Old faces, new places: equity theory in cross-cultural contexts Bolino & Turnley (2008) Journal of Organizational Behavior, 29, 29-50
Inleiding Recent meer cc studies werkmotivatie; meestal identificeren verschillen tussen culturen en geen theoretisch gefundeerde, systematische studies Equity theorie (zie O1) –1 van belangrijkste OB theorieën –Veel research; empirische ondersteuning –Opgenomen in onderwijs –Nog niet universeel bevonden –Blijft veel gebruikt
Objectieven Hoe beïnvloeden culturele waarden de kerncomponenten en –processen van equity theorie? –Kort equity theory; cc research werkmotivatie, equity theory en DJ; nog nodig? –Kort value-orientation model; waarom dit model (1961; passend voor equity theorie); specifieke research proposities (mogelijke Hs) –Beperkingen; toekomstige research; implicaties
Equity theorie (1) Individuen vergelijken hun ratio input/outcomes met anderen; bij inequity motivatie om equity te herstellen Kerncomponenten en –processen: –Inputs (wat naar/in de job gebracht wordt) –Outcomes (wat verkregen wordt uit de job) –Referent others (individuen waarmee eigen ratio vergeleken wordt) –Equity evaluations (vergelijking leidend tot equity of inequity; onder- of overwaardering) –Reactions to inequity (gedrag of cognitieve acties die individuen ondernemen om equity te herstellen)
Equity theorie (2) Pluspunten 1 van belangrijkste motivatietheorieën In handboeken OB en management Componenten vrij goed gespecificeerd Veel research over gedaan Meestal empirisch ondersteund Principes toepasbaar op vele situaties (binnen en buiten organisaties)
Equity theorie (3) Kritieken Nog niet genoeg gespecifieerd hoe individuen reageren bij inequity Voorspelt beter reacties bij onder- dan bij overwaardering Gebaseerd op equity principe (zie O2 voor andere) Focus op DJ (niet op PJ en IJ)
cc research equity theorie nodig (1) Equity theorie past in meer cc research omtrent werkmotivatie omdat het dicht ligt bij « market pricing » dat in bijna alle culturen voorkomt: –4 modellen om middelen te verdelen (Fiske): Communal sharing (equality) Authority ranking (higher ranked are treated better) Equality matching (opvolgen uitwisselingen; evenwicht door one-to-one reciprocity) Market pricing (proportionele uitwisseling)
cc research equity theorie nodig (2) Veel US research; non-US research over beperkt aantal aspecten Research niet over equity theorie per se maar over DJ en dan nog beperkt tot I/C; tegenstrijdige resultaten (zie Gelfand et al) Onvoldoende (tot niet) onderzocht hoe equity theorie zich vertaalt in andere dan US cultuur; deze studie gaat dat doen en vertrekt van bestaand theoretisch cultuurmodel
Value-Orientation model van Kluckhorn & Strodtbeck (1961) Definitie cultuur (Kluckhorn, 1951, p.86) « patterned ways of thinking, feeling, and reacting » of human groups 1 van eerste modellen (ongeveer zo oud als equity theorie van Adams 1963) Gebaseerd op manieren waarop mensen denken over 5 maatschappelijke topics
Waarom dit model hier? Cultuur beïnvloedt cognitieve structuren en maatschappelijke waarden beïnvloeden uiteindelijk individuele waarden en gedrag link cultuur en equity theorie Functioneel model, flexibel en breed toepasbaar Empirische modellen (bv. Hofstede, Schwartz, GLOBE) steunen er op Model is conceptueel en operationeel op individueel niveau (Hs); instrument Maznevski et al (2002) Dimensies zijn niet bipolair, maar onafhankelijk meer complexe studies motivaties mogelijk
Relational orientations Lineal (power distance): –hiërarchie en machtsverdeling; respect voor status; statusverschillen geaccepteerd; weinig geloof in gelijke rechten Individual (individualistic): –Zichzelf; eigenbelang; wat heb IK bereikt; equity theorie is US; weinig tolerantie onderwaardering; minder terughoudend om iets te doen Collateral (collectivist): –in-group; eigenbelang ondergeschikt aan groepsbelang; samenwerken en wederzijdse afhankelijkheid; sociale harmonie en interpersoonlijke relaties; individuele referents maar ook groep(en)
Activity orientation Being: –Leven voor het nu; relaxed; levensgenieters; spontaan; manier waarop het gedaan wordt; nauwe interpersoonlijke relaties Doing: –Doelstellingen en resultaten; wat je doet; competitie en prestatie; materiële bezittingen; minder tolerantie onderwaardering; impulsief gedrag om inequity te herstellen Thinking: –Eerst denken dan doen
Time orientation Past: –Geschiedenis en traditie; referents in verleden (ouders) Present: –Verleden is voorbij en toekomst is onvoorspelbaar; referents in heden (collega’s) Future: –Graag uitkijken naar toekomst; anticiperen dat toekomst beter zal zijn dan verleden en heden; referents in geanticipeerde of verhoopte jobs; langetermijn visie zegt dat equity wel zal hersteld worden
Human nature Good en changeable: –Mensen zijn eervol en betrouwbaar tolerantie voor onderwaardering Mixture en changeable equity sensitive Evil: –Mensen zijn onbetrouwbaar minder tolerantie voor onderwaardering
Man-nature Subjugation-to-nature: –Onderworpen aan omgeving; voorbestemd; noodlot; zich machteloos voelen geen directe actie ondernemen, eerder cognitieve herstel inequity Harmony-with-nature: –In harmonie met omgeving Mastery-over-nature: –Omgeving is onder controle; internal locus of control: zelf actie ondernemen om inequity te herstellen
Inputs & outcomes Vooral loon onderzocht (US context) Ascriptive vs. achievement-oriented inputs (leeftijd vs. prestatie) Task vs. contextual performance inputs (formeel vs. OCBs) Social vs. material outcomes Lacunes: Thinking; Time orientation; Human nature, Man-nature
Referent other comparisons Originele equity theorie blijft eerder vaag hierover Theory of referent choice (informatie; gelijkenis) Lacunes: Activity orientation, Human nature, Man-nature
Equity preferences Equity sensitiviy is continuüm van tolerantie inequity: –Benevolents (meer tolerantie onderwaardering) –Equity sensitives (middenpositie) –Entitleds (minder tolerantie onderwaardering, verkiezen overwaardering) Verschilt over culturen, maar ook andere maatschappelijke factoren (politiek, economie, transitie) spelen een rol Lacunes: Thinking, Time orientation, Man-nature
Reactions to inequity Gedrag om inputs en/of outcomes te veranderen Cognitief: psychologisch herstel door mening te veranderen Lacune: Human nature
Discussie Table 1 met andere structuur dan tekst laat toe vertikaal (vanuit equity theorie) en horizontaal (vanuit value-orientation model) te kijken Evaluatie value-orientation model: –Relational orientation: 4/4 aspecten equity theorie –Activity orientation (behalve Thinking): 4/4 –Time orientation: 2/4 –Human nature: 1/4 –Man-nature: 1/4 Bijdragen: reeds in Inleiding en Objectieven
Beperkingen Te simpele relaties; niet alle culturele nuances en niet alle subtiliteiten/interconnecties equity theorie gevat Meting nodig van value-orientation model; Maznevski et al (2002) zelf afnemen (ccOB inleiding) beschikbare data Hofstede, Schwartz, GLOBE Enkel verschillen tussen culturen aangegeven, aandacht intercultural encounters nodig (ccOB inleiding) Geïsoleerde culturele waarden primaire en secundaire manieren om maatschappelijke problemen te benaderen Polycontextuele benadering nodig (ccOB inleiding)
Toekomstige research en implicaties Andere aspecten van equity theorie bestuderen Value-orientation model: onafhankelijke dimensies complexiteit werkmotivatie onderzoeken, maar absolute niveau of relatieve rankgschikking? (ook bij Hofstede, zie tabel O1) Onderwijs OB: O1 is OK (cc bij elk hoofdstuk) Managers in de praktijk: moeten culturele waarden kennen en er rekening mee houden bij allerlei implementaties