Kaderrichtlijn Water A. Van emissies naar milieukwaliteit B. Vergelijking met NW4 C. Vastelling waterlichamen D. Structuurspoor
A. Analogon met mechanica Emissiebeheersing is indirect middel Bepalend is de milieukwaliteit: de eigenschappen per oppervlakte-eenheid M.a.w.: van inspannings- naar resultaatverplichtig Van Geel
A. Vergelijking met NW4
A. Putje van Europa?
A. Pragmatisch...
B. Vaststellen waterlichamen Natuurlijke wateren Kunstmatige wateren Sterk veranderde wateren Geen achteruitgang
C. Structuurspoor 1.Baggeren 2.Bufferstroken en natuurvriendelijke oevers 3.Uitmijnen
C1 Baggeren
C2. Bufferstroken en natuurvriendelijke oevers
C2. (vervolg) verwerkingscapaciteit van de natuur
C2. (vervolg) "In een select groepje polders loopt sinds 2003 een pilot' vertelt Joop van der Voort, teamleider Onderhoud Water."ln twee fasen passen we ecologisch maaibeheer toe: eerst op een aantal hoofdwatergangen, vervolgens op de boezemkaden. In 2005 buigt het college zich over de eerste bevindingen en besluit het hoe we verder gaan." Het Westland blijft voorlopig buiten beschouwing."Tuinders zijn bang dat er meer insecten komen. Dat is in een gebied met kassen niet wenselijk. Om geen risico's te lopen, wachten we tot we meer inzicht hebben in de gevolgen van ons ecologisch beheer.” (Delfland’s Peil) De ene witte vlieg is de andere niet Predatoren!
C2. (vervolg) Waterkwaliteit glasgebieden
C2. (vervolg) Beelden
C3. Uitmijnen
Sewage treatment