Een campagne van de Vlaamse overheid i.s.m. Infosessie campagne handhygiëne ter bestrijding van zorginfecties in de Vlaamse woonzorgcentra U bent in goede handen Een campagne van de Vlaamse overheid i.s.m.
Welkom en inleiding Dhr. Chris Vander Auwera Administrateur-generaal Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid
Inleiding (1/3) Campagne ‘U bent in goede handen’ ter bestrijding van zorginfecties in Vlaamse woonzorgcentra van start Probleem van zorginfecties Essentieel belang van handhygiëne Federale campagne - ziekenhuizen Vlaamse campagne – woonzorgcentra
Inleiding (2/3) Sensibilisatie personeelsleden woonzorgcentra - affiches, folders, button, presentatie - bewustzijn risico’s zorginfecties - motiveren goede/correcte handhygiëne Iedereen draagt zijn steentje bij
Inleiding (3/3) Geen losstaand initiatief Verlengstuk project ‘Vorming MRSA-problematiek in de rusthuissector’ (2006, VVSG, Zorgnet Vlaanderen en FERUBEL) Campagne als uitvoeringsmaatregel van het Vlaams actieplan ter bestrijding van zorginfecties (luik ouderenzorg)
Verloop infosessie Toelichting actieplan en campagne Pauze (cafetaria) - verdeling campagnemateriaal - test handhygiëne met handalcohol Vraagstelling en oplossingen praktijksituaties Einde + verdeling campagnemateriaal
Toelichting actieplan ter bestrijding van zorginfecties Dr. Dirk Dewolf Adjunct-kabinetschef preventie en gezondheidszorg Kabinet van Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
I. Ziekenhuisinfecties Studie BAPCOC 2005 in België jaarlijks 107 500 patiënten die in ziekenhuis infectie oplopen met ziekenhuisbacterie 3 000 sterfgevallen 440 000 extra hospitalisatiedagen en 117 miljoen euro extra kosten 20% à 30% vermijdbaar geen precieze cijfers, eerder ramingen
II. Ziekenhuisbacterie in woonzorgcentra Stijging van aanwezigheid (dragerschap) van MRSA bij residenten in WZC van 4,5% naar 19% Sterfterisico bij dragerschap 1,4 maal hoger (door infecties) MRSA vooral bij ouderen na ontslag uit ziekenhuis WZC reservoir van MRSA MRSA-import in ziekenhuis vanuit WZC Preventiebeleid: overdracht onderbreken door goede hygiëne, handen wassen en gebruik van alcoholgel
III. Verspreiding van MRSA tegengaan (1/2) Hygiëne (handhygiëne) (medisch verpleegkundig, verzorgend, logistiek personeel, bezoekers - “handje toesteken”) Antibioticabeleid: CRA coördineert Goede informatie-uitwisseling tussen ziekenhuis en WZC over dragerschap/infectie (transferdocument) Monitoring van dragerschap/infectie in WZC
III. Verspreiding van MRSA tegengaan (2/2) Screening en dekolonisatie van MRSA-dragers (bewoners en personeel) Samenwerking tussen ziekenhuizen en woonzorgcentra (ziekenhuishygiënisten in overleg met CRA en (hoofd)verpleegkundige) o.m. via regionale platformen voor ziekenhuishygiëne
IV. Extra RIZIV-middelen onontbeerlijk Raming van prof. Buntinx: Bijkomende opdrachten verpleging: 12,25 mio Bijkomende materialen: 16,1 mio CRA’s: 4,3 mio Bijkomende opleidingen: 1,7 mio Bijkomende labotesten Onderzoek
V. Vlaams actieplan ter preventie van ziekenhuisinfecties in WZC Aanmaak draaiboek infectiebeleid in WZC (o.lv. prof.dr. Jan De Lepeleire) in opmaak Promotiecampagne handhygiëne (lopend) Financiering onderzoek over aanbevelingen inzake screening, dekolonisatie en isolatie Inspectie met aandacht voor problematiek Overleg met federale instanties Informatieve folders en pictogrammen (ZKH)
Toelichting campagne handhygiëne ter bestrijding van zorginfecties in de Vlaamse woonzorgcentra Mevr. Karolien Rottiers Team Ouderenzorg Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid
Situering Verlengstuk project ‘Vorming MRSA-problematiek in de rusthuissector’ (i.s.m. VVSG, Zorgnet Vlaanderen en Ferubel) Actiepunt Vlaams actieplan
Een oefening vooraf… Volgende 10 dia’s geven telkens een praktijksituatie weer. Op uw bijgevoegd antwoordformulier kunt u telkens aangeven welke toepassing van handhygiëne noodzakelijk is op de plaats van het vraagteken.
1. De logopediste voert een groepsgesprek met een aantal bewoners en schrijft nadien haar bevindingen neer in de individuele dossiers. ?
2. De verpleegkundige dient oraal medicatie toe aan verschillende bewoners. Ze draagt daarbij geen handschoenen. ?
3. De zorgkundige schakelt het oproepsysteem uit op de kamer van de bewoner en sluit de gordijnen. ?
4. De zorgkundige helpt de bewoner bij het aantrekken van de schoenen 4. De zorgkundige helpt de bewoner bij het aantrekken van de schoenen. Nadien legt ze propere lakens op het bed van de bewoner. ?
5. De verpleegkundige opent een steriele set, trekt de handschoenen aan en verzorgt de wonde. Nadien werpt ze de handschoenen weg. ?
6. De zorgkundige helpt de bewoner bij het aantrekken van de schoenen 6. De zorgkundige helpt de bewoner bij het aantrekken van de schoenen. Vervolgens belt ze met haar telefoon naar de receptie en verlaat ze de kamer. ?
7. De logopediste helpt een bewoner met slikproblemen en schrijft nadien haar bevindingen neer in het individueel zorgdossier van de bewoner. ?
8. De zorgkundige ledigt het urinaal van de bewoner, zonder hierbij handschoenen te dragen. Nadien zet ze de televisie van de bewoner aan. ?
9. De verpleegkundige komt de kamer binnen, helpt de bewoner in de juiste houding en opent een steriele set om een wondverzorging uit te voeren. ?
10. Na het intiem toilet verwijdert de verpleegkundige de handschoenen. ?
I. Inleiding Zorginfecties Belang van handhygiëne De handen = overdrachtsweg
a) Zorginfecties Zorginfectie = nosocomiale infectie I. Inleiding > a) Zorginfecties Zorginfectie = nosocomiale infectie Tijdens verzorgingsproces In ZH, woonzorgcentra, thuiszorg Frequent voorkomen Aanzienlijke gevolgen
b) Belang van handhygiëne I. Inleiding > b) Belang van handhygiëne Indien geen of geen correcte handhygiëne wordt toegepast, kunnen we - bewoners - ons zelf met schadelijke kiemen besmetten
c) De handen = overdrachtsweg I. Inleiding > c) De handen = overdrachtsweg Overdrachtsweg van micro-organismen: bewoner voorwerp of omgeving bewoner voorwerp of omgeving overleving op de handen van de zorgverstrekker
c) De handen = overdrachtsweg I. Inleiding > c) De handen = overdrachtsweg Sociaal contact = zorgcontact
II. Handhygiëne Basis voor goede handhygiëne Handhygiëne: waarom, hoe en wanneer? - Handen wassen met water en zeep - Handen ontsmetten met handalcohol - Handschoenen dragen
a) Basis voor goede handhygiëne II. Handhygiëne > a) Basis voor goede handhygiëne Geen juwelen ter hoogte van de handen en de polsen/onderarmen Kortgeknipte en zuivere nagels Wondjes afdekken of handschoenen dragen Korte mouwen Korte of bijeengebonden/opgestoken haren
a) Basis voor goede handhygiëne II. Handhygiëne > a) Basis voor goede handhygiëne Een voorbeeld van hoe het niet mag…
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handen wassen met water en zeep: waarom? Indien bevuild, altijd eerst de handen wassen, want handalcohol heeft geen reinigend effect! Bovendien verliest handalcohol zijn werking in aanwezigheid van organisch materiaal.
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handen wassen met water en zeep: hoe? Aandachtspunten Vloeibare zeep gebruiken, want besmetting van stuk zeep. Handen goed afspoelen tot alle zeepresten verwijderd zijn. Handen drogen met een wegwerphanddoekje. De kraan sluiten met het wegwerphanddoekje zodat de handen niet opnieuw besmet worden.
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handen wassen met water en zeep: wanneer?
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handen wassen met water en zeep: wanneer? Bij de aanvang en op het einde van de dienst
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handen wassen met water en zeep: wanneer?
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handen wassen met water en zeep: wanneer? Vóór de maaltijd
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handen wassen met water en zeep: wanneer?
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handen wassen met water en zeep: wanneer? Na toiletgebruik
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handen wassen met water en zeep: wanneer?
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handen wassen met water en zeep: wanneer? Na hoesten, niezen of snuiten
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handen wassen met water en zeep: wanneer?
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handen wassen met water en zeep: wanneer? Bij zichtbaar bevuilde handen
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handen wassen met water en zeep: wanneer?
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handen wassen met water en zeep: wanneer? Handen wassen én daarna ontsmetten na contact met lichaamsvochten, bloed of slijmvliezen bij contact met bewoner met diarree of met zijn omgeving
Handalcohol = kiemdodend ≥ 99,99 % reductie transiënte flora II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Ontsmetten met handalcohol: waarom? Overdracht van micro-organismen voorkomen: X bewoner voorwerp of omgeving bewoner voorwerp of omgeving Handen ontsmetten X Handalcohol = kiemdodend ≥ 99,99 % reductie transiënte flora Voorwaarde: alle organische stoffen zijn verwijderd!
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Ontsmetten met handalcohol: hoe?
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Ontsmetten met handalcohol: hoe? Aandachtspunten Neem voldoende handalcohol Polsen ook ontsmetten Blijven wrijven tot handalcohol volledig opgedroogd is Belangrijk om alle 8 fasen te doorlopen; bij onvoldoende handalcohol bijnemen
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Ontsmetten met handalcohol: wanneer?
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Ontsmetten met handalcohol: wanneer? Vóór en na ieder zorgcontact met een bewoner
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Ontsmetten met handalcohol: wanneer?
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Ontsmetten met handalcohol: wanneer? Na contact met de directe omgeving van de bewoner of met gebruikt verzorgingsmateriaal
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Ontsmetten met handalcohol: wanneer?
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Ontsmetten met handalcohol: wanneer? Na het uittrekken van handschoenen
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Ontsmetten met handalcohol: wanneer?
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Ontsmetten met handalcohol: wanneer? Vóór een zuivere of invasieve handeling
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Ontsmetten met handalcohol: wanneer?
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handschoenen dragen: waarom? Beschermen het personeelslid tegen besmetting van de handen met micro-organismen van de bewoner! Indien de handschoenen onmiddellijk verwijderd worden; vermijden van overdracht van kruisinfecties naar andere bewoners.
b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handschoenen dragen: hoe? II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handschoenen dragen: hoe? Aandachtspunten Handschoenen onmiddellijk na het einde van de zorg uittrekken en de handen ontsmetten Nooit met hetzelfde paar handschoenen naar een andere bewoner gaan Handschoenen dragen is geen alternatief voor het toepassen van handhygiëne
II. Handhygiëne > b) Handhygiëne: waarom – hoe - wanneer? > Handschoenen dragen: wanneer? bij (kans op) contact met lichaamsvochten, bloed of slijmvliezen, bv. intiem toilet, bloedafname bij (kans op) contact met voorwerpen, bevuild met die vochten, bv. bedpan, gebruikte instrumenten, gebruikte lakens bij contact met geïsoleerde bewoner of verzorgingsmateriaal bij die bewoner, bv. besmetting MRSA, Clostridium difficile
Gebruik presentatie 15 praktijksituaties Verklaring a.d.h.v. affiche ‘Wanneer?’ Alle personeelsleden, incl. onderhouds- en technisch personeel
Nog een oefening achteraf… Volgende 10 dia’s geven telkens een praktijksituatie weer. Op uw bijgevoegd antwoordformulier kunt u telkens aangeven welke toepassing van handhygiëne noodzakelijk is op de plaats van het vraagteken.
1. De verpleegkundige verwijdert de handschoenen na het nemen van een urinestaal. Nadien neemt ze kledij uit de kast van de bewoner. ?
2. De kinesitherapeut helpt de bewoner op de rand van het bed te zitten en wandelt met haar door de gang. ?
3. De verpleegkundige legt de medicatie klaar van meerdere bewoners. ?
4. De verpleegkundige deponeert het gebruikt linnen in de linnenzak en neemt nadien propere lakens. Zij draagt daarbij geen handschoenen. ?
5. De zorgkundige komt binnen op de kamer en neemt een washandje en handdoek om de bewoner te wassen. ?
6. De zorgkundige gaat de kamer binnen en begeleidt de bewoner tot bij het toilet. Vervolgens komt ze de badkamer buiten en maakt het bed op met propere lakens. ?
7. De verpleegkundige geeft de medicatie aan de bewoner 7. De verpleegkundige geeft de medicatie aan de bewoner. Nadien vult zij het elektronisch dossier van de bewoner in. ?
8. De zorgkundige brengt de maaltijd binnen op de kamer en plaatst deze op de tafel. Vervolgens helpt zij de bewoner een goede houding aan te nemen. ?
9. De schoonmaakster loopt in de gang en neemt haar telefoon op. ?
10. De zorgkundige komt de kamer binnen, geeft de bewoner een hand om hem naar het toilet te begeleiden. ?
III. Slot (1/2) Meer informatie op www.zorginfecties.be campagnemateriaal (downloadbaar) meer informatie over handhygiëne veelgestelde vragen en antwoorden interessante links contactrubriek voor feedback, vragen en (bij)bestellingen campagnemateriaal
Slot (2/2)
Pauze 30 min. Cafetaria - afhaling campagnemateriaal - test handontsmetting met handalcohol
Oplossing vragen praktijksituaties Overlopen welke toepassing van handhygiëne noodzakelijk is en verklaring
1. De logopediste voert een groepsgesprek met een aantal bewoners en schrijft nadien haar bevindingen neer in de individuele dossiers. ?
De handen moeten niet gewassen of ontsmet worden. Waarom niet? Een groepsgesprek voeren en bevindingen neerschrijven in dossiers wordt niet beschouwd als een zorgcontact.
2. De verpleegkundige dient oraal medicatie toe aan verschillende bewoners. Ze draagt daarbij geen handschoenen. ?
De handen moeten ontsmet worden met handalcohol. Waarom? Na een zorgcontact met een bewoner en voor een zorgcontact met een andere bewoner.
3. De zorgkundige schakelt het oproepsysteem uit op de kamer van de bewoner en sluit de gordijnen. ?
De handen moeten niet gewassen of ontsmet te worden. Waarom niet? De schakelaar van het oproepsysteem en de gordijnen behoren niet tot de directe bewonersomgeving.
4. De zorgkundige helpt de bewoner bij het aantrekken van de schoenen 4. De zorgkundige helpt de bewoner bij het aantrekken van de schoenen. Nadien legt ze propere lakens op het bed van de bewoner. ?
De handen moeten niet gewassen of ontsmet worden. Waarom niet? Na een zorgcontact met een bewoner volgt een handeling m.b.t. de directe bewonersomgeving.
5. De verpleegkundige opent een steriele set, trekt de handschoenen aan en verzorgt de wonde. Nadien werpt ze de handschoenen weg. ?
De handen moeten ontsmet worden met handalcohol. Waarom? Na het uittrekken van handschoenen.
6. De zorgkundige helpt de bewoner bij het aantrekken van de schoenen 6. De zorgkundige helpt de bewoner bij het aantrekken van de schoenen. Vervolgens belt ze met haar telefoon naar de receptie en verlaat ze de kamer. ?
De handen moeten ontsmet worden met handalcohol. Waarom? Na een zorgcontact met een bewoner.
7. De logopediste helpt een bewoner met slikproblemen en schrijft nadien haar bevindingen neer in het individueel zorgdossier van de bewoner. ?
De handen moeten ontsmet worden met handalcohol. Waarom? Na een zorgcontact met een bewoner.
8. De zorgkundige ledigt het urinaal van de bewoner, zonder hierbij handschoenen te dragen. Nadien zet ze de televisie van de bewoner aan. ?
De handen moeten niet gewassen of ontsmet worden. Waarom niet? Na het vastnemen van het urinaal is er contact met de directe bewonersomgeving.
9. De verpleegkundige komt de kamer binnen, helpt de bewoner in de juiste houding en opent een steriele set om een wondverzorging uit te voeren. ?
De handen moeten ontsmet worden met handalcohol. Waarom? Vóór een zuivere handeling (openen van een steriele set).
10. Na het intiem toilet verwijdert de verpleegkundige de handschoenen. ?
De handen moeten ontsmet worden met handalcohol. Waarom? Na het uittrekken van handschoenen.
11. De verpleegkundige verwijdert de handschoenen na het nemen van een urinestaal. Nadien neemt ze kledij uit de kast van de bewoner. ?
De handen niet gewassen of ontsmet worden. Waarom niet? Na het uittrekken van handschoenen is er contact met de directe bewonersomgeving.
12. De kinesitherapeut helpt de bewoner op de rand van het bed te zitten en wandelt met haar door de gang. ?
De handen moeten niet ontsmet te worden. Waarom niet? Ontsmetten van de handen is niet nodig tussen twee opeenvolgende zorgcontacten bij eenzelfde bewoner.
13. De verpleegkundige legt de medicatie klaar van meerdere bewoners. ?
De handen moeten ontsmet worden met handalcohol. Waarom? De handen moeten ontsmet worden voor het uitvoeren van een zuivere handeling. Medicatie klaarleggen is een zuivere handeling.
14. De verpleegkundige deponeert het gebruikt linnen in de linnenzak en neemt nadien propere lakens. Zij draagt daarbij geen handschoenen. ?
De handen moeten ontsmet worden met handalcohol. Waarom? De lakens behoren tot de directe bewonersomgeving. Bovendien volgt een zuivere handeling (propere lakens nemen).
15. De zorgkundige komt binnen op de kamer en neemt een washandje en handdoek om de bewoner te wassen. ?
De handen moeten niet gewassen of ontsmet worden. Waarom niet? De handen werden ontsmet voor het binnenkomen van de kamer. Tussen het binnenkomen van de kamer en het nemen van een handdoek en washandje is er geen bewonerscontact.
16. De zorgkundige gaat de kamer binnen en begeleidt de bewoner tot bij het toilet. Vervolgens komt ze de badkamer buiten en maakt het bed op met propere lakens. ?
De handen moeten ontsmet worden met handalcohol. Waarom? Na een zorgcontact met een bewoner en vóór een zuivere handeling (propere lakens nemen).
17. De verpleegkundige geeft de medicatie aan de bewoner 17. De verpleegkundige geeft de medicatie aan de bewoner. Nadien vult zij het elektronisch dossier van de bewoner in. ?
De handen moeten niet gewassen of ontsmet te worden. Waarom niet? Er is geen zorgcontact geweest met een bewoner; de bewoner neemt de medicatie zelf in.
18. De zorgkundige brengt de maaltijd binnen op de kamer en plaatst deze op de tafel. Vervolgens helpt zij de bewoner een goede houding aan te nemen. ?
De handen moeten niet ontsmet worden. Waarom niet? De handen moeten ontsmet worden voor het opdienen van een maaltijd (zuivere handeling). Indien de maaltijd na het ontsmetten van de handen direct wordt opgediend aan de bewoner, moeten de handen niet nogmaals ontsmet worden
19. De schoonmaakster loopt in de gang en neemt haar telefoon op. ?
De handen moeten niet ontsmet worden. Waarom niet? De telefoon is persoonlijk materiaal en behoort niet tot de directe bewonersomgeving.
20. De zorgkundige komt de kamer binnen, geeft de bewoner een hand om hem naar het toilet te begeleiden. ?
De handen moeten ontsmet worden met handalcohol. Waarom? Vóór een zorgcontact met een bewoner.
Vraagstelling Mevr. Bea Jans Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Mevr. Karolien Rottiers Team Ouderenzorg Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid Dr. Emmanuel Robesyn Arts Team Infectieziekten Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid
Slotwoord Dhr. Chris Vander Auwera Administrateur-generaal Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid
Slotwoord (1/2) belang steun en medewerking van de sector campagnemateriaal en presentatie om uw collega’s te informeren en te overtuigen meer informatie op www.zorginfecties.be
Slotwoord (2/2) Dank aan de directie, het personeel en de bewoners woonzorgcentrum Het Heiveld in St-Amandsberg, voor de medewerking bij de fotoreportage van de praktijksituaties mevrouw Bea Jans van het WIV en de heer Michiel Costers van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu voor de inhoudelijke en praktische ondersteuning de koepelverenigingen FERUBEL, FOS, VVSG en Zorgnet Vlaanderen
Bedankt voor uw aanwezigheid