Oriëntatiepunten voor een geslaagde wijkaanpak
De burger is in de eerste plaats zelf verantwoordelijk voor zijn welzijn. Activeren is goed luisteren naar wat iemand te vertellen heeft. Klachten, mogelijkheden die hij zelf inziet.
Je moet de vragen goed in beeld krijgen en deze proberen aan te pakken. Methoden zijn: huisbezoek, portiekgesprekken, groepsgesprekken, contactleggingen, campagnes,… De kunst is om de vraag achter de vraag op te sporen. De bewoner wordt zelf gevraagd om oplossingen voor te dragen.
Je moet de problemen noemen zoals ze zijn en beleefd worden.
Wijkgerichte aanpak is noodzakelijk. Niet in de wijken maar in de maatschappij zijn de oorzaken te vinden.
Participatie is waar mensen minimaal aan zouden moeten deelnemen, dit wordt niet uitgemaakt door professionals maar door wijkbewoners zelf. Grenzen worden bepaald door wat wettelijk en moreel toelaatbaar is. Er moeten positievere uitnodigingen zijn voor participatie.
De wijk beter maken met wijkgenoten samen. De cohesie is een middel waarmee participatie kan opgebouwd worden. Bevorderen van de sociale cohesie kan niet enkel via probleemoplossing, maar ook door weer leuke dingen in de buurt mogelijk te maken.
In kwetsbare woongebieden zijn de bewoners minder mobiel (door armoede, werkloosheid,…) en dus meer aangewezen op hun buurt en voorzieningen. De aanbieders van lokaal sociaal beleid zullen de buurten in moeten als ze de problemen willen aanpakken. Door kleine stappen, leren door te doen, kan de negatieve spiraal doorbroken worden, zo kunnen de eerste stappen in het vergroten van maatschappelijke mobiliteit worden gezet.
De uitdaging is tot stand brengen van de participatie van alle culturele groepen. Multicultureel denken is dat de organisaties zelf multicultureel moeten worden. Principes die altijd al gelden voor professionals blijken vaak heel goed te werken. (mensen alert, integer, en met respect behandelen)
Generatiekloven tussen mensen overbruggen is de uitdaging. Professionals, vrijwilligers, buurtbewoners, moeten zoeken naar kwaliteiten die de ene generatie aan de andere te bieden heeft en omgekeerd. Bv.: activiteiten voor jong en oud.
Ontmoeting, ontspanning en ontplooiing is de onmisbare basis voor een buurtsamenleving. Uitvoerende organisaties zoals kerken, vrijwilligerswerk, sportverenigingen, wijkwerk,… moeten goed kunnen functioneren. Als deze bedreigd worden of verdwenen zijn moeten initiatieven ontplooid worden die deze opnieuw tot leven wekken. Een goeie sfeer is goud waard. Bij het wijkgericht werken kunnen professionals veel van elkaar leren, maar het overnemen van elkaars methoden worden eerder bedreigend dan activerend.
-Google, opgeroepen op , van afbeeldingen: Google, opgeroepen op , van afbeeldingen: aan-zet.jpg aan-zet.jpg - SPRINKHUIZEN A., VLAAR P., ENGBERSEN R., [Ea.], In de ban van de buurt, 1999, Bibliotheek Katho Kortrijk. - Google, opgeroepen op , van boeken: Selexyz zoekmachine, opgeroepen op : - Movisie, kennis en advies voor maatschappelijke ontwikkeling, opgeroepen op : - VAN STRATEN G., leden kenniskring, opgeroepen op : derzoek/RIC+Quality+of+Life/Social+Work/Leden+Kenniskring/Frontpage.htm derzoek/RIC+Quality+of+Life/Social+Work/Leden+Kenniskring/Frontpage.htm