Welkom bij de les : EHBO, ziekteleer,

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Enzymen (in het spijsverteringskanaal)
Advertisements

Kennis van het menselijk lichaam
Spijsvertering 22 maart 2011.
Thema: mensen Je eten op reis.
Het spijsverteringsstelsel
Samenhang tussen stelsels
Verkleining van voedingsstoffen
2rootje ‘Die-eet’ De spijsvertering.
Spijsvertering.
Het menselijk lichaam In dit hoofdstuk komt aan de orde: De opbouw van het menselijk lichaam De orgaanstelsels De zintuigen De stofwisseling.
Waaruit is het menselijk lichaam opgebouwd?
BLOED.
SPIJSVERTERING Anatomie.
Overzicht van de stofwisseling
Binnenste BUITEN Michelle Borghers.
Inleveren verslag opdracht 9
Inwendige bouw van een zoogdier
Over mijn lijf Ons hart klopt Gebruikte symbolen Ga naar mijn volgende dia Ga naar mijn voorgaande dia Ik wil nog even mijn informatie raadplegen Keer.
THEMA 2 CELLEN Basisstof 1: Weefselonderzoek
Paragraaf 4 Bloed stroomt
Hoofdstuk 9 Paragraaf 1 Alles werkt.
Hoe vervoert je verteringsstelsel voedsel
Over mijn lijf De spijsvertering Gebruikte symbolen Ga naar mijn volgende dia Ga naar mijn voorgaande dia Ik wil nog even mijn informatie raadplegen.
ANATOMIE FYSIOLOGIE PATHOLOGIE
Par Bescherming aan de buitenkant: De huid
J Bügel Noorderpoortcollege
Het verteringsstelsel
Hormoonklieren = endocriene klieren
Dissectie van de vis.
Dikke darm en de lever.
Ons lichaam heeft energie en bouwstoffen nodig om te kunnen werken en in stand te blijven Bouwstoffen en energie halen we uit drinken en eten 1.Water.
Maagdarmkanaal V31, VOEDING. Voedsel en maagdarmkanaal A. Plantaardig materiaal B. Vlees C. Insecten D. Zowel plantaardig als dierlijk materiaal 1. Carnivoor.
VERTERING. CELLEN WEEFSEL orgaan organenstelsel.
De Organen.
VHP Les 10.
Anatomie en Fysiologie
Het verteringsstelsel
Doelstellingen basisstof 1:
Dikke darm en de lever.
Het menselijk spijsverteringsstelsel.
Spijsverteringsstelsel
Spijsvertering.
Energie uit je eten halen
Waaruit is het menselijk lichaam opgebouwd?
Maagdarmkanaal V31, Voeding.
Weefsels en organen 1 Meercellige organismen zijn opgebouwd uit een groot aantal cellen. Afhankelijk van de functie hebben cellen een specifieke vorm.
Bloed loopt rond, spijzen verteren..
Alvleesklier, galblaas, twaalfvingerige darm
Antwoorden les 2 Insuline en glucagon hebben een antagonistische werking. Wat wil dat zeggen? Tegengestelde werking op bloedsuikerspiegel. Welk hormoon.
Digestie anatomie en fysiologie
Voeren en verzorgen Periode 3
Voel je wel in je vel !.
Inwendige bouw Zoogdieren en mens.
Cellen zijn zo klein dat je ze alleen met de microscoop kunt zien
Van cel tot organisme.
Voel je wel in je vel !.
Vertering en opname van voedingsstoffen in het bloed
Maagdarmkanaal V31, Voeding.
dierlijke cel en een plantaardige cel
Spijsvertering Bijgewerkt
Anatomie en Fysiologie
De organen voor vertering
Voeren en verzorgen Periode 3
H6: Het Spijsverteringsstelsel- deel 2
Transcript van de presentatie:

Welkom bij de les : EHBO, ziekteleer, anatomie, verpleegkunde, reanimatie enz. Sonja Gerber docent verpleegkunde, EHBO, CPR en AED Hobby’s oa: het Rode Kruis

Opzet van de lessen: Thuis lezen van de reader Vragen stellen in de les. Praktijkgedeelte: verplichte deelname Aan het eind een toets met: waar / niet waar vragen, open vragen, meerkeuze vragen.

Verpleegkundige aspecten. Observeren = belangrijk!!!! Observeren = gericht waarnemen

Door middel van observeren worden gegevens verzameld OBJECTIEVE Gegevens zijn altijd meetbaar - Polsslag - Lichaamstemperatuur - Bloeddruk - Ademhaling

SUBJECTIEVE Gegevens: Pijn - Verward - Angst - Verdriet

Beter een vogel in de hand dan tien in de de lucht

Wat heeft u gelezen?

Beter een vogel in de hand dan tien in de de lucht

Weet U het zeker?

Beter een vogel in de hand dan tien in de de lucht

* Algehele toestand * Huid * Ogen * Uitscheiding Zien * Pols * Huid Voelen HOREN

* Geurveranderingen * Ademlucht Ruiken * Spreekvermogen * Uiting van pijn * Ademhaling * Spijsverteringsgeluiden Horen

Het menselijk lichaam De Huid = het grootste orgaan Cellen-- weefsels --  organen

stofwisseling spijsverteringsstelsel ademhalingsstelsel zuurstof voedingsstoffen cel reserves warmte afvalstoffen: koolzuurgas water in water oplosbare afvalstoffen energie uitscheidingsstelsel

Miljarden cellen Dekcellen Botcellen Kraakbeencellen Bindweefselcellen Vetcellen Spiercellen Zenuwcellen Dekweefsel Botweefsel Kraakbeenweefsel Bindweefsel Vetweefsel Spierweefsel Zenuwweefsel Orgaanstelsels Huid en slijmvlies, botten en gewrichten, spieren, spijsvertering, uitscheiding, voortplanting, ademhaling, hart bloed en bloedvaten, en zenuw

Het hart, bloed en de bloedvaten. Komt terug in de volgende les

De ademhalings organen Komt terug in de volgende les

Spijsvertering organen Mond, keel, slokdarm maag, darmen, anus

Een aantal hulp organen staan in verbinding met het spijsverteringskanaal: Alvleesklier Lever Mondholte: = een multifunctioneel orgaan, begin van de spijsvertering en een onderdeel van de luchtwegen.

In de mondholte start de spijsvertering. Het voedsel wordt verkleind en verscheurd, vermengd met speeksel en slijm ten dele verteerd en doorgeslikt.

De slokdarm. (uit spieren opgebouwde buis) Als het voedsel week genoeg is, duwt de tong het naar achteren in de mond en in de keel. Daar persen de kringspieren het voedsel verder naar beneden de slokdarm in. Dit komt door de peristaltiek van de slokdarm. (Onwillekeurige beweging )

De Maag ( gespierde elastische zak, die in vorm en grote kan veranderen.) De spieren in de wand van de maag kneden het voedsel dat al half vloeibaar is. De sappen die vrij komen uit de maagwand breken het voedsel verder af.

De twaalfvingerige darm: = even lang als de breedte van 12 vingers Via de maag portier komt het voedsel in de 12 vingerige darm. In de 12 vingerige darm komen galsappen en alvleesklier sappen bij het voedsel.

De dunne darm: ongeveer 7 meter lang de buis is bekleed met spieren De binnenwand van de dunne darm bestaat uit een slijmvlieslaag. Daarin zitten veel klieren die darmsappen produceren, daarna volgt een bindweefsellaag die veel bloedvaatjes bevat, een spierlaag en het geheel is omgeven door het buikvlies

De dikke darm: grotere doorsnee dan de dunne darm ongeveer anderhalve meter Het voedsel wat niet wordt opgenomen passeert de dikke darm tot het onderste deel. De dikke darm gaat over in de endeldarm

De milt: ligt tussen de maag en het diafragma. De milt maakt bloedcellen aan. En is opslagplaats voor bloed. De milt komt extra in actie als er een bacterie in het lichaam zit.

De lever

De lever: = het zwaarste orgaan van het lichaam De lever heeft een eigen bloedsomloop. De levercellen wisselen stoffen uit. Opslag plaats voor energie. Opslag voor bloed. De vorming van gal: heeft een belangrijke functie bij de vertering van vetten. Gal wordt opgeslagen in de galblaas en heeft een verbinding met de 12 vingerige darm.

De nieren

De nieren: liggen boven, achter in de buikholte. Bovenop de nieren liggen de bijnieren deze produceren een hormoon. (corticosteroïde) In de nieren bevind zich een filtersysteem, die ons bloed zuivert, ongeveer 180 liter bloed per dag gaat er door de nieren.