wie het laatst lacht... Genesis 181-15
2 maart 2011 Rijnsburg
1 En de HERE verscheen aan hem (=Abraham)... Genesis 18 1 En de HERE verscheen aan hem (=Abraham)... = NA Genesis 17: Gods verbond met Abraham - besnijdenis
1 ... bij de terebinten van Mamre... Genesis 18 1 ... bij de terebinten van Mamre... St.Vert. eikenbossen
1 Genesis 126 En Abram trok het land door tot de plek bij Sichem, tot de terebint More...
2 Genesis 358 ... Toen Debora, de voedster van Rebekka, gestorven was, werd zij begraven beneden Betel onder een eik...
3 Jozua 2426 Jozua schreef deze dingen in het wetboek Gods, en hij nam een grote steen en richtte die aldaar op, onder de terebint, op de heilige plaats des HEREN.
4 Richteren 611 Toen kwam de Engel des HEREN en zette zich neer onder de terebint te Ofra (...) terwijl (...) Gideon bezig was in de wijnpers tarwe uit te kloppen....
5 1Samuël 172 Saul en de mannen van Israel verzamelden zich ook en legerden zich in het Terebintendal; en zij stelden zich op in slagorde tegenover de Filistijnen.
6 Jesaja 613 ... En men zal hen noemen: Terebinten der gerechtigheid, een planting des HEREN, tot zijn verheerlijking.
Genesis 18 1 En de HERE verscheen aan hem bij de terebinten van Mamre, terwijl hij op het heetst van de dag in de ingang der tent zat.
Genesis 18 2 En hij sloeg zijn ogen op en zag, en zie, drie mannen stonden bij hem; toen hij hen zag, liep hij hun uit de ingang van zijn tent tegemoet, en boog zich ter aarde;
Genesis 18 3 en hij zeide: Mijn heer... NIET: "mijne heren"...
lett. "indien ik GENADE vind in Uw ogen..." Genesis 18 3 en hij zeide: Mijn heer, indien ik uw genegenheid gewonnen heb, ga dan niet aan uw knecht voorbij. lett. "indien ik GENADE vind in Uw ogen..."
Genesis 18 4 Laat toch een weinig water gehaald worden, en wast uw voeten en vlijt u neder onder de boom;
Genesis 18 5 dan wil ik een bete broods gaan halen, opdat gij uw hart versterkt; daarna kunt gij verder trekken; daartoe zijt gij immers langs uw knecht getrokken? En zij zeiden: Doe zoals gij gesproken hebt.
Genesis 18 6 Toen spoedde Abraham zich naar de tent tot Sara, en zeide: Haast u! Drie maten fijn meel! Kneed het en bereid koeken!
Genesis 18 7 En Abraham liep naar de runderen, nam een kalf, mals en goed, en gaf het aan een knecht, en deze haastte zich om het te bereiden.
Genesis 18 8 Ook nam hij boter (of: room) en melk en het kalf, dat hij bereid had, en zette het hun voor; en hij stond onder de boom bij hen, terwijl zij aten.
Genesis 18 9 Toen zeiden zij tot hem: Waar is uw vrouw Sara? En hij zeide: Daar, in de tent.
Genesis 18 10 En Hij zeide... NIET: zij zeiden...
10 En Hij zeide: Voorzeker zal Ik over een jaar tot u wederkeren... Genesis 18 10 En Hij zeide: Voorzeker zal Ik over een jaar tot u wederkeren... Staten Vertaling 9 Toen zeiden zij tot hem: Waar is Sara, uw huisvrouw? En hij zeide: Ziet, in de tent. 10 En Hij zeide: Ik zal voorzeker weder tot u komen, omtrent dezen tijd des levens; en zie, Sara, uw huisvrouw, zal een zoon hebben!
> de Heer komt terug... in "de zoon van Abraham"! * Genesis 18 10 En Hij zeide: Voorzeker zal Ik over een jaar omtrent de tijd des levens tot u wederkeren, en dan zal uw vrouw Sara een zoon hebben. > de Heer komt terug... in "de zoon van Abraham"! * * zie Genesis 211,2
Genesis 18 10 ... En Sara luisterde bij de ingang der tent, die zich achter Hem bevond.
Genesis 18 11 Abraham nu en Sara waren oud en hoogbejaard; het ging Sara niet meer naar de wijze der vrouwen.
Genesis 18 12 Dus lachte Sara in zichzelf, denkende: Zal ik wellust hebben, nadat ik vervallen ben, terwijl mijn heer oud is? Genesis 1717 Toen wierp Abraham zich op zijn aangezicht, LACHTE en zeide bij zichzelf: Zal dan aan een honderdjarige een kind geboren worden, en zal Sara, een negentigjarige, baren?
Genesis 18 13 Toen zeide de HERE tot Abraham: Waarom lacht Sara daar en zegt: Zal ik werkelijk baren, terwijl ik oud geworden ben?
14 Zou voor de HERE iets te wonderlijk zijn? Genesis 18 14 Zou voor de HERE iets te wonderlijk zijn?
Genesis 18 14 ... Te bestemder tijd, over een jaar, omtrent de tijds des levens, zal Ik tot u wederkeren, en Sara zal een zoon hebben.
Genesis 18 15 Toen loochende Sara het: Ik heb niet gelachen, want zij was bevreesd; doch Hij zeide: Neen, gij hebt wel gelachen. Genesis 216 En Sara zeide: GOD heeft gemaakt, dat ik LACH; ieder die het hoort, zal om mijnentwil lachen.
Hebreeën 11 11 Door het GELOOF heeft ook Sara kracht ontvangen om moeder te worden, en dat ondanks haar hoge leeftijd, daar zij Hem, die het beloofd had, BETROUWBAAR ACHTTE. >> "tot neerwerping van zaad"
Hebreeën 11 12 Daarom zijn er dan ook uit een man, en wel een verstorvene, voortgekomen als de sterren des hemels in menigte en gelijk het zand aan de oever der zee, dat ontelbaar is.