Onderzoek Peter Raeymaeckers

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Innoveren voor gezondheid
Advertisements

Edushock leerfestival
Doublet deel 1 – de basis.
Hoe ontstond dit initiatief ?
Downloaden: Ad-aware. Downloaden bestaat uit 3 delen: •1. Zoeken naar de plek waar je het bestand kan vinden op het internet •2. Het nemen van een kopie.
Sociaal emotionele ontwikkeling en groepsgedrag
EDO in het basisonderwijs Educatie voor Duurzame Ontwikkeling in het onderwijs Brussel, 20 januari 2009 Marleen Wouters, Departement Onderwijs en Vorming.
Zorg Beter mét Vrijwilligers
Medezeggenschap en de Benchmark
1 Wat is microfinanciering ? 2 1. De financiële behoefte.
Voorstelling van mijn werk. Als verantwoordelijke van Fondation Baska.
Steunpunt opvoedingsondersteuning. 2 Opvoedingsondersteuning -Inleiding -Iedereen heeft wel eens opvoedingsvragen -Ouders -Werkveld -Opvoedingsondersteuning.
Nieuwe begroting Wat & hoe.
Minderhedenforum Weet wat je SAMEN wil. Inleiding 1.Het allochtoon middenveld 2.De ‘federaties’ 3.Het Minderhedenforum 4.Interculturele Rol?
Ronde (Sport & Spel) Quiz Night !
Welkom 1.
Hoe blijf ik overeind als welzijnsprofessional?
Klassieke AO Leseenheid1
Maatschappelijk Aanbesteden
Leidinggeven Management Eerste verkoper.
LVB en Verslaving Samenwerken, het kan! Lisette Bloemendaal
HULPVERLENERS OVER ‘A’CTIVERING Peter Raeymaeckers Salman Baig M. 1 BaSwA
OCMW’s en Activering Studiedag Lokale Economie en Werkgelegenheid Mechelen 26 november 2009.
OCMW’s en activering Een discussie binnenshuis… VVSG-studiedag
Want 1 op 5, dat is te veel!. 2 Netwerken 3 New York State Training School for Girls (1930)
Hoofdstuk 17 De organisatiecultuur bepalen en veranderen
Hoofdstuk 18 Veranderingen in organisaties tot stand brengen
Hoofdstuk 7 Anderen motiveren
Oude en nieuwe uitdagingen in personeelsmanagement.
Deel 1 Het managen van mensen en organi-saties.
Tweede Studiedag Brede School – Vlaams Parlement 16 mei 2008 Een brede Kinderopvang REFLECTIES door Jan Van Gils Onderzoekscentrum Kind en Samenleving.
Onderwijsconferentie
Werken aan Intergenerationele Samenwerking en Expertise.
Thematisch overleg en regie Stad Gent OCMW Gent Derden Rol van de regisseur : Overzicht Verantwoording Visie en beleid Samenwerking Thematisch overleg.
1 Kwaliteitscultuur Bolognaseminarie Vlaamse Bologna-expertenteam 13 en 19 maart 2009.
Structuur 1. Over netwerken tussen hulpverleningsorganisaties
Kwaliteitsmeting internationale partnerschappen
Hoofdstuk 4 Omgaan met stress en tijd
Gedrag in organisaties, 10e editie
Hoofdstuk 7 Motiveren van medewerkers
Ouderen aan zet in de samenleving Gemeentelijke senioren raad Mol
Missie, visie, strategie & jaarplan
1 Verplicht vrijwilligerswerk & spanningen omtrent activering Dr. Carmen Mathijssen (Cera & LES KULeuven) 22 mei 2014.
“Let’s talk about you & me”
ECHT ONGELOOFLIJK. Lees alle getallen. langzaam en rij voor rij
Hoofdstuk 5 Vijfkaart hoog, eerste verkenning 1e9 NdF-h1 NdF-h5 1 1.
1 Duurzaam ondernemen werkt ! Milieu en werkgelegenheid Peter Van Humbeeck SERV.
Collegagroep PW 3 april Gasten Fred Dhont, directeur Socius Mien Quartier, stafmedewerker Femma Walter Van Wouwe, projectmedewerker Clemensprovincie.
Onderzoek ervaringen van cliënten, jobcoachen en trajectbegeleiders met uitzendarbeid beeldvorming van uitzendconsulenten en werkgevers over het ATB-netwerk.
De financiële functie: Integrale bedrijfsanalyse©
SBB Summercourse, 18 juli Wat is sociaal kapitaal? “Alle mogelijke middelen van mensen uit het netwerk die ter beschikking komen voor een persoon.
Professioneel persoonlijkheidsprofiel
september 2009 Aanbevelingen van Compliance professionals
1 Zie ook identiteit.pdf willen denkenvoelen 5 Zie ook identiteit.pdf.
ZijActief Koningslust
Lokale netwerken en armoede: de cliënt centraal 09/02/2015.
Administrateur-generaal
Mens- en wereldbeelden van verklaringsmodellen van armoede en van samenlevingsmodellen. Peter De Burghgraeve 5 TSO.
Van Zelfbeschikking tot Toekomstperspectief 8 oktober 2015.
VERHOOGDE STAATSTOELAGE Focus op sociale activering.
Wat is jeugdwelzijnswerk?
ViaVia Info-presentatie
Inhoud De netwerkorganisatie
Ervaringsdeskundigheid binnen werking
Activering: visie en verschillen?
Geïntegreerd breed onthaal
AMIF Project OCMW Antwerpen
Samen uit, samen thuis?! Ouderparticipatieve opvoedingsondersteuning in de ambulante werking van centrum voor kinderzorg en gezinsondersteuning te Willebroek.
Ouderenmishandeling in migrantenfamilies
Transcript van de presentatie:

Activering: visie en verschillen? Het OCMW van Antwerpen als case Lize van Dijck (OASeS) Ingrid Sterckx (OCMW Antwerpen)

Onderzoek Peter Raeymaeckers

Structuur Definitie van activering OCMW van Antwerpen als case Vier definities Discussiemoment OCMW van Antwerpen als case Onderzoeksvragen Het OCMW van Antwerpen Drie types van sociale centra Conclusie

1. Activering Vier definities van activering Remedie tegen uitkeringsafhankelijkheid Activering is onderdeel van een ruimer macro-economisch beleid Activering: versterking van de sociale cohesie Emancipatorische visie op activering: twee verschillen

1.1. Remedie tegen uitkeringsafhankelijkheid ‘workfare’ Disciplinerend activeringsdiscours Murray (1984) ‘the culture of dependency’ Restrictieve begeleiding van ‘de werkloze’ naar activering Individueel schuldmodel : Het individu is zelf verantwoordelijk voor eigen situatie

1.2. Onderdeel van macro-economisch beleid Creëren van gunstig ondernemingsklimaat Strijd tegen werkloosheid Ten koste van: kwaliteit van jobs, doorbreken van armoede, grenzen van flexibiliteit Ook hier: individueel schuldmodel

1.3. Versterken van de sociale cohesie Tewerkstelling = sociale integratie Herinschakeling door opleiding

1.4. Emancipatorische visie Twee verschillen Proces naar activering Activering is een verantwoordelijkheid van de samenleving Aanbieden van geïndividualiseerd traject Aansluiten bij noden, behoeften en wensen van cliënt W² welzijns en werk trajecten Ruimere doelstelling Activering is niet alleen een betaalde tewerkstelling Ruimere invulling: sociale tewerkstelling, arbeidszorg, vrijwilligerswerk Doelstelling op maat van individu

1.5. Discussiemoment Er bestaan grote verschillen tussen maatschappelijk werkers onderling, het is niet zinvol om een eenzijdige visie op te leggen. De visie op activering is afhankelijk van de cliënt.

2. OCMW van Antwerpen als case 2.1. Onderzoeksvragen 2.2. Het OCMW van Antwerpen als case 2.3. Drie types van sociale centra 2.3.1. Individualistische organisatiecultuur 2.3.2. Fatalistische organisatiecultuur 2.3.3. Egalitaire organisatiecultuur 2.4. Conclusie 2.5. Discussiemoment

2.1. Onderzoeksvragen Welke definities hanteren de maatschappelijk werkers van het OCMW van Antwerpen over activering? Welke verschillen zijn er tussen de sociale centra van het OCMW van Antwerpen wat betreft de visie over activering? Hoe ervaren de maatschappelijk werkers van het OCMW van Antwerpen de buurt waarin ze werken? Hoe ervaren de maatschappelijk werkers van het OCMW van Antwerpen dat hun definitie van activering wordt bepaald door de buurt?

2.2. Het OCMW van Antwerpen als case Ruime visie op activering Veel activeringsmaatregelen Aandacht voor samenwerkingsverbanden Is dat echt zo? Zijn er verschillen tussen hulpverleners? Sociale centra? Welke factoren beïnvloeden deze verschillen? Organisatiecultuur? Buurt?

2.3. Drie types van sociale centra

2.3.1. Individualistische organisatiecultuur (1) Zwakke groepsdimensie Formeel overleg: overlegmomenten tussen alle maatschappelijk werkers (teamvergadering) Informeel overleg: vrijblijvende contacten met collega’s op bureau of middagmaaltijd Inhoudelijk overleg over cliëntdossiers vooral informeel Hechte collegiale relaties: ondersteunende functie Resultaat: ondanks weinig formeel, inhoudelijk overleg wordt er een teamvisie ontwikkeld over activering en werken met cliënten. Deze visie wordt gedeeld door alle maatschappelijk werkers in dit centrum Zwakke rasterdimensie

2.3.1. Individualistische organisatiecultuur (2) Regeltoepassing Relativering van regels Individualiseringsprincipe: activering op maat ‘Activering is elke inspanning die de cliënt levert om zijn of haar situatie te verbeteren. Deze inspanning is afhankelijk van zijn of haar capaciteiten!!’ Onderhandelbaarheid van regels De buurt Positieve perceptie Investeren in netwerken Werkbezoeken Informele bijeenkomsten: recepties e.a. Gezamenlijke projecten met buurthuis

2.3.1. Individualistische organisatiecultuur (3) Functies van netwerken Verkrijgen van informatie, afhankelijk van cliëntsituatie en expertise van partnerorganisatie Doorverwijzing Overleg met als doelstelling een afstemming van taken Op basis van expertise Complementaire afstemming

2.3.1. Individualistische organisatiecultuur (4) Positie van het centrum Goede verstandhouding Toch conflicten Rolconflicten: controlerende bevoegdheid van OCMW tegenover begeleidende, cliëntperspectief van andere organisatie Inspanning om een gezamenlijke consensus te zoeken

2.3.2. Fatalistische organisatiecultuur (1) Zwakke groepsdimensie Formeel overleg beperkt tot wetgeving en voorschriften Druk naar activering hoog, geen ruimte voor maatzorg en dus overleg tussen collega’s overbodig Beperkt informeel overleg: afwezigheid van gedeelde teamvisie Sterke rasterdimensie

2.3.2. Fatalistische organisatiecultuur (2) Regeltoepassing Minimaliseren van individualiseringsprincipe Professionele activering is belangrijk Cliënt wordt geëvalueerd op capaciteiten om te activeren Werken aan ‘randvoorwaarden’ ondergeschikt aan uiteindelijke activering. Belangrijkste randvoorwaarde is aanleren Nederlandse taal Beperkte Onderhandelingsruimte

2.3.2. Fatalistische organisatiecultuur (3) Buurt Eerder negatieve perceptie over buurt (grijs, vuil, grauw) Cliënteel is overwegend van buitenlandse herkomst. Nadeel: geen echte ‘Antwerpse armen’ meer Investeren in netwerken Minder dan bij individualistisch centrum Werkbezoeken sporadisch

2.3.2. Fatalistische organisatiecultuur (4) Mix van actoren Verschillende organisaties (PSC, Steunpunt Gezondheid, Lokale wijkcentrum, Open School, VWAWV, Jongerenwinkel)

2.3.2. Fatalistische organisatiecultuur (5) Positie van centrum Spanningsvolle relaties (de ‘slechterik’) Rolconflicten Andere hulpverleningsorganisaties te weinig kennis over de ‘gang van zaken’ bij het OCMW Maar uitzonderingen zijn mogelijk: arbeidsbegeleidster! Contacten met Steunpunt Gezondheid

2.3.3. Egalitaire organisatiecultuur (1) Sterke groepsdimensie Inhoudelijk overleg zowel op formele als informele niveau Formeel: intervisies en dossierbespreking Informeel: overleg tussen collega’s Sterke teamvisie over activering op maat

2.3.3. Egalitaire organisatiecultuur (2) Zwakke rasterdimensie Relativering van activeringsvereiste Individualiseringsprincipe Buurt Positieve perceptie over buurt: gezellige stadsbuurt Investeren netwerken Minder dan in individualistische centrum. Enkel Werkbezoeken. In de toekomst meer aandacht voor netwerkvorming

2.3.3. Egalitaire organisatiecultuur (3) Mix van actoren Verschillende organisaties (Administratieve organisaties, Ontmoetingscentrum voor daklozen, CGGZ en CAW begeleid wonen) Sterkte van binding Vrijblijvend Vaste contactpersonen met socialistische mutualiteiten en ontmoetingscentrum voor daklozen Functies van netwerken

2.3.3. Egalitaire organisatiecultuur (4) Positie in netwerk Goede verstandhouding Bij conflicten: zoeken van consensus

2.4. Conclusie (1) Verschillen in één organisatie Belang van éénduidige visie in alle geledingen van de organisatie Door intervisies Communicatie Ook in dagelijkse cliëntcontacten en beslissingen visie trachten om te zetten Netwerken zijn belangrijk om visie op maat toe te passen Rolconflicten Visie duidelijk expliciteren Zoeken naar juiste rol binnen overleg die past bij de eigen organisatie Eén vertrouwenspersoon OCMW mag/moet controleren, MAAR in samenspraak met partners

2.4. Conclusie (2) Aanvullend onderzoek noodzakelijk Enkele factoren niet onderzocht Bijvoorbeeld: rol hoofdmaatschappelijk werker ; blijkt zeer bepalend te zijn Meerdere centra uit gelijkaardige (moeilijke) buurten moeten onderzocht worden

2.5. Discussiemoment Verschillen in een grote organisatie zijn nodig, de ‘omgeving’ of buurt van een sociaal centrum kan verschillen! Sociale centra hebben een bepaalde vrijheid nodig!