1 Ontwerponderzoeks-programma’s PM Structuur-componenten in onderzoeksprogramma’s –domein –probleem/doel –idee/harde kern (incl. vocabulair) –positieve.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Optellen en aftrekken tot 20
Advertisements

Hoofdstuk 5 Consumentengedrag
Menno Karres Lead Auditor
Leer de namen van de noten 1
Roundtable 8 Teach as you preach: training in toepassen van het 4C-ID model volgens het model Symposium 4C-ID IV, 14 april 2011, Utrecht Studiecentrum.
Stijn Hoppenbrouwers Software Engineering les 1 Algemene inleiding en Requirements Engineering.
Medezeggenschap en de Benchmark
Fasen van onderzoek Onderzoeksplan bureauwerk Dataverzameling
H4: Begrijpen van de markt
BI blok 1.4 EBI SLM College 4: Service Design (vervolg) Voorbeeld tentamenvragen.
Risico’s en gevaren van techniek
Ronde (Sport & Spel) Quiz Night !
Kwaliteitskenmerken van een PvA
Vijf-gelijke-dagen model
Verkenning Dronterringweg Swifterbant Arnoud Turkstra.
Hoofdstuk 5 Consumentengedrag
Klassieke AO Leseenheid1
Uitbreiding Spuicapaciteit Afsluitdijk
Maatschappelijk Aanbesteden
De Individuele Rehabilitatiebenadering (IRB)
Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag
Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag
COMPETENTIEONTWIKKELING
Oplossingsgericht coachen
Leer de namen van de noten 2
WISKUNDIGE FORMULES.
Inhoud bijeenkomst 1 Doel- en vraagstelling Conceptueel model
Onzekerheidsreductie
Onderwijskundig ontwerpen
Automatisch Redeneren in de praktijk
Van leerdoel naar leeropbrengst
Synthese Artikel Onderwerpsverkenning
Kunnen we leren kiezen? Jan Bransen Alumnidag 2006.
Neurale Netwerken Kunstmatige Intelligentie Rijksuniversiteit Groningen April 2005.
Subsumptie- en Specificatie- Verklaringen (H.3, H.4)
Toetsing en evaluatie van theorieën (H.7/8;H.VII/VIII)
1 Coherentie & Structuur in Wetenschappelijke Cognitie Thema’s 1) Onderzoeksprogramma’s en -strategieën 2) Soorten verklaringen 3) Niveaus en stijlen van.
Wat is kwaliteit Vele definities: 1.Opgedane ervaring minus verwachting van de afnemer 2.Fitness for use Ideaal: ACE, above customer expectation.
Hoofdstuk 18 Veranderingen in organisaties tot stand brengen
Organisatieverandering en organisatieontwikkeling
Hoofdstuk 7 Anderen motiveren
Oude en nieuwe uitdagingen in personeelsmanagement.
14-1 Copyright © 2005 Prentice-Hall Hoofdstuk 15 Een machtsbasis creëren Managementvaardigheden, 2/e editie door Phillip L. Hunsaker Copyright © 2005 Prentice-Hall.
Deel 1 Het managen van mensen en organi-saties.
Werken aan Intergenerationele Samenwerking en Expertise.
Breuken-Vereenvoudigen
Silverman “Vaardig communiceren in de gezondheidszorg, een evidence based benadering”, 2006 “Skills for communicating with patients” 2005 Silverman, Kurtz.
Arts-patiënt communicatie in de palliatieve fase
Elektriciteit 1 Basisteksten
02/ / 18 Kwaliteitsmanagementprincipes -Algemeen- Om een organisatie met succes te kunnen leiden en te laten functioneren is het nodig deze.
Organisatieverandering en organisatieontwikkeling
NIOC 2002 Corrie Huijs 18 april Corrie Huijs en Nico van Diepen Uitdagen en oriënteren op ICT competenties met webdesign E-mission  emotion.
De verhouding tussen het cspe en Groen Proeven geglobaliseerd examenprogramma in het cspe 31 maart 2011 Maria van Kempen.
Tweedegraadsfuncties
Op weg naar een generiek model voor een regionale volksgezondheidsrapportage Marja J.H. van Bon-Martens CEPHIR seminar Regionale Volksgezondheid Toekomst.
Economische impact sluiting Ford Genk Ludo Peeters en Mark Vancauteren (Universiteit Hasselt)
A H M F K EB C x 91 Van hand veranderen voor de X splitsen en Rechangeren. Met de nieuwe partner op.
A H M F K EB C x 85 Korte zijde bij C 2 e secties volte 14 m en op afstand komen ( 0,5 rijbaan)
Kennis ontwikkelen en delen in TechNetkringen Ruud Bolsius mei 2011 TechNet, TechniekTalent.nu 2011.
1.1 Cockpit informatie.
De financiële functie: Integrale bedrijfsanalyse©
september 2009 Aanbevelingen van Compliance professionals
“Ja, maar dat is gewoon mijn mening!”
Dossier Empowerment.
Heidag FSW Onderzoek H. Schriefers, DCC.
0 CNV Publieke Zaak Patrick Fey ALV Senioren 24 maart 2011 Het Seniorenbelang in en bij de bond + actualiteit pensioen.
Klik hier om ondertitel te maken Klik hier om een titel te maken.
H3 Inzicht.
Als hepatitis een beroepsziekte is Marja Kelder Bedrijfsarts Arbo Unie.
De compliance officer: Blijver en bijter Jaap Koelewijn 16 november 2006.
Transcript van de presentatie:

1 Ontwerponderzoeks-programma’s PM Structuur-componenten in onderzoeksprogramma’s –domein –probleem/doel –idee/harde kern (incl. vocabulair) –positieve heuristiek –model als p.h.

2 PM. Soorten RP’s

3 Ontwerpprogramma’s Voorbeelden: nieuwe materialen, geneesmiddelen, lesprogramma’s, computer-programma’s andere RP’s betrokken als toeleverings-RP KERNIDEE: descriptief meta-RP (Weeder c.s.): –ontwikkeling van een ontwerp-RP: ± systematische poging om overeenstemming te bereiken tussen: eigenschappen van beschikbare materialen eisen afgeleid van bedoelde toepassingen Bij uitwerking: verwarring 2 onderscheidingen

4 Het naïeve model: de standaard probleem-situatie RE: relevante eigenschappen W: gewenste eigenschappen x: prototype O(x): feitelijke/operationele eigenschappen W/O(x): gewenst resp. operationeel profiel NB1: E òf niet-E in RE, niet beide! NB2: W individu- of groepsgerelateerd RE W O(x) O(x)-W W-O(x)

5 Standaard problemen W-O(x) –niet-gerealiseerde gewenste eigenschappen O(x)-W –gerealiseerde ongewenste eigenschappen vast te stellen door experimenteel toetsen van de claim W=O(x) vormen sleutel- of onderhandelingsopties

6 Beoordelingscriteria voor toestandsovergangen I: x2 is een (kwalitatieve) verbetering van x1 W-O(x2) deelverz. W-O(x1) O(x2)-W deelverz. O(x1)-W tenminste 1x echte deelverz. RE O(x1) O(x2) W * *

7 Vervolg: concessies verg. “Drugs looking for diseases” I: W2 is een (kwalitatieve) concessie tov W1 W2-O(x) deelverz. W1-O(x) O(x)-W2 deelverz. O(x)-W1 tenminste 1x echte deelverz. RE O(x)W2 W1 * *

8 Concretiseringen vh naïeve model onderscheid structurele/functionele eigenschappen explicitering potentiële toepassingen,,,,,,,,,,,,,,,,,,,, potentiële realiseringen uitbreiding met mogelijk relevante eigenschappen verfijning JA/NEE karakter van eigenschappen,,,,,,,,,,,,,,, met relevantiegraden van eigenschappen kwantitatieve versies vd criteria

9 Hierna Onderscheid structureel/functioneel, met –S/F-splitingsprincipe –heuristische principes explicitering potentiële toepassingen partiële analogie met waarheidsbenadering extrapolatie naar producten op de markt

10 S/F-MODEL S/F: structurele/functionele eigenschappen (SUF=RE) OS(x)/OF(x):operationeel structureel/funct.ioneel prof. van x WF:gewenst functioneel profiel GS(WF): voor WF geschikt structureel profiel: GS=OS(x)  cg OF(x)=WF ->cg:heeft tot causaal gevolg NB1: expliciet ruimte voor functionele equivalenten NB2: beoordelingskriteria nu itv F-eigenschappen

11 Diagram S/F-model OF(x) WF F OS(x) GS(WF) S  cg

12 S/F-SPLITSINGSPRINCIPE minimale causaliteit/maximale onderhandelingsruimte –(a) OS(x)=OS(x*)  cg OF(x)=OF(x*) –(b) alle leden S=RE-F nodig om (a) algemeen waar te maken

13 HEURISTISCHE PRINCIPES (ongeldig, toch nuttig als default-regels) HP1: toenemende structurele gelijkenis leidt (vermoedelijk) tot toenemende functionele gelijkenis HP2: en omgekeerd, zij het met meer uitzonderingen vanwege causale asymmetrie NB1: geen HP's voor functionele concessies NB2: Weeber c.s. verwarden W/O en S/F

14 S/FA-MODEL K(A): kenmerken potentiële applicaties, bijv. mbt ziekte K(y): kenmerken-profiel van p.a. y, bijv. ziekte-profiel – K(y) bepaalt (  ) WF(y) eenduidig, bijv. WF(y) is causaal noodzakelijk en voldoende om y te genezen – NB: niet omgekeerd !? SFK(A) K(y) WF(y) GS(y) OS(x) OF(x)  cg 

15 Vervolg Beoordelingskriteria blijven itv F-eigenschappen Extra Heuristische Principes (itv voorbeeld): –gelijkenis in ziekte-profielen impliceert gelijkenis in gewenste functionele profielen, –en omgekeerd

16 RS/FA-MODEL Inbouwen potentiële realisaties +/- analoog: IDEE: structurele eigenschappen kunnen op verschillende manieren gerealiseerd worden –bijv. staal of plastic

17 PARTIËLE ANALOGIE MET WAARHEIDSBENADERING pm M/T: verz. conceptuele/empirische (fysische, nomische) mogelijkheden Y dichterbij T dan X: T-Y/Y-T (echte) deelverz. T-X/X-T –ofwel itv van symmetrische verschillen: T ª Y (echte) deelverzameling T ª X

18 OVEREENKOMSTEN met naïeve model formeel : verkleining symmetrische verschillen conceptueel : beide zijn vormen van probleem- oplossen ihb probleemreductie

19 VERSCHILLEN (bij gefixeerde M/RE) 1) T/W kan niet/wel veranderd worden 2) T is onbekend; W is bekend; gevolg: 3) experimentele beoordeling veranderingen – theorieën: indirect resp. prototype/wensen: direct 4) theorie- en wensenverandering: theoretische activiteit prototypeverandering: materiële activiteit 5) X/T-benadering idealiter vrij van externe invloeden O(x)/W-benadering zeker niet, ook niet ideaal – NB1: M (evenals RE) wel onderhandelbaar – NB2: Heuristische principes S/F-model verwant aan projectie-stelling bij twee conceptuele niveaus