Hoofdstuk 22: Het aggregatieve aanbod Economie, een Inleiding Hoofdstuk 22: Het aggregatieve aanbod
Het aggregatieve aanbod Hoofdstuk 21: Alle nominale input- en outputprijzen vast AA past zich (automatisch) aan AV aan Dit hoofdstuk: Mate waarin AA zich aanpast aan AV afhankelijk van Productieproces Markt voor productiefactoren (arbeid) op korte, middellange en lange termijn
Het aggregatieve aanbod Figuur 22.1.: Nauwe samenhang tussen evoluties op arbeidsmarkt en conjunctuurcyclus Werkgelegenheid sterk procyclisch Sterke economische groei: toename tewerkstelling Minder sterke groei: afname tewerkstelling Meeste ondernemingen kozen tijdens recessie van 2009 voor vermindering van arbeidsvolume In plaats van aanpassing lonen Loonrigiditeit
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters De aggregatieve aanbodcurve
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen 1. Beroepsbevolking, werkgelegenheidsgraad en werkloos-heidsgraad 2. Brutoloon, loonkost, loonwig, loonrigiditeit Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters De aggregatieve aanbodcurve
1.1. Beroepsbevolking, werkgelegenheidsgraad en werkloosheidsgraad Bevolking op arbeidsleeftijd Som van alle werknemers in België tussen 15 en 64 jaar (beroepsbevolking + niet-actieven) Beroepsbevolking Som van nationale werkgelegenheid en werkloosheid Werkgelegenheidsgraad (in %) Nationale werkgelegenheid / Bevolking op arbeidsleeftijd * 100
1.1. Beroepsbevolking, werkgelegenheidsgraad en werkloosheidsgraad Tabel 22.2.: Hoge werkgelegenheidsgraad Mannen 25-54 jaar Hoger opgeleiden Lage werkgelegenheidsgraad Brussel en Wallonië Jongeren in Brussel, ouderen in Vlaanderen en Wallonië Lager opgeleiden
1.1. Beroepsbevolking, werkgelegenheidsgraad en werkloosheidsgraad Aantal werklozen / Beroepsbevolking Figuur 22.2. Illustreert conjunctuurgevoeligheid van werkloosheids-graad België en Europa: structurele eerder dan cyclische toename werkloosheid Institutionele kenmerken arbeidsmarkt
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen 1. Beroepsbevolking, werkgelegenheidsgraad en werkloos- heidsgraad 2. Brutoloon, loonkost, loonwig, loonrigiditeit Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters De aggregatieve aanbodcurve
1.2. Brutoloon, loonkost, loonwig, loonrigiditeit Loon (algemeen) Vergoeding die wordt betaald voor arbeidsprestatie Brutoloon Contractueel overeengekomen bezoldiging voor uit-voeren van bepaalde arbeidsprestatie Nettoloon Loon dat werknemer overhoudt na betalen van bijdrage aan sociale zekerheid en inkomstenbelasting
1.2. Brutoloon, loonkost, loonwig, loonrigiditeit Loonkosten Brutoloon vermeerderd met werkgeversbijdrage aan sociale zekerheid en andere kosten arbeidscontract Loonwig Procentueel verschil tussen loonkost en nettoloon Werknemer versus werkgever Relevant voor werknemer: nettoloon Relevant voor werkgever: loonkost
1.2. Brutoloon, loonkost, loonwig, loonrigiditeit Nominaal loon Vergoeding per eenheid arbeid (in geld) W Reëel loon Koopkracht van deze vergoeding Berekend als verhouding tussen nominaal loon en prijs-indexcijfer w/P Loonrigiditeit Lonen kunnen zich niet vrij aanpassen
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters De aggregatieve aanbodcurve
Veronderstel perfecte concurrentie op arbeidsmarkt 2. Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Veronderstel perfecte concurrentie op arbeidsmarkt Aanbieders van arbeid en vragers naar arbeid zijn prijsnemers Lonen passen zich aan bij wijziging vraag of aanbod Realistisch? In realiteit: rigiditeiten
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt 1. Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt 2. Effect van technologische vooruitgang en een toename in de scholingsgraad van werknemers Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters De aggregatieve aanbodcurve
2.1. Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Globaal aanbod Som van arbeidsaanbod van alle personen Globale vraag Som van arbeidsvraag van alle ondernemingen
Aanbodcurve verloopt stijgend 2.1. Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Aanbodcurve verloopt stijgend Toename reëel nettoloon Toename bereidheid tot werken Vraagcurve verloopt dalend Dalende marginale productiviteit van arbeid Globaal evenwicht op arbeidsmarkt Marktvraag = Marktaanbod Figuur 22.3.: Stel reëel loon = w1/P1 arbeidsvraag L1, arbeidsaanbod L2 aanbodoverschot en dus werkloosheid
2.1. Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Indien werkloosheid = situatie waarbij mensen zouden willen werken maar geen werk vinden Dan biedt model van perfecte concurrentie geen verklaring voor werkloosheid
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt 1. Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt 2. Effect van technologische vooruitgang en een toename in de scholingsgraad van werknemers Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters De aggregatieve aanbodcurve
Technologische vooruitgang: afname van prijs van kapitaal 2.2. Effect van technologische vooruitgang en een toename in de scholingsgraad van werknemers Technologische vooruitgang: afname van prijs van kapitaal Indien kapitaal en hoger opgeleiden complementen: Afname van prijs kapitaal Toename van vraag naar hoger opgeleiden LV-curve voor hoger opgeleiden verschuift naar rechts Indien kapitaal en lager opgeleiden substituten: Afname van prijs kapitaal Afname van vraag naar lager opgeleiden LV-curve voor lager opgeleiden verschuift naar links
2.2. Effect van technologische vooruitgang en een toename in de scholingsgraad van werknemers Figuur 22.4.: Verdeling van tewerkstelling naar opleidingsniveau tussen 1999 en 2008 Relatieve toename hoger opgeleiden op arbeidsmarkt Verklaring 1: verschuiving vraagcurve naar hoger opgeleiden naar rechts, of verschuiving vraagcurve naar lager opgeleiden naar links Technologische vooruitgang Verklaring 2: verschuiving aanbodcurve van hoger opgeleiden naar rechts, of verschuiving aanbodcurve van lager opgeleiden naar links Toename scholingsgraad
Welke verklaring correct? 2.2. Effect van technologische vooruitgang en een toename in de scholingsgraad van werknemers Welke verklaring correct? ‘Race between technology and education’ Relatieve vraag naar hooggeschoolde arbeid neemt sterker toe dan relatief aanbod relatief loon hooggeschoolden neemt toe Relatief aanbod van hooggeschoolde arbeid neemt sterker toe dan relatieve vraag relatief loon hooggeschoolden (en dus ook de inkomens-ongelijkheid) neemt af
2.2. Effect van technologische vooruitgang en een toename in de scholingsgraad van werknemers Tabel 22.3.: observatie: Bruto-maandloon van werknemers met hogere opleiding is sterker gegroeid dan bruto-maandloon van werknemers met ten hoogste diploma secundair onderwijs Invloed van technologische vooruitgang overheerst
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters De aggregatieve aanbodcurve
3. Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Arbeidsmarkt beantwoordt in realiteit niet aan perfect competitief model Arbeidsmarkt heeft aantal specifieke kenmerken
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt 1. Het effect van loonbelasting en bijdragen aan de sociale zekerheid 2. De rol van vakbonden 3. Andere specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters De aggregatieve aanbodcurve
Belangrijk kenmerk Belgische arbeidsmarkt: 3.1. Het effect van loonbelasting en bijdragen aan de sociale zekerheid Belangrijk kenmerk Belgische arbeidsmarkt: Hoge lasten (belastingen) Figuur 22.5.: ‘Impliciete heffing’ op arbeid in België vergelijken met deze in Eurozone sinds 1995 In 2007 in overheid 42% van gemiddelde werkgevers-kost als belasting of sociale bijdrage
3.1. Het effect van loonbelasting en bijdragen aan de sociale zekerheid Effect van deze loonbelasting en bijdragen aan sociale zekerheid op globale arbeidsmarktevenwicht? Figuur 22.6.: wb/P: reëel brutoloon wb: nominaal brutoloon P: prijsindex L0A en L0V: situatie zonder bijdragen aan sociale zekerheid E0: corresponderend evenwicht
3.1. Het effect van loonbelasting en bijdragen aan de sociale zekerheid Linkerpaneel figuur 22.6.: Illustreert invoering verplichte werknemersbijdrage aan sociale zekerheid Nominaal nettoloon: Reëel nettoloon:
Werknemersbijdrage slechts gedeeltelijk door werk-nemers zelf gedragen 3.1. Het effect van loonbelasting en bijdragen aan de sociale zekerheid Bij onveranderd brutoloon krijgen werknemers lager reëel nettoloon in handen Nochtans blijven voorkeuren onveranderd Werknemers eisen bijgevolg hoger reëel brutoloon Aanbodcurve wentelt naar boven Werknemersbijdrage slechts gedeeltelijk door werk-nemers zelf gedragen Van totale bijdrage E1N wordt E1M afgewenteld op werkgever in vorm van hoger brutoloon Nieuw evenwicht: tewerkstelling gedaald (bruto loon gestegen maar netto loon gedaald)
Rechterpaneel figuur 22.6.: 3.1. Het effect van loonbelasting en bijdragen aan de sociale zekerheid Rechterpaneel figuur 22.6.: Illustreert invoering verplichte werkgeversbijdrage aan sociale zekerheid Reële loonkost wordt dan:
3.1. Het effect van loonbelasting en bijdragen aan de sociale zekerheid Bij onveranderd brutoloon ervaren werkgevers veel hogere reële loonkost Productiefunctie verandert niet Bereidheid tot betalen van werkgever verandert ook niet… oplossing: lager reëel brutoloon Vraagcurve wentelt naar beneden Werkgeversbijdrage: slechts gedeeltelijk door werk-gevers zelf gedragen Van totale bijdrage E1K wordt E1M afgewenteld op werknemer in vorm van lager brutoloon Nieuw evenwicht: tewerkstelling gedaald (bruto loon gedaald maar loonkost gestegen)
Figuur 22.7.: werknemers- én werkgeversbijdrage 3.1. Het effect van loonbelasting en bijdragen aan de sociale zekerheid Figuur 22.7.: werknemers- én werkgeversbijdrage Tewerkstelling daalt van L0 naar L1 Reëel nettoloon afgenomen Reële loonkost toegenomen Reëel brutoloon? Loonwig gestegen Slecht voor tewerkstellingsgraad Mate van afwenteling Bepaald door elasticiteiten van vraag en aanbod (!) Vraag of aanbod belasten: equivalent (!)
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt 1. Het effect van loonbelasting en bijdragen aan de sociale zekerheid 2. De rol van vakbonden 3. Andere specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters De aggregatieve aanbodcurve
Sociale partners onderhandelen elke twee jaar over Centraal Akkoord 3.2. De rol van vakbonden Bepaling loon en andere aspecten van arbeidscontract zelden overgelaten aan ‘onzichtbare hand’ Resultaat van onderhandelingen tussen werkgevers- en werknemersorganisaties (‘sociale partners’) Sociale partners onderhandelen elke twee jaar over Centraal Akkoord Wet van 26 juli 1996 Centraal Akkoord: hoeveel kunnen nominale lonen stijgen tijdens volgende twee jaar
Daarna, loonafspraken op sectorniveau 3.2. De rol van vakbonden Daarna, loonafspraken op sectorniveau Paritaire comités Collectieve arbeidsovereenkomsten (CAO) Ex ante indicatieve loonnorm uit Centraal Akkoord moet wel in aanmerking genomen worden Ex post overschrijdingen van deze loonnorm kunnen echter plaatsvinden Zie Figuur 22.8.
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt 1. Het effect van loonbelasting en bijdragen aan de sociale zekerheid 2. De rol van vakbonden 3. Andere specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters De aggregatieve aanbodcurve
3.3. Andere specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Arbeidsmarkt: imperfecte informatie Werkgever: Efficiëntielonen Zoekkosten (geschikte arbeidskracht zoeken) Werknemer: Zoekkosten (m.b.t. openstaande vacatures, karak-teristieken van die vacatures)
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters De aggregatieve aanbodcurve
4. Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters Realistisch beeld van prijsvorming op arbeidsmarkt Nominale prijzen variëren op lange termijn AA volgt niet automatisch veranderingen in AV
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters 1. De onderhandelingscurve 2. De prijszettingscurve 3. Het evenwicht op de niet perfecte competitieve arbeidsmarkt 4. Reële loonrigiditeit en de ‘natuurlijke’ werkloosheid De aggregatieve aanbodcurve
4.1. De onderhandelingscurve Centrale loonnorm geeft aan in welke mate nominale lonen kunnen stijgen in toekomst Mogelijke specificatie: Belangrijke determinanten: Verwachting in verleden over huidig prijspeil (bepaalt koopkracht) Totale tewerkstelling (bepaalt vakbondsmacht) Andere factoren die loonvormingsproces bepalen samengevat in z
4.1. De onderhandelingscurve Verband tussen centrale loonnorm en tewerkstelling WS-curve, ‘Wage Setting’ Onderhandelingscurve verschuift naar boven (onder) indien verwacht prijspeil toeneemt (afneemt) Beweging van A naar B (Figuur 22.9.) Toename (verwacht) nominaal loon, en aangezien verwacht prijspeil niet wijzigt Toename (verwacht) reëel loon
4.1. De onderhandelingscurve Verwacht reëel loon kan verschillen van feitelijk reëel loon Afhankelijk van evolutie P Figuur 22.9.: Toename van P0 (oorspronkelijk verwacht prijspeil) naar P1 Prijzen hoger dan verwacht (P1 > Pe = P0) bij loononder-handelingen Reële lonen lager dan gedacht Bij nieuwe onderhandelingen worden verwachtingen bijgesteld en verschuift curve naar omhoog
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters 1. De onderhandelingscurve 2. De prijszettingscurve 3. Het evenwicht op de niet perfecte competitieve arbeidsmarkt 4. Reële loonrigiditeit en de ‘natuurlijke’ werkloosheid De aggregatieve aanbodcurve
4.2. De prijszettingscurve Feitelijk algemeen prijsniveau Resultaat van beslissingen van ondernemingen Stel: arbeidskost per eenheid output: En veronderstel volgende eenvoudige korte termijn macro-economische productiefunctie:
4.2. De prijszettingscurve Output neemt lineair toe met ingezette hoeveelheid arbeid Veronderstel daarenboven A = 1 Marginale en gemiddelde kosten = Nominaal loon w Prijszettingsrelatie: Verband tussen feitelijk algemeen prijspeil en nominaal loon w θ: mark-up factor Als θ = 0: ondernemingen kunnen prijs niet boven marginale kosten plaatsen Hoe meer marktmacht ondernemingen hebben, hoe hoger θ
4.2. De prijszettingscurve Figuur 22.10.: Relatie in (w,L)-ruimte Prijszettingscurve of PS-curve (‘Price Setting’) Nominaal loon uitdrukken als: Meer concurrentie op outputmarkten (daling van θ0 naar θ1) leidt tot verschuiving van prijszettingscurve naar boven
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters 1. De onderhandelingscurve 2. De prijszettingscurve 3. Het evenwicht op de niet perfecte competitieve arbeidsmarkt 4. Reële loonrigiditeit en de ‘natuurlijke’ werkloosheid De aggregatieve aanbodcurve
4.3. Het evenwicht op de niet perfecte competitieve arbeidsmarkt Evenwicht op arbeidsmarkt: consistentie tussen Verwacht prijsniveau opgenomen in WS-relatie Prijsniveau dat ondernemingen willen zetten op output-markt Figuur 22.11.: Punt A:
4.3. Het evenwicht op de niet perfecte competitieve arbeidsmarkt Evenwicht: loonniveau dat compatibel is met zowel loonnorm-relatie in WS-curve als prijszettingsrelatie in PS-curve: w0 in punt E0 L0 Tewerkstellingsniveau > L0 Zolang algemeen prijsniveau niet wijzigt
4.3. Het evenwicht op de niet perfecte competitieve arbeidsmarkt Maar: bij L0 geen evenwichtssituatie Ondernemingen zullen prijzen verhogen om ongelijk-heid bij oud prijsniveau… … terug om te zetten in gelijkheid (zie Figuur 22.12.)
4.3. Het evenwicht op de niet perfecte competitieve arbeidsmarkt Figuur 22.12.: na aanpassing prijsniveau: Hoger tewerkstellingsniveau L1 ligt zowel op PS-curve als op WS-curve: OK Maar… prijsstijging van P0 naar P1 Afname reële lonen Werknemers voelen zich bedrogen Hogere prijzen worden opgenomen in loonnorm bij nieuwe onderhandelingen WS-curve schuift omhoog Op lange termijn bewegen curven naar nieuw snijpunt en evenwicht E1
4.3. Het evenwicht op de niet perfecte competitieve arbeidsmarkt Afwijkingen van (LT evenwichts)tewerkstellingsniveau L0 Voorbeeld bij toename AV Aanpassing outputprijzen PS-curve verschuift naar boven KT: toename tewerkstelling en aggregatief aanbod LT: WS-curve verschuift omhoog Finaal reageert AA weinig op veranderingen in AV Belangrijk: snelheid waarmee nieuw LT evenwicht wordt bereikt
4.3. Het evenwicht op de niet perfecte competitieve arbeidsmarkt Belangrijk: snelheid waarmee nieuw LT evenwicht wordt bereikt Snelle aanpassing Rationele verwachtingen, loonindexering Trage aanpassing Adaptieve verwachtingen, lage frequentie van her-onderhandeling loonnorm Tabel 22.3.: Mate waarin loonbeleid op ondernemingsniveau in 15 Europese landen gekoppeld is aan waargenomen of verwachte inflatie
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters 1. De onderhandelingscurve 2. De prijszettingscurve 3. Het evenwicht op de niet perfecte competitieve arbeidsmarkt 4. Reële loonrigiditeit en de ‘natuurlijke’ werkloosheid De aggregatieve aanbodcurve
4.4. Reële loonrigiditeit en de ‘natuurlijke’ werkloosheid Natuurlijke werkloosheid: werkloosheid als gevolg van reële loonrigiditeit Omdat reëel loon afwijkt van reëel loon op perfect competitieve arbeidsmarkt Natuurlijke werkloosheidsgraad: uitgedrukt in verhouding tot beroepsbevolking Veranderingen in natuurlijke werkloosheid? Voorbeelden: Matiging looneisen vakbonden Betere informatie voor werkgevers Meer competitie (kleinere mark-up)
4.4. Reële loonrigiditeit en de ‘natuurlijke’ werkloosheid Nominale loonstarheid Kan werkloosheid enkel op korte termijn verklaren Reële loonrigiditeit Kan werkloosheid ook op lange termijn verklaren Figuur 22.14.: Recessie Daling tewerkstelling (i.p.v. afname loon) Loonmatiging bij vakbonden leidt uiteindelijk tot nieuw evenwicht nabij natuurlijke werkloosheid
Het aggregatieve aanbod - Inhoudstafel Enkele begrippen Het macro-economisch evenwicht op een perfect competitieve arbeidsmarkt Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters De aggregatieve aanbodcurve
5. De aggregatieve aanbodcurve Korte termijn: Veranderingen in vraag naar goederen en diensten kunnen leiden tot: Veranderingen in productie Niet: prijsveranderingen KT-AA curve is horizontale lijn
5. De aggregatieve aanbodcurve Middellange termijn: Veranderingen in vraag naar goederen en diensten kunnen leiden tot: Veranderingen in productie Prijsveranderingen MT-AA-curve is opwaartse curve
5. De aggregatieve aanbodcurve Middellange termijn, algebraïsch: AA-curve: relatie tussen P en Q Vervang nominaal loon Vervang hoeveelheid arbeid door inverse productie-functie Merk op: WS- en PS-curves gecombineerd
5. De aggregatieve aanbodcurve Onderscheid tussen bewegingen op en verschuivingen van curve: Beweging op curve Hogere prijzen hogere output Verschuiving van curve Onverwachte stijging prijspeil
5. De aggregatieve aanbodcurve Lange termijn: Veranderingen in vraag naar goederen en diensten kunnen leiden tot Prijsveranderingen Niet: veranderingen in productie LT-AA-curve is verticale lijn