Cognitieve gedragstherapie bij depressie Een geïntegreerd protocol Uit: ‘Psychopraktijk’ Auteurs: Pieter J. Molenaar, Frank Don, Jack Dekker
1. Een geïntegreerd protocol nodig? Arkin: Ontevreden over ‘oude’ protocollen Veel verschillen tussen protocollen: Als keurslijf Te los Hoe omgaan met verschillen tussen cliënten? Non-specifieke factoren Nieuw protocol: voor ervaren en minder ervaren therapeuten
2. Aan de slag Protocol: Trimbos-instituut en Erasmus Universiteit: ‘Doelmatigheid Amubulante Behandeling’ 2006: aan de slag met nieuwe protocol Wekelijkse supervisie: Vereniging van Gedragstherapie en Cognitieve therapie (VGCt) 2009: 150 cliënten met nieuw protocol behandeld Feedback cliënten Samenwerking therapeuten, supervisoren en onderzoekers Advies externe deskundigen Aanpassingen: protocol
3. Theoretisch kader 3.1 ACTIVERING Cognitieve gedragstherapie zoals die in Protocol wordt gebruikt is gebaseerd op: Cognitieve theorie van Beck Rationeel-emotieve therapie van Ellis 3.1 ACTIVERING Behavioral activation: Voldoening gevende activiteiten Tevreden terugkijken op prestatie Mogelijke vermindering van depressieve gevoel
3.2 verandering van negatieve gedachten Cognitieve triade: verkeerde kijk Op zichzelf Op de wereld, de anderen Op de toekomst Die gedachten onderzoeken: reëlere kijk Niet: Negatieve omzetten in positieve gedachten (beiden irrationeel) Wel: Gedachte toetsen op realiteitswaarde en utiliteitswaarde Gedachte met ‘survival value’
Schema Het ontstaan van de depressie
4. Het protocol 4.1 Algemeen Protocol: specifieke behandeltechnieken non-specifieke behandelmethoden Vermijden keurslijf: een op maat gesneden aanpak Therapeut kiest zelf tempo behandeling Huiswerkopdrachten (Werkboek)
4.2 Werkboek fase 1: verhogen of veranderen van activiteitenniveau (zitting 1tem4) Contact maken met cliënt: Motiveren Uitleg: theorie achter behandeling Randvoorwaarden Activiteiten: registreren Lijst: plezierige activiteiten Planning: uitvoeren activiteiten Doel: regelmatig en stabiel leefpatroon
Uitleg cognitief model Gedachtendagboek: Fase 2: Cognitieve therapie: onderkennen van problematische cognities (zitting 5 t/m 7) Uitleg cognitief model Gedachtendagboek: In bepaalde situaties: negatieve automatische gedachten Invloed depressieve stemming FASE 3: COGNITIEVE THERAPIE: VERANDEREN VAN COGNITIES EN CONSOLIDEREN VAN HET GELEERDE (ZITTING 8TEM16) Bewust worden: eigen denkfouten Doel: Oefenen: stellen van kritische vragen gevoelens Ontwikkelen: rationele gedachten positief beïnvloeden
Afhankelijk behoefte cliënt: Fase 3: Cognitieve therapie: veranderen van cognities en consolideren van het geleerde (zitting 8 t/m 16) Afhankelijk behoefte cliënt: Langer stilstaan bij basistechnieken van het uitdagen Verder gaan met gedragsexperimenten Ingaan op extra uitdaagtechnieken Negatieve gedachten verder aan het wankelen brengen! Doel: cliënt krijgt vat op eigen gedachten, gevoelens en kan zo verbetering in stemming vergroten
4.3 De laatste zitting 5. (CONTRA-INDICATIES) Evaluatie behandeling Vooropgestelde doelen: behaald??? Bespreken strategieën indien klachten verergeren 5. (CONTRA-INDICATIES) Ambulante behandeling Volwassen cliënten (18-65) Hoofddiagnose: depressieve stoornis (+dysthyme stoornis) Milde tot ernstige depressieve stoornis Exclusiecriteria (bipolaire stoornis, psychotische kenmerken, grote kans op suïcide, alcohol- of drugmisbruik)
6. Voordelen van het protocol Overzichtelijkheid (puntsgewijze beschrijving van de onderdelen) Nauwgezette uitwerking van de onderdelen Uitvoerige beschrijving: cognitieve en gedragstherapeutische technieken Efficiëntie en transparantie (werkboek) Verschillende registratieformulieren in werkboek (ter ondersteuning van huiswerkopdrachten) Aandacht: non-specifieke factoren Zeer geschikt: onderwijs- en onderzoeksdoeleinden 7. Concluderend Protocol= neerslag van kennis en ervaring op dit moment Effectiviteit bij verschillende cliëntgroepen: verder bewezen moeten worden Ook bewezen moeten worden: dit protocol superieur aan de andere
8. Bronnen Afbeelding dia 3 Afbeelding dia 4 Afbeelding dia 7