Flexibiliteit in Nederland Zegen of vloek? 21-9-2018 Presentation | Janneke Plantenga
Persoonlijke achtergrond: ‘vergelijkende analyse economische stelsels’ het belang van instituties voor het functioneren van (arbeids)markten. Opbouw: * ‘Facts and figures’; * Rol van instituties; * Gevolgen voor jongeren; * Discussie.
‘Facts and figures’ Definitie flexibiliteit: werkgevers- en werknemersperspectief; Flexibiliteit vanuit werknemersperspectief: flexibiliteit in uren, status en contract
Flexibele arbeid in Nederland (2015)
Positie Nederland binnen de EU: Positie Nederland binnen de EU: 1e plaats wat betreft % werknemers met deeltijdse aanstelling; 7e plaats wat betreft % zelfstandigen; 3e plaats wat betreft % werknemers met flexibel contract. Gewenste en ongewenste flexibiliteit? Noodzakelijke en niet-noodzakelijke flexibiliteit? ontwikkelingen vinden niet plaats in een ‘institutioneel vacuum’.
Flexibele contracten als percentage van de totale beroepsbevolking, 2003-2015. Source: CBS Statline (edited)
Rol van instituties Laura van Geest (CPB): “De toename van het flexcontract is geen internationale trend, dus het is niet iets onvermijdelijks; het is ook niet iets tijdelijks, of iets dat komt omdat flexwerkers zo dolgraag op een flexcontract werken. Daarmee is onze conclusie dat het komt door beleid."
Rol van instituties Instituties beïnvloeden relatieve prijzen Rol van instituties Instituties beïnvloeden relatieve prijzen. Wet onderscheid bepaalde en onbepaalde tijd (WOBOT); EPL (Employment Protection Legislation - ontslagbescherming) belangrijkste verschil tussen tijdelijke en vaste aanstellingen. OECD-indicator: procedural inconveniences notice period and severance pay difficulty of dismissal additional provisions for collective dismissal
Verschil tussen de OECD EPL indicator voor vaste en tijdelijke contracten (2013). Source: OECD Employment Protection Database, 2013 (edited)
Tijdelijk contract: Stepping stone of dead end Tijdelijk contract: Stepping stone of dead end? Nb: grote mate van heterogeniteit naar leeftijd, opleidingsniveau.
Transities van tijdelijke aanstelling naar werkloosheid dan wel vaste aanstelling Source: EC (2016). Analytical Webnote 1/2016
Gevolgen voor jongeren Relatief hoge arbeidsmarktdeelname maar hoge mate van flexibiliteit naar aantal uren en contract; Vanaf 2003 is de kans dat een werkend persoon jonger dan 35 in een vaste arbeidsrelatie werkt, afgenomen van circa 70% naar 50%. (Nb: vast betekent in dit verband niet als ZZP-er of flex-werker).
Gevolgen: impact op carrière en ‘levensloopinkomen’ impact op persoonlijk leven
Discussie: Beleidsoptie: versterk de positie van flex werkers Wet Werk en Zekerheid: maximale cumulatieduur van opeenvolgende tijdelijke contracten; maximum aantal opeenvolgende tijdelijke contracten Restricties op gebruik tijdelijke contacten
Discussie: Andere beleidsopties: Discussie: Andere beleidsopties: Verlaag bescherming van vaste contracten; Eén contract, met toenemende bescherming naar baanduur; ‘Unified’ contracts; Verbeteren transitie flex naar vast.