De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Het aggregatieve aanbod

Verwante presentaties


Presentatie over: "Het aggregatieve aanbod"— Transcript van de presentatie:

1 Het aggregatieve aanbod
Hoofdstuk 26 Het aggregatieve aanbod

2 Inhoud Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt
1.1 De rol van vakbonden en werkgeversorganisaties (de sociale partners) 1.2 Imperfecte informatie 1.3 Loonrigiditeit Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters 2.1 De onderhandelingscurve 2.2 De prijszettingscurve 2.3 Het macro-economisch evenwicht op de arbeidsmarkt De aggregatieve aanbodcurve 3.1 Het natuurlijk outputniveau 3.2 Afleiding van de AA-curve 3.3 Verschuivingen van de AA-curve 3.4 Rationele verwachtingen versus nieuw-keynesianen

3 Figuur 26.1: economische activiteit en werkloosheid
bbp-groei in % werkloosheidsgraad in % groei (linkeras) werkloosheidsgraad (rechteras) Bron: stat.nbb.be (geraadpleegd op ). Noot: de bbp-groei wordt gemeten per kwartaal, maar is jaarlijkse groei ten opzichte van hetzelfde kwartaal van het jaar daarvoor. Voor de werkloosheid nemen we de geharmoniseerde werkloosheidsgraad per kwartaal.

4 1. Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt
1.1 De rol van vakbonden en werkgeversorganisaties (de sociale partners) 1.2 Imperfecte informatie 1.3 Loonrigiditeit

5 1.1 De rol van vakbonden en werkgeversorganisaties (de sociale partners)
Bepaling loon wordt niet aan ‘onzichtbare hand’ overgelaten Resultaat van onderhandelingen tussen ‘sociale partners’ Centraal Akkoord (IPA) Loonnorm voor volgende twee jaar Paritaire comités Cao’s

6 1. Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt
1.1 De rol van vakbonden en werkgeversorganisaties (de sociale partners) 1.2 Imperfecte informatie 1.3 Loonrigiditeit

7 1.2 Imperfecte informatie
Werkgevers en werknemers hebben niet alle informatie om van perfect concurrentiële arbeidsmarkt te spreken Werkgevers betalen efficiëntielonen Hoger loon dan strikt noodzakelijk om personeel te vinden Impact op arbeidsinzet, die moeilijk te controleren is Onderneming koopt inzet af Ook werknemer kampt met imperfecte informatie Niet op de hoogte van alle openstaande vacatures Zowel werkgever als werknemer kent zoekkosten Karakteristieken van vacature opzoeken Karakteristieken van sollicitant opzoeken Leidt tot afwijkingen van evenwicht onder perfecte concurrentie Frictionele werkloosheid: vraagt tijd om werkzoekenden te koppelen aan vacature

8 1. Specifieke kenmerken van de arbeidsmarkt
1.1 De rol van vakbonden en werkgeversorganisaties (de sociale partners) 1.2 Imperfecte informatie 1.3 Loonrigiditeit

9 1.3 Loonrigiditeit Lonen reageerden slechts in beperkte mate op recessie. Ondernemers verminderden arbeidsvolume bespaarden op niet-loonkosten Lonen passen zich niet gemakkelijk (neerwaarts) aan Neerwaartse nominale loonrigiditeit speelt belangrijke rol bij het uit de arbeidsmarkt afgeleide aggregatieve aanbod

10 Figuur 26.2: welke strategieën inzake kostenverlaging gebruiken bedrijven als reactie op een daling van de omzet? geheel van de bedrijven licht tot matig getroffen door de crisis zwaar tot zeer zwaar getroffen door de crisis 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 % v an het aantal bedrij v en basislonen variabele lonen vaste werknemers tijdelijke werknemers gewerkte uren niet-loonkosten Bron: NBB, jaarverslag 2009 (grafiek 60).

11 Figuur 26.3: Amerikaanse loonrigiditeit in 2011
frequentieverdeling (in %) Bron: Eigen berekeningen op basis van Daly, M. C., Hobijn, B. (2014). Downward Nominal Wage Rigidities Bend the Phillips Curve. Journal of Money, Credit and Banking, 46(2),

12 2. Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters
2.1 De onderhandelingscurve 2.2 De prijszettingscurve 2.3 Het macro-economisch evenwicht op de arbeidsmarkt

13 2.1 De onderhandelingscurve
In IS-LM-schema waren nominale output- en inputprijzen vast en volgde het aanbod de AV Enkel realistisch op korte termijn Aggregatieve aanbod reageert immers op AV Houdt verband met prijsvorming goederenmarkt, die via kostenstructuur van ondernemingen ook gelieerd is aan loonvorming op arbeidsmarkt Lonen wijken af van lonen onder perfecte mededinging Verwachte toekomstige prijspeil is belangrijke determinant Werknemers zijn nl. geïnteresseerd in reële loon Relatieve macht van vakbonden en patroons. Macht van vakbonden is vb. groter als werkloosheid lager is

14 2.1 De onderhandelingscurve
Verwachtingen over prijspeil kunnen afwijken van feitelijke realisatie Veronderstelling: op middellange termijn worden verwachtingen bijgesteld (later laten we veronderstelling weer los) Verwachte loon = feitelijke reële loon Negatieve verband tussen loonnorm w en werkloosheidsgraad u is onderhandelingscurve (WS-curve) Bij hogere werkloosheid daalt onderhandelingsmacht vakbonden WS-curve verschuift als institutionele kenmerken veranderen Onderhandelingsmacht vakbonden/werkgever Hoogte werkloosheidsvergoedingen

15 Figuur 26.4: de onderhandelingscurve
w P bv. daling werkloosheidsuitkeringen WS (z = z0) z1 < z0 WS (z = z1) u

16 2. Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters
2.1 De onderhandelingscurve 2.2 De prijszettingscurve 2.3 Het macro-economisch evenwicht op de arbeidsmarkt

17 2.2 De prijszettingscurve
Marktmacht maakt het makkelijker om prijs boven MK te zetten Arbeidskost per eenheid output Inverse van KT-productiefunctie Macro-economische productiefunctie op KT Prijszettingsrelatie, met als mark-upfactor

18 2.2 De prijszettingscurve
Is relatie in (w,u)-ruimte: prijszettingscurve of PS-curve Voor gegeven prijsniveau bepaalt mark-up waar curve ligt Horizontaal: MK hangen niet af van productie (en dus werkloosheid) Prijszettingsgedrag (dat afhangt van mark-up en MK) bepaalt reële loon Vb. meer concurrentie (lagere mark-up) verschuift PS-curve naar boven

19 Figuur 26.5: de prijszettingscurve
w P 1 1 + θ1 PS (θ = θ1) bv. daling mark-up ondernemingen 1 1 + θ0 PS (θ = θ0) u

20 2. Evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters
2.1 De onderhandelingscurve 2.2 De prijszettingscurve 2.3 Het macro-economisch evenwicht op de arbeidsmarkt

21 2.3 Het macro-economisch evenwicht op de arbeidsmarkt
Zowel PS- als WS-curve zijn relaties in (w,u)-ruimte Evenwicht op arbeidsmarkt: punt E reëel loon dat voldoet aan twee relaties Werkloosheidsgraad Vb. punt A: hoger nominaal en reëel loonniveau, en is lager dan Hogere onderhandelingsmacht vakbonden Kunnen hoger reëel loon afdwingen Beantwoordt niet aan PS-relatie, en werkgevers reageren op hoger nominaal loonniveau door prijzen te verhogen tot Arbeidsmarkt belandt opnieuw in E, met werkloosheid en onveranderd reëel loon

22 2.3 Het macro-economisch evenwicht op de arbeidsmarkt
Keren altijd terug naar evenwichtspunt E Natuurlijke werkloosheidsgraad Reële loon wordt bepaald door PS-curve, en blijft onveranderd zolang mark-up niet verandert Als WS- of PS-curve verschuiven, kan natuurlijke werkloosheid en reëel loon veranderen Vb. vakbonden matigen looneisen, los van niveau van de werkloosheid WS-curve verschuift naar beneden Natuurlijke werkloosheid neemt af Reëel loon blijft zelfde, door specificiteit van productiefunctie Vb. concurrentie op outputmarkten verhoogt PS-curve naar omhoog Reële loon neemt wel toe

23 Figuur 26.6: het evenwicht op de arbeidsmarkt met vakbonden en prijszetters
1 1 + θ0 = PS w2 P0 B WS u1 un u2 u

24 3. De aggregatieve aanbodcurve
Aggregatieve aanbodcurve drukt relatie uit tussen P en Q Verband afleiden in twee stappen: Van arbeidsmarktevenwicht naar outputniveau Loslaten veronderstelling dat feitelijk = verwacht prijsniveau 3.1 Het natuurlijk outputniveau 3.2 Afleiding van de AA-curve 3.3 Verschuivingen van de AA-curve 3.4 Rationele verwachtingen versus nieuw-keynesianen

25 3.1 Het natuurlijk outputniveau
Eerste stap: van arbeidsmarktevenwicht naar outputniveau Werkloosheidsgraad: negatieve functie van niveau output Arbeidsmarktevenwicht op middellange termijn Middellange termijn is termijn waarop prijsverwachtingen zich hebben aangepast aan feitelijk prijsniveau

26 3. De aggregatieve aanbodcurve
3.1 Het natuurlijk outputniveau 3.2 Afleiding van de AA-curve 3.3 Verschuivingen van de AA-curve 3.4 Rationele verwachtingen versus nieuw-keynesianen

27 3.2 Afleiding van de AA-curve
Tweede stap: op korte termijn verschilt prijsniveau van prijsverwachtingen bij loononderhandelingen Beschrijft de aggregatieve aanbodcurve Positieve verband van (P,Q)-relatie volgt uit feit dat toename Q leidt tot meer tewerkstelling, en dus lagere u Via leidt dit tot hogere nominale lonen Prijszetters reageren met prijsverhoging Op KT kan output dus boven natuurlijk outputniveau liggen, als prijsniveau toeneemt boven oorspronkelijk verwacht prijspeil

28 Figuur 26.7: het aggregatieve aanbod
P AA (Pe = P1) AA (Pe = P0) P1 C B P0 A Qn Q1 Q

29 3. De aggregatieve aanbodcurve
3.1 Het natuurlijk outputniveau 3.2 Afleiding van de AA-curve 3.3 Verschuivingen van de AA-curve 3.4 Rationele verwachtingen versus nieuw-keynesianen

30 3.3 Verschuivingen van de AA-curve
Elke AA-curve is getekend voor verwacht prijsniveau Als verwachte prijs gelijk is aan , gaat AA-curve door punt A Beweging van A naar B is verandering waarbij activiteit boven natuurlijk outputniveau stijgt Prijsniveau is hoger dan Situatie in B is kortetermijnfenomeen Verwachtingen passen zich aan AA-curve verschuift tot ze door punt gaat Reflecteert nominale loonstijging die gestegen prijzen compenseert Reële loon is onveranderd, outputniveau keert terug tot natuurlijk outputniveau

31 3.3 Verschuivingen van de AA-curve
Hoe lang duurt het voor nieuwe evenwicht in C wordt bereikt? Frequentie waarmee prijsverwachtingen zich aanpassen, is cruciaal Vb. ‘adaptieve’ verwachtingen: aanpassing duurt lang Vb. ‘rationele’ verwachtingen kunnen voorspellen dat evenwicht in punt C ligt vakbonden passen verwachtingen onmiddellijk aan output blijft ook op KT gelijk aan Indexering van nominale lonen aan outputprijzen zorgt er ook voor dat AA-curve snel omhoog kan schuiven Op KT kan economie wel afwijken van natuurlijk outputniveau, op MLT niet Natuurlijk outputniveau zelf kan wel wijzigen Markmacht, productiviteitstoename, flexibilisering arbeidsmarkt,…

32 3. De aggregatieve aanbodcurve
3.1 Het natuurlijk outputniveau 3.2 Afleiding van de AA-curve 3.3 Verschuivingen van de AA-curve 3.4 Rationele verwachtingen versus nieuw-keynesianen

33 3.4 Rationele verwachtingen versus nieuw-keynesianen
Op lange termijn zijn prijzen flexibel en beweegt de economie, ceteris paribus, naar Over middellange termijn is er minder overeenstemming Keynesianen tot 1970 Prijzen zijn rigide Nieuw-klassieken R. Lucas & T. Sargent: rationale verwachtingen Toename van AV vertaalt zich meteen in nieuwe prijsverwachtingen Onmiddellijk hogere looneisen AA-curve is verticaal en ook op korte termijn geldt Elke sturing van de AV door overheid wordt ondoelmatig Nieuw-keynesianen in jaren 1980 S. Fisher & J. Taylor Reële en nominale prijsrigiditeiten staan vlotte en snelle werking van marktmechanisme in de weg


Download ppt "Het aggregatieve aanbod"

Verwante presentaties


Ads door Google