! Risicogroepen steeds meer onzeker, ongeacht niveau werkloosheid

4.2a. Negatieve samenhangen met: - Arbeidstevredenheid: r = -.17*** Bèta = -.16*** - Wantrouwen in Vlaamse instellingen: r =.08*** Bèta =.04**

4.2b. Zijn er risicogroepen voor de negatieve gevolgen? - sommige categorieën ‘kwetsbaarder’ voor baanonzekerheid? - bv. hoger vastgestelde risicogroepen? - variantie-analyses met interacties baanonzekerheid & achtergondkenmerken - resultaten: niet significant…. ‘neen’ Dus: samenhang met gevolgen is dezelfde voor alle hoger vastgestelde risicogroepen

4.2c. Verschilt de samenhang tussen baanonzekerheid en gevolgen i.f.v. de economische conjunctuur? - Interacties (variantie-analyse) tussen baanonzekerheid en niveau werkloosheid (laag – midden - hoog) - Opnieuw: niet significant… ‘neen’ Dus: samenhang tussen baanonzekerheid en arbeidstevredenheid of wantrouwen in Vlaamse instellingen wordt niet beïnvloed door niveau werkloosheid (‘altijd negatief’)

5. Besluit & beleidsimplicaties 1. Prevalentie: ongeveer 22% vreest ‘vaak’ of ‘soms’ voor baanverlies ( werkenden) -> vrij aanzienlijk probleem 2. Risicogroepen: Lagere kans: quartaire sector, werkenden na 50 jaar, hogere bedienden Hogere kans: industrie (diensten), middenleeftijdsgroep, ongeschoolde arbeiders, voltijdsen, vrouwen -> eerder beperkt onderscheidingsvermogen

3. Werkloosheid is maatschappelijke antecedent van baanonzekerheid -> baanonzekerheid subjectieve weerspiegeling maatschappelijke realiteit 4. Risicogroepen fluctueren niet i.f.v. economische conjunctuur: dezelfde groepen blijven risicogroepen -> éénzelfde beleid ongeacht niveau werkloosheid

5. Negatieve samenhangen (‘gevolgen’) met: - arbeidstevredenheid - wantrouwen in (Vlaamse) instellingen (samenhang welzijn duidelijk groter) -> onzekerheid is individueel én maatschappelijk probleem 6. Samenhangen verschillen niet i.f.v. - risicogroepen - niveau werkloosheid -> geen differentieel beleid nodig (‘hetzelfde voor iedereen en op elk ogenblik’)