Lentekriebels Schrijvers: groep 1/2 de Kleine Beer Illustraties: groep 1/2 de Kleine Beer
Sofie Sofie het hertje loopt langs de rivier. Ineens ziet zij in de verte een leeuw aankomen. “Hallo leeuw”, zegt Sofie. “Weet jij wanneer de lente begint?” “Nee dat weet ik niet”, antwoordt de leeuw. En hij loopt weg.
De paashaas Sofie loopt verder. Ze komt de paashaas tegen. “Hallo paashaas, weet jij wanneer de lente begint?” “Ik weet het niet”, antwoordt de paashaas. Sofie ziet de gekleurde eieren op de rug van de paashaas. “Zou ik er misschien 1 mogen?” Sofie krijgt van de paashaas een lekker eitje. Tevreden loopt zij verder.
Het lammetje Ineens ziet Sofie een lammetje. Ze denkt: ”Lammetjes komen in de lente. Dus is de lente al begonnen.” “Mag ik je aaien?”, vraagt Sofie. “Natuurlijk mag dat”. Sofie aait het lammetje en ze loopt verder.
De lente is begonnen Sofie huppelt langs het riviertje en daar komt zij Eend tegen. “Hallo Eend”, zegt Sofie “wist je al dat de lente is begonnen?” “Nee, dat wist ik niet”, zegt Eend. Sofie vertelt Eend dat je dit kunt zien aan het mooie weer, de nieuwe bloemetjes en de jonge dieren die worden geboren.
Allemaal samen Aan het einde van de dag zitten alle dieren op het grasveld. Ze hebben bedacht dat ze gezellig samen gaan eten. Het was een mooie dag. Einde.