(drug)overlast onderzoek in België: verleden, heden en toekomst Prof.dr.Brice De Ruyver Lustrum INTRAVAL – Groningen, 14 september 2006
Overzicht I. Aanleiding tot (drug)overlastonderzoek in België II. Eerste onderzoeken (drug) overlast in België Drugs en Overlast (2002-2003) Metan (2003-2004) MILD (2005-2006) III. Blijvende aandacht voor (drug)overlast Dealpanden (2006) IV. Besluit
I. Aanleiding tot (drug)overlastonderzoek Beleidsmatig kader: Zwarte zondag (1991) 10-puntenplan (1995) Parlementaire Werkgroep Drugs (1996-1997) Federaal veiligheidsplan (2000) Federale drugnota (2001) Nieuwe Gemeentewet (art. 135) Ministeriële Omzendbrief OOP 30 (2001) Nieuwe drugwetgeving (Wet 3 mei 2003) => Groeiende beleidsaandacht voor het fenomeen
Wetenschappelijk onderzoek Vóór 2002 GEEN onderzoek naar ‘overlast’ in het algemeen en ‘drugoverlast’ in het bijzonder WEL aandacht in de marge van andere onderzoeken “Kansarmoede, druggebuik en criminaliteit” (1992) “Grenscriminaliteit in de grensregio Euregio Scheldemond” (1995) “Grensgerelateerde veiligheid en veiligheidsbeleven in de Euregio Scheldemond” (2002) + 2 studies in aantal Europese landen waarbij ook Belgische steden werden onderzocht
Pas in 2002 eerste empirisch onderzoek naar (drug)overlast in België Omgekeerde logica (beleid voor empirische toetsing) ‘mosterd’ wordt vaak gehaald uit Nederlands onderzoek (veel langere onderzoekstraditie rond drugoverlast) (drugoverlast) onderzoek : een trilogie 1.Drugs en overlast 2.Metan 3.MILD
II. Eerste onderzoeken (drug)overlast a. “Drugs en Overlast” Studie van het fenomeen, de beheersing en de effecten van druggerelateerde overlast en dit vanuit verschillende invalshoeken 3 onderzoeksluiken - sleutelfiguren - bevolking - druggebruikers Telkens rond volgende thema’s - aard en omvang fenomeen (drug)overlast - gevolgen van het fenomeen (drug)overlast - perceptie en aanpak van het fenomeen (drug)overlast
II. a. “Drugs en Overlast” - BEVINDINGEN Verhouding overlast & drugoverlast - drugoverlast niet als dusdanig te identificeren/isoleren van overlast - geen specifieke definitie - (drug)overlast = containerbegrip Gevolgen begrip (drug)overlast en (drugoverlast)beleving - weerstand tov begrip - risico tot stigmatisering - belang van het begrip leefbaarheid - uitbreiding takenpakket veiligheidsactoren
II. a. “Drugs en Overlast” - BEVINDINGEN Aard en omvang overlastfenomeen - stedelijke context als katalysator, niet als oorzaak overlast(geen specifieke soorten “stedelijke overlastfenomenen”) - Eerder link tss legale middelen en overlast - Sociaal-demografische kenmerken geen invloed op beleving overlast (wel andere individuele kenmerken) Attitudes en houdingen tav fenomeen overlast - overlast door concentratie - drugoverlastfenomeen als vertrekpunt dialoog & overleg - geïntegreerd beleid met alle actoren: taak voor iedereen
II. a. “Drugs en Overlast” - AANBEVELINGEN Volwaardig overlastbeleid - overlastbeleid ipv drugoverlastbeleid - overlast: sociale realiteit - streven naar beheersbaarheid; herstellen leefbaarheid HOE? geïntegreerd en gedifferentieerd beleid
II. a. “Drugs en Overlast” - AANBEVELINGEN Geïntegreerd overlastbeleid doel= kwaliteit van het leven opkrikken op buurtniveau VIA ruimtelijke ordening en stadsvernieuwing concentratie illegaliteit en marginalisering tegengaan milieuhandhaving huisvesting bestuursrechtelijke pijler strafrechtelijke pijler
II. a. “Drugs en Overlast” - AANBEVELINGEN Gedifferentieerd overlastbeleid lokaal “zorg op maat” - bovenlokaal : aanleveren van bouwstenen - beleidsverantwoordelijke overlastproblematiek dialoog en overleg - diverse actoren/domeinen - in kaart brengen belanghebbenden - uitklaren diverse rollen en verwachtingen
II.b. Onderzoek METAN b. “Drugoverlast in de lokale context van acht Vlaamse en Waalse gemeenten” Onderzoek dat focust op lokale maatregelen en initiatieven om druggerelateerde maatschappelijke overlast te voorkomen of te beperken BEVINDINGEN - belang dat lokale overheden toekennen en drugoverlast is meestal beperkt - drugoverlast slechts een secundaire doelstelling en ingevuld in functie van andere doelstellingen - bijgevolg ook geen impact- of effectevaluatie voorhanden wat betreft drugoverlast als doelstelling
II.c. Onderzoek MILD c. “MILD” RESULTATEN Monitor Integraal Lokaal Drugbeleid RESULTATEN ontwikkeling van een instrument dat zich richt op het lokale beleidsniveau Evoluties in drugfenomeen Detecteren van problematische situaties (‘knipperlichten’) Drieledige benadering drugoverlast 1° zicht op zaken 2° aanpak van drugoverlast in breder kader overlast 3° eventuele bijsturing van het beleid
III. Blijvende aandacht (drug)overlast Onderzoek dealpanden Onderzoek (kwantitatief en kwalitatief) naar het fenomeen ‘dealpanden’ in Antwerpen, Gent en Mons, op politie- en parketniveau Besluit obv de bevindingen in deze 3 onderzoekslocaties België = gegeerd doelwit voor aanbod- én vraagzijde Ondanks lokale inspanningen fenomeen blijft zich verplaatsen Internationale kenmerken van betrokken actoren = nood aan aanpak op internationaal niveau drie assen Aanbod: Bilateraal akkoord met Marokko inzake de overbrenging van gevonniste personen Vraag: Consensus met Frankrijk voor integrale toepassing van denonciatie Lokaal: strafrechtelijk – bestuurlijk – stadsrenovatie (cf. Hektor – Venlo)
VI. Besluit