25 april 2007 NORA 2.0 Nederlandse Overheid Referentie Architectuur Doelstelling bevorderen samenhang Inrichtingsprincipes SGA is één van de 2 basiskeuzes
Er doen al vele definities en modellen de ronde. We moeten het niet overdrijven zonder er nonchalant over te doen. Er is nog veel draagvlak te creëren bij de overheid.
Afbakening Elementen Software en niet geautomatiseerde bedrijfsprocessen Interactie tussen werkzame onderdelen Rand en binnenkant Tactische, operationele en technische aspecten Subsidariteit Ontwerpstijl Publiceren dienstenaanbod en maken dienstenafspraken Standaarden Infrastructurele voorzieningen
Nee, geen zorgen over koppelingen met andere organisaties Nee, geen zorgen over toekomstige veranderingen Nee, niets te maken met in- of uitbesteding van processen of systemen Nee, ik doe het zelf en maak geen gebruik van componenten van derden Nee, ik doe niet aan klantenwerving Nee, ik hoef geen rekening te houden met mijn klanten
Hoge kwaliteit Integraalheid Transparantie Proactiviteit en interactiviteit Vindbaarheid Kanaal-onafhankelijkheid
Maatschappelijke kwesties, prioriteiten of wetgeving Verschuiving van taken en in- en uitbesteding Efficiëntie-overwegingen
Terugkerende wijzigingen door veranderende wensen of eisen of voortschrijdende technologie Vergaande informatiekoppelingen tussen overheid/onderneming/burgers en tussen en binnen overheidsorganisaties
Dilemma: strak en compleet doch los genoeg voor flexibiliteit en autonomie.
Samenhang en beweeglijkheid Transparantie en zakelijkheid hergebruik
Presentatie SGA 17 januari 2008 studiegroep 4 23
Presentatie SGA 17 januari 2008 studiegroep 4 24
Presentatie SGA 17 januari 2008 studiegroep 4 25
Presentatie SGA 17 januari 2008 studiegroep 4 26 Wat kenmerkt een SGA?
Presentatie SGA 17 januari 2008 studiegroep 4 27 Wat kenmerkt een SGA?
Presentatie SGA 17 januari 2008 studiegroep 4 28 Wat kenmerkt een SGA? Eén aanbieder, één of meerder afnemers Aanbieder kiest zelf voor aanbieden bepaalde service aan groep potentiële afnemers Afnemer kiest afname service ( vaak wel gestuurde beïnvloeding ) Services kennen geen eigenaars, alleen aanbieders ( wel van het proces ) Service-gerichtheid ( afnemersturing boven aanbiederssturing ) Normaliter gebruik private services door publieke services Scheiding verantwoordelijkheid en uitvoering Scheiding buitenkant en binnenkant Maximale voorspelbaarheid afnemer Afnemer ‘kent’ verantwoordelijke
Presentatie SGA 17 januari 2008 studiegroep 4 29 Wat kenmerkt een SGA? Ketens zijn specifieke werkstromen Elke schakel levert toegevoegde waarde Activiteit of deelproces op zichzelf is ondergeschikt Coordinatie ketens door 2 modellen; Operationele sturing ( orkestratie ) Tactische sturing (choreografie)
Presentatie SGA 17 januari 2008 studiegroep 4 30 Wat kenmerkt een SGA?
Presentatie SGA 17 januari 2008 studiegroep 4 31 Wat kenmerkt een SGA? 1.Noem de drie ontwerpstijlen en geef kernachtig van elk de kenmerken weer 2.Door welke bril zal een softwareontwikkelaar grotendeels kijken? 3.Welke manier van het maken van een grotere service uit kleinere is nu al volop in ontwikkeling? 1.Samenstellen 2.Samennemen 3.Generaliseren
3.2 Publiceren en Afspraken
3.2.1 Publiceren en Afspraken
3.2.1 Servicepublicatie De servicepublicatie is eigendom van de aanbieder en gericht aan gemeenschap van alle potentiële gebruikers, door middel van publicatie in een serviceregister. De serviceovereenkomst is eigendom van de beide contractanten, die in beginsel de enigen zijn die erover beschikken.
3.2.1 Servicepublicatie
3.2.2 Registers en Overeenkomsten De serviceovereenkomst verwijst idealiter naar de geselecteerde service(s) in het register en regelt die zaken die nog niet (eenduidig) in de servicepublicatie zijn geregeld. Hoe meer er in de servicepublicatie(s) is geregeld, des te minder hoeft nog in de overeenkomst worden geregeld. In dat geval is er sprake van een standaard overeenkomst. Als de servicepublicatie veel vrijheidsgraden biedt, die dus nog in de overeenkomst moeten worden ingeperkt, is er sprake van een maatwerkovereenkomst.
3.2.2 Registers en Overeenkomsten Serviceregisters zijn er in soorten en maten. Het zal niet zo zijn dat er één wereldwijd publiek serviceregister zal zijn voor alle services. Eerder zal elke “gemeenschap van partijen” die onderling services verlenen een serviceregister hanteren.
3.2.3 Service-Publicatie Naam Aanbieder Afnemer Semantiek Syntax Serviceniveau Policy Wederprestatie
3.2.3 Service-Publicatie
Naam Aanbieder Afnemer
3.2.3 Service-Publicatie Semantiek het domein waarover de service gaat, liefst door middel van een verwijzing naar een (semantisch) domeinmodel het effect of de prestatie van de service, in termen van: 1. de precondities, dat wil zeggen, een precieze beschrijving van de toestand van waaruit de service zinvol kan en mag worden aangeroepen. 2. een beschrijving van het resultaat en/of de postconditie van de service
3.2.3 Service-Publicatie Semantiek de crux van een service is gelegen in het resultaat of het effect van de service, omdat dat de belichaming is van de waarde die de service heeft voor de afnemer. Services die de toestand wel veranderen heten vaak transacties.
3.2.3 Service-Publicatie Semantiek Services en doelbinding: Onder doelbinding wordt verstaan dat uitgewisselde gegevens alleen voor een nader gespecificeerd doel mogen worden gebruikt.
3.2.3 Service-Publicatie Syntax Hierin staan de uitvoeringsaspecten van de service beschreven Het is mogelijk dat de servicebeschrijving op deze uitvoeringsaspecten vrijheidsgraden toestaat, waartussen de afnemer kan kiezen.
3.2.3 Service-Publicatie Serviceniveau Dit onderdeel beschrijft kwaliteitsaspecten van de service, zoals: inhoudelijke kwaliteit van de service; servicetijden (normale servicetijden, weekends, feestdagen en vakantiedagen); service beschikbaarheid (minimumpercentages, gemiddelde, maximaal aantal verstoringen per periode, meetperiode); serviceprestaties, zoals de responstijd.
3.2.3 Service-Publicatie Policy Voorwaarden van aanbieder Wederprestatie Verwachtingen van aanbieder bij afnemer
3.2.4 Service-Overeenkomst De service-overeenkomst kent bijna dezelfde structuur als de publicatie. Dat komt doordat zij op te vatten is als een nadere invulling van de service-publicatie Een service-overeenkomst is een overeenkomst en zal daarom ook allerlei algemene contractparagrafen kunnen kennen, zoals bepalingen rondom wijziging van de overeenkomst, rondom aansprakelijkheid, et cetera.
standaard
Het ‘Lego’-plaatje is het ultieme voorbeeld van een ver doorgevoerde standaardisatie. Verschillende type / kleuren / grootte / vormen van stenen passen immers perect op elkaar.
1. Domein 2. Service 3. Dialoog 4. Bericht
1. Domein = beschrijving van de wereld waarover de andere drie aspecten gaan, het ‘gespreksonderwerp’ 2. Service = datgene wat de service toevoegd aan het geheel, wat vraagt de afnemer nu precies ?! 3. Dialoog = beschrijving van de stapsgewijze voortgang van de onderling uitgewisselde ‘uitingen’, het koppelen van de bedrijfsprocessen 4. Bericht = de presentatie aan de afnemer, het uiteindelijke resultaat.
-Servicebussen zorgen voor de logistieke afhandeling van serviceverkeer -Servicebussen zijn dus de logistieke dienstverleners in een SGA
Alle aangesloten partijen op een servicebus vormen een logistieke gemeenschap.
In een SGA bestaan overslagpunten.
Alle aangesloten partijen op een servicebus vormen een logistieke gemeenschap. In een SGA bestaan overslagpunten. In een SGA bestaan (service)loketten.
Alle aangesloten partijen op een servicebus vormen een logistieke gemeenschap. In een SGA bestaan overslagpunten. In een SGA bestaan (service)loketten. loketten maken gebruik van een serviceregister.
Voorbeelden van loketten: Burger en bedrijvenloketten voor internet dienstverlening. De OTP (Overheids Transactie Poort) voor serviceverlening tussen applicaties van bedrijven en overheden.
Aanbieders en afnemers moeten in een zgn. “Adapter” voorzien.
Servicebussen kunnen geschakeld worden in “logistieke ketens”.
Zo ontstaat er een stelsel van servicebussen die met overslagvoorzieningen gekoppeld zijn.
Zo’n stelsel kan er als volgt uitzien: Elke overheidsorganisatie kent zijn eigen servicebus.
Zo’n stelsel kan er als volgt uitzien: Elke overheidsorganisatie kent zijn eigen servicebus. Elke overheidsorganisatie kent een loket via welke eigen services naar buiten en externe services naar binnen worden ontsloten.
Zo’n stelsel kan er als volgt uitzien: Elke overheidsorganisatie kent zijn eigen servicebus. Elke overheidsorganisatie kent een loket via welke eigen services naar buiten en externe services naar binnen worden ontsloten. Elke overheidssector en –laag kent een sectorale servicebus.
Zo’n stelsel kan er als volgt uitzien: Elke overheidsorganisatie kent zijn eigen servicebus. Elke overheidsorganisatie kent een loket via welke eigen services naar buiten en externe services naar binnen worden ontsloten. Elke overheidssector en –laag kent een sectorale servicebus. De Nederlandse overheid kent een OSB (Overheid Service Bus).
De functies worden onderverdeeld in drie groepen:
Basisfuncties
De functies worden onderverdeeld in drie groepen: Basisfuncties Functie voor berichtenverkeer
De functies worden onderverdeeld in drie groepen: Basisfuncties Functie voor berichtenverkeer Dialoogfuncties
Basisfuncties Connectoren en Protocoltransformatie
Basisfuncties Connectoren en Protocoltransformatie Logging
Basisfuncties Connectoren en Protocoltransformatie Logging Autorisatie
Basisfuncties Connectoren en Protocoltransformatie Logging Autorisatie Beveiliging en privacy
Functies voor berichtenverkeer
Store en Forward
Functies voor berichtenverkeer Store en Forward Publish / Subscribe
Functies voor berichtenverkeer Store en Forward Publish / Subscribe Bericht transformatie
Functies voor berichtenverkeer Store en Forward Publish / Subscribe Bericht transformatie Bericht validatie
Functies voor berichtenverkeer Store en Forward Publish / Subscribe Bericht transformatie Bericht validatie Bericht aggregatie
Dialoogfuncties
Bewaking van de dialoog
Dialoogfuncties Bewaking van de dialoog Besturing van de dialoog