Sociolinguïstiek Bijeenkomst 1 Programma

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Onderzoek eigen regio en geografische werkwijzen
Advertisements

Het profielwerkstuk Hoe maak je dat ?.
Het profielwerkstuk Hoe maak je dat ?.
Vervolgbijeenkomst 2 Procesfasering bij Leren Leren.
Taalverwantschap.
Workshop Onderzoeksvaardigheden
Toetsen en leerlijnen in nieuwe scheikunde
'Om mijn oud woonhuis peppels staan'
Sociolinguïstiek Bijeenkomst 2.
Onderzoeksmethode Oftewel: met welke specifieke onderzoeksmethode kan ik het best mijn onderzoeksvraag beantwoorden.
Kenmerk 7: De confrontatie tussen de Romeinse en Germaanse cultuur van Noordwest-Europa Les 18: De Germaanse cultuur.
Kenmerk 3 Het Ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen / samenlevingen Les 3: Mesopotamië:
TAALVERWANTSCHAP.
Het profielwerkstuk Hoe maak je dat ?.
Inleiding CIW 2008 Analysecollege 1. Analysevraag 1 Bekijk de reclame van Bol.com waarbij mensen vragen naar een bepaalde film, maar vervolgens een product.
Leesvoorkeurenonderzoek
MET DANK AAN COLLEGA’S IN DEN LANDE ! vee 2012
Informatievaardigheden. Niveau 2. Gevorderd. Academiejaar 2010 – 2011 Els Martens & Carl Demeyere.
Woordenschat en kijk op taal Hoofdstuk 2 en 3
Onderzoek doen een methodische aanpak
OFC28 mediawijsheid les 7 leren door te maken
Onderzoek Werkveld Deel I: Inleiding
Baarde en de goede Hoofdstuk 11: Data-analyse
Onderzoek doen een methodische aanpak
Hoofdstuk V: Rome Les 6: Romanisering
Kolonisatie en Dekolonisatie
Woordenschat Groep 5 Thema 4, les 3
Werkstukken en rapporten
voor familie en vrienden van
De SixPack Format en leerlijn onderzoeks- en informatievaardigheden
Ruimte voor de Rivier Hoofd en deelvragen.
PSO. Praktisch school onderzoek.
Tijd van jagers en boeren – – 3000 VC
De eerste mensen § 1.1 & 1.2.
Het maken van een Profiel werkstuk Havo
Praktijkonderzoek 2 Rotterdam Academy.
Hogeschool Rotterdam, Opleiding Vastgoed & Makelaardij drs. ing. M.M.A. Scheepers Collegejaar college.
Thema 1: Beelden van onderwijs Thema 1 Beelden van onderwijs Elk thema bestaat uit een onderzoeksdeel (taakgroep) en een theoriedeel (colleges)
Methoden & Technieken Hogeschool Rotterdam,
Rapportagetechniek Wat moet er in een voorwoord?
Opvoedstijlen en interculturele communicatie
Hoofd- en deelvragen sectorwerkstuk 4 mavo.
Onderzoek I Bijeenkomst 3
Opgroeien in de stad les 3
Thema 2 PLANTEN Basisstof 1 -De levenscyclus van een plant
Rapportagetechniek Wat moet er in een voorwoord?
Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Interculturele communicatie )
Plancyclus, les 2 Actualiteit
Bron: Baarda, B. (2014) Dit is onderzoek!
VIAVINCI PRIMO Opleiding Taalexpert 1 Keuzemodule Nederlands als tweede taal 11 november 2015.
Wat is een goede onderzoeksvraag?
Taalkennis les 4. Vragen 1 Met welke taal is het Fries het meest verwant? En het Nederlands? Hoe noemen we de taalfamilie waar Nederlands en Zweeds samen.
Taalgeschiedenis DT jaar periode 3
Een jaar later… Inclusief praktische ervaringen van leerkrachten Jan Engelen & Nicole Goossens.
Master Taal- en Letterkunde. Vervolgtrajecten na bachelor ‘Taal- en Letterkunde: Twee Talen’ Master taal- en letterkunde: traject twee talen traject twee.
Basiscursus Onderzoekend en Ontwerpend Leren De rol van taal Carmen Damhuis & Heleen van Ravenswaaij.
CKO werkdag Halverwege de cyclus Kijken naar eigen werk en werk van anderen Aanpak uitwisselen Werkbladen maken in mixgroepen.
Dia 1 van 23 Culturele waarden en communicatie in internationaal perspectief Dia’s bij hoofdstuk 6 Marie-Thérèse Claes Marinel Gerritsen.
De wereld aan je voeten Wie droomt van een internationale carrière?
5 hulpvragen.
Opdracht Nederlands Je doet in een groepje van vijf personen een klein literatuuronderzoek. De uitkomsten van dit onderzoek beschrijf je in een verslag.
3F maken van een verslag.
Het verschil tussen werkomschrijving en bestek?
Welke rol speelt de EU bij de vrijmaking van de internationale handel?
TIJDSPLANNING Dinsdag Uitleg vragen, PWS en groepen maken
Het maken van een PWS.
Tijd van jagers en boeren – – 3000 VC
Observeren en rapporteren
Methodisch handelen Week 6 les 5. Methodisch handelen Week 6 les 5.
Havo lesboek deel 1 ~ Hoofdstuk 1
Transcript van de presentatie:

Sociolinguïstiek Bijeenkomst 1 Programma 1. Voorkennis 2. Introductie cursus: onderwerpen, werkwijze, materiaal, planning opdrachten 3. Een taalkundige aan het woord. 4. Verschillen en overeenkomsten tussen talen 5. Huiswerk: Bestudeer hoofdstuk 17 en maak de opdrachten Een concreet voorbeeld meenemen naar de les

Toetsing Toets over de behandelde stof (2/3) Taalkunde h17 t/m h20 Boek van Van der Horst mag mee tijdens het tentamen. Onderzoek en presentatie (1/3) zie bijlage studiehandleiding Schema onderwerpen invullen Presentatie: tien minuten, volgens de opzet ‘onderzoek’. Schriftelijk inleveren voorafgaand aan de presentatie.

Onderzoeksopdrachten Onderzoeksvraag: Hoofdvraag Deelvragen (subvragen) De deelvragen zorgen ervoor dat je het onderwerp van verschillende kanten belicht. Wanneer je de antwoorden op de deelvragen hebt gevonden, kun je de onderzoeksvraag beantwoorden.

Soorten onderzoeksvragen Beschrijvende of beeldvormende vraag Vergelijkende onderzoeksvraag Verklarende onderzoeksvraag Waardebepalende of evaluatieve vraag Voorspellende onderzoeksvraag Probleemoplossende of regelgevende onderzoeksvraag

Hypothesen Onderzoeksvraag Deelvragen Hypothese (voorspelling doen) over de uitkomst van het onderzoek en waarom deze uitkomst verwacht wordt Plan van aanpak (de stappen die genomen gaan worden in het onderzoek) Uitkomsten en conclusie

SOCIOLINGUÏSTIEK De sociolinguïstiek is een vakgebied van de taalkunde dat taal en taalgebruik bestudeert in de context van maatschappij en cultuur. Binnen de taalkundige disciplines is de sociolinguïstiek een betrekkelijk jong vakgebied.

Sociolinguïstiek Tot de sociolinguïstiek worden over het algemeen zo uiteenlopende vakgebieden gerekend als antropologische taalkunde, dialectologie, discoursanalyse, taalcontactonderzoek, meertaligheid, taalplanning, taalbehoud en creolistiek.

Opkomst De opkomst van de sociolinguïstiek kan in de jaren zestig van de twintigste eeuw worden gesitueerd. Sindsdien is de sociolinguïstiek uitgegroeid tot een breed vakgebied met een gevarieerd aantal onderzoeksterreinen.

Concrete voorbeelden Sociolinguïstiek gaat over………… Voorbeelden uit de kranten en taalmethodes Volgende week: iedereen neemt een voorbeeld mee naar de les

Functionaliteit Waarom sociolinguistiek?

De plaats in de leerlijn Introductie cursus De plaats in de leerlijn Tweetaligheid Taalbeheersing

Introductie cursus Materiaal Appel R. e.a. (red), 2007: Taal en taalwetenschap. Malden, Blackwell Publishing Horst J. van der, 2008: Het einde van de Standaardtaal. Amsterdam, Meulenhoff Programma in Cursushandleiding

Waar vinden? N@tschool

Een taalkundige over taalverandering

Thema’s Verschillen en overeenkomsten tussen talen Taalvariatie Taalverandering Tweetaligheid

Verschillen Talen verschillen, maar alleen binnen bepaald grenzen Woordenschat Klanken: g in groen Zinsbouw on a mangé Cultuurverschillen: sneeuw

Overeenkomsten: genetische en typologische Naast universele kenmerken die alle talen met elkaar gemeen hebben, zijn er ook overeenkomsten tussen allerlei specifieke talen. Talen met een gemeenschappelijke voorouder: genetische verwantschap (Duits en Nederlands) Talen van hetzelfde type, opgebouwd volgens dezelfde principes: typologische overeenkomst

Areale talen Talen zijn niet of nauwelijks aan elkaar verwant, vertonen vaak parallellen in een bepaald gebied. Langdurige en intensieve tweetaligheid laat talen naar elkaar toegroeien: areale overeenkomsten. Een gebied op de Balkan waar talen een aantal gemeenschappelijke kenmerken hebben gekregen: Sprachbund

Comparatieve reconstructie Men probeert een vorm te vinden waar de andere vormen met een minimaal aantal klankveranderingen van af te leiden zijn. Indo-europese taalfamilie: groot aantal Europese talen en India. Van de Indo-europe protovorm zijn andere vormen afgeleid in subfamilies. Frans en Spaans: Romaanse taalfamilie stammen van het Latijn Servisch-Kroatisch, oud-Bulgaars behoren tot de Slavische taalfamilie Sanskriet en het Litouws vertegenwoordigen nog oudere takken

Prototalen Als er voldoende protovormen zijn geconstrueerd, kan een prototaal vastgesteld worden. Het is optelsom van alle hypothetische, geconstrueerde vormen binnen een familie. Het is de meest waarschijnlijke vorm, omdat de feitelijke vorm onbekend is. Klankwetten: bepaalde regels op klankniveau opstellen waarin systematische overeenkomsten tussen talen werden vastgelegd. Interne reconstructie: een methode die op grond van gegevens uit één taal bepalen wat de oorspronkelijke vorm van die taal is geweest.

Ontstaan van taal: niets over bekend Homo erectus twee miljoen jaar geleden: soort gebarentaal Homo sapiens 400.000 jaar later: spraak mogelijk volgens anatomische mogelijkheden

Ontwikkeling van het schrift oudste schriftvormen: ideografisch karakter: elk teken staat voor een idee of begrip, zonder directe relatie met de woordvorm (beeldschrijvend). syllabisch schrift: elke lettergreep een apart teken (huidige Japans). In 80-100 tekens kunnen alle woordvormen geschreven worden. Geen natuurlijke band tussen vorm en betekenis (arbitrair). alfabetisch schrift: 1300 voor Christus. Een woord dat men nooit in schriftelijke vorm heeft gezien, kan toch geschreven worden. Verschillende letters staan voor een klank (kort, koord).

Taal en cultuur Taalverschillen kunnen samenhangen met cultuurverschillen. Cultuur is het gehele waarden- en normenpatroon van een samenleving. Verwantschapsystemen: het systeem van termen waarmee familierelaties worden aangeduid. De wijze waarop mensen worden aangesproken in een taalgemeenschap vormt vaak weerspiegeling van de cultuur. Pragmatische gepastheid van taalgebruik is cultureel bepaald. NRC artikel Nederlandse en Vlaamse cabaretier

Communicatieve competence Grammaticale competentie van een taal is niet voldoende om adequaat te kunnen communiceren. Welke taalgebruiksregels men moet gebruiken: communicatieve competence. Welke regels gelden er voor jouw moedertaal in het bijzonder?

Taal en denken: Sapir/Whorf-hypothese Taal bepaalt het denken van de sprekers van die taal. Taal is een soort filter van de werkelijkheid. Daardoor beïnvloedt de taal het wereldbeeld van het individu. Sapir en Whorf achtten het structurele, grammaticale niveau van de taal belangrijker dan het lexicale. Indianen zien handeling als iets dat mensen overkomt. Grammatica: Jagen gebeurt met Witte Veder