Agenda  Les 36 tm 40  12, 14, 16, 19 en 21 december 2011

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
H.2.3 ondernemingen met rechtspersoonlijkheid
Advertisements

Herhaling Examenstof M&O
2. Onderneming, eenmanszaak maatschap en vof
2.1 de rechtsvorm van de onderneming
7. Vereniging en Stichting
Organisaties en management. Agenda  Les 2   1.1 Organisaties en 1.2Management  leren behandelde & mk wb 1.1 tm 1.5.
Wat betekent de FLEX BV voor u ? 4 oktober 2012 Mr (H.) Erik Linssen Mr Astrid C.M. Fokkema-Schute Heemraadssingel CD Rotterdam.
H1 Stichting of vereniging

Highlights flex-BV Masterclass M&A Café, Joyce Leemrijse
Ondernemingsvormen Eenmanszaak
Herhaling Examenstof M&O
Hogeschool van Amsterdam Instituut voor Interactieve Media PROPEDEUSE ONDERNEMEN kennis – vaardigheden - HOUDING College 6 [ ] Peter Buis Lori de.
Agenda  Les 44 tm 46  wkn 04 en 05  hs 13 vreemd vermogen op korte termijn  bestuderen par 13.1 tm 13.5 maken wb vragen 13.1 tm
Niet-commerciële organisaties
Agenda  Les 37 tm 40  wkn 02 en 03  hs 11 eigen vermogen  bestuderen par 11.1 tm 11.4 maken wb vragen 11.1 tm
Agenda  Lessen 34 tm 35  7 en 8 december 2011  hs 31  bestuderen 31.1 tm 31.4 maken 31.1 tm 31.5.
Welkom H3b 5 maart 2013.
Havo 4: De arbeidsmarkt Hoofdstuk 2: Loondienst of zelfstandig
met rechtspersoonlijkheid
3. Rechtspersonen, Besloten Vennootschappen
4. Besloten vennootschap
Het zorglandschap van ROHA
Voorlichting organisatiestructuur / bestuursmodel
Coöperaties en coöperatief samenwerken, een kennismaking.
Hoofdstuk 1 Stichting of Vereniging
Eigen vermogen ondernemingen zonder rechtspersoonlijkheid
Commercieel beleid en recht
Dwaande met je bedrijf Wet- en regelgeving bedrijven
Belasting & Wetgeving.
Stichting en Vereniging
Recht H1 Ondernemingsvormen Ondernemer.
Effecten Aandelen Obligaties.
Belasting & Wetgeving.
Hfdst. 25 Burgerlijk recht Blz Identiteitsgegevens Voornaam/-namen: Ouders kiezen de voornaam/-namen van hun kind. De ambtenaar van de Burgerlijke.
30 maart 2015Omdat uw expertise verder reikt1. Starten als huisarts Ellen Verhavert Starten als huisarts Ellen Verhavert
De vier verschillende ondernemingsvormen op een rij
Belasting & Wetgeving Zelfstudie.
Voor jezelf beginnen Een eigen bedrijf. Algemeen  Een eigen bedrijf  Freelancer  Voordelen  Grote vrijheid Leuk werk Brede oriëntatie  Nadelen 
Financiering en kengetallen
Voor jezelf beginnen Een eigen bedrijf.
Voor jezelf beginnen Een eigen bedrijf. Algemeen Een eigen bedrijf Freelancer Voordelen – Grote vrijheid Leuk werk Brede oriëntatie Nadelen – Alles zelf.
Start ik het best met een eenmanszaak of een vennootschap?
C ONTEXT VAN DE ORGANISATIE Organisatie en beheer 2 e bijeenkomst.
Groepsvereniging & Beheerstichting. Je hebt een Scouting groepsvereniging, maar wat nu …….? Kennisnetwerk Scouting Nederland.
Eigen vermogen Indeling van vermogen Eigen vermogen
HET NIEUWE BV-RECHT: WAT BETEKENT DAT VOOR U? 30 MEI 2016.
Indeling vermogen Aan de creditkant van een balans staat het vermogen van een onderneming.
College t/m opgave opgave
ORGANISATIE= EEN SAMENWERKINGSVERBAND VAN MENSEN, GERICHT OP HET BEREIKEN VAN EEN OF MEERDERE DOELSTELLINGEN 10 RECHTSVORMEN (RECHTEN EN PLICHTEN VAN DE.
1 Eigen vermogen Indeling van vermogen Verschaffers Eigen vermogen Typen aandelen BEA: Specifieke boeking bij de NV en BV.
College 1 Uitleg OWE en studiewijzer Theorie: H10.1 t/m 5 Opgave 10.1 en opgave
Bedrijfseconomie voor het besturen van organisaties (Heezen) Hoofdstuk 2 Ondernemingsvormen (rechtsvormen) © 2008 Noordhoff Uitgevers en Economie Leer.
Hne m&o1 ONDERNEMINGSVORMEN. hne m&o2 Hst 2 Ondernemingsvormen 2.3 Eenmanszaak 2.4 Vennootschap onder firma ( commanditaire vennootschap ) ( maatschap.
Hoofdstuk 2 Ondernemingsvormen. Inhoud 1 Een onderneming starten 2 Ondernemingsvormen 3 Verzekeringen 4 Rechtssysteem in Nederland 5 Overeenkomsten en.
28 oktober Wat betekent de Flex B.V. voor u? 28 oktober 2014 Mr. Peter de Lepper dlb notaris Bergen op Zoom dlb notaris.
Ondernemingsvormen Hoofdstuk 1.
Sturing op verbonden partijen
H7 eigen vermogen ( pf 7.1 en 7.2)
Belasting en wetgeving
Belasting en wetgeving
Financiële planning (deel 1)
Welkom Havo/vwo 3..
Belasting en wetgeving
Beste ath 4..
Financiering Onderneming
Financiering van de onderneming
Hoofdstuk 5 Hoe en met wie ga ik ondernemen?
WELKOM BIJ BEDRIJFSECONOMIE
KEUZE RECHTSVORM © Dia van Berry Hagendijk.
Transcript van de presentatie:

Agenda  Les 36 tm 40  12, 14, 16, 19 en 21 december 2011  hs 9 Rechtsvormen  bestuderen par 9.1 tm 9.7 maken wb vragen 9.1 tm 9.17

Inhoud Rechtspersoon Vs natuurlijk persoon Soorten organisaties Commerciële/niet commerciële bedrijven Financiering van niet commerciële bedrijven. Proeftoetsje

9.1 Indeling rechtsvormen De juridische/wettelijke vorm van de organisatie. Natuurlijke personen Eenmanszaak, VOF Geen juridische status Eigenaar is privé aansprakelijk Onderneming heeft geen eigen rechten, plichten, bezittingen en schulden. Eigen rechtspersonen BV, NV Stichting, vereniging Onderneming heeft eigen rechten, plichten, bezittingen en schulden. Eigenaren lopen alleen over het eigen ingebrachte vermogen risico.

Commerciële rechtsvormen Eenmanszaak Vennootschap onder firma Commanditaire vennootschap Maatschap Besloten vennootschap Naamloze vennootschap (Commerciële vereniging, bijvoorbeeld Rabobank)

9.2 / 9.3 Zonder rechtspersoonlijkheid Eenmanszaak Geen rechtspersoonlijkheid 1 eigenaar die de leiding heeft en vermogen inbrengt. Privé aansprakelijk Vennootschap onder firma Eenmanszaak, met 2 of meer personen die gezamenlijk een bedrijf uitoefenen. Voordelen: specialisatie, financiering, continuïteit Winstverdeling naar gemaakte afspraken (notariële akte) of wettelijike regels (aanvullend recht: naar evenredigheid van ingebracht vermogen)* Aanvullend recht: van toepassing wanneer ter zake geen afspraken zijn gemaakt. De winst wordt verdeeld naar evenredigheid van ingebracht vermogen. Indien een firmant geen vermogen inbrengt, maar wel in de zaak werkt dan ontvangt hij evenveel als de firmant met de laagste vermogensinbreng! Vaak winstverdeling in 2 stappen: Percentage over ingebracht vermogen Restant verdelen in gelijke delen

9.4 Met rechtspersoonlijkheid Besloten vennootschap Eigen rechtspersoon. Eigen vermogen bestaat uit aandelen Aandelen staan op naam en zijn niet zomaar vrij verhandelbaar. Naamloze vennootschap BV, alleen: aandelen aan toonder (dus niet op naam). Aandelen zijn vrij verhandelbaar op de beurs

Algemene kenmerken NV en BV Algemene vergadering van aandeelhouders is het hoogste orgaan (lees: is de baas) Directie heeft de dagelijkse leiding Raad van Commissarissen houdt toezicht op de directie. Ieder jaar moet een jaarrekening bij de KVK gedeponeerd worden. Alle grote NV/BV moeten de jaarrekening laten controleren door een accountant.

9.5 Niet-commerciële organisaties Vereniging Formele, informele Stichting (BV/NV, bijvoorbeeld omroepen)

Vereniging Vereniging 2 of meer personen willen een bepaald niet-commercieel doel verwezenlijken. Doel en regels staan in de statuten. Leden zijn de baas Leden kiezen het bestuur. Voorzitter Penningmeester Secretaris Winst mag niet uitgekeerd worden. Informele (v. met beperkte rechtsbevoegdheid), bestuurders wel aansprakelijk.

9.6 Stichting Eigen rechtspersoon. Doel zijn idealen. Rechtspersoon zonder leden. Bestaat uit een bestuur. Bestuur kiest zichzelf. Winst mag niet uitgekeerd worden

9.7 Financiering niet-commerciële organisaties Budgetfinanciering Waterschappen Lumpsumfinanciering Scholen Subsidies Bibliotheek, musea Leningen Contributies Giften

Test je kennis… 1 Wat verstaan we onder de rechtsvorm van een organisatie? A. De vennootschap onder firma, de besloten vennootschap, de naamloze vennootschap, de vereniging, de stichting. B. De juridische vorm die aan een organisatie is gegeven. C. De vraag of we te maken hebben met een eenmanszaak of met een vennootschap onder firma. D. Het antwoord op de vraag of een organisatie handelt via natuurlijke personen of via rechtspersonen. B B

Test je kennis… 2 D Welke bewering is juist? I De vraag wie uiteindelijk aansprakelijk is voor de verplichtingen van een organisatie (onderneming) staat los van de rechtsvorm van de organisatie. II De zeggenschap in een organisatie (onderneming) ligt altijd bij de leiding van de organisatie en wordt dan ook niet bepaald door de rechtsvorm van de organisatie. A. Alleen bewering I is juist. B. Alleen bewering II is juist. C. Beide beweringen zijn juist. D. Beide beweringen zijn onjuist. D

Test je kennis… 3 Waarom is het voor eenmanszaken – in vergelijking tot de meeste andere rechtsvormen – vaak moeilijker om geld te lenen? A. Alleen bv’s en nv’s kunnen gemakkelijk geld lenen. B. De gang van zaken in de onderneming is sterk verbonden met de persoon van de ondernemer. C. Eenmanszaken kennen geen scheiding tussen zakelijk vermogen en privévermogen. D. Schuldeisers willen zekerheden ten aanzien van de betaling van rente en aflossing, die kunnen alleen bv's en nv’s geven. B

Test je kennis… 4 Bij een vennootschap onder firma is het vennootschappelijk vermogen afgescheiden van het privévermogen van de vennoten. Welke consequentie heeft dit voor de schuldeisers van de vennootschap? A. De schuldeisers hebben de zekerheid dat hun vorderingen op tijd worden betaald, omdat het vennootschappelijk vermogen als zekerheid dient voor het voldoen van de schuld. B. De schuldeisers hebben de zekerheid dat hun vorderingen op tijd worden betaald, omdat banken niet zullen aarzelen de vennootschap krediet te verlenen. C. Geen, omdat schuldeisers hun vorderingen kunnen verhalen op het totale vermogen van de vennoten. D. Geen, omdat schuldeisers alle vennoten tegelijk met hun hele zakelijk vermogen kunnen aanspreken voor het voldoen van de schuld. C

Test je kennis… 5 Ed, Frans en Kees zijn firmanten van de vennootschap onder firma ‘Het zwarte goud’. De firmanten zijn het op een bepaald moment niet eens over de aansprakelijkheid. Ed stelt: ‘Kees doet het meeste werk, hij is dus alleen aansprakelijk’. Frans stelt: ‘Samen uit, samen thuis. Ieder voor een derde aansprakelijk’. Kees stelt: ‘Vergeet het maar, we zijn alle drie voor 100% aansprakelijk’. Wie heeft gelijk? A. Kees B. Frans C. Ed D. geen van drieën A

Test je kennis… 6 Wie benoemt of ontslaat de bestuurder van een nv of een bv? A. de Algemene Vergadering van Aandeelhouders B. de Algemene Vergadering van Aandeelhouders of de Raad van Commissarissen C. de overige directieleden D. de Raad van Commissarissen B

Test je kennis… 7 Wat is het hoogste orgaan in een vereniging? Verklaar je antwoord. A. De Algemene Vergadering van Aandeelhouders, omdat zij de jaarrekening vaststelt. B. De ledenvergadering, omdat zij het bestuur benoemt en ontslaat. C. Het bestuur, omdat het de vereniging in en buiten rechte vertegenwoordigt. D. De Raad van Commissarissen, omdat hij het bestuur benoemt en ontslaat. B

Test je kennis… 8 Nieuwe bestuursleden van een stichting worden benoemd door A. de ledenvergadering. B. de rechter. C. de Raad van Commissarissen. D. het zittende bestuur. D

Test je kennis… 9 Enkele ouders richten een kinderdagverblijf op. Samen vormen ze het bestuur. Als er een nieuw bestuurslid nodig is, zoeken ze zelf iemand en benoemen hem of haar. Van het geld dat alle ouders betalen, wordt nieuw speelgoed gekocht. Een notaris heeft de oprichtingsakte gemaakt. Ze staan ingeschreven in het desbetreffende register bij de Kamer van Koophandel. Is dit kinderdagverblijf een vereniging of een stichting en waaruit blijkt dit? Dit kinderdagverblijf is een A. stichting, omdat het bestuur zichzelf aanvult. B. stichting, omdat het kinderdagverblijf een goed doel heeft. C. vereniging, omdat het bestuur zichzelf aanvult. D. vereniging, omdat het kinderdagverblijf een goed doel heeft. A

Test je kennis… 10 Van een onderneming is het volgende bekend. 1. Het eigen vermogen is door één of meer personen bijeengebracht. Deze personen hebben geen eigendomsrecht meer op dit vermogen. 2. De onderneming is aansprakelijk voor de gehele schuld. 3. De winst moet worden gebruikt voor de doelstelling waarvoor de onderneming is opgericht en mag in geen geval worden uitgekeerd aan oprichters en/of bestuurders. 4. De zeggenschap ligt bij het bestuur. Welke juridische vorm heeft deze onderneming ? Stichting

Test je kennis… 11 Moet ik dit hst nog leren voor het examen? A Nee, ik heb dit alles altijd al geweten. B Nee, vanwege onze superdocent is alles heel duidelijk geworden. C Ja, natuurlijk lees ik dit hst nog een keertje door voor het examen. D Ja, ik ga dit Hst iedere week voor het slapen gaan nog even bestuderen.